IK BEN DE
ENIGE JOOD
DIE HET KAN
NAVERTELLEN
NJIB ONTHIEF CEESINK
VAN BONDSFUNCTIE
Stenzei
tegen
scoorde
Scholte
uitgerekent
hoge serie
Nog een keer
Frederik Weinreb
Titelkans ook
gedaald voor
Ceulemans
DOS weerde zich fel
tegen matig PSV
PAGPCA' 12
DE LEUDSE COURANT
ZATERDAG 22 NOVEMBER 1»
Op bladzijde 965 van het tweede deel van Weinrebs
memoires staat het zinnetje: „Ik ben de enige Jood die
het kan navertellen." Voor vele Nederlanders, hoge en
lage, foute en niet-foute ten tijde van de oorlog en erna,
is dat ene, schijnbaar onopvallende zinnetje een nacht
merrie. Iedere andere Jood had het avontuur van ver
volging. deportatie en Auschwitz mogen navertellen,
maar uitgerekend Weinreb niet. Want nu, 2000 bladzijden
lang wij schreven het al eerder heeft hij op onvoor
stelbaar gedetailleerde wijze de handel en wandel van
een groot stel Nederlandse schurken en misdadigers, voor
het merendeel nog levend en al lang weer zittend in
fijne baantjes, uitééngerafeld.
Herziening
van proces
zaak van
rechtvaardigheid
Weinreb, de gokker, de speler, de
waaghals, maar ook de durver, de
verzetsman, de bedrieger van
Duitsers, is het levende getuigenis
van alles wat fout en verdorven
was. Hij is de nachtmerrie van
tallozen en daarom is het jammer,
dat hij de enige Jood is. die veel
kan navertellen. Weinreb is een
geestverschijning voor mensen, die
maar liever willen vergeten hoe
karakterloos, hoe laf en misdadig
zij waren, toen het aankwam op
een heel klein beetje moed en
De levende Weinreb is een gro
teske vergassing van de Nederland
se historie en een haast onvoor
stelbare nalatigheid van het
Duitse oorlogstuig. Weinreb had
al lang dood moeten zijn. Het
feit, dat hij nog 6teeds leeft, is
voor velen op zichzelf al een mis
dadige vergissing. Dat was het in
de roerige jaren na de bevrijding
misschien nog meer dan nu. Toen
waren de wonden nog vers. Toen
wist iedereen zich nog haarfijn te
herinneren wat er wel en niet
gebeurd was. In die jaren was hei
nog meer dan vandaag van be
tekenis zich beter voor te stellen
dan men was. Nu ligt de scheme
ring van het vergeten, de wazige
mist van de zich vervlakkende
memorie over de gebeurtenissen
van toen. In die jaren na 1945
werd een ander Weinretepel op
gevoerd. Het 6pel, dat eindigde
met een veroordeling tot zes Jaar
gevangenisstraf voor het echte
Weinrebspel. Jammer, dat Wein
reb toen nog leefde. Het zou velen
veel moeite, veel liegen en bedrie
gen bespaard hebben.
Maar. God zi> dank, vandaag
leeft Weinreb nog. Hij ós de enige
Jood, die het kan navertellen. En
met behulp van Rènate Rubin
stein,, die dappere Amsterdamse
journaliste, die voor de duvel en
zijn ouwe moer niet op zij gaat,
ls het meest afschuwelijke ver
haal uit onze bezettingsjaren,
maai- tegelijkertijd het meest wal
gelijke bedrog en verraad van de
eerste jaren na de bevrijding ge
schreven. gedrukt en verspreid,
uitgegeven door Meulenhoff te
Amsterdam. Dezer dagen zijn de
delen twee en drie van de Wein-
reb-memoires verschenen. „Van
Windekind naar Westerbork" en
„Eindspel", het laatste deel aan
gevuld met «en uitvoerige analyse
van het proces en de getuigen
verklaringen van Aad Nuis, als
mede een slotbeschouwing van
Renate Rubinstein.
Het is ondoenlijk om het va-haal
van Weinreb op de voet te volgen.
