ZESTIG JAAR SCOUTING IN NEDERLAND ER ZIT BEWEGING IN DEZE BEWEGING 20 MILJOEN LEDEN IN MEER DAN 100 LANDEN Snelle start in ons land PIONIERS VAN HUIDIGE KAMPEER- INDUSTRIE Uitvoerig program jubileumviering ZATERDAG 25 APRIL 1» Scouting '70: zestig jaar jong; Uit de tijd? Toch wel up-to-date? Er is beweging, er zijn tegenstellingen, maar er is ook vernieu wing. In Scouting is het niet anders dan overal elders. De nu zestigjarige alge meen bekend als „padvinderij" ziet zich geconfronteerd met de duidelijk geëtaleerde noden van het moment, waaraan overigens lang niet altijd voldoende wordt tegemoet gekomen. Wie over „padvinderij" spreekt ontmoet óf felle afwijzing óf een bijna kritiekloze adhesie. Scouting '70: er worden door jongeren in de beweging hearings belegd, want men is on tevreden; er zijn experimenten en men tracht de ballast van een lang verleden minder zwaar op de huidige scoutingjeugd te laten drukken. Ook kampt men met tradities die door de één als zinvol worden gezien en door de ander als overbodige franje. Zo gaat dat, óók in de Scoutingbeweging, waar in tussen 125.000 Nederlandse meisjes en jon gens 'n zeer gevarieerde en uiterst plezierige vrije-tijdsbesteding vinden. i 7 tot 18 jaar; vijf „Toenemend zelfbestuur": geen kreet, het spel van verkennen. wezenlijke opgav e j tu lij Twee jaar na het verschonen van het „Verken nen voor jongens" kreeg Scouting ook vat op Nederland. In 1910 installeerde Baden Powell zelf de eerste verkenners en leiders in Den Haag. Een groot aantal groepen kwam in die begin periode voort uit het Christelijk Jongemannen Verbond (CJMV) en oprichter was Rijk van Gel der. De eerste bijeenkomsten van deze groepen werden gehouden in het gebouw van de CJMV F. Diemer, K. Noordenbos en de gebr. De Grote. Reeds op 7 januari 1911 traden de padvinders massal naar buiten. Dat was in Amsterdam waar toen 700 kersverse padvinders tezamen kwamen. eigenlijk steeds geweest, maar niet officieel. In katholieke kring stond men aanvankelijk huive rig tegenover Scouting. Dat veranderde toen de Engelse kardinaal Bourne, na een gesprek met De zestigjarige historie vermeldt vele hoogtepun ten. maar in de herinnering van vele ouderen leeft het jaar „in 19 3 7" nog voort als het jaar van de 5e Wereld-Jamboree in Vogelenzang. Zevenentwintigduizend padvinders uit alle lan den van de wereld waren toen in Nederland te gast. Alles was toen „jamboree" wat de klok sloeg; er waren jamboreekazen, jamboreelepel- Ijes, jamboreeprogramma's op de radio, een aan de Haagse Prinsegracht 4. Onder leiding van de Engelse leraar Moriarty ging in Den Haag de troep „De Jonge Verkenners" van strat, waar uit uiteindelijk de Nederlandse Padvinders (NPV) ontstond. In Amsterdam werd de stool gegeven ook door een uit Engeland afkomstige leeraar met de naam Blythe. Hij richtte daar een patrouille op met als patrouilleleider Wim den Oude (onlangs overleden) en voorts met C. Exter, W. Schimmel. Met Pinksteren 1911 zagen 2000 verkenners el kaar en aan het eind van dat jaar had Neder land 4000 ingeschreven padvinders. De onlangs 80 jaar geworden Philip baron van Pallandt gaf een belangrijke impuls aan de jonge beweging toen hy in 1913 een deel van het oude landgoed Eerde in Ommen, Ada's Hoeve en een ruim kampterrein, schonk- Vanaf 1928 verrezen hier en daar ook katholieke groepen. In bet zuiden van het land zyn ze er Baden Powell een warm voorstander van de be weging werd en dat niet onder stoelen of ban ken stak. Langzaam maar zeker ontwikkelde zich hier, in tegenstelling tot in Engeland, desondans een aparte katholieke organisatie, die in 1930 officieel werd erkend. Nog in 1945 werd naast het Nederlandse Padvindsters Gilde een aparte organisatie voor rooms-katholieke meisje in het leven geroepen: de Nederlandse Gidsen. Zo