STORKS WIL KNUPPEL IN HONKBALHOK GOOIEN... COACH GAARTMAN Arbitraal zijn we even ver als toen we begonnen Van onze sportredactie) DEN HAAG Uitspraak van Teun Gaartman aan de uiterst vroege voormiddag van het honkbalseizoen: „Ik heb Storks in het afge lopen jaar leren kennen als een wisselvallige ploeg. Soms speelden ze briljant, op sommige momenten echter kinderlijk". De coach van Storks is daarom hard aan het werk geslagen. „Mijn voor naamste taak is in eerste instantie rust in de ploeg brengen, de stabiliteit verhogen. Dan kunnen we nóg gevaarlijker zijn". Want dat was Storks in het afgelopen seizoen, de soms kinderlijke momen ten ten spijt. „De derde plaats achter de twee groten lands kampioen Sparta en Harlem Nicols mag zeker een goede eind positie worden genoemd. In een double hebben we beide keren van de Nicols gewonnen. Dat had nog niemand gepresteerd". ZATERDAG 31 JANUARI 1970 Vroege en intensieve voorbereiding op seizoen Nieuwe spelers stimulans voor gehele ploeg Pitchers en catchers (werpers en achtervangers) van Storks werpen in de Sportacademie aan de Laan van Poot een inspannende blik in de toekomst, waarin de hoogst geklasseerde Ha.gse honkbalvereniging hoge ogen wil gooien. Vroeger dan ooit maakt Storks zich op voor een nieuw honkbalseizoen. Maar niet alleen vróéger; de voorberei dingen zijn ook uitgebreider en intensiever dan in voor gaande jaren Reeds in de maanden november en december toen de najaarsstormen woedden en natte sneeuw het honkbalcomplex Escamp III voor enige sporütraining ongeschikt maakte verlegde Storks het terrein, waarop conditie kan worden aangekweekt, naar strand en duinen. En ineen wat later stadium tot het eind van februari staat de sportacademie aan de Laan van Poot ter beschikking. Storks maakt vol enthousiasme van deze mogelijkheid gebruikIedere zaterdagmiddag wordt getraind, een specifieke training voor pitchers en catchers in de boven zaal en in de latere middaguren een training gericht op het honkbaltechnische gedeelte van de in steeds groter belangstelling komend zomersport. De training blijft in deze periode niet slechts beperkt tot de zaal. Ook zondags is Storks actief, buiten, op het honkbal- complex aan de Dedemsvaartweg. Voor he^ oog van de buitenwereld voltrekt de ontwikkeling zich vrij wel onopgemerkt, voor de enkeling evenwel is het duidelijk dai gewerkt wordt door een ploeg die zich in het komende seizoen wil opwerpen als een dreiging voor de Nederlandse toptwee, een ploeg die daaraan zo niet alles dan in ieder geval vèèl gelegen is- Storks wenst de hegemonie van Sparta en Harlem Nicols aan te tasten. Men laat zich.er uiierst bescheiden over uit, bagatelliseert de bedoelingen zelfs, zegt slechts te hopen op een redolijk succes. Trainer/coach Gaartman: „Hut spelersmateriaal, waarover ik diit jaar de beschik king heb, wettigt de veronderstelling dat wij behoorlijk kunnen meedraaien. Althans, dat wij voor de topploegen een zware tegenstander kunnen zijn". Teun Gaartman wuift iedere toespeling op een mogelijke kanshebbersral van de hand. Moeilijk te accepteren wanneer naar eigen zeggen „he^ laatste gedeelte van de competitie heeft bewezen hoe ijzersterk de verdediging kan functioneren". Moeilijk te accepteren vooral, omdat TEUN GAARTMAN dat had nog niemand gepresteerd Der 1 januari jl- de overschrijving naar Storks werd bemachtigd van twee spelers uit de top van he^ Neder landse honkbal: de Antillianen Hudsohn en Acrindelll, beiden afkomstig van landskampioen Sparta- De overgang van de twee spelers heeft nogal waj vraag tekens opgeroepen. Maar secretaris G P- van Sorge van Storks wenst a^e geruchten de kop in te drukken, hdult althans niet-begrijpend de schouders op en zegt: „Ach, er wordt zoveel beweerd. Het enige wat ik kan zeggen, is dat Hudson John, al speelde hij voor Sparta, eigenlijk altijd al bij ons vertoefde- Hij woonde hier dicht in de buurt en zijn schoonvader onderhield met onze vereniging bepaalde betrekkingen Hudson John heeft heel veel vrienden in Den Haag. Het is niet zo onbegrijpelijk