Er gebeuren te veel dingen. Er
worden tientallen namen en
plaatsen genoemd. Maar één ding
speelt door alles heen de over
heersende. de allesbeheersende
rol: Hoe red ik mensen? Hoe ver
krijg ik uitstel? Op welke wijze
zijn de Duitsers, die halfzachte,
naïeve, domme, vaak wrede amb
tenaren te bedriegen. Op wat voor
manier zijn ze in te schakelen
in het spel, met als enige doel:
hoe haal ik mensen, vooral Joodse
kinderen,
Frederik Weinreb
uit hun grijpgrage handen.
Het Weinrebspel is niet gebaseerd
op een super-intelligente aanpak.
Het is evenmin een zaak van ver
rassend heldendom. Weinreb ken
de zijn vijanden. Het was een
spel van de geest, van superieure
helderheid, van een gemoedsge
steldheid, die zo duidelijk anders
was dan die van de meeste Hol
landse Joden, beter gezegd van
de meeste andere Hollanders.
Geen uitweg
Ter illustratie in het tweede
deel wordt het uitvoerig verhaald
een enkel citaat uit de drie
gesprekken van Weinreb met Co-
hen, één van de voorzitters van de
Joodse Raad te Amsterdam.
Bladzijde 680: ,,iCohen). We zitten
eigenlijk zo hopeloos geïsoleerd.
Je bent genoodzaakt tot handelen,
tot besluiten en je zit in een
dichte nevel. U hebt toch een
unieke positie met al uw contac
ten. Wat zegt men in Berlijn er
van? Wat denkt u van Rauter,
wat wil men precies?"
Weinreb: „Ik moet u een beetje
uit de waan helpen. Ik weet mis
schien nog minder dan u. Van
Berlijn weet ik helemaal niets.
Daarvan vertelt niemand mij wat.
En in Den Haag heb ik mijn ken
nis via uw medewerkers. Werke
lijk, ik weet niets, u moet mij ge-
Cohen knikt- peinzend. Hij bor
duurt nu verder. Het is allemaal
zo onoverzichtelijk meent hij. Men
wordt gedwongen tot besluiten en
EEN SPOOK
VOOR MENSEN
DIE LIEVER
VERGETEN
ii drie v
i de
de mensen verwachten dat je wat
doet. terwijl ze heel goed kunnen
weten dat je ook niets kunt, dat
Je van allerlei grillen afhankelijk
bent.
Weinreb schrijft 6an: Ik voel
deze man als een goed mens aan.
die merkt dat alles hem te veel
gaat wordendie merkt dat alles
anders gaat, heel anders, dan hij
zich had voorgesteld. En die geen
uitweg ziet.
Cohen begreep er inderdaad wei
nig van. In een later gesprek van
Weinreb met Cohen wist hij wel,
dat iedereen, ook de strafgevallen,
naar Auschwitz gingen en „daar
kregen zij dan zwaar werk". Maar
volgens zijn inlichtingen woonden
zij daar door elkaar met de an-
Er staan ontroerende passages in
de delen twee en drie. Gebeurte
nissen die het een mens met een
hart beletten verder te lezen al
vorens hij weer tot zichzelf is
gekomen. Het hartverscheurende
verhaal van de eenvoudige Schel-
levis. die op handen en voeten
moest lopen en zich moest aan
stellen als hond. Hij mocht niet
spreken, maai' moest blaffen. Hij
was een Judenhund, die kreeg
wat hij verdiende.
Hij kreeg trappen als hij per on
geluk als mens ging zitten. Schel-
levis is even een celgenoot van
Weinreb en dan komt het er uit
als een kreet, die een mens door
de ziel gaat: „Meneer, luister nou,
van Frederik Weinreb
„Van Windekind tol
Westerbork" en „Eind
spel", uitgegeven door
Meulenhoff te Amsterdam,
verschenen. Zoals men
zich zal herinneren, was
het eerste deel van deze
opzienbarende memoires
in korte tüd uitverkocht.
Intussen blijkt, dat enkele
Kamerleden zich met de
zaak zün gaan bezighouden
en zullen proberen wegen
te vinden, die het mogelijk
maken het proces tegen
Weinreb te heropenen.
ik heb die man toch .niets gedaan,
hij had toch geen recht mij te
straffen."
Nee. arme Schellevis, die de weg
naar Auschwitz ging, je had die
man niets gedaan. De bakker van
het Belgische Park had ook niets
gedaan en Anne Frank had -niets
gedaan.
