ROMANTIEK VAN HET SPORTVELD VAN TOEN MAAKTE PLAATS VOOR VERLAMMENDE ZAKELIJKHEID Sportverbroedering een lachertje „Een bede, waarvoor ik gastvrijheid vraag, een woord ook tot u, gij benijdbare jongeren. Werkt allen mee, doet het met heel uw hart, met al de vaart, die de jeugd aan uw denken en handelen schenkt en steunt onze regering in alles wat mijn heilige amateurisme uit de handen houdt van het onding, de beroepssport". Deze verheven woorden komen uit de mond van Pim Muiier. De grote voorstander van de amateursport, de sportnestor die o m. de voetbalsport ln ons land Intro duceerde. zond deze kreet de vaderlandse sportwereld ln In een periode dal het amateurisme nog grote triom fen vierde, maar het professionalisme zich reeds aan diende: 1950. In het buitenland, en met name in Enge land. rolden de guldentjes, of liever gezegd de pondjes, al rijkcl(jk. Angstige visioenen moeten de sportleiders toen voor ogen hebben gestaan. Zij, en in de voetbal wereld gold dat wel bijzonder, zouden spoedig overstag moeten gaan. Het zou niet lang meer duren. Wilde Nederland een rol van betekenis blijven vervullen dan zou de sport niet meer als liefhebberij moeten worden gezien. De roep van Pim Muiier mag dan wel sympa thiek klinken en indertijd door vélen met voldoening zijn ontvangen, spoedig zou blijken dat het een loze kreet zou zijn Zoals ook de bede van Avery Brundage aan dovemansoren gericht is. Hij meent het goed, de bijna 82-jarige Amerikaanse miljonair. Ontzaglijk veel heeft hij voor de sport overgehad, maar de „De Gaulle" van de sportwereld had al lang geleden moeten beseffen dat er geen plaats meer voor hem was. „Deel nemen is belangrijker dan winnen", het zou fantastisch zijn als het magische parool van Olympjsche Spelen- ontwerper baron Pierre de Coubertin, die in 1893 tij dens een internationale conferentie een resolutie er door wist te krijgen dat om de vier jaar Olympische Spelen zouden worden gehouden „geschoeid op de leest der Griekse Spelen" nog van toepassing zou zijn. Maar wie met dat wapen nog schermt wordt te recht als conservatief beschouwd. Brundage probeert als een dwaas met zijn hand de zee te bezweren. In Rome kon hij het nog wel aan. ln' Tokio ging het al heel wat krampachtiger en in Mexico leek hij onder de golf van piotesten te bezwijken. Dat hy stand heeft gehouden, dat hij in het labyrint (in zijn ogen) de Juiste weg nog heeft weten te vinden, wijst op grote onverzettelijkheid en stug doorzettingsvermogen en in dat opzicht is de gefortuneerde Amerikaan groots, Hij bevindt zich echter duidelijk ln een enclave, te midden van opponenten, die hem tot tegenstrydige be sluiten nopen (staats- en studentenamateurs, die in feite gelijk gesteld moeten worden met profs worden op de Olympiade toegelaten, hoewel zij openlijk ver kondigen een volledige dagtaak aan hun sport te spenderen), en de vraag is alleen maar hoelang de vierjaarlijkse sporthappening nog gehouden zal worden. Het sprookje, waarvan sportverbroedering en ontspan ning de voornaamste ingrediënten zyn, speelde zich tientallen jaren geleden af, toen men nog niet zo veel eisend was. De primitieve toestanden in cfë beginjaren roepen romantische herinneringen op. Iedereen vond het een normale zaak aLs aan de wedstryd een fiets tochtje van enkele tientallen kilometers werd gekoppeld. Er werden geen hoge eisen gesteld aan de accommo datie. Als het moest verkleedde men zich wel in de buitenlucht, de sloot diende dan wel als wasbak, alle Inmengingen van de weergoden waren by het openluchtfestijn inbegrepen. Ook werd niet zo nauw gekeken naar het materiaal. "Voetbalvereniging Ajax. de huidige Ajax Sportman Combinatie, dat al in 1892 de bal aan het rollen bracht (de Haarlemse Football Club was de roodzwarten in 1879 als eerste in Nederland voorgegaan) maakte haar entree met een goal dat bestond uit twee ronde palen, die met een lintje met elkaar verbonden waren. En tussen de beide doelen bevond zich dan het spelers korps, uitgerust ln lange broek met gedeelteiyk afge knipte pypen en één of ander soort trui of vest. Voet balschoenen waren een weelde, die menigeen zich nog niet kon veroorloven. En daardoor ontstond een tafe reeltje dat nu zeker associaties zou oproepen met car naval: de een met een rechtervoetbal schoen, de ander met een linker en weer anderen op werkschoenen. Heilig der heiligen Succes kon het echter niet in de weg staan. Ajax be reikte een top, die de Leidse ploegen nadien niet meer zouden bereiken: de eerste klasse, indertijd het heilige der heiligen van de voetballers. Eigenschappen, die volgens velen het huidige beeld bepalen en typische kenmerken zijn van deze tijd, zoals een benefietwed strijd en een supporterslegioen duiken ook in het ver leden op. Zo werd op 28 oktober 1899 de wedstryd Ajax-Haarlem (1-1) gespeeld ten bate van de Boeren oorlog. Dat was in een periode dat Ajax fier tussen de groten van ons land meestapte. In 1910 kwam echter de. voorlopige, kentering. Ajax