dat hij voor Storks wil gaan spelen. Van Arrindell weet ik alleen dat hij Sparta enige moei lijkheden zou hebben gehad. Ln dat licht bezien is het niet zo erg vreemd dat hij meieen met Hudson John overschrijving naar ons heeft gevraagd". Storks heeft beide Antillianen met open armen ont vangen. zoals het met spelers uit de West al vele jaren oeeff gedaan. De heer Van Sorge: ,.In onze vereniging nebben altijd al Antillianen gespeeld, meestal een jaar of een paar jaar. Als ze hun studie hadden afgerond, vertrokken ze weer Tegenwoordig ligt dat ie,s anders, ln die zin dat we nu meer de beschikking hebben over Antillianen met een permanent karakter". Waarbij zich nu ook heeft gevoegd ex-HCK-spelcr Martha, een niet geheel onbekende voor de uit Haarlem afkomstige Gaartman. De coach van Storks: „Martha deelde me mee dat hij het bij HCK niet geheel meer naar zijn zin had. Hij vroeg me hoe ik het zou vinden als hij voor Storks ging spelen. Daar kon lk vanzelfsprekend geen bezwaar tegen inbrengen" Tegenover de komst van de drie Antillianen staat het vertrek van Fokke Jelsma. die een betrekking heeft aan vaard in Krommenie en in het nieuwe seizoen voor Har lem Nicols zal uitkomen. Niettemin lijkt Storks versterkt uil de „transferi'-periode gekomen. Zo sterk dat heviger dan ooit het verlangen is ontbrand de knuppel in het honkbal-,,hok" te gooien. Al wenst het die krachten (nog) niet te etaleren. De heer Gaartman, bedachtzaam naar de juiste woorden zoekend: „Aanvallend, maar ook wel verdedigend hebben we natuurlijk aan kracht gewonnen. Hun aanwezigheid (Arrindell, Hudson John) betekent voor de ploeg zonder meer een stimulans. Het arsenaal van binnenvelders is vergroot en zij vertegenwoordigen een dusdanige inbreng dat de verdediging nog sterker is geworden". In welk verband de naam van Pitcher Rudv Dom niet mag ont breken, Rudv Dom wiens goede naam in honkbal-Neder land in het afgelopen seizoen ongewild enige afbreuk werd gedaan door enige minder sterke werpprestaties. Maar evenzeer kon door hem een minder krachtig, af en toe minder geconcentreerd binnenveld voor incidentele zwakke prestaties als verontschuldiging worden aange voerd. Hetgeen, toen ook hij enige jaren geleden voor Sparta uitkwam, niet behoefde te gebeuren. Want nog geheel los van een uit te maken zaak in hoe verre met de toetreding van Hudson John en Arrindell in verdedigend opzicht van versterking sprake zal zijn, hun hoge notering op de vaderlandse hitlijst vormt daar toe zéker een garantie. De heer Gaartman: „lk geloof stellig óók dat Rudy het prettige gevoel zal hebben te weten dat de aanval met deze mensen is versterkt. Zij zullen een grote steun voor onze slagformatie zijn en daardoor hoop ik dat ook onze pitchers meer zullen kun nen incasseren. Rudy in het bijzonder wéét welke krach ten er van hen uitgaan en wat ze waard zijn voor een Teun Gaartman („bijna 42") koestert omtrent coaching zijn eigen opvattingen en gedachten. Zijn maatschappe lijke positie referendaris op tie afdeling Personeels zaken van de gemeentesecretarie van Haarlem vormt daarbij een helder brandend licht op de achtergrond. „Ik probeer voor de spelers niet de boeman te zijn. maar ze te begrijpen. Ik zoek veel contact met ze. want dan willen ze ook in het veld voor je werken. (De heer Van Sörg"ê:"*.Voorar een AnmiiaSïi' 1?"(B3T bijzorftler ftfVOTlig voor"). Onder een,coach versta ik een vertrouwensman. Daarom vindJUl Ittaé MUh je een speler oék kent in zijn normale leven. Voor mij valt of staat een speler niet met zijn honkbalpresteties. Als ze wat min der zijn. zal ik hem er niet minder om waarderen. De sociale begeleiding laat ik het eenvoudiger zeggen de menselijke verhoudingen zijn van groot belang. Ik zou daaraan wel wat meer willen doen, maar het coach zijn van Storks is uiteindelijk een hobby van me". ..Maar ook een uitdaging". WIM SCHILD AMSTERDAM „Eens heb ik gezed, doe het niet langer. Dat was na een wedstrijd bij Suvrikri.Een prettige wed strijd, waarbij ik niet de minste last had van de spelers. Tot