Dat wisten de Duitsers ook wel.
Dat wisten die Hollandse ven-a
ders ook, juist zij wisten het. Maar
het kon ze allemaal niets schelen.
Dit volk met procentueel de mees
te aangevers en verraders wist
het best. Die aangevers en ver
raders hadden maar één hoop:
dat niemand het zou kunnen na
vertellen.
In de houding
Zoals bij voorbeeld de bibliothe
caris van de Scheveningse ge
vangenis. De man deelde boeken
uit.
Dat ging zo:
„Jood, in de houding. Tegen het
bed gaan staan. Als de drommel"
O Ik schoof naar het bed.
..Boek hier. Jood
Ik keek rond, ik had in de cel
geen boek gezien.
„Boek geven, zeg ik."
„Ik weet van geen boek. Ik heb
geen boek gezaen."
..Mond dicht."
O ,,Als je geen boek hebt. krijg
je ook geen boek", besluit de be
brilde en hij smakt de deur dicht
en grendelt haar weer.
Weinreb beschrijft dan in het kort
hoe hij later toch een boek krijgt.
Maar de bibliothecaris is een slim
man. Als er iemand in dc cel zit,
die „na de oorlog" belangrijk kan
zijn. dan is hij de vriendelijkheid
zelve. Dan mocht men zijn wens
te kennen geven. Joden echter
waren, als zij geluk hadden, lucht
voor hem. Meestal vierde hij op
hen zijn diepe onlust bot. Hij
heeft een keer een Jood ernstig
mishandeld. Nietwaar, Joden wa
ren er om getrapt te worden. Dat
deed je als je er zin in had-
En dan vervolgt Weinreb:
„De Joden, die deze bibliothecaris
hebben meegemaakt, zijn allen
via Westerbork als S-geval ver
dwenen. Niemand van hén kan
een kroniek schrijven in deze we
reld. Er is echter altijd een over-
rest. Dat had een boekenman
moeten weten. Tot zijn verbijste
ring verscheen ik na de oorlog als
een geestverschijning voor zijn
De trein uit Westerbork
ogen. Ik ben de enige Jood due
het kan navertellen. Overigens,
hij is niet zulk een uitzondering.
Ik vermeld hem alleen als een
verechijnsel in oorlogstijd. Ja, hij
was een zakenman, met een bij
behorende goede neus. Toen de
kansen draaiden, zo in de zoiner
en in het najaar van 1943, begon
hij nog poesliever te worden. Toen
kregen zelfs Joden al boeken zon
der schelden of trappen. Natuur
lijk was ook deze man voor, tij
dens en na, in dezelfde functie.
Na de oorlog kreeg hij, hoorde ik,
zelfs een lintje."
Schaamrood
Nogmaals, het ls eigenlijk on
doenlijk Weinreb op de voet te
volgen. Het derde deel behandelt
onder andere zijn Belgische avon
tuur, op dezelfde wijze als hij in
Nederland een „lijst" versierde-
Zijn invrijheidstelling, zijn on
derduiken en alles wat daarmee te
maken had. Tweeduizend bladzij
den lang schetste hij een stuk
Nederlandse en Belgische his
torie, die ons het schaamrood
naar de kaken doet jagen. Twee
duizend bladzijden lang verhaalt
Frederik Weinreb zijn oorlogs
verhaal. Met een precisie en een
exactheid, die alleen mogelijk i6,
wanneer men alles werkelijk zo
doorleefd heeft als hij, is hij er
in geslaagd veel, of beter gezegd
alles te reproduceren. Geen een
voudige zaak. dat zij toegegeven
en menigeen zal bij het lezen aar
zelingen voelen. Kan dat? Is dat
mogelijk? Wij menen van wel.
Zijn fabelachtige geheugen was
getraind tijdens zijn spel. Maar
ook. al zou een enkel onderdeel
hier of daar niet kloppen wat
wij betwijfelen dan ls het een
soort goddelijke gerechtigheid, die
Weinreb in staat stelt als enige
overgebleven Jood, dit verhaal te
vertellen.
Geen wonder dat tallozen vlak na
de oorlog alles gedaan hebben om
de zaken anders voor te stellen
dan zij in werkelijkheid waren.