degradeerde, viel zelfs terug naar de derde klasse, maar herstelde zich als A.SC (nieuwe hoop bracht in 1918 de combinatie met de sinds 30 augustus 1896 bestaande vereniging „De Sportman"in 1923 „mede dank zij de komst van inter national Henk Wamsteker en wipte weer terug naar het hoogste niveau. Al te best ging-het niet. De con currentie was inmiddels bijzonder groot geworden en het werd één grote worsteling met de degradatie. In 1925 lukte het haar nog heel keurig. Op 22 februari was Feyenoord met o.a. Pijl, Bul enKonings in kampi oensstemming naar Lelden gekomen. Een extra trein met supporters begeleidde de roodwitten. Het tumult dat we tegenwoordig overal op de velden aantreffen en dat het met feesttoeters en petten uitgeruste legioen wilde veroorzaken bleef achterwege omdat ASC ver- Was men in dit milieu al helemaal „weg" van het voet bal .in katholieke kringen stond men nog zeer arg wanend tegenover deze initiatieven van de neutrale clubs', ln 1909 weiden tijdens een vergadering van de R K. voctba tconimissie die bijeen kwam om over de oprichting van R K. clubs te spreken, de nadelen van dat neutrale gedoe scherp aan de kaak gesteld: „het spelen op zondagmorgen, het vloeken, het spreken van zedeloze taal. het zich na afloop van de wedstrijd ophouden In café s, het vergaderen in koffiehuizen. Be zwaren, die teruggebracht werden tot het ene alles overheersende nadeel: de nauwere aanraking van de katholieke jeugd met de geest der wereld, die uit de neutrale clubs niet te bannen is". Algemeen hing er toch nog wel een sfeer van scepti cisme. Was het wel verstandig om de jeugd de voetbal sport te laten beoefenen. De schoolvoetbalcommissie van de Nederlandse Voetbal Bond, de voorloper van de KNVB, liet een uitgebreid onderzoek instellen „naar de bezwaren, die volgens sommige beoordelaars kleven aan het voetbalspel, maar speciaal wat betreft zijn nadelige Invloed op het welslagen in de maatschappij van hen, die zich op jeugdige leeftijd aan dit spel wij den". Het resultaat van de analyse kennen we niet. Het zal stellig positief geweest zijn, geheel in overeenstem ming met de Ideeën van Pim Muller, die zoveel obsta kels had te overwinnen sommigen waren bevreesd ▼oor de 6port „omdat deze de aandacht voor de poli tiek zou doen verslappen, de „klassestrijd" zou doen ▼ergeten door de verbroedering op het sportveld, ter wijl de geestelijkheid een ontheiliging van de zondag vreesde maar zich daar niets van aantrok en de ene na de andere sport introduceerde, tot ergernis van politieke en kerkelijke leiders, die na veel discussies toch eindelijk ook wel inzagen dat ontspanning door middel van sport de prestaties in de maalschappy zou verhogen. Een nieuwe ontwikkeling veroorzaakte een nieuwe storm in het nog zo kleine sportwereldje: de intrede van de dames. Mevrouw M. G. B. Dieben-Ko- 'ings (thans 85 jaar), in 1910 oprichtster van gymnas tiekvereniging Brunhilde, stak haar hoofd fier in de wind en trotseerde vastberaden de kritiek toen zij in de nieisjes-HBS aan de Garenmarkt een groepje dames formeerde. Een geboorte heeft altyd iets zonnigs en lichts. Als je het clubje nu zou tegenkomen zou je eer biedig blijven staan, in de waan verkerend met een rouwstoet te doen te hebben: meisjes in zwarte rokken, zwarte kousen, zwarte strikjes, met als fleurige uit zondering een wit bloesje sportten in gespannen sfeer. Mevrouw Dieben: „Hel was al niet netjes dal Je je heen ophief, laat staan dat de meisjes een spreidstand maakten. Bij het hrugturnen liet ik de meisjes, omdat ze steeds met hun handen in hun rokje zaten In een hroek turnen. De ouders protesteerden meteen. Dat paste toch niet. Een meisje in een broekje, stel je voor. Ik ontving een rekest van de ouders. Als de meisjes geen rok aandeden zouden ze meteen van Brunhilde algnan. Onzedig vond men ook liet optreden van de Munstersehule uit Duitsland. Van schooluit werd dat verboden, omdat er gewerkt werd met blote benen. De lerares van de HBS ging er wél been. Ik vroeg na afloop of het niet jammer was oat de kinderen niet mochten. Zo zei me dat ze er niets verkeerd ln zag". De Olympische Spelen gingen Inmiddels de eerste le gendarische figuren voortbrengen. De aanloop was ook hier moeizaam. De animo was nog niet zo groot en ook de hoeveelheid sporten was gering, maar er werd op het hoogBte niveau gesport. Een van de eerste tijden werd afgeleverd door de Amerikaan Archie Hahn. die de honderd meter in elf seconden afraffelde. Hy zou opgeslokt worden door een grote meute sprinters, waarvan sommigen een volle seconde minder op de baan bleven, maar opvallend is het wel dat in dat prille stadium reeds een Amerikaan de korte afstand beheerste. De annalen vermelden voorts de onvergete- lgke momenten, die Paavo Nurml de sportwereld schonk. „De Zwijger" toonde zich een klasse apart in 1920 toen hij op de tien kilometer, al direct uit het gezicht verdween van zijn tegenstanders, die hem bij de finish pas terugzagen. Vier