OPEN COMMUNIE AIS
TEKEN VAN EENHEID
DEMONSTRATIEF CONCERT
RESIDENTIE-ORKEST
Twee rapporten „Duidelijkheid
laten vele vragen open
Zondag
experiment
in Breda
MGR. BLUYSSEN:
Bisschoppen dienen
breuk te voorkomen
CIDSE schat
Biafrahulp
op 10 miljoen
KWESTIE
CELIBAAT
DUIDELIJK
STELLEN
Hal Stedelijk
Museum bezet
"O SATERDAG 17 JANUARI 1970
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 8
(Van a
e redacteur geestelijk leven)
DRIEBERGEN ..De Intercommu
nie is nog geen officieel feit, maar
de open communie behoort tot de mo
gelijkheden. Verschillende Kerken heb
ben reeds officieel of officieus ver
klaard, dat zij elkanders leden graag
als gasten zullen ontvangen... is het
niet mogelijk om in de bidweek om
eenheid elkander uit te nodigen, echt
gast te zijn in een andere kerk?"
Dit schreef de algemeen secretaris
van de St.-Willibrordvereniging en
van het oecumenisch actiecentrum te
Driebergen, pastoor C. Roeleveld, vo
rig jaar bij gelegenheid van de inter
nationale bidweek om eenheid (18
25 januari).
Dit jaar heeft deze oproep zijn reper
cussies. Het meest opvallend daarvan
is het initiatief van Breda. Daar zul
len alle Kerken morgen de
deuren openstellen voor gasten uit
andere Kerken om deel te nemen aan
eucharistieviering, avondmaal of een
eenvoudige protestantse woorddienst
In de acht wijken, waarin de stad
kerkelijk is ingedeeld, zal telkens éen
katholieke kerk gasten ontvangen uit
de protestantse hoek, én omgekeerd
zullen de verschillende reformatori
sche gemeenten graag ktaholieken
welkom heten, ook aan het avond
maal. Deze actie „open communie"
is voorbereid in wijkberaden, vanaf
de preekstoel en in de pers. De twee
de stad, die zich enige tijd geleden
met een soortgelijk experiment meld
de, Den Bosch, heeft deze week moe
ten vaststellen, aan een zo verregaan
de gastvrijheid nog niet toe te zijn.
Een van de belangrijkste bezwaren
daar is, dat met name van katholie
ke zijde de gelovigen niet voldoende
voorbereid zijn om met „open com
munie" geconfronteerd te worden.
Pastoor Roeleveld, reeds zes jaar dag
in dag uit bezig met de vraagstukken
betreffende de toenadering van de
Kerken tot elkaar: „Al meer dan tien
jaar zijn wij, katholieken en protes
tanten, met elkaar over eenheid aan
het praten. We hebben kerkelijke ver
kenningen gedaan op onschuldig ter
rein: in gebedsdiensten, tijdens ad
vent en internationale bidweken. We
doen aan kanselruil: de dominee op
de preekstoel van de pastoor en om
gekeerd. Zelfs intercelebratie is ons
niet vreemd: pastoor en dominee sa
men aan het altaar. Maar nog nooit
hebben we elkaar ontmoet, waar Ker
ken Kerk-zijn, bij eucharistie en
avondmaal, om elkaar juist daar van
binnenuit te leren kennen. Intussen
groeien de Kerken aan de top steeds
meer naar elkaar toe. In Nederland
erkennen we eikaars doop. Bij ge
mengde huwelijken accepteren we el-
kaars huwelijksinzegening. Nu moeten
wij verder".
Intussen hebben de grote Kerken in
ons land mogelijkheden geschapen
voor deelname aan eikaars eredienst.
De synode var. de gereformeerde
Kerken heeft de kerkeraden verlof ge
geven het avondmaal open te stellen
voor andere christenen. De Nederland
se Hervormde Kerk heeft de zaak
principieel geregeld in 1968-1969. En
aan katholieke zijde zijn er de richt
lijnen van februari 1968 voor gemeng
de huwelijken, waarbij deelname aan
de eucharistie door de protestantse
partner en zijn familie en kennissen
is toegestaan. Pastoor Roeleveld: „De
ze richtlijnen moet je positief en
breed uitleggen. Bij gemengde huwe
lijken wordt verondersteld, dat de
partners gelovig voor eikaars Kerken
openstaan. Maar er zijn ook buiten
deze categorie heel wat mensen, die
oprecht oecumenisch zijn ingesteld.