Geen wonder, dat de rechtszaak
tegen Weinreb drie jaar na de
bevrijding een aaneenschakeling
van vergissingen, oppervlakkig
heid, bedrog en valse getuigenis
sen is geweest. Het is geen won
der, dat de bijzondere rechts
pleging tot de meest absurde con
clusies kwam in zijn zaak, al moet
men zich de vraa gstellen of zelfs
de rechters wel helemaal te goe
der trouw waren.
Renate Rubinstein en Aad Nuis
laten van de sententie geen spaan
heel. Aan de hand van tal van
officiële stukken, getuigenissen,
bewijsvoeringen tonen zij aan. dat
de leden van de Bijzondere Raad
van Cassatie de meest schande
lijke onzin op papier zetten.
Niet het feit, dat talrijken be
houden bleven, is voor dit Hof
van betekenis. Dat een aantal,
ondanks Weinrebs bemoeiingen,
niet behouden bleven, wordt hem
aangerekend.
Hoe kunnen de leden van de Bij
zondere Raad van Cassatie, voor
zover zij nog in leven zijn, hun
sententie overlezen, zonder te tril
len van schaamte? roept Aad Nuis
op bladzijde 1887 uit.
En even verder merkt hij op:
Verdiept men zich in het over
stelpende feitenmateriaal dat In
de zaak Weinreb ter beschikking
staat, dan groeit bij elke stap de
overtuiging dat Weinreb vrij uit
gaat, dat zijn relaas de volle
waarheid bevat, dat hij de groot
ste bewondering verdient en
dat Nederland een monsterlijk on
recht aan hem heeft, begaan. Dat
Weinreb de dank van dit land
heeft overleefd, dat hij er niet
door ls gebroken, dat hij zelfs de
veerkracht heeft gevonden zijn
memoires te schrijven zonder
verbittering is een wonder, even
groot als zijn behoud ln de oor
log."
Stille aanklacht
Al zijn de memoires van Weinreb
geen aanklacht nergens laat
hij zich' inderdaad tot bit
terheid verleiden, hoogstens tot
een stille, verdrietige verontwaar
diging en verbazing over mensen,
die zijn zoals ze zijn dan toch
ls het verschijnen van zijn me
moires een aanklacht tegen alle6
wat er in dit land in en na de
oorlog is gebeurd.
De weerzinwekkende manier,
waarop men Weinreb na de oor
hun daar wachten.
log tussen SS'ers, land ven-aders,
misdadigers opborg, de verschrik
kelijke behandeling, die hij. juist
hij, na de oorlog onderging, het is
gewoon te veel om te weten. Als
men het zou willen verzinnen, dan
zou de fantasie tekort schieten. Zo
Iets gebeurt niet in dit beschaafde,
rechtschapen land. Nee, maar wel
beschermen wij al 25 jaar lang
mensen, die het vandaag nog be
treuren, dat Weinreb, tot die over-
rest behoort, de enige Jood, die
het kan navertellen.
Het lijkt allemaal een beetje op
wat Simon Wiesenthal in zijn
ooek De Zonnebloem opmerkt:
..De aardse gerechtigheid moet
maar een beetje vriendelijk zijn.
De goddelijke gerechtigheid komt
vanzelf wel." Gelukkig dat die
ver weg is en bovendien, een mens
kan nooit weten, misschien is God
dan wel met verlof. Maar als dat
dan misschien zo is, dan ontslaat
het ons niet van de plicht te stre
ven naar gerechtigheid, hier op
aarde, nu, vandaag. Daarom stem
men wij van harte in met wat
Renate Rubinstein op de laatste
bladzijden van het derde deel
schrijft:
„En hiermee eindigt het verhaal
dan voorlopig. Voor het slot zal
de rechter moeten zorgen. Op
25 mei 1965 vroeg prof. F. Polak
nan de toenmalige minister van
Justitie, prof. dr. I. Samkalden,
of hij op grond van het hoofdstuk
dat Presser aan Weinreb in „On
dergang" gewijd had, voldoende
termen aanwezig achtte om de
procureur-generaal bij de Hoge
Raad uit te nodigen, herziening
van de veroordeling te vorderen.
