IK BEN DE ENIGE JOOD DIE HET KAN NAVERTELLEN NJIB ONTHIEF CEESINK VAN BONDSFUNCTIE Stenzei tegen scoorde Scholte uitgerekent hoge serie Nog een keer Frederik Weinreb Titelkans ook gedaald voor Ceulemans DOS weerde zich fel tegen matig PSV PAGPCA' 12 DE LEUDSE COURANT ZATERDAG 22 NOVEMBER 1» Op bladzijde 965 van het tweede deel van Weinrebs memoires staat het zinnetje: „Ik ben de enige Jood die het kan navertellen." Voor vele Nederlanders, hoge en lage, foute en niet-foute ten tijde van de oorlog en erna, is dat ene, schijnbaar onopvallende zinnetje een nacht merrie. Iedere andere Jood had het avontuur van ver volging. deportatie en Auschwitz mogen navertellen, maar uitgerekend Weinreb niet. Want nu, 2000 bladzijden lang wij schreven het al eerder heeft hij op onvoor stelbaar gedetailleerde wijze de handel en wandel van een groot stel Nederlandse schurken en misdadigers, voor het merendeel nog levend en al lang weer zittend in fijne baantjes, uitééngerafeld. Herziening van proces zaak van rechtvaardigheid Weinreb, de gokker, de speler, de waaghals, maar ook de durver, de verzetsman, de bedrieger van Duitsers, is het levende getuigenis van alles wat fout en verdorven was. Hij is de nachtmerrie van tallozen en daarom is het jammer, dat hij de enige Jood is. die veel kan navertellen. Weinreb is een geestverschijning voor mensen, die maar liever willen vergeten hoe karakterloos, hoe laf en misdadig zij waren, toen het aankwam op een heel klein beetje moed en De levende Weinreb is een gro teske vergassing van de Nederland se historie en een haast onvoor stelbare nalatigheid van het Duitse oorlogstuig. Weinreb had al lang dood moeten zijn. Het feit, dat hij nog 6teeds leeft, is voor velen op zichzelf al een mis dadige vergissing. Dat was het in de roerige jaren na de bevrijding misschien nog meer dan nu. Toen waren de wonden nog vers. Toen wist iedereen zich nog haarfijn te herinneren wat er wel en niet gebeurd was. In die jaren was hei nog meer dan vandaag van be tekenis zich beter voor te stellen dan men was. Nu ligt de scheme ring van het vergeten, de wazige mist van de zich vervlakkende memorie over de gebeurtenissen van toen. In die jaren na 1945 werd een ander Weinretepel op gevoerd. Het 6pel, dat eindigde met een veroordeling tot zes Jaar gevangenisstraf voor het echte Weinrebspel. Jammer, dat Wein reb toen nog leefde. Het zou velen veel moeite, veel liegen en bedrie gen bespaard hebben. Maar. God zi> dank, vandaag leeft Weinreb nog. Hij ós de enige Jood, die het kan navertellen. En met behulp van Rènate Rubin stein,, die dappere Amsterdamse journaliste, die voor de duvel en zijn ouwe moer niet op zij gaat, ls het meest afschuwelijke ver haal uit onze bezettingsjaren, maai- tegelijkertijd het meest wal gelijke bedrog en verraad van de eerste jaren na de bevrijding ge schreven. gedrukt en verspreid, uitgegeven door Meulenhoff te Amsterdam. Dezer dagen zijn de delen twee en drie van de Wein- reb-memoires verschenen. „Van Windekind naar Westerbork" en „Eindspel", het laatste deel aan gevuld met «en uitvoerige analyse van het proces en de getuigen verklaringen van Aad Nuis, als mede een slotbeschouwing van Renate Rubinstein. Het is ondoenlijk om het va-haal van Weinreb op de voet te volgen. Er gebeuren te veel dingen. Er worden tientallen namen en plaatsen genoemd. Maar één ding speelt door alles heen de over heersende. de allesbeheersende rol: Hoe red ik mensen? Hoe ver krijg ik uitstel? Op welke wijze zijn de Duitsers, die