Waarom zouden dezen niet in de gele
genheid mogen zijn om de andere
Kerken van binnenuit te leren kennen?
Paus Paulus heeft als zijn mening ge
geven. dat in zo'n geval de gelovigen
niet overvallen mogen worden. Ik
meen, dat in ons land van overvallen
nauwelijks sprake kan zijn. Het se
cretariaat voor de eenheid, dal open
communie nog verbiedt, gaat in zijn
richtlijnen uit van de globale wereld
situatie. Het moet mogelijk zijn, dat
Nederland, in zijn unieke situatie van
fifty-fifty verhouding tussen katholie
ken en protestanten, een stap verder
gaat. Wij zijn eraan toe, en wij zien
geen andere weg meer".
In oecumenische kringen spreekt men
liever niet van „intercommunie" om
dat dit duidt op een juridische een
heid van de Kerken, en die is er niet.
Het begrip „open communie" is rAeer
evangelisch. Het wil zeggen, dat de
Kerken elkaar uitnodigen als gast bij
eucharistie en avondmaal. Pastoor
Roeleveld: „Wij zijn als de Emmaüs
gangers op weg, we eten met elkaar,
en ontdekken dan wie we zijn. De oe
cumenische adviseurs zijn uitgepraat
Nu zullen de gelovigen moeten tonen
of de eenheid Van de Kerken hun wer
kelijk tér harte gaat. Dat kun je al
leen maar als .je elkaar hebt meege
maakt bij de diepste dingen die je
bezighouden. Blijkt het de gelovigen
niet te interesseren, dan is oecumene
een farce. Dan zijn we uitgekaart.
Ook al sluiten we nog zoveel onder
linge dooperkenningen. Dan is alle
energie en tijd verspild".
Opvallend is dat op 't moment, waar
op de Kerken hun eucharistie en
avondmaal beginnen open te stellen, in
bepaalde kringen de oude tegenargu
menten weer de kop opsteken: de
werkelijke (jawel: vleselijke) tegen
woordigheid van Christus in brood en
wijn, de plaats van de dominee en
dergelijke. Pastoor Roeleveld: „Als
ambt en avondmaal in de reformatie
niet gefunctioneerd hadden, zal het
tweede Vaticaans concilie dan het
Kerk-zijn van de protestanten hebben
mogen erkennen?"
De kalenderliefde tussen de Kerken,
met oecumenische adventsdiensten en
gebedsstonden in de internationale bid
week, is een achterhaalde zaak. Het
wordt nu menens tussen de Kerken:
zij zullen elkaar „pakketten van li
turgische diensten" moeten aanbie
den, waaruit de gelovigen naar eigen
geweten kunnen kiezen: eucharistie,
avondmaal, woorddienst. Durven ze
dit aan? Breda is de eerste stad waar
op grote schaal een poging wordt ge
waagd.
Protest tegen
minister CRM
I' (Van onze muziekredactie)
In deze emotievolle tijden raken we
net veel vertrouwd, doch nog nooit heb-
l>en we meegemaakt, dat in het publiek
«en gemeentelijke overheid tegen het
rijksgezag, zulks in het bijzijn van twee
duizend toehoorders, protesteerde.
Dat gebeurde gisteravond in de Prins
Alexanderzaal van het Nederlands Con
gresgebouw te 's-Gravenhage tijdens het
optreden van het Residentie-Orkest on
der leiding van Willem van Otterloo. Op
concert, het negentiende in successie,
dat telkenj are dit ensemble aan de
gemeente 's-Gravenhage aanbiedt.
Doch ditmaal was de atmosfeer geladen.
Dat bleek al uit een telegram door het
Rotterdams Philharmonisch Orkest aan
de Haagse collega's verzonden en door
de directie-secretaris mr. P. W. Schiehaf
voorgelezen.
„Bestuur, directie en leden van het
Rotterdams Philharmonisch Orkest be
tuigen adhesie met uw protest tegen de
ministeriële beschikking naar aanleiding
i het rapport-Scholten. Wij spreken de
hoop uit, dat de klanken van dit concert
tot in Rijswijk mogen doordringen en in
de voor onze beide orkesten onaanvaard
bare situatie spoedig verbetering zal
komen".