Hierop antwoordde de minister,
dat hij die tennen, op grond van
de door Presser geuite bezwaren,
niet in voldoende mate aanwezig
Het is de vurige hoop en tevens
de vaste overtuiging van de sa
menstellers van deze Appendix bij
de memoires van Weinreb, dat zij
thans de minister van Justitie de
gewenste termen verschaft heb
ben. Laat hij zich echter haasten,
opdat niet, tot schande van dit
land. gezegd zal worden: Weinrebs
eerherstel kwam. maar het kwam
posbhuum."
DIOK HOUWAART
Hoog gegradueerden aanvaarden gedrag niet meer
UTRECHT Het hoofdbestuur van de Nederlandse Judo en Jiu Jitsu Bond
heeft gisteravond in Utrecht besloten Anton Geesink te ontheffen van zijn
functie als lid van de hoofdgradencommissie. Als reden gaf de bond op
dat Geesink, ondanks een toezegging tijdens een onderhoud na de wereld
kampioenschappen in Mexico City, zich nadien niet heeft onthouden van
voor de bond negatieve uitlatingen. Geesink zal ook, teneinde een rustige
gedragslijn met betrekking tot het beleid vast te stellen en door te voeren,
zoals in een brief aan de oud-wereldkampioen staat, tot na de Olympische
Spelen 1972 geen enkele bondsfunctie meer mogen vervullen. Indien
Geesink, wat wordt genoemd openbare afbrekende kritiek met betrekking
tot de bond en baar bestuur zal leveren, ziet het hoofdbestuur zich genood
zaakt nog verdere maatregelen te nemen.
Vuurwerk doodde BUITENSPEL
toeschouwer TOT NA OL.
Europa Cupduel SPELEN 72
MOSKOU. Tijdens de Europa
Cupwedstrijd tussen Dynamo Kiev
(Rusland) en de Italiaanse club
Fiorentina, die op 12 november in
Kiev werd gespeeld, is een toe
schouwer door een raket gedood.
Dit werd gisteren meegedeeld in
de Russische krant „Trud".
Het slachtoffer, een student, werd ge
troffen door een van de overzijde van
het stadion door de 30-jarige Grigorenko
afgeschoten raket. Grigorenko. die de
vervaardiging en het afvuren van de
raket heeft toegegeven, bevindt zich in
arrest en zal volgens „Trud" zwaar ge
straft worden. De krant veroordeelt de
toenemende ongeregeldheden op de Rus
sische voetbalvelden, het aansteken van
papier en het afschieten van raketten als
tekenen van vreugde na het maken van
een doelpunt.
Okker haalde finale niet
LONDEN De Australische tennisser
Tony Roche bereikte gisteravond in
Londen de finale herenenkelspel van de
open internationale Britse kampioen
schappen op overdekte banen- Hij ver
sloeg in de halve eindstrijd de Amerikaan
Earl Buchholz met 63, 79, 1513.
Tom Okker haalde de finale niet. Hij
verloor iri twee sets (86, 62) van de
Australische Wimbledonkampioen Rod
La ver.
Tijdens de vergadering in Utrecht,
waar de publikaties van Anton Geesink
een agendapunt vormden, heeft het
bondsbestuur kennis genomen van de
verklaring van twaalf hoog gegradueerde
judoka's, die „het gedrag van de heer
Geesink niet meer kunnen aanvaarden
en zijn houding ten sterkste laken".
De twaalf judoka's zijn: J. Nauwelaerts
d'Age (6e dan), G Koning (6e dan). W.
Boersma, A. J. Wagenaar, H Essink, J.
van der Horst. J. D- Schilder. J J. Bontje.
P- Smit, J. Snijders, K. van Hellemond en
W. Luijten. allen vijfde dan.
Toch kritiek
In de brief, waarin het ontslag aan
Geesink wordt meegedeeld, zegt het
hoofdbestuur dat „uit het onderhoud tus
sen 't dagelijks bestuur en u op 2 novem
ber als slotconclusie naar voren kwam
dat u uw judoka's zal verbieden aan de
centrale training deel te nemen. U heeft
gesteld dat u zich verder van negatieve
uitlatingen ten opzichte van de bond zou
onthouden". Volgens de brief heeft Gee
sink echter op 5 november in een dagblad
„wederom veel negatieve kritiek met be
trekking tot de bond en het door haar
gevoerd beleid gespuid. „Het beleid van
de N.J.J.B- wordt mede door u in uw
functie als lid van de hoofdgradencom-
missie bepaald. Gelet nu op uw onophou
delijke agitatie ten opzichte van de bond
ontheffen wij u met ingang van 22 no
vember 1969 uit uw functie", waardoor,
zo stelt de brief, „u geen medeverant
woordelijkheid meer voor het beleid van
de N.J.J B. behoeft te dragen".