halfzachte, naïeve, domme, vaak wrede amb tenaren te bedriegen. Op wat voor manier zijn ze in te schakelen in het spel, met als enige doel: hoe haal ik mensen, vooral Joodse kinderen, Frederik Weinreb uit hun grijpgrage handen. Het Weinrebspel is niet gebaseerd op een super-intelligente aanpak. Het is evenmin een zaak van ver rassend heldendom. Weinreb ken de zijn vijanden. Het was een spel van de geest, van superieure helderheid, van een gemoedsge steldheid, die zo duidelijk anders was dan die van de meeste Hol landse Joden, beter gezegd van de meeste andere Hollanders. Geen uitweg Ter illustratie in het tweede deel wordt het uitvoerig verhaald een enkel citaat uit de drie gesprekken van Weinreb met Co- hen, één van de voorzitters van de Joodse Raad te Amsterdam. Bladzijde 680: ,,iCohen). We zitten eigenlijk zo hopeloos geïsoleerd. Je bent genoodzaakt tot handelen, tot besluiten en je zit in een dichte nevel. U hebt toch een unieke positie met al uw contac ten. Wat zegt men in Berlijn er van? Wat denkt u van Rauter, wat wil men precies?" Weinreb: „Ik moet u een beetje uit de waan helpen. Ik weet mis schien nog minder dan u. Van Berlijn weet ik helemaal niets. Daarvan vertelt niemand mij wat. En in Den Haag heb ik mijn ken nis via uw medewerkers. Werke lijk, ik weet niets, u moet mij ge- Cohen knikt- peinzend. Hij bor duurt nu verder. Het is allemaal zo onoverzichtelijk meent hij. Men wordt gedwongen tot besluiten en EEN SPOOK VOOR MENSEN DIE LIEVER VERGETEN ii drie v i de de mensen verwachten dat je wat doet. terwijl ze heel goed kunnen weten dat je ook niets kunt, dat Je van allerlei grillen afhankelijk bent. Weinreb schrijft 6an: Ik voel deze man als een goed mens aan. die merkt dat alles hem te veel gaat wordendie merkt dat alles anders gaat, heel anders, dan hij zich had voorgesteld. En die geen uitweg ziet. Cohen begreep er inderdaad wei nig van. In een later gesprek van Weinreb met Cohen wist hij wel, dat iedereen, ook de strafgevallen, naar Auschwitz gingen en „daar kregen zij dan zwaar werk". Maar volgens zijn inlichtingen woonden zij daar door elkaar met de an- Er staan ontroerende passages in de delen twee en drie. Gebeurte nissen die het een mens met een hart beletten verder te lezen al vorens hij weer tot zichzelf is gekomen. Het hartverscheurende verhaal van de eenvoudige Schel- levis. die op handen en voeten moest lopen en zich moest aan stellen als hond. Hij mocht niet spreken, maai' moest blaffen. Hij was een Judenhund, die kreeg wat hij verdiende. Hij kreeg trappen als hij per on geluk als mens ging zitten. Schel- levis is even een celgenoot van Weinreb en dan komt het er uit als een kreet, die een mens door de ziel gaat: „Meneer, luister nou, van Frederik Weinreb „Van Windekind tol Westerbork" en „Eind spel", uitgegeven door Meulenhoff te Amsterdam, verschenen. Zoals men zich zal herinneren, was het eerste deel van deze opzienbarende memoires in korte tüd uitverkocht. Intussen blijkt, dat enkele Kamerleden zich met de zaak zün gaan bezighouden en zullen proberen wegen te vinden, die het mogelijk maken het proces tegen Weinreb te heropenen. ik heb die man toch .niets gedaan, hij had toch geen recht mij te straffen." Nee. arme Schellevis, die de weg naar Auschwitz ging, je had die man niets gedaan. De bakker van het Belgische Park had ook niets gedaan en Anne Frank had -niets gedaan. Dat wisten de Duitsers ook wel. Dat wisten die Hollandse ven-a ders ook, juist zij wisten het. Maar het kon ze allemaal niets