Nog duidelijker werd het, toen na de
briljant voorgedragen Wilhelm Teil
ouverture van Rossini, burgemeester mr.
V. G. M. Marijnen, het podium betrad
AKEN (KNP) Onder voorzitterschap
van kardinaal Alfrink is gisteren in Aken
In spoedzitting bijeen geweest het da
gelijks bestuur van de internationale
werkgroep voor sociaal-economische
ontwikkeling (CIDSE), het overkoepe
lend orgaan van de bisschoppelijke vas
tenacties van West-Europa, de Verenig
de Staten, Canada en Australië. Ook
een afgevaardigde van de wereldraad
van Kerken woonde de vergadering bij.
De spoedzitting was bijeengeroepen om
de bijdrage vast te stellen van de
CIDSE aan de hulp. die geboden moet
worden aan de wederopbouw van de
geteisterde gebieden in Nigeria.
Geschat wordt dat voor op zeer korte
termijn te ondernemen structureel her
stel en sociale projecten een bedrag van
tenminste 10 miljoen gulden nodig zal
zijn. Hoeveel op langer termijn nood
zakelijk moet worden geacht, kan pas
geraamd worden nadat de lokale instan
ties in Nigeria de definitieve plannen
zullen hebben voorgelegd.
Het bestuur van de bisschoppelijke
vastenactie Nederland vergadert vrijdag
om te bepalen welke bijdrage in 1970 ter
beschikking zal worden gesteld. Het is
te verwachten dat de hulp aan Nigeria
zijn stempel zal drukken op de komen
de campagne van de vastenactie Ne
derland en een extra-beroep doen op
de geefbereidheid.
om na hare excellentie dr. M. A. M.
Rlompé, minister van Cultuur, Recreatie
en Maatschappelijk Werk, de voorzitter
van de commisie-Scholten en vertegen
woordigers van de raad van de kunst
hartelijk begroet te hebben, dit negen
tiende gemeenteconcert nader ging karak
teriseren.
Protestcoucer t
Was dit concert een „gewoon concert?"
Hier en daar is het een „protestconcert"
genoemd. Zo ver wil ik niet gaan. Maar
als u het vanavond met mij een „demon
stratief concert" wilt noemen, dan ga ik
daar wel graag mee akkoord, al kom ik
dan wel een beetje in een moeilijk parket,
want ik moet dan als burgemeester
toestemming geven voor een deraonstatie
die ik zelf wil helpen houden. Bovendien,
wat wij vanavond wilen demonstreren,
behoeft in feite niet gedemonstreerd te
worden. Hier voor u zit dat is alom
bekend en erkend een orkest van
internationale faam en allure.
Een orkest, dat niet alleen toon
aangevend is in het nationale muziek
leven, maar dat jaar in, jaar uit -r- de
Nederlandse naam op het gebied van dc
muziekcultuur in de wereld uitdraagt op
grote internationale concertreizen. Wat
valt er dan te demonstreren?" aldus
burgemeester Marijnen, die vervolgde:
„Dit negentiende gemeenteconcert, waar
op ik, geheel tegen de gewoonte in, als
spreker-solist optreed, leek ons de ge
legenheid om uitdrukking te geven aan
de gegriefdheid en de teleurstelling die
er leven zowel in het orkest als bij
het gemeentebestuur omtrent een
rapport over de subsidiëring van het
Nederlands orkestwezen door de rijks
overheid, dat door de minister van
C.R.M. is aanvaard.
Rapport Scholten
In dat rapport werd, kort gezegd, vast
gelegd dat er één orkest in Nederland
zal zUn het Concertgebouworkest
dat hogere subsidies zal krijgen lan alle
andere. Die andere zullen alle op ge
lijke wijze gesubsidieerd gaan worden
volgens een lagere norm dan het Am
sterdamse orkest.
Daar zijn wij teleurgesteld over en dat
willen wij ook openbaar duidelijk
laten weten. Het stelt ons evenzeer te
leur, dat men het nodig heeft gevonden
dit rapport uit te brengen en te aan
vaarden. terwij] men met de studie over
deze zaak nog geenszins gereed is.