sommige sup porters te handtastelijk dreigden te worden. Dat deed bij mij de deur dicht. Ik heb de heren van de bond toen ge zegd; ik wil daar niet meer fluiten, want ik heb thuis een vrouw en twee kinderen, en dan nog slaag krijgen, voor mü hoeft het daar niet meer". Zonder emotie, nuchter en zakelijk ko men deze woorden uit de mond van Neerlands basketbalscheidsrechter nummer 1, de ook op de internationale lijst hooggenoteerde Amsterdammer Piet Leegwater. „De bond zei dat ze dit niet konden accepteren omdat er an ders een precedent geschapen zou zijn" en dus ging Piet Leegwater weer naar Den Haag om er Suvrikri te fluiten en om er met open armen door de spelers te worden ontvangen. „Kijk. ik ben een onafhankelijke flui tist, heb geen binding met welke vere niging ook waardoor bij mij geen enkel belang dan alleen maar een goede par tij basketbal prevaleert. Vandaar dat ik waarschijnlijk ook geen greintje last heb met de spelers" Niet met de spe lers, maar wel enigszins met de Neder landse Basketbal Bond, die volgens Piet Leegwater op een te amateuristi sche leest is geschoeid. Vandaar dat hij steeds vecht tot nu toe nutteloos voor rationalisering en sanering van de arbitrage in het Nederlandse basketbal. „Het seheidsreehterskorps in onze bas ketbalwereld zit in het slop. en als we het niet snel veranderen, blijven we daar. We hebben te veel oudere ik zeg niet incapabele scheidsrechters, die een doorstroming van de jeugd in de weg staan. De jongeren, bij wie diver se goede, krijgen eenvoudig de kans niet om zich te ontplooien, blijven derhalve weg of dalen, doordat ze te weinig wor den ingezet, op den duur in kwaliteit." aldus Piet Leegwater die onlangs 37 is geworden en nog tot de jongere garde behoort, want een basketbalscheidsrech ter krijgt een licentie voor het leven. De FIBA Fédération Internationale de Basketball Amateur stapt van de ze regel niet af. „Waanzinnig" aldus Piet Leegwater. „Als je zin hebt, kan je tot je zestigste blijven fluiten. Dat is toch belachelijk. Daarom vind ik dat er in de basketbal arbitrage een maximumleeftijd moet worden ingesteld. Dat is gewoon nood zakelijk. want deze sport is na, pak weg, je 45ste jaar moeilijk meer bij te benen. Daarbij loop je nog hel risico dat je enorm afgaat. Een voorbeeld hiervan is de Hongaar Cassai, de beste scheids rechter die we in Europa hadden, die na zijn veertigste toch doorging. Nu fluit hij nog, ook internationaal, 'want dat blijf je ook voor het leven. Maar je moet niet vragen hoe. De lovende kritieken die hij vroeger altijd kreeg, zijn veranderd in alleen maar negatie ve reacties. En dat had voorkomen kun nen worden." Piet Leegwater is bij toeval in de arbi BASKETBALSCHEIDSRECHTER PIET LEEGWATER trage terecht gekomen. Als basketbal speler van twintig jaar, bij de Amster damse nu ter ziele zijnde club K. B.V. (Kampioen Bij Volharding), am bieerde hij beslist geen arbitrale func tie. Omdat echter in die tijd de recht sprekers in het basketbal niet dik wa len gezaaid, moest elke vereniging een eigen scheidsrechter meebrengen. De toenmalige Amsterdamse bond wees Piet Leegwater aan om een cursus te gaan volgen. Vier jaar later debuteer de hij in de nationale top met een wed strijd tussen AMVJ en DED. In hetzelf de jaar werd hij internationaal door een examen met goed gevolg af te leggen in het Engelse Loufsborough. „Een l'arce was dat. Als je de spelregels goed kende en ook een beetje wist te fluiten, kreeg je een wedstrijd tussen twee stu dententeams te leiden, waarna je twin tig minuten 'over theorie werd doorge zaagd. Ik haalde het met glans en was meteen international-referee voor mijn leven geworden". Bulgarije en Rusland. Zijn mooi ste. en fijnste wedstrijd was die tussen de meervoudige Europa- Cupwinnaar Real Madrid en de Euro pese selectie. Wedstrijden waarbij hij veel van gedachten wisselde met zijn buitenlandse collega's. En dan kwam Nederland er niet altijd even best af. „Niet dat ik kritiek wil hebben, want ik wil dan welalternatievcn hebben". Gefrustreerd Veel gevraagd Piet Leegwater, die oft Europees ni veau een jaar later (op 14 februari 1962) zijn eerste stappen zette met de dameswedstrijd FrankrijkPolen in Metz, heeft in elk geval zijn benoe ming waar kunnen maken. Hij floot vorig jaar de finale om het Eu ropees kampioenschap tussen Rusland en .Toego-Slavië en op de Universiade in Boedapest de finale dames tussen Enige van die alternatieven heeft Piet Leegwater toch wel in petto. „In Ne derland zijn scheidsrechters die een veelvoud van functies hebben. Ze zijn scheidsrechter, zitten in het bondsbe- stuur, zijn lid van vereniging A en coach van B of zitten zelfs in het be stuur van een vereniging. Deze kerst boomfiguren, zoals ik ze noem, doen de arbitrage in het basketbal geen goed. Niet dat ik aan hun eerlijkheid wil twijfelen, maar het valt het publiek op. De ene week zien ze meneer A bij de wedstrijd PunchSEV als scheids rechter. Een week later zien ze in de zelfde hal deze man als coach van de opponent van Punch. Geen wonder dat het publiek dan een gefrustreerde, me ning krijgt, waarbij de gedachte aan objectiviteit begrijpelijk is. In derge lijke situaties kan subjectiviteit beslist om een hoekje komen kijken. Dat zijn toestanden waar we zo gauw moge lijk van af moeten. Door dat veelvoud van functies kom je ook nooit tot een bevredigende en eerlijke oplossing. „Ik heb wel eens voorgesteld om de topscheidsrechters in het basketbal tè gaan betalen. We weten dat bij som mige verenigingen het een en ander onder de tafel wordt geschoven, dat trainingspakken en uitrusting gratis ter beschikking worden gesteld, of contri butie taboe is. En wij, wij krijgen niets Ik pleit niet voor mezelf, want ik heb als bedrijfsleider bij Albert Heijn een behoorlijke baan, maar het moet naar twee kanten werken. Het animeert en je krijgt toeloop van ambitieuze jonge kerels. Natuurlijk komt er een enorm kwantum los, maar hieruit kun je kwa liteiten halen, die voor de hoognodige doorstroming moeten zorgen". Maar die betaling is nu juist zo moei lijk. omdat bij de „kerstbomen" dan de clubbelangen want clubs moeten het tenslotte opbrengen gaan pre valeren boven de bondsbelangen. Als ze dan zeggen: ja, maar we staan nog in de kinderschoenen, is dat onzin. Als je 20 jaar bestaat, kun je niet meer van kinderschoenen praten". Hoe het zou moeten, weet Piet Leeg water wel. „Kijk maar naar Frankrijk. Dat heeft een geweldig goed seheids reehterskorps. Daar is men enige jaren geleden gaan betalen. De gages zijn al een paar keer verhoogd. En ziet, de oudere garde is afgevallen en er zijn jongeren en betere overgebleven. In Nederland blijven we achter lopen op deze manier, want arbitraal zijn we nog even ver als toen we begonnen, we be zitten nog dezelfde conceptie als 15 jaar geleden, terwijl het basketbal een enorme vooruitgang heeft ondergaan". „Maar ook in de FIBA wenst men be paalde regels niet te veranderen en houdt men vast aan de functie voor het leven. De N.B.B. houdt zich aan de FIBA-bepalingen. We moeten eens ver standig gaan denken. Dan moet het mogelijk zijn om eigener beweging een maximale leeftijd in te stellen. Dat zal ongetwijfeld wel problemen met zich meebrengen, want als je een goe de vent hebt van 45 jaar, is het niet 'eenvoudig hem te laten gaan. Maar je moet toch ergens beginnen". Afgelopen Terwijl Piet Leegwater bladert door zijn dikke plakboeken en vol trots zijn enorme hoeveelheid internationale sou- veniers zoals speldjes, wandborden en horloges laat zien. denkt hij al aan de elfde februari, aan de wedstrijd in Lyon tussen Villeurs Bannes en Crvena Zver- da om de Europa-Cup voor heren, die hij zal leiden. Wat velen vei'zuimden, heeft Piet Leegwater gedaan. Hij volg de wel de evolutie van het basketbal. Vandaar ook dat hij hoopt op een uit nodiging voor de Olympische Spelen van München. „Daarna is het voor mij afge lopen. Dan ben ik 39 en dat is voor mij oud genoeg". icentreerd het duel tussen Standard Luik en Flamingo's in het nieuwjaarstoernooi l<OKROOH

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 13