Verdwijnt ijshockey van antieke HOKIJ...? ...MET C-TOERNOOI VOOR W.K.IS HET IN IEDER GEVAL GEDAAN „Ik heb judo één keer op straat gebruikt; ik heb die jongen nooit meer gezien" PAGINA 8 DE LEIDSE COURANT WOENSDAG 7 JANUARI 1970 DEN HAAG In februari 1971 wordt in Nederland het c-toernooi van het wereldkampioenschap ijshockey georganiseerd. De Ligue Internationale de Hockey sur Glacé heeft het kleinste van de drie toernooien aan ons land toegewezen. Het zal in enige steden worden gehouden maar Den Haag zal er niet bij zijn indien de Haagse Overdekte Kunstijsbaan, de HOKIJ, dan nog ih de deplorabele toestand verkeert waarin zij zich thans bevindt. De LIHG heeft reglementen waarin staat aangegeven aan welke eisen een ijshockeybaan moet voldoen. De HOKIJ voldoet daaraan bij lange na niet. Met schrik in het hart wacht het bestuur van de Haagse IJshockey Stichting HOKIJ, de vereniging die de baan huurt van de N.V. Tentoonstellingsgebouw Houtrust, zelfs op het moment dat de Nederlandse IJshockey Bond, aangesloten bij de LIHG en derhalve gehouden de regle menten van de internationale federatie na te komen, zal moeten besluiten de HOKIJ af te keuren voor ijshockey. Dit seizoen wordt nog een oogje dichtgeknepen maar HIJS HOKIJ kan het onheilspellende bericht zeker verwachten voor het begin van het seizoen 19701971. Dan zal Den Haag, de ijshockeyburcht van Nederland, de stad waar voor het eerst de sport werd beoefend en de stad die vele jaren met trots kon wijzen op de enige overdekte baan in het land, geen ijshockey meer binnen zijn muren hebben. En daarbij zakt het feit, dat Den Haag er niet bij zal zijn als andere steden staan te dringen om het c-toernooi van het wereldkampioenschap te mogen organiseren, zelfs in het niet Het ijshockeybolwerk is langzamer hand vervallen en tot de antiquiteiten op 't gebied van ijshockey gaan beho- Daaraan kan HIJS HOKIJ niets ver anderen omdat de stichting slechts huurder is, daaraan schijnt de directie niets te kunnen wijzigen omdat er aan deelhouders zijn die, terecht, revenuen van het project willen zien en daar aan wil kennelijk de EMS waartoe de N.V. behoort niets doen omdat inves teren geld kost en er meer over blijft als er helemaal niets wordt gedaan. Een struisvogelpolitiek maar hij wordt bedreven. IJshockeyminnënd Den Haag en verre omgeving-Leiden, Delft, West- land-wordt de dupe-Van de-op veler lei gebied gehate vicieuze cirkel die niet doorbroken kan worden, zodat al les bij het oude en antieke blijft. In geheel Nederland woedt een wa re rage in het bouwen van kunstijs banen. Ze zijn een soort statussym bool voor gemeenten geworden. De ijs paleizen schieten uit de grond. In Utrecht wordt gebouwd aan een baan waarin deels particulieren, deels ge meente, provincie en omringende ge- Han v. d. Heijden jr. „We zitten op een bedenkelijk Zonder het rookgordijn dat enige duizenden toeschouwers leggen, ziet de baan er bedriegelijk wit uit. Maar dé lichtsterkte is onvoldoende, de luchtverversing eveneens en dan zijn er nog de „zaken van meer onder geschikt belang" die de HOKIJ, eens de ijshockeyburcht van Nederland, devalueren tot een antiek geval. meenten participeren. In Eindhoven is een schaatsbaan (vierhonderd meter) gereed gekomen en in februari volgt de ljshockeyhal. Groningen gaat over op een overdekte baan. In 1971 beschikt Rotterdam over een magnifiek complex, waarin ijshockey in de wintermaanden een grote plaats zal innemen. Aller- wege concurrentie, wellicht wel zo he vig dat het grote aantal banen straks niet meer exploitabel zal blijken te zijn. Maar dat is voor later zorg. Wat thans geldt: de HOKIJ is een aftand se baan geworden terwijl overal el ders de modernste accommodaties ver rijzen öf reeds in exploitatie zijn. Ner gens is een complex te