Wij vragen ons a'. hoe en waarmee
de commissie Scholteu kan motiveren,
verklaren en aannemelijk maken, dat er
in Nederland maar plaats is voor één
orkest van internationaal topnivco-' ter
wijl naast het Concertgebouworkest in
Nederland minstens óók het Residentie
orkest zich in de keiharde internationale
muziekpraktijk als zodanig heeft be
wezen, dus als zodanig bestaat.
Wij vragen ons ook af. waarom een nu
met name genoemd orkest ten nadele
vooral van ons Residentie-orkest, door
een subsidiemaatregel voorgoed in de
situatie wordt geplaatst, waarin het in
een superklasse ..hors concours" is ge
steld.
Wij vragen ons af of hier ook niet ten
onrechte een verkeerde traditie in het
spel is geweest, die leidt tot een bevoor-
rechting van de culturele instellingen
van de hoofdstad.
Het is spijtig, dat er in deze tijd
van revolutionaire ontwikkeling, óók op
cultureel gebied in Den Haag van
daag zulke vragen kunnen worden ge
steld.
Het is spijtig, omdat de na-oorlogse
verstedelijking van ons land ons hier en
daar al hardhandig denk maar aan de
industrie en de werkgelegenheid heeft
geleerd, dat wij in deze tijd anders moe
ten denken".
de hoop uit, dat ook voor het Residentie
orkest onder leiding van sjjn eminente
dirigent Willem van Otterloo „de natuur
sterker zal blijken dan de leer".
Op deze emotievolle voordracht volg
de een niet minder emotievolle vertol
king van Beethovens Zevende sym-
En na de pauze kon men, dank zij de
solist Jan Wijn, het voortreffelijk be
speelde pianoconcert van Edward Grieg
beluisteren, gevolgd door de tweede
suite uit Daphnis et Chloe van Maurice
Ravel, een werk, dat Willem van Otter
loo als dirigent een internationale ver
maardheid >wft bezorgd.
Een muzikale manifestatie, die onge
twijfeld op de officiële genodigden in
druk moet hebben gemaakt.
Reorganisatie
Rott. Orkest
verworpen
ROTTERDAM (ANP) Het hoofdbe
stuur van de Nederlandse Toonkunste-
naarsbond een z.g. categorale bond
is het volkomen oneens mer reorgani
satievoorstellen voor het Rotterdams
Philharmonisch Orkest, die kortgeleden
door een commissie van drie onafhanke
lijke personen bij de Rotterdamso wet
houder van kunstzaken zijn ingediend.
Deze toonkunstenaarsbond die ver-
verklaart dat circa eenderde van de Rot
terdamse orkestleden bij haar is aange
sloten wenst een bestuur gekozen door
de orkestleden, organisatorische leiders
benoemd door de gemeenteraad op voor
stel van de orkestleden, op korte termijn
een CAO en een artistieke commissie,
bestaande uit drie musicv en twee diri
genten, alle andere zaken kunnen in de
CAO worden geregeld.
De drie onafhankelijke personen zijn dr.
J. Bartels, voorzitter Rotterdamse kunst
stichting, A. de Boon, tweede voorzitter
N.V.V. en E. Poslarsky, directeur van
de muziekschool in Rotterdam.
De Nederlandse Toonkunstenaarsbond
spreekt over een paternalistisch beleid
van de .achtereenvolgende besturen, dat
steeds opnieuw tot spanningen heeft ge
leid. De musici, die vijftig jaar geleden
het orkest oprichtten, hebben in 1938 het
zelfbestuur verloren. Het onderzoek van
de commissie-Bartels is heel weinig se
rieus geweest, aldus de NTB.
BEIROET (AFP) Vijf Egyptische
officieren, die verantwoordelijk zijn ge
steld voor het gelukken van de Israë
lische kaping van het radarstation van
Ras Ghareb op 26 december vorig jaar.
zijn ter door veroordeeld, aldus het Li
banese blad „Al Hayat".
Het blad had dit van diplomaten in
Cairo vernomen. De beschuldigingen va
rieerden van verwaarlozing tot verraad.
Een van de ter dood veroordeelden is
de commandant van de basis, een ko
lonel. Al Hayat schrijft dat volgens de
zegslieden de vonnissen niet zullen wor
den uitgevoerd „om de gevoelens van
de Egyptische officieren niet te kwet-
(Van een onzer verslaggevers)
DEN BOSCH Bisschop Bluyssen
van Den Bosch heeft in het Bossche bis
domblad verklaard dat de celibaatskwcs-
tie tegenover de wereldkerk en Rome
duidelijk en scherp gesteld moet worden.