schelen. Dit volk met procentueel de mees te aangevers en verraders wist het best. Die aangevers en ver raders hadden maar één hoop: dat niemand het zou kunnen na vertellen. In de houding Zoals bij voorbeeld de bibliothe caris van de Scheveningse ge vangenis. De man deelde boeken uit. Dat ging zo: „Jood, in de houding. Tegen het bed gaan staan. Als de drommel" O Ik schoof naar het bed. ..Boek hier. Jood Ik keek rond, ik had in de cel geen boek gezien. „Boek geven, zeg ik." „Ik weet van geen boek. Ik heb geen boek gezaen." ..Mond dicht." O ,,Als je geen boek hebt. krijg je ook geen boek", besluit de be brilde en hij smakt de deur dicht en grendelt haar weer. Weinreb beschrijft dan in het kort hoe hij later toch een boek krijgt. Maar de bibliothecaris is een slim man. Als er iemand in dc cel zit, die „na de oorlog" belangrijk kan zijn. dan is hij de vriendelijkheid zelve. Dan mocht men zijn wens te kennen geven. Joden echter waren, als zij geluk hadden, lucht voor hem. Meestal vierde hij op hen zijn diepe onlust bot. Hij heeft een keer een Jood ernstig mishandeld. Nietwaar, Joden wa ren er om getrapt te worden. Dat deed je als je er zin in had- En dan vervolgt Weinreb: „De Joden, die deze bibliothecaris hebben meegemaakt, zijn allen via Westerbork als S-geval ver dwenen. Niemand van hén kan een kroniek schrijven in deze we reld. Er is echter altijd een over- rest. Dat had een boekenman moeten weten. Tot zijn verbijste ring verscheen ik na de oorlog als een geestverschijning voor zijn De trein uit Westerbork ogen. Ik ben de enige Jood due het kan navertellen. Overigens, hij is niet zulk een uitzondering. Ik vermeld hem alleen als een verechijnsel in oorlogstijd. Ja, hij was een zakenman, met een bij behorende goede neus. Toen de kansen draaiden, zo in de zoiner en in het najaar van 1943, begon hij nog poesliever te worden. Toen kregen zelfs Joden al boeken zon der schelden of trappen. Natuur lijk was ook deze man voor, tij dens en na, in dezelfde functie. Na de oorlog kreeg hij, hoorde ik, zelfs een lintje." Schaamrood Nogmaals, het ls eigenlijk on doenlijk Weinreb op de voet te volgen. Het derde deel behandelt onder andere zijn Belgische avon tuur, op dezelfde wijze als hij in Nederland een „lijst" versierde- Zijn invrijheidstelling, zijn on derduiken en alles wat daarmee te maken had. Tweeduizend bladzij den lang schetste hij een stuk Nederlandse en Belgische his torie, die ons het schaamrood naar de kaken doet jagen. Twee duizend bladzijden lang verhaalt Frederik Weinreb zijn oorlogs verhaal. Met een precisie en een exactheid, die alleen mogelijk i6, wanneer men alles werkelijk zo doorleefd heeft als hij, is hij er in geslaagd veel, of beter gezegd alles te reproduceren. Geen een voudige zaak. dat zij toegegeven en menigeen zal bij het lezen aar zelingen voelen. Kan dat? Is dat mogelijk? Wij menen van wel. Zijn fabelachtige geheugen was getraind tijdens zijn spel. Maar ook. al zou een enkel onderdeel hier of daar niet kloppen wat wij betwijfelen dan ls het een soort goddelijke gerechtigheid, die Weinreb in staat stelt als enige overgebleven Jood, dit verhaal te vertellen. Geen wonder dat tallozen vlak na de oorlog alles gedaan hebben om de zaken anders voor te stellen dan zij in werkelijkheid waren. Geen wonder, dat de rechtszaak tegen Weinreb drie jaar na de bevrijding een aaneenschakeling van vergissingen, oppervlakkig heid, bedrog en valse getuigenis sen is geweest. Het is geen won der, dat de bijzondere rechts pleging