vinden dat louter „particulier" is, zoals--de -HO KIJ. Achter de baan in Heerenveen staat de gehele provincie, in Den Bosch kan men ook rekenen op steun van de gemeente en de omringende gemeenten. HIJS HOKIJ moet de ei gen boontjes doppen. Tegen plafond Heijden jr. wil geen dik klachtenboek open doen. Hij beseft dat de HOKIJ een „zaak" is, die winst moet maken en ziet ook in dat er voor een kapi taal geinvesteerd moet worden om de HOKIJ aan de eisen van de L.I.H.G. te laten voldoen. Dat betekent dan een hogere huur, want die investering moet er toch uitkomen, met als consequen tie hogere entreeprijzen voor de ijs- hockeywedstrijden. „En dan zit je op zeker moment* tegen het plafond en zegt het publiek: barst jij maar met je ijshockey." Maar dat het zo niet langer kan, beseft de heer v. d. Heij den, en met hem zijn gehele bestuur eveneens. HIJS HOKIJ betaalt een forse huur aan de n.v. Tentoonstellingsgebouw Houtrust. In het contract staat dat mi nimaal dertien wedstrijden moeten wor den gespeeld en maximaal vijftien. HIJS HOKIJ kornit aan 19 A 20 wedstrijden en betaalt voor het aan tal boven de vijftien een bedrag extra. HIJS HOKIJ 92 leden en 5 Canadezen in dienst kan zich tot nu toe bedrui pen. Eenderde van de huur komt uit de lidmaatschapsgelden. Voorts ontvangt HIJS HOKIJ de recette, zesde afgaat voor vermakelijkheidsbe- lasing, het restant 2/3 van de baan- huur en van het resterende moet dan nog 10,7 procent BTW af. Voorts moet de Canadese spelers worden betaald, de scheidsrechters, het bondsgeld per wedstrijd, de onkosten verbonden aan de ijshockeyduels. Het is niet vet sop pen maar het lukt. HIJS HOKIJ kan Den Haag en verre omgeving nog de fa voriete wintersport van velen schenken. Tot de Nederlandse IJshockey Bond ge dwongen zal zijn in te grijpen. Meteen verkeken Han van der Heijden: „We zitten met de HOKIJ op een bedenkelijk peil. De baan dateert van voor de tweede we reldoorlog (1937 geopend). Als de ge meente niet bijspringt, ziet het er zeer somber uit, Tot nu toe is het gebleven bij een (kleine) garantie, van de ge meente voor het geval we verlies moch ten lijden. We zijn er dankbaar voor maar raken er niet door uit de moeilijk*- heden als de NIJB ingrijpt. Nu kunnen we al zeggen dat op de HOKIJ zeker geen wedstrijd voor het c-toernooi zal worden gespeeld. Als de heren van de L.I.H.G. voor in spectie komen is het al meteen verke ken. En nu weet ik heel goed dat er za ken zijn die niet verbeterd kunnen wor den zonder enorme onkosten maar er zijn ook dingen die wel beter kunnen. De HOKIJ heeft uiteraard een antiek machinepark. Om dat te moderniseren, is een groot bedrag nodig en ik kan me voorstellen dat de n.v. dat niet doet. Maar er is meer. Er ontbreekt een lucht verversingsinstallatie. Er zitten tenslot te twee en een half tot drieduizend men sen, die ook nog roken. Met een aantal afzuigers op het dak zouden we al een eind komen. En als dan de verwarming wordt verbeterd, hoef je ook niet te zit ten kleumen op de tribunes. We zou den al een eind zijn als er een rookver bod zou worden ingesteld maar dat kan niet omdat het verbod dan voor het ge hele jaar geldt en er worden ook nog an dere evenementen georganiseerd. Bo vendien: de mensen zien een spannen de wedstrijd, ze zijn een avondje uit en dan grijpen ze naar sigaar of sigaret. Niet erg als er maar een tegenwicht zou zijn. Het is nu zo dat je in de derde speeltijd door een waas naar het spel moet kijken" Niet doelmatig "Dat wordt mede veroorzaakt door het slechte licht. Volgens het contract moet de HOKIJ een bespeelbare baan opleveren. Maar wat versta je daaron der? Wij houden ons aan de bepalingen van de L.I.H.G. We kunnen trouwens niet anders. Welnu, de L.I.H.G. schrijft een lichtsterkte van vijfhonderd Lux voor. Voor het wereldkampioenschaat- sen zelfs duizend Lux in verband met kleurenuitzendingen van de t.v. Daar aan komt de HOKIJ lang niet. Er vallen Ijspaleis vervangen is niet reëel, normaal bespeelbare baan wel schaduwvlekken op het Ijs; het licht is boven het ene doel niet hetzelfde als boven het andere. Er hangen zes halo geenlampen, die gehuurd worden door de n.v. en waarvoor wij de helft moe ten betalen. Daaraan til ik niet eens zo zwaar maar die zes schijnwerpertjes zijn niet doelmatig." Antiek „De klok functioneert ook niet goed.