Het gaat volgens hem om een urgente
zaak. Dit had ook bedoeld te zeggen, toen
hij in een discussie op het pastoraal con
cilie had verklaard bereid te zijn tot het
spelen van hoog spel, zij het dat dit niet
ten koste moeht gaan van de wereldkerk.
„Op het stuk van de celibaatswet",
aldus de bisschop, „is het zo dat er wel
eens een breuk zou kunnen komen. De
kwestie ligt zo gevoelig dat terecht de
vraag kan opkomen of er geen risico is
van geïsoleerd raken. Het is de opdracht
van de bisschoppen dat te voorkomen."
De bisschop herinnerde hierbij aan de
Oud-Katholieke Kerk, die ook op secun
daire punten van Rome afgescheiden
Verder meende mgr. Bluyssen dat
voor de bisschoppen de keuze tussen loya
liteit met eigen Kerk of met Wereldkerk
nooit komen mag. Hij pleitte tenslotte
voor de lange weg van het overleg. „Ik
zou het zeer betreuren als het beleid van
de bisschoppen doorbroken zou worden
met voldongen feiten en ik zou er ook
geen genoegen mee nemen".
Een enquête onder een paar duizend
kerkgangers in vier Nijmeegse parochies
heeft in grote lijnen de uitkomsten van
het pastoraal concilie bevestigd. Een
duidelijke meerderheid bleek de conclu
sies inzake de afschaffing van de celi
baatsverplichting te steunen. Een uitzon
dering vormde echter de kwestie van de
IN AMSTERDAM
AMSTERDAM (ANP) Enkele tien
tallen kunstenaars hebben gisteren de hal
van het Stedelük Museum in Amsterdam
bezet uit protest tegen de verwijdering
van de BBK-actiestand uit de tentoon
stelling van de Amsterdamse kunste-
naarswerkgrocp in de nieuwe vleugel van
het
j vrouw in het ambt. Van de jongeren
i toonden zich 40 procent en van de oude-
ren 20 procent voorstander hiervan.
Zij bleven in het gebouw achter na de
opening van een tentoonstelling van de
Amerikaan Oldenburg. BBK-svcretaris
Ernst Vijlbrief zei, dat men niet zou ver
trekken, voordat de BBKstand weer op
de tentoonstelling terug zou zijn.
Een van de bezetters vertelde in een
telefoongesprek, dat er een „grote hoe
veelheid" voedsel is. Toen de laatste be
zoekers in de loop van de avond het mu
seum verlieten, zou van de gelegenheid
gebruik zijn gemaakt om brood, kaas en
pakken melk naar binnen te smokkelen.
Leger moet sport
accommodaties
voor particulieren
openstellen
(Van onze parlementaire redactie)
l)EN HAAG Het Tweede-Kamerlid
C. Kleisterlee (KVP) heeft er in schrifte
lijke vragen bij minister Den Toom van
Defensie op aangedrongen over te gaan
tot het in ruimere mate en op gemakke
lijker wijze beschikbaar stellen van mi
litaire sportaccommodaties aan niet-
militaire sportorganisaties.
Het Kamerlid sluit hiermee aan op
vragen van gelijke strekking, die het
Haagse gemeenteraadslid W. du Chati-
nier (KVP) enkele maanden geleden aan
B..en W. van zijn gemeente stelde. Het
Haagse gemeentebestuur richtte zich toen
schriftelijk tot het ministerie van De
fensie, maar kreeg tot heden geen af
doend antwoord Door het beschikbaar
krijgen van militaire sportaccommoda
ties hoopte men in Den Haag de (sport )-
terreinen en zalennood te kunnen ver
minderen.
Ontslag van
De Saeger
gaat niet door
BRFSSEL Koning Boudewjjn heeft
het ontslag van minister van Openbare
Werken, De Saeger, geweigerd, en de
politieke storm in Brussel is gaan liggen.