ging dat in dit lage land jamboreetrein van de NS en een heus jamboree- dagblad. Jan Schaap schreef het jamborcelied dat een ware „topsong" werd, en zyn melodie wordt tot op de dag van vandaag op bruiloften en partyen nog velvuldig gebruikt Aan alle wereldjamborees hebben Nederlandse jongens deelgenomen en ook in 1971 zullen er weer deel nemen aan de 13e in successie, die in Japan zal worden gehouden. Nederlandse plassen en meren zijn de zeilvletten ns wat al te luidruchtig bemande vaartuigen. Het vrije en blije van scouting Ook de scoutingbeweging kent net als zovele andere jeugd is ook muzikaal onderstreept. leiders. Als we het over d i t jubileum hebben dan gaat het feitelijk om 60 jaar vereniging de Nederlandse Padvinders, bijna 55 jaar Nederlandse Padvindsters Gilde. 40 jaar Katholieke Verkenners en een kwart eeuw Nederlandse Gidsen. Zo ging dat in dit land: vier aparte Scoutingorganisaties Onder de nog wat wankele vaan van de Federatie Vereniging Scouting Nederland wordt de doorbraak naar de eenheid merk baar. Op plaatselijk vlak is men trou wens vaak al veel verder en is soms de volledige integratie een feit ge worden. Imago In die zestig jaren moeten vele1 tiendui zenden Nederlanders eens lid van deze beweging zijn geweest; een beweging die voor het grote publiek nog synoniem lijkt met zaken als goede daad. korte broek, spoorzoeken en kampvuurtjes maken. Dit imago zit ernaast; het is een verkeerd beeld, dal jaren achter loopt bij de werkelijkheid. Scouting is niet zo duf als haar tegenstanders wel eens denken; het is geen brave club van toekomstige keurig-in-het-rijtje van de gevestigde samenleving m'eemarcheren- de staatsburgers. Dat wil niet zeggen dat er in hel land geen duffe groepen te vinden zijn. maar daar mag niet het totale beeld aan opgehangen worden. Als we met grote stappen door de zestigjarige historie van deze opmer kelijke jeugdbeweging gaan, dan zien we dat al in 1910 de stichter, Robert Baden Powell, Den Haag en Amsterdam bezocht om verse padvinderstroepen te bezoeken. Baden Powell, aan het begin van deze eeuw een beroemd man in het toen nog niet afgebrokkelde wereldrijk, had in 1899 een boekje geschreven met in structies voor de militaire verspieders. Dit instructieboekje kreeg een onver wacht gevolg, want teruggekomen in Engeland bemerkte de toen bijna vijf tigjarige generaal dat de jeugd zich er meester van had gemaakt. Op basis van zijn suggesties was ze een spel be ginnen te spelen dat ze ..scouting'" noemde. Het zette Robert Baden Powell aan tot nadenken en in 1907 trok hij met vier entwintig Londense jongens naar Brownsea Island voor het eerste pad vinderskamp. Het jaar daarna ver scheen zijn. later over de hele wereld vertaalde boek „Verkennen voor jon gens". Het ontstaan van de Scoutingbeweging is een boeiende geschiedenis die enigs zins is af te lezen in enkele simpele ge tallen: in 1910 waren er in Engeland reeds meer dan honderdduizend gere gistreerde padvinders Vanuit Engeland werd Scouting al spoedig geïntrodu ceerd in andere delen van de wereld: de toenmalige Britse koloniën, de Ver enigde Staten. Rusland en onder meer Nederland. De meisjes bleven bij dit alles niet achter: zij meldden zich zelf en Baden Powell startte een paral lelbeweging. Vandaag-de-dag tellen de beide wereldorganisaties tezamen ruim 20.000.000 leden in meer dan honderd landen van de wereld De historie laten we verder aan de historisch geïnteresseerden; er zijn boe kenplanken vol over geschreven in vele talen. Vandaag gaat het om Scouting-nu en de jeugd vraagt om wat Scouting '70 hun te bieden heeft. Het wezen van Scouting laat zich nog heel goed uitdrukken door de woorden van Baden Powell in zijn voorwoord voor de eenentwintigste druk van zijn boek: ..Reeds meer dan één enthousiast heeft het