- Eterna wil in principe een klok leveren maar wil dan tegelijk van de reclame af. En dan kom je weer aan de centen van de n.v. Die klok is op, versleten. Er is nu zelfs een rode lamp op gemon teerd. Dan kunnen we tenminste zien dat hij loopt. Ach, die hele HOKIJ Is antiek. De planken waarover de spe lers naar de kleedkamer moeten lopen, zijn versleten. De spijkers steken eruit. Er horen minimaal kokosmatten te lig gen en als jé het fijn wilt doen, leg je er rubber neer. Er moeten deurtjes in de spelersboxen zitten. Ze zijn er niet en ze komen er ook niet". Dat rekent de heer v. d. Heijden dan nog tot de zaken van ondergeschikt be- lang, zoals ook het ontbreken van een gesloten ruimt** voor de doelscheids- rechters en de gevaarlijke situatie waar in de tijdwaarr.emers verkeren omdat ze geen (plastic) bescherming hebben. In de internationale reglementen staat ook dat de baan tussen de speelperioden moet worden gedweild. Op de HOKIJ wordt alleen geschrapt. Motief: de ma chine kan niet zo snel vriezen. Maar toen op 21 november HIJS tegen The Ar rows speelde, wensten de scheidsrechters dat er gedweild zou worden. „Dat duurt ten minste drie kwartier", oordeelde de ijsmaker. Er werd tenslotte gedweild en het duurde twintig minuten. In de grote pauze kan dus in elk geval ge dweild worden want die duurt precies zo lang. Er bleek dat zelfs de oude ma chine het best kon bijbenen. Han van der Heijden: „Je kunt na tuurlijk niet alles verlangen, dat begrijp ik best. Wij kunnen wel een ijspaleis willen maar dat is niet reëel. Een nor maal bespeelbare baan wel. In iedere sport moet men zich aan de reglemen ten houden. Als een voetbalveld te klein is, wordt het afgekeurd. Als er geen kalklijnen zijn, wordt er niet gevoet bald. Zo luiden de reglementen nu een maal. Wij hebben die ook, van de L.I.H.G. We moeten ons eraan houden want er bestaan geen andere, en zeker geen specifieke „Haagse" reglementen. HIJS HOKIJ is geen luxe business. Er spelen „gewone jongens", die zelf hun uitrusting betalen (f 300.zelf de uit wedstrijden bekostigen en er al zoveel kwijt zijn dat het niet mogelijk is het lidmaatschapsgeld hoger op te schroe ven. Hogere entreeprijzen zijn ook een hachelijke zaak. En dat zal moeten in dien de n.v. Tentoonstellingsgebouw Houtrust de EMS mocht besluiten het antieke geval dat HOKIJ heet, te verbeteren. De vicieuze cirkel blijft rus tig doordraaien, zonder effect. Maar Den Haag krijgt in geen geval een part van het C-toer nooi van het wereldkampioen schap en wellicht wordt er na dit seizoen helemaal geen ijs hockey meer gespeeld op de baan die jaren geleden de trots was van ijshockeyminnend Neder land. HERMAN VAN BERGEM Dankzij nieuwe zege Crescendo blijft concurrent voor LEIDEN Crescendo blijft op het goe de pad der overvoinningen. Gisteravond werd het Rotterdamse H.P.V. naar een duidelijke nederlaag gespeeld. Tot de rust konden de Rotterdammers het nog wel bijbenen, maar in de tweede helft liepen onze stadgenoten eerst uit naar 4-10, alvoreyis H.P.V. kon tegenscoren. Na de openingstreffer van Louis Kok nam de thuisclub de leiding over (2-1), maar Ton Ouwerkerk zorgde weer voor een gelijke stand. Nadat Louis Kok en Frans Cornelisse, Crescendo naar 2-4 hadden geschoten, zou