tot de meest absurde con clusies kwam in zijn zaak, al moet men zich de vraa gstellen of zelfs de rechters wel helemaal te goe der trouw waren. Renate Rubinstein en Aad Nuis laten van de sententie geen spaan heel. Aan de hand van tal van officiële stukken, getuigenissen, bewijsvoeringen tonen zij aan. dat de leden van de Bijzondere Raad van Cassatie de meest schande lijke onzin op papier zetten. Niet het feit, dat talrijken be houden bleven, is voor dit Hof van betekenis. Dat een aantal, ondanks Weinrebs bemoeiingen, niet behouden bleven, wordt hem aangerekend. Hoe kunnen de leden van de Bij zondere Raad van Cassatie, voor zover zij nog in leven zijn, hun sententie overlezen, zonder te tril len van schaamte? roept Aad Nuis op bladzijde 1887 uit. En even verder merkt hij op: Verdiept men zich in het over stelpende feitenmateriaal dat In de zaak Weinreb ter beschikking staat, dan groeit bij elke stap de overtuiging dat Weinreb vrij uit gaat, dat zijn relaas de volle waarheid bevat, dat hij de groot ste bewondering verdient en dat Nederland een monsterlijk on recht aan hem heeft, begaan. Dat Weinreb de dank van dit land heeft overleefd, dat hij er niet door ls gebroken, dat hij zelfs de veerkracht heeft gevonden zijn memoires te schrijven zonder verbittering is een wonder, even groot als zijn behoud ln de oor log." Stille aanklacht Al zijn de memoires van Weinreb geen aanklacht nergens laat hij zich' inderdaad tot bit terheid verleiden, hoogstens tot een stille, verdrietige verontwaar diging en verbazing over mensen, die zijn zoals ze zijn dan toch ls het verschijnen van zijn me moires een aanklacht tegen alle6 wat er in dit land in en na de oorlog is gebeurd. De weerzinwekkende manier, waarop men Weinreb na de oor hun daar wachten. log tussen SS'ers, land ven-aders, misdadigers opborg, de verschrik kelijke behandeling, die hij. juist hij, na de oorlog onderging, het is gewoon te veel om te weten. Als men het zou willen verzinnen, dan zou de fantasie tekort schieten. Zo Iets gebeurt niet in dit beschaafde, rechtschapen land. Nee, maar wel beschermen wij al 25 jaar lang mensen, die het vandaag nog be treuren, dat Weinreb, tot die over- rest behoort, de enige Jood, die het kan navertellen. Het lijkt allemaal een beetje op wat Simon Wiesenthal in zijn ooek De Zonnebloem opmerkt: ..De aardse gerechtigheid moet maar een beetje vriendelijk zijn. De goddelijke gerechtigheid komt vanzelf wel." Gelukkig dat die ver weg is en bovendien, een mens kan nooit weten, misschien is God dan wel met verlof. Maar als dat dan misschien zo is, dan ontslaat het ons niet van de plicht te stre ven naar gerechtigheid, hier op aarde, nu, vandaag. Daarom stem men wij van harte in met wat Renate Rubinstein op de laatste bladzijden van het derde deel schrijft: „En hiermee eindigt het verhaal dan voorlopig. Voor het slot zal de rechter moeten zorgen. Op 25 mei 1965 vroeg prof. F. Polak nan de toenmalige minister van Justitie, prof. dr. I. Samkalden, of hij op grond van het hoofdstuk dat Presser aan Weinreb in „On dergang" gewijd had, voldoende termen aanwezig achtte om de procureur-generaal bij de Hoge Raad uit te nodigen, herziening van de veroordeling te vorderen. Hierop antwoordde de minister, dat hij die tennen, op grond van de door Presser geuite bezwaren, niet in voldoende mate aanwezig Het is de vurige hoop en tevens de vaste overtuiging van de sa menstellers van deze Appendix bij de memoires van Weinreb, dat zij thans de minister van Justitie de