Minister De Saeger nam gistermiddag
deel aan kabinetsraad. Het feit, dat de
minister aanblijft betekent dat zijn zes
jarenplan zal worden uitgevoerd. De
voornaamste punten van dit plan zijn
de rechttrekking van het Nauw van
Bath op de Schelde, radarbebakening
over de hele lengte van de stroom, van
de zee tot in Antwerpen, en de uit
bouw van Zeebrugge tot een diepzee
haven. In een eerste stadium zal de
haven van Zeebrugge worden uitgerust
met een vaargeul en 'n sluis voor schepen
tot 125.000 ton, later mogelijk aangepast
voor schepen tot 225.000 ton.
Inlevering van
wapens op Cyprus
NICOSIA (Reuter) De beweners van
Cyprus moeten binnen tien dagen even
tuele wapens b(j de politie inleveren. Als
zjj dit niet doen. wachten hun strenge
straffen, zo heeft de minister van Binnen
landse Zaken, Komodromos. bekendge-
De dag tevoren had de regering zich
akkoord verklaard met een wetsvoorstel,
dat voorziet in voorlopige hechtenis van
maximaal drie maanden voor personen
die verdacht worden van het v oor be rei-
/an ernstige misdrijven.
Commissies hebben zich
beslist onvoldoende
uitgesproken over
positie nieuw gekozen
volksvertegen woordigers
Groot-regeerakkoord:
NIEUWE NAAM,
DIE OUDE
LADING DEKT?
de „Groep van 18" en van de KVP) voor een niet
onbelangrijk deel hetzelfde terrein bestrijken, zijn
evidente verschillen aan te wijzen. Het rapport,
dat de KVP-commissle het licht heeft doen zien,
zegt zich uitsluitend te willen bezighouden inet
die zaken, die zonder wijziging van de grondwet
tot stand kunnen komen, maar ook hier is het le
ven sterker dan de leer. Onder punt 5 wordt met
name gezegd, dat „de huidige afbrokkeling en
uitsplitsing van het partijstelsel een rechtstreek
se bedreiging voor bet democratisch en krachtig
functioneren van het staatsbestel" vormt. Onder
punt 8 zegt ditzelfde rapport, dat „politieke ver
nieuwingen hoge prioriteit verdienen". Weliswaar
wordt hieraan toegevoegd „in het voor de komen
de parlementaire periode op te stellen regerings
program", maar dat betekent, dat beslissingen
binnen het kader van de KVP, of van de drie sa
menwerkende christen-democratische partijen
ten principale in 1970 genomen jnoeten worden
Ms dan bovendien aan deze stelling, die in hel
i_ >'t (kennelijk op grond van het eerdere
uitgangpunt: geen voorstellen tot grondwetswij
ziging) niet nader wordt uitgewerkt, is toege
voegd vernieuwingen dienen te worden ge
dragen en onder leiding van een ka
binet met een zo u-eed
stelling", dan roept deze stelling vraagu.-Kcns <-*>.
Immers: het KVP-rapport zou moeten gaan ovei
„de duidelijkheid". Ondei een „kabinet met een
zo breed mogelijke politieke samenstelling" ver
staat men als het om zulke belangrijke en voor
de toekomst wellicht beslissende zaken gaat
toch een „nationaal kabinet". Het is immers niet
-wel denkbaar, dat de commissie-Veldkamp zich
inpliciet heeft willen uitspreken voor de gedachte,
neergelegd in het boek van dr'. ir. A. Vondeling
„Nasmaak en Voorproef" om voor de invoering
van het districtenstelsel een verbond KVP-PvdA
te stichten, welk verbond na deze zaak te heb
ben afgedaan, direct nieuwe verkiezingen uit
schrijft. Zou men wel met die gedachte hebben
gespeeld, dan was het „duidelijker" geweest dit
ook maar onomwonden neer te schrijven.
Men kan dus slechts constateren, dat het nau
welijks meer denkbaar lijkt, dat hetzij de KVP.
hetzij de „Groep van 18" tot uitspraken komt,
die in de periode vóór 1975 een einde zullen kun
nen maken aan de „rechtstreeks* bedreiging van
het democratisch functioneren van ons staatsbe
stel". Hetgeen met niet minder dan 14 partijen
en groepjes in het parlement van nu een diep
betreurenswaardige zaak genoemd moet worden.