Acht punten
De kritiek, volgens de verklaring van
de „twaalf" gegeven ,.in het belang van
de judosport in Nederland", is vervat in
een achttal punten:
i alle na-
Onheuse kritiek op het bondsbestuur
4- Het op grove manier gebruik maken
van de publiciteitsmedia door het ver
strekken van onjuiste inlichtingen;
5. Het niet erkennen van de bestaande
leermethodes en de geforceerde presen
tatie van zijn leerplan;
Voorts nemen „de twaalf" het Gee
sink kwalijk dat „hij over de rug van
enige topjudoka's zijn doel wil bereiken".
Misstap
Anton Geesink vernam het bericht dat
hij ontheven is uit zijn functie in Maas
tricht, waar hij vartdaag een nieuwe
sportschool van Pierre Zenden opende
Hij nam het nieuws laconiek op: ..Het
interesseert mij niet zo veel. Ik heb nooit
belangstelling gehad om in welke com
missie dan ook zitting te nemen. Ik heb
het alleen gedaan om de judosport in het
algemeen te dienen. Ik ben zeer benieuwd
hoe mijn collega's er staan zo'n 40 a
50 judoleraren achter mij erop zullen
reageren".
Over de wijze waarop het besluit is ge
nomen, meende Geesink: „Ik wist van
de behandeling niets af. Het is vreemd
dat ik niet eens gehoord ben. Je mag toch
nooit iemand veroordelen op een krante
artikel Het is een onvoorstelbare mis
stap van de bond. Ik laat het er niet bij
zitten".
Rumoer om
w.k. ijshockey
MOSKOU. Rusland heeft gedreigd
zich terug te trekken uit het wereld
kampioenschap ijshockey, dat tijdens de
laatste weken van maart 1970 in de
Canadese steden Montreal en Winnipeg
wordt gehouden.
Volgens ihet Russische persbureau Tass
hebben de Canadezen het wedstrijd-
schema op een voor de Oosteuropese
teams bijzonder nadelige wijze samen
gesteld. Tass verklaart dat Tsjeoho-Slo-
wakije en Oost-Duitsland de Russisohe
argumenten zouden ondersteunen. Voorts
zou ook Zweden, dat voor het houden
van de kampioenschappen als reserve-
land is aangewezen, bezwaar hebben
tegen de volgorde van de te spelen ont
moetingen.
Tijdens de laatste vergadering van het
wedstrijdcomité zou de voorzitter van de
Internationale IJshockey Bond, de Brit
John Ahearne, zelfs geen kans gekregen
'hebben een van het Canadese systeem
afwijkend schema in te dienen.
LINZ Dc kansen van Henk Scholte
op de wereldtitel libre, die door de
nederlaag tegen Galvez nogal in dis
krediet waren geraakt, devalueerden gis
teren in Linz nog meer toen hü slechts
met een serie van 428 in de nastoot erin
slaagde tegen de Oostenrijker Franz
Stenzei een remise te behalen. „Je moet
het maar treffen", vertelde de teleur-
EC-strijders
kleine zege (1-0)
EINDHOVEN PSV heeft gister
avond tegen DOS een slechte generale
gespeeld voor de Europa-Cupwedstrijd
van woensdag tegen AS Roma. DOS
maakte het een slordig spelend PSV
alleen Strik. Radovic en Doesburg be
naderden hun normale vorm danig
DOS-voorzitter Kernkamp had het van
te voren al gezegd: „Wij voetballen niet
zo slecht fds onze plaats op de rang
lijst doet vermoeden". Inderdaad liet
een met grote inzet spelend DOS een
zeer acceptabele partij voetbal zien. Na
negen minuten moest Doesburg languit
naar de verste hoek om een schuiver
van Van Wijngaarden te keren. Toch
had PSV kort daarna de score al kunnen
openen maar Ressel schoot van nauwe
lijks twee meter over het doel. PSV, met
een teruggetrokken spelende Van der
Kuylen en met Veenstra in de spits,
behield wel de beste kansen, maar moest
een fel, soms te fel, spelend DOS het
middenveld laten.