gewenste termen verschaft heb ben. Laat hij zich echter haasten, opdat niet, tot schande van dit land. gezegd zal worden: Weinrebs eerherstel kwam. maar het kwam posbhuum." DIOK HOUWAART Hoog gegradueerden aanvaarden gedrag niet meer UTRECHT Het hoofdbestuur van de Nederlandse Judo en Jiu Jitsu Bond heeft gisteravond in Utrecht besloten Anton Geesink te ontheffen van zijn functie als lid van de hoofdgradencommissie. Als reden gaf de bond op dat Geesink, ondanks een toezegging tijdens een onderhoud na de wereld kampioenschappen in Mexico City, zich nadien niet heeft onthouden van voor de bond negatieve uitlatingen. Geesink zal ook, teneinde een rustige gedragslijn met betrekking tot het beleid vast te stellen en door te voeren, zoals in een brief aan de oud-wereldkampioen staat, tot na de Olympische Spelen 1972 geen enkele bondsfunctie meer mogen vervullen. Indien Geesink, wat wordt genoemd openbare afbrekende kritiek met betrekking tot de bond en baar bestuur zal leveren, ziet het hoofdbestuur zich genood zaakt nog verdere maatregelen te nemen. Vuurwerk doodde BUITENSPEL toeschouwer TOT NA OL. Europa Cupduel SPELEN 72 MOSKOU. Tijdens de Europa Cupwedstrijd tussen Dynamo Kiev (Rusland) en de Italiaanse club Fiorentina, die op 12 november in Kiev werd gespeeld, is een toe schouwer door een raket gedood. Dit werd gisteren meegedeeld in de Russische krant „Trud". Het slachtoffer, een student, werd ge troffen door een van de overzijde van het stadion door de 30-jarige Grigorenko afgeschoten raket. Grigorenko. die de vervaardiging en het afvuren van de raket heeft toegegeven, bevindt zich in arrest en zal volgens „Trud" zwaar ge straft worden. De krant veroordeelt de toenemende ongeregeldheden op de Rus sische voetbalvelden, het aansteken van papier en het afschieten van raketten als tekenen van vreugde na het maken van een doelpunt. Okker haalde finale niet LONDEN De Australische tennisser Tony Roche bereikte gisteravond in Londen de finale herenenkelspel van de open internationale Britse kampioen schappen op overdekte banen- Hij ver sloeg in de halve eindstrijd de Amerikaan Earl Buchholz met 63, 79, 1513. Tom Okker haalde de finale niet. Hij verloor iri twee sets (86, 62) van de Australische Wimbledonkampioen Rod La ver. Tijdens de vergadering in Utrecht, waar de publikaties van Anton Geesink een agendapunt vormden, heeft het bondsbestuur kennis genomen van de verklaring van twaalf hoog gegradueerde judoka's, die „het gedrag van de heer Geesink niet meer kunnen aanvaarden en zijn houding ten sterkste laken". De twaalf judoka's zijn: J. Nauwelaerts d'Age (6e dan), G Koning (6e dan). W. Boersma, A. J. Wagenaar, H Essink, J. van der Horst. J. D- Schilder. J J. Bontje. P- Smit, J. Snijders, K. van Hellemond en W. Luijten. allen vijfde dan. Toch kritiek In de brief, waarin het ontslag aan Geesink wordt meegedeeld, zegt het hoofdbestuur dat „uit het onderhoud tus sen 't dagelijks bestuur en u op 2 novem ber als slotconclusie naar voren kwam dat u uw judoka's zal verbieden aan de centrale training deel te nemen. U heeft gesteld dat u zich verder van negatieve uitlatingen ten opzichte van de bond zou onthouden". Volgens de brief heeft Gee sink echter op 5 november in een dagblad „wederom veel negatieve kritiek met be trekking tot de bond en het door haar gevoerd beleid gespuid. „Het beleid van de N.J.J.B- wordt mede door u in uw functie als lid van de hoofdgradencom- missie bepaald. Gelet nu op uw onophou delijke agitatie ten opzichte van