Verkennen een omwenteling in de opvoeding genoemd. Het is het niet. Het is slechts een op goed geluk gegeven suggestie voor opgewekte openluchtbezigheid welke tevens een praktisch hulpmiddel voor opvoeding bleek te zijn." De stichter zelf heeft in aanvang nooit een aparte jeugdbeweging voor ogen gehad. Toen hij zijn spelsuggesties voor de jeugd klaar had bood hij deze aan aan Sir William Smith, leider van de Britse Boys' Brigade, die ze echter afwees voor zijn organisatie. Het was de jeugd zelf die Baden Powell dwong tot het stichten van een organisatie om de beweging onder de jeugd te kunnen opvangen. Door hun activiteitenprogramma zijn de padvinders bekend geworden: zij waren de eersten die kampeerden en als zodanig zeker de pioniers van de huidige kampeerindustrie; exploratie, alle vormen van creativiteit en vaardig heid staan hoog genoteerd; hobby's en sport zijn „in" cn dat alles onder de spelcode van vriendschap en sportivi teit. Het internationale aspect is een wezenlijk kernpunt van Scouting: elke zomer opnieuw zijn er gigantische uit wisselingsprogramma's van meisjes en jongens uit vele landen. De nog altijd actieve 82-jarige weduwe van de stichter. Olave Lady Baden Powell, heeft onlangs nog eens laten weten dat de Scoutingjeugd zich niet moet opsluiten in haar eigen kring en kringetjes, maar dat zij zich moet rich ten op wat er in de samenleving gaande is: dichtbij en veraf. De vraag voor leiders en leidsters is natuurlijk wel hoe dit alles steeds op nieuw weer te „vertalen" in de bege- leiding-van-alle-dag. Géén indoctri natie. maar een wijzen op kansen, mo gelijkheden, noden en dat „spelender wijs aangepa Scouting in de uiteenlopen va t aan leeftijden die in ,-erschillende afdelingen i 7 tot 18 jaar. „Katholieke Actie" In de dertiger jaren ontstond naast de Nederlandse Padvindersvereniging, ge sanctioneerd door het episcopaal (dal ging toen zo) de Katholieke Verkenners. Deze kreeg, evenals de Gidsenbeweging na 1945. een krachtige organisatie via de hiërarchieke lijnen van diocesen, dekenaten en parochies. Werd het Ver kennen. met name in de vooroorlogse j ren, door de kerkelijke overheden ge en als een goed instrument voor het oefenen van de Katholieke Actie, het zal duidelijk zijn dat dit overleefd en Mevrouw M. Brenninkmeyer-Rutten, de huidige voorzitster van de Neder landse Gidsen, zegt ervan „Dat katho lieke. ja 52 procent van de vrijwillig sters zegt dat het niet meer zo hoeft en het is ook niet meer zo specifiek. Ook niet-katholieke kinderen kunnen in een groep worden opgenomen." Dat betekent overigens nog niet dat nu besfaande groepen maar onmiddel lijk „door elkaar gehusseld" moeten worden. Men is het erover eens dat plaatselijke omstandigheden en de slem van de betrokken ouders doorslag gevend zijn. Drs. A. M. Vulsma. de oud-provinciaal aalmoezenier van beide in Zuid-Holland heeft wel eens gezegd: „Als we nu nog met Scouting .moesten beginnen, dan zouden we het zeker niet in vier orga nisaties doen!" Deze „correctie" op de historie wordt vandaag-de-dag gemaakt op alle ni veaus; het is geen veroordeling van wal was, maar een aanpassing aan wat het Scouting zal anno-1970 opnieuw hel avontuur moeten aandurven van een kersverse exploratie. Wat is geweest. was goed. maar het zegt niets over dc mogelijkheden en kansen van de toe komst. Het ziet ernaar uit dat men zich in dit avontuur wil storten en voor de jeugd, die kiest vóór het Spel van Verkennen, is dat gelukkig. Het spel- gegeven zelf heeft een enorme flexibili teit dat tonen 60 jaren en de wereld- Natuurlijk zal Scouting In Nederland haar zes tigjarig bestaan uitgebreid vieren. Op het pro gramma staan vele jubileumevenementen. Veel van dit alles zal zich op plaatselijk initiatief af spelen, met Scoutlngdagen. Scoutweken e.d. Het