In de 32e minuut nam PSV toch af
stand. Doelman Van Ledden kreeg een
schot van yan den Dungen niet onder
controle en dat bood Ressel de ge
legenheid te scoren.
In de tweede helft Bjerre was .bij
PSV vervangen door Mares kregen
de Eindhovenaars opnieuw de beste van
het handjevol kansen. DOS bleef echter
uitstekend partij geven, al gebeurde dat
wel eens met wat al te zware charges.
Zo kwam Nieuwenhuis in het boekje van
de niet sterk leidende scheidsrechter
Godding wegens een grove overtreding
tegen Veenstra die, evenals Mares, een
schot door de paal zag gekeerd.
Ajex 13 12 0 1 LM 34— 7
DWS
SVV
AZ '67
GVAV
gestelde Eindhovenaar na afloop. „Het
is belachelijk. Die man heeft in zijn hele
leven nog nooit zo'n grote serie gemaakt.
Nu maakt hij er tegen mjj 499".
Scholte, die eerder met matig spel in
vier beurten van Matsuzaki had gewon
nen, had geen enkele waardering voor
de prestatie van zijn tegenstander, wiens
359e carambole volgens Scholte mis zou
zijn geweest.
Het lot uit de loterij, dat een libre-
kampioenschap kan zijn omdat bijna alle
topspelers er wel eens een serie van 500
uit kunnen gooien, was getrokken. Niet
alleen in het nadeel van Scholte trou
wens. Ook voor Raymond Ceulemans was
er alleen maar een „niet" toen hij door
de Duitser Klaus Hose in twee beurten
werd verslagen.
Vast liggeii
De werkelijke azen in dit toernooi
waren meer benadeeld door het voort
durend vast gaan liggen van de ballen
dan de mindere goden die de serie
américaine normaal al veel ruimer
spelen dan noodzakelijk is.
Angst beheerste dan ook het spel van
Scholte in de partij tegen Matsuzaki
(da Eindhovenaar struikelde drie keer
Invitatie uit
Rusland voor
Deventer IJsclub
(Van t
sportredactie)
DEVENTER. De Deventer IJsclub
D.IJ.C. heeft de eervolle uitnodiging ont
vangen om in januari met een ploeg van
tien r(jders (of rijdsters) deel te nemen
aan internationale clubwedstrijden op
de Russische baan Alma Ata.
Het bestuur van de Deventer IJsclub,
dat deze uitnodiging door middel van
trainer Peter Schotting uit Rusland ont
ving, heeft de organisatoren in Moskou
laten weten de invitatie te accepteren.
„Hoe en wie deze voor ons zo kostbare
trip moet organiseren (financieren) is
nog niet bekend". De penningmeester
van de Deventer IJsclub zit nu al in de
zorgen want het reisgeld is er niet, aldus
de heer Mus. „Een uitnodiging zoals deze
mag de Deventer IJsclub echter niet
voorbij laten gaan. De trip zal ongeveer
5000.- kosten".
op een vastliggende bal), angst wl
do oorzaak van dat Berardi en M|
tegen elkaar de serie niet feilloos kcl
uitvoeren, angst ook speelde Ceulej
parten in de belangrijke ontmol
tegen Hose.
Van deze gang van zaken profited
voorlopig het meest Galvez en M.
die beiden ongeslagen bleven.
Stenzel^, Oost.
Matsuzaki. Jap.
Scholte, Ned.
Ceulemans. Belg.
Hose. W.-Dld.
WeingSrtner, Oo;
inde (resp. part.,
partijen in de
O.-Duitsland n>\
weer schaatsen
DAVOS De Internationale Scf
unie (ISU) heeft besloten het
aan Oostduitse schaatsenrijders en1
sters om op wedstrijden buiten hui
uit te komen, op te heffen.
De ISU had de leden van de Oosil
bond dit verbod in juni opgelegd vjj
de houding van de Oostduitse gedeij
den op het ISU-congres in Maidel
(Eng.). In een brief hebben de I
duitsers echter hun verontschuldil
aangeboden voor wat de ISU nl
„beschuldigingen met een uitgesj
politiek karakter".