de bond ontheffen wij u met ingang van 22 no vember 1969 uit uw functie", waardoor, zo stelt de brief, „u geen medeverant woordelijkheid meer voor het beleid van de N.J.J B. behoeft te dragen". Acht punten De kritiek, volgens de verklaring van de „twaalf" gegeven ,.in het belang van de judosport in Nederland", is vervat in een achttal punten: i alle na- Onheuse kritiek op het bondsbestuur 4- Het op grove manier gebruik maken van de publiciteitsmedia door het ver strekken van onjuiste inlichtingen; 5. Het niet erkennen van de bestaande leermethodes en de geforceerde presen tatie van zijn leerplan; Voorts nemen „de twaalf" het Gee sink kwalijk dat „hij over de rug van enige topjudoka's zijn doel wil bereiken". Misstap Anton Geesink vernam het bericht dat hij ontheven is uit zijn functie in Maas tricht, waar hij vartdaag een nieuwe sportschool van Pierre Zenden opende Hij nam het nieuws laconiek op: ..Het interesseert mij niet zo veel. Ik heb nooit belangstelling gehad om in welke com missie dan ook zitting te nemen. Ik heb het alleen gedaan om de judosport in het algemeen te dienen. Ik ben zeer benieuwd hoe mijn collega's er staan zo'n 40 a 50 judoleraren achter mij erop zullen reageren". Over de wijze waarop het besluit is ge nomen, meende Geesink: „Ik wist van de behandeling niets af. Het is vreemd dat ik niet eens gehoord ben. Je mag toch nooit iemand veroordelen op een krante artikel Het is een onvoorstelbare mis stap van de bond. Ik laat het er niet bij zitten". Rumoer om w.k. ijshockey MOSKOU. Rusland heeft gedreigd zich terug te trekken uit het wereld kampioenschap ijshockey, dat tijdens de laatste weken van maart 1970 in de Canadese steden Montreal en Winnipeg wordt gehouden. Volgens ihet Russische persbureau Tass hebben de Canadezen het wedstrijd- schema op een voor de Oosteuropese teams bijzonder nadelige wijze samen gesteld. Tass verklaart dat Tsjeoho-Slo- wakije en Oost-Duitsland de Russisohe argumenten zouden ondersteunen. Voorts zou ook Zweden, dat voor het houden van de kampioenschappen als reserve- land is aangewezen, bezwaar hebben tegen de volgorde van de te spelen ont moetingen. Tijdens de laatste vergadering van het wedstrijdcomité zou de voorzitter van de Internationale IJshockey Bond, de Brit John Ahearne, zelfs geen kans gekregen 'hebben een van het Canadese systeem afwijkend schema in te dienen. LINZ Dc kansen van Henk Scholte op de wereldtitel libre, die door de nederlaag tegen Galvez nogal in dis krediet waren geraakt, devalueerden gis teren in Linz nog meer toen hü slechts met een serie van 428 in de nastoot erin slaagde tegen de Oostenrijker Franz Stenzei een remise te behalen. „Je moet het maar treffen", vertelde de teleur- EC-strijders kleine zege (1-0) EINDHOVEN PSV heeft gister avond tegen DOS een slechte generale gespeeld voor de Europa-Cupwedstrijd van woensdag tegen AS Roma. DOS maakte het een slordig spelend PSV alleen Strik. Radovic en Doesburg be naderden hun normale vorm danig DOS-voorzitter Kernkamp had het van te voren al gezegd: „Wij voetballen niet zo slecht fds onze plaats op de rang lijst doet vermoeden". Inderdaad liet een met grote inzet spelend DOS een zeer acceptabele partij voetbal zien. Na negen minuten moest Doesburg languit naar de verste hoek om een schuiver van Van Wijngaarden te keren. Toch had PSV kort daarna de score al kunnen openen maar Ressel schoot van nauwe lijks twee meter over het doel. PSV, met een teruggetrokken spelende Van der Kuylen en met Veenstra in de