is de bedoeling dat het publiek de kennismaking weer eens hernieuwt. De nationale viering wordt officieel ingeluid op 30 april, tijdens de verjaardagspartij van konin gin Juliana op Soestdük. Het grasveld zal die ochtend aan Scouting Nederland zyn De week daarvoor speelt er zich overigens al iets af: een groot spel, waarvoor de instructies via de radio zullen worden gegeven, voor alle wel pen, kabouters, verkenners, gidsen, padvindsters. zeeverkenners én andere jeugd. Dat zal zijn op zaterdag 23 mei. Daaraan ia in het Spoorweg museum te Utrecht voorafgegaan een Scouting- postzegelexpositie met padvind(st)erspostzegcls uit alle delen van de wereld die zondag sluit. Tijdens de pinkstervakantie is er op het buiten centrum „Gilwell St—Walrick" te Overassclt bij Nijmegen een feestelijk nationaal patrouillekamp en het Noordelijk Pinksterkamp in Anloo in Drenthe van 15 tot 19 mei zal ook in 't jubileum - teken staan. Van 1 tot en met 9 augustus wordt er onder het motto „Scouting een kans voor de vrede een internationale voettocht gehouden voor de oudere jeugd in Scouting cn wel met ongeveer 100 Ne derlandse deelnemers cn even zoveel buitenland se deelnemers. Vanuit vier plaatsen in Neder land zal men optrekken naar jeugdherberg „Alte reer" te Arnhem, waar tot slot een evaluatie weekend wordt gehouden. Van 3 tot 10 juli zullen de Vinkeveense plassen het toneel zijn voor een nationaal waterkamp voor 2000 waterpadvindsters, watergidsen en zeeverkenners uit binnen- en buitenland, terwijl er van 28 juli6 augustus te Soestduincn een inttrnationale jamborette wordt geboren. Zeer bijzonder wordt „Jongensstad" dat van 18 augustus plaats vindt op het buitencentrum „Gil well Ada's Hoeve" te Ommen voor verkenners cn niel-verkcnners in de leeftijdsgroep van 1115 Op 12 september komt er welpen (de groeperingen nationale speldag, terwyl e een grote Scoutingactie vc jeugdhuis in Kameroen de afsluiting jubileumactiviteiten zal betekenen. Voor informaties: bureau Scouting Nederland. Raamweg 2. Den Haag. H- alle kabouters en in 711 jaar) een neens in het najaar de boi wijde spreiding in elk geval aan! vormgeving is hier en daar echter stard. Groepen komen; groepen dvvijnen. Groepsfusie van meisjes jongens tezamen en ook interconfessi neel zijn aan de orde van de Er is een streven naar grotere, financieel meer zelfstandige groepen. Handicap Scouting en die niet alleen he een enorme handicap: liet tekort a jonge mensen die voor enige jaren c leidsters- of leiderstaak op zich will nemen. Wellicht heeft het te maken n het imago van de beweging; wellii met de vormgeving; wellicht ook met overbelasting, waarmee vele leidste en leiders kampen. Een vicieuze cirlW die doorbroken moet worden! En er is nóg een tekort namelijk het f brek aan professionals op alle r Ter vergelijking: Scouting in Amen heeft één professional op de 100 lede in Engeland is dat er één op de duizel leden en in ons land (het administr lieve personeel wordt niet meegei kend!) naar schatting één op de f Eigen ruimte is ook een levensg probleem. Zowel de onderontwikkel staal, waarin vele groepsbehuizing verkeren als het tekort aan buitencent en kampeerterreinen werkt fnuikend het peil van de beweging. Terecht i Scouting het gaat tenslotte om m liefst 125.000 Nederlandse meisjes jongens meer overheidssteun claim en een duidelijker gehonoreerde pla; in het welzijnsbeleid. Scouting '70: het is een lange weg ten naar Brownsea Island waar in 19 vierentwintig jongens de eerste verkei ners werden: een lange weg Brownsea naar de miljoenen die daag dit merkwaardige veel gekopiee i de en nagevolgde spel spelen. De i daging echter wezenlijk voor Se ling ligt in de toekomst en die m nog worden waar gemaakt! THEO P. M. PAL8TJ 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 10