Het gaat hierbij niet om duidelijkheid in de KVP,
het gaat wel om het parlementaire stelsel als zo
danig. Zoals dit stelsel thans werkt soms met 33
sprekers bij één begroting wordt de zelfmoord
stap voor stap dichterbij gebracht
Groot-regeerakkoord
De strijdigheid in het rapport van de KVP op het
onderdeel van de staatsrechtelijke vernieuwin
gen terzijde latend, hebben beide rapporten
zich uitgesproken voor het sluiten van een groot
regeerakkoord, indien dit mogelijk is, én op ba
sis van wederkerigheid.
Dit laatste is uiteraard wel de minimum-eis, die
men aan een dergelijke operatie mag stellen. Niet
ten onrechte noemt echter de KVP-commissie een
dergelijk akkoord een stembusakkoord. Deze
laatste naam was na de partijraad van de KVP
van december 1967 in Arnhem kennelijk een te
belast begrip. Maar is er nu feitelijk niet slechts
sprake van een nieuwe naam die een oude lading
dekt?
Het stembusakkoord is destijds door de KVP in
overgrote meerderheid afgewezen. De argumen
ten voor die afwijzing waren talrijk en het is
daarom onbegrijpelijk, dat beide commissies op
nieuw bereid zijn een dergelijk stembusakkoord
aan de drie christen-democratische partijen aan
te bevelen. Slechts enkele bezwaren ertegen die-
nên hier te worden herhaald, juist omdat die be-
ywnr.-->-. fundamenteel zijn mede gelet op d>
opstelling van ARP. CHU en KVP - ,.,.riiv.
politieke constellatie.
Alle drie de partijen hebben gedurende de laatst»
twaalf maanden steeds weer benadrukt, dat zij
„hun eigen identiteit" niet willen prijsgeven. Wel
nu: door het sluiten van een groot-regeerakkoord
verdwijnt die eigen identiteit. Het is dan name
lijk niet meer interessant of men KVP. ARP, CHU
of partij A stemt, omdat de lotaliteil al dan niet
de regeerbare meerderheid haalt Niet het pro
gram, dat de drie christen-democratische partij
en wensen te verwezenlijken is het centrale the
ma in een verkiezingscampagne, maar „het ver
kocht-zijn" aan de vierde partner zal doorslag
gevend worden voor de keuze vón de kiezer. Niet
de christen-democraten, maar de vóór de verkie
zingen gekozen partner bepaalt hoe sterk de
ARP, CHU en KVï* uit de stembusstrijd zullen
komen.
Dat is onwezenlijk en onwaarachtig. Men kiest
christen-democratisch of men doet het niet; men
is voor een consequent-vooruitstrevend program,
gebaseerd op en gevoed door die drang tot ver
nieuwing van de samenleving, voortvloeiend uit
de christelijke inspiratie, of men is tegen het be
drijven van politiek op deze grondslag. Het aan
gaan van een groot-regeerakkoord is het eten van
twee walletjes, het hinken op twee gedachten,
het bevorderen van de onduidelijkheid in plaats
van de duidelijkheid. Nog geheel afgezien van het
feit dat een dergelijk akkoord leidt naar het
twee-partijenstelsel, dat de KVP afwijst en dat
in strijd iff met de eigen „identiteit" van het Ne
derlandse volk, zoals zich dat in al zijn verschei
denheid steeds weer openbaart.
Vervroegd
In dit kader past nog een opmerking, die men
als „formeel" kan bestempelen, maar die
daarmee toch niet kan worden afgedaan. Wan
neer het kabinet-De Jong zijn plannen doorzet
zullen de verkiezingen worden vervroegd, zodat
deze waarschijnlijk in februari 1971 zullen plaats
vinden.
Gelet op de besluiten, die het AR-convent heeft
genomen, zal in het naiaar van 1970 slechts
luttele maanden vóór de verkiezingen dus het
programma van de drie gereed zijn. De kandida
ten op de lijsten van KVP, ARP en CHU zullen
onder dót programma hun handtekening moeten
plaatsen. Dan weten zij waarvoor zij zich in de
nieuwe parlementaire periode zullen moeten in
zetten. De verklaring, die de kandidaten dienen te
ondertekenen, zal daartoe wel beperkt moeten
worden. Het feit, dat het hier om een gemeen
schappelijk program van „de drie" gaat. sluit
reeds dc bereidheid van de kandidaat tot samen
werking met ARP en CHU in. Het eventueel af
te sluiten groot-regeerakkoord zal echter pas in
een veel later stadium tot stand kunnen komen.