spits, behield wel de beste kansen, maar moest een fel, soms te fel, spelend DOS het middenveld laten. In de 32e minuut nam PSV toch af stand. Doelman Van Ledden kreeg een schot van yan den Dungen niet onder controle en dat bood Ressel de ge legenheid te scoren. In de tweede helft Bjerre was .bij PSV vervangen door Mares kregen de Eindhovenaars opnieuw de beste van het handjevol kansen. DOS bleef echter uitstekend partij geven, al gebeurde dat wel eens met wat al te zware charges. Zo kwam Nieuwenhuis in het boekje van de niet sterk leidende scheidsrechter Godding wegens een grove overtreding tegen Veenstra die, evenals Mares, een schot door de paal zag gekeerd. Ajex 13 12 0 1 LM 34— 7 DWS SVV AZ '67 GVAV gestelde Eindhovenaar na afloop. „Het is belachelijk. Die man heeft in zijn hele leven nog nooit zo'n grote serie gemaakt. Nu maakt hij er tegen mjj 499". Scholte, die eerder met matig spel in vier beurten van Matsuzaki had gewon nen, had geen enkele waardering voor de prestatie van zijn tegenstander, wiens 359e carambole volgens Scholte mis zou zijn geweest. Het lot uit de loterij, dat een libre- kampioenschap kan zijn omdat bijna alle topspelers er wel eens een serie van 500 uit kunnen gooien, was getrokken. Niet alleen in het nadeel van Scholte trou wens. Ook voor Raymond Ceulemans was er alleen maar een „niet" toen hij door de Duitser Klaus Hose in twee beurten werd verslagen. Vast liggeii De werkelijke azen in dit toernooi waren meer benadeeld door het voort durend vast gaan liggen van de ballen dan de mindere goden die de serie américaine normaal al veel ruimer spelen dan noodzakelijk is. Angst beheerste dan ook het spel van Scholte in de partij tegen Matsuzaki (da Eindhovenaar struikelde drie keer Invitatie uit Rusland voor Deventer IJsclub (Van t sportredactie) DEVENTER. De Deventer IJsclub D.IJ.C. heeft de eervolle uitnodiging ont vangen om in januari met een ploeg van tien r(jders (of rijdsters) deel te nemen aan internationale clubwedstrijden op de Russische baan Alma Ata. Het bestuur van de Deventer IJsclub, dat deze uitnodiging door middel van trainer Peter Schotting uit Rusland ont ving, heeft de organisatoren in Moskou laten weten de invitatie te accepteren. „Hoe en wie deze voor ons zo kostbare trip moet organiseren (financieren) is nog niet bekend". De penningmeester van de Deventer IJsclub zit nu al in de zorgen want het reisgeld is er niet, aldus de heer Mus. „Een uitnodiging zoals deze mag de Deventer IJsclub echter niet voorbij laten gaan. De trip zal ongeveer 5000.- kosten". op een vastliggende bal), angst wl do oorzaak van dat Berardi en M| tegen elkaar de serie niet feilloos kcl uitvoeren, angst ook speelde Ceulej parten in de belangrijke ontmol tegen Hose. Van deze gang van zaken profited voorlopig het meest Galvez en M. die beiden ongeslagen bleven. Stenzel^, Oost. Matsuzaki. Jap. Scholte, Ned. Ceulemans. Belg. Hose. W.-Dld. WeingSrtner, Oo; inde (resp. part., partijen in de O.-Duitsland n>\ weer schaatsen DAVOS De Internationale Scf unie (ISU) heeft besloten het aan Oostduitse schaatsenrijders en1 sters om op wedstrijden buiten hui uit te komen, op te heffen. De ISU had de leden van de Oosil bond dit verbod in juni opgelegd vjj de houding van de Oostduitse gedeij den op het ISU-congres in Maidel (Eng.). In een brief hebben de I duitsers echter hun verontschuldil aangeboden voor wat de ISU nl „beschuldigingen met een uitgesj politiek karakter".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 12