H.P.V. nog één keer langszij komen (4-4). Door twee treffers van Louis Kok werd de tweede helft begonnen met 4-6, welke voorsprong zoals gezegd tot 4-10 werd uitgebouwd. De thuisclub kon via twee doelpunten de nederlaag iets draaglij ker maken, zodat een einduitslag van 6-10 werd bereikt. Voor de Leidse doelpunten na de rust tekenden Lenie en Louis Kok (2x) en Ton Ouwerkerk, die na een afwezigheid van twee weken weer van de partij was. Door deze zege blijft Crescendo in haar afdeling leiden met 3 punten voorsprong op de naaste concurrent Olympiaan. De Danaïden tegen koploper Ons Eibernest LEIDEN Vanavond treedt De Danaï den na afgelopen zondag een vrije dag te hebben gehad, aan tegen koploper in de hoofdklasse: Ons Eibernest. Het zal een zeer moeilijk karioei voor onze stad genoten worden om tegen de Eibers, die tot nu toe slechts één lceer verloren, tenminste één punt binnen te halen. De landskampioenen microkorfbal zijn gewaarschuwd voor het enthousiasme, waarmee De Danaiden haar tegenstan dera bestrijdt. Zij komen dan ook in hun sterkste opstelling d.w.z. met Tims, Eveablij, v. Zee en Pouw en de dames Oveimeier, Duivenvoorden, Raap en v. Tientoven. Als de Leidse ploeg dezelfde inzet toont als tegen Blauw Wit, dan kan mede gezien de topklasse van Ons Eibernest een boeiend schouwspel ver wacht worden. De wedstrijd vindt plaats in de 5 Meihal en begint om 21.10 uur. Als vcorwedstrijd staat Ons Eiland 1- Vlug et Vaardig 1 (Overg. klasse CKB) op het programma. Aanvang 20.10 uur. In de Apollohal in Oegstgeest worden de volgendt wedstrijden voor Rayon Leiden van Rijndelfland gespeeld: Pernix A-De Danaidet A (jun.); 19.00 uur: Fiks 3- Vicus 5 (20.10 uur) en Vicus 3-De Al gemene 3 (21.20 uur). „In februari is in Parijs een landenwedstrijd voor dames. Daar móéten we heen", zegt Kasmira Liotard (foto). Vr^ag het de heer G. F. M. Schutte, de voorzitter van de hoofdgradencom- missie van de Nederlandse Jiu Jitsu en Judobond waarvoor Kasmira on langs met enige heren examen deed om weer een dangraad te be halen. Zijn woorden na haar examen: „U -ent geslaagd en dat komt niet omdat u een dame bent en onze exa meneisen daarom minder zouden zijn, integendeel. Aan uw manier van wer ken kunnen alle herenjudoka's een voorbeeld nemen. U heeft het beste examen gedaan van de hele avond". Tussen de uitdagende woorden van die jongen en de complimenteuze van de ..grand old man" van het Neder landse judo, „opa" Schutte, liggen twaalf jaar. Twaalf jaar waarin Kas mira („Weet je wat het leuke was van dat examen. Geesink was pas uit de gradencommissie gezet en ik heb gewerkt op de manier zoals Geesink dat wil") haar hart verpandde aan het judo haar vriend heeft een ju doschool en waarin zij judo- en jiu jitsulerares werd. De enige „Eigenlijk ben ik met judo begonnen omdat mijn broertje eraan begon. Hij was toen erg klein en ik moest hem altijd wegbrengen. Toen ook mijn an dere broer ging judoën, ben ik het ook gaan doen, want hoe meer ik het zag des te meer zin kreeg ik erin". („Soms", vult haar moeder aan, ging alles aan de kant en gingen ze judoën in de kamer"). „Ik heb er twaalf jaar over gedaan om derde dan te worden. Dat is tamelijk snel als Je bedenkt dat je anderhalf jaar eerste KASMIRA LIOTARD, ENIGE VROUW MET DERDE DAN: dan moet zijn voor je tweede dan kunt worden en twee jaar tweede voor je derde dan kunt worden. Ik had het twee jaar geleden al kunnen worden, maar toen is het examen een paar keer uitgesteld door mijn werk en door ziekte. Op het ogenblik ben ik de enige vrouwelijke judoka met een der de dan in Nederland". Volledige bevoegdheid „Ik was ook de eerste vrouwelijke ju doka die in Amsterdam op de cursus voor de Centrale Leraren Opleiding werd toegelaten. Als je tot lerares op geleid wilt worden, moet je naar de cursus op het CIOS (Overveen), maar daaraan is een beperking verbonden. Dan mag je niet hoger dan tot oranje band gradueren en mag je alleen les geven aan kinderen. Op die cursus in Amsterdam mocht nooit een vrouw komen, maar de heer Koning, de voor zitter van de Centrale Leraren Op leiding, heeft voor me gepleit. Dat heeft vier jaar geduurd, toen mocht ik erop. Ik had een jaar op die cur sus gezeten, examen gedaan het zelfde als de heren maar ik kreeg toch alleen beperkte mogelijkheid. Ik mocht alleen lesgeven tot bruine band. Ik ben toen brieven gaan schrijven en na een jaar kreeg ik volledige be voegdheid". Serveerster Met die volledige bevoegdheid begon Kasmira Liotard judoles te geven. Eerst als assistente bij de sportschool Bontje in Den Haag, toen bij de sport school De Vries in Leiden. „Ik gaf ook les aan mannen, di# het wel van me namen omdat ik een hogere graad had". Daarna was zij judolerares bij de Stichting sportbelangen en het vormingscentrum voor sport. En nu is zij serveerster in het restaurant op het landgoed Te Werve. Vanwaar die omschakeling? „In mijn laatste baan konden ze me niet meer betalen, toen ik mijn rijksdiploma kreeg. Daar moe ten ze je naar betalen. En in een sport school kon je vroeger wel alleen van het geven van judoles leven, maar te genwoordig moet je daar allerlei an- lere dingen bij gaan doen omdat er zoveel scholen komen". Kasmira blijft echter wel bezig met judo. Sinds juli van dit jaar heeft ze een plaats in de damescommissie van de Judobond. Belangrijk punt dat ze wil stimuleren („we zijn nog niet bij elkaar geweest, ik heb wel telefonisch contact gehad met de andere leden)" is het organiseren van wedstrijden voor vrouwelijke judoka's. „Het peil van het damesjudo ligt in '-ergelijking met het herenjudo erg laag. Er zijn wel dames die technisch beter zijn dan veel heren, maar als je honderd dames tegenover honderd heren zet. is er misschien één die net zo goed is als een heer". Ik geloof dat het peil zo laag is door het ontbreken van wedstrijdsport, maar daar is in de bond ook nogal wat weerstand tegen. Vorig jaar bijvoor beeld zijn er Europese wedstrijden voor dames geweest. Daar wisten wij niets van. Ik heb toen een stukje daar over uit een krant naar de bond ge stuurd. Die wedstrijden waren offi- ceel georganiseerd maar Nauwelaerts .ileld vol dat ze er niet geweest wa ren. En hij had het toch moeten weten, want hij is lid van de Europese Judo- Het damesjudo zit echter i.. het ver domhoekje. De damescommissie probeert wél wedstrijden te laten or ganiseren en daarvoor zijn ze allerlei dingen aan het uitproberen. Zo zijn ze bezig met het organiseren van wedstrijden in demonstratievorm, met puntenwaardering maar dat vind ik geen wedstrijd meer. In fe bruari is er een landenwedstrijd in Pa rijs, daar is Nederland ook voor uit genodigd, maar er moet toestem ming komen van de bond. Om bij te blijven moeten we naar Parijs, al moeten we het zelf bekostigen. Ik ge loof wel dat we heel langzaam naar wedstrijdsport voor damesjudoka's toegaan, maar bij de bond zijn ze er nog huiverig voor. Dat vinden ze onesthetisch. Dan zeggen ze: als dat op televisie komt.Maar dat vind ik zo belachelijk, voor die twee minuten die we misschien op tv zou den komen. Voor de sport „Er zijn ongeveer vier- a vijfduizend vrouwelijke judoka's in Nederland. Er zijn er niet veel die dat doen om zich te kunnen verdedigen. Mis schien wel als ze beginnen, maar als ze hoger komen doen ze het toch echt voor de sport. Ik doe het ook al leen voor de sport. Ik heb het maar één keer op straat gebruikt. Die jon gen is weggefietst en ik heb hem nooit meer gezien. Daarna heb ik het niet meer nodig g had". PAUL DE TOMBE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 8