Er rijzen dan talrijke vragen: wie sluit een der
gelijk akkoord? hoe is men aan zo'n akkoord ge
bonden? welke instantie is in staat, bijvoorbeeld
tijdens een kabinetsformatie of als gevolg van
de uitslag van de verkiezingen, het akkoord nie
tig te verklaren?
Men kan de vraagstelling ook omdraaien dooi
zich te baseren op het ongeschreven staats
recht. zoals dat thans geldt voor een kabinets
formatie: de nieuw gekozen Kamerleden beraden
zich in de fracties op de uitslag van de verkie
zingen. de voorzitters van deze fracties peilen het
gevoelen van de fractie en gaan op basis daar
van hun advies voor de formatie aan de koningin
uitbrengen. Dit leidt tot de aanwijzing van een
formateur etc. etc. De inspraak van de nieuw
gekozen Kamerfracties in de bestaande procedu
re is echter overduidelijk aanwezig en wel vanaf
het meest prille stadium. Tenslotte zal de nieu
we Kamer zijn goedkeuring uitspreken op het re-
.geringsprogram, dat het nieuwe kabinet heeft op
gesteld.
Bij het afsluiten van een groot-regeerakkoord
moet men er van uit gaan, dat dit geschiedt door
de drie partijen. De vraag of dat de dagelijkse
besturen, partijbesturen of hoogste partij colleges
als partijraad, partijconvent of algemene verga
dering zijn, is minder relevant. Het is echter een
vaststaand feit, dat de nieuwe fracties op het mo
ment van afsluiting van een dergelijk akkoord
«liet bestaan en derhalve ook geen inspraak kun
nen hebben. Men kent zelfs hun samenstelling
niet eens, omdat de stembus nog niet gesproken
Hoe wil men nu een gekozen Kamerlid verplich
ten tot steun aan een dergelijk groot-regeerak
koord, zonder dat hij-zij ook maar de geringste
invloed op dat akkoord heeft kunnen uitoefenen?
Hoe wil men een dergelijk. Kamerlid verplichten
zijn stem vóór een nieuw kabinet uit te brengen
els dat nieuwe kabinet met het regeringsprogram
voor de Kamer verschijnt als hij-zij zich wellicht in
geweten en als gekozen volksvertegenwoordiger
oiet met onderdelen van het program kan vereni
gen, omdat hij in fractieverband geen enkele in
vloed op het regeringsprogram, noch op de poli
tieke samenstelling heeft kunnen uitoefenen?
Kortom, het lijkt erop, dat men de crisis, die dc
parlementaire democratie doormaakt, wil oplos
sen door het parlement te bedoven van zijn
zwaarste bevoegdheid: de lnvloegd op regerings
program en regeringssamenstelling!
Aanbeveling
In dit verband kan ook nog verwezen worden
naar de aanbeveling van beide commissies
„duidelijkheid" om de nieuw gekozen Tweede
Kamer bij stemming een aanbeveling te laten op
stellen voor de formateur. Handelt bij deze stem
ming het gekozen Kamerlid als lasthebber van de
gene, die het groot-regeerakkoord heeft gesloten?
Of kan hij hie - handelen op basis van de uitslag
van de verkiezingen, derhalve rekening houdend
met de uitspraak, die de kiezers hebben gedaan
en waarover do nieuw gekozen fracties zich heb
ben kunnen beraden? De idee zelf om de nieuw
gekozen Kamer een aanbeveling voor de aanwij
zing van een formateur-premier te doen opstel
len is positief te waarderen. In het kader van de
hiervoor geschetste problematiek hebben de com
missies zich beslist onvoldoende uitgesproken
over de positie waarin de nieuw gekozen volks
vertegenwoordigers zullen terechtkomen.
Samenvattend stelt het dus teleur, dat zij, die tot
de aanbevelingen voor het groot-regeerakkoord
zijn gekomen, kennelijk aan al deze aspecten
geen aandacht hebben besteed, zelfs niet de tal
rijke bezwaren van algemeen politieke aard tegen
het grote stembusakkoord in hun overwegingen
hebben betrokken. Een discussie wordt daardoor
wel bijzonder moeilijk. Dit bevreemdt des te
meer, omdat beide commissies tot een conclusie
in deze komen (zij het wat afgezakt dooi „zo
mogelijk") die strijdig is met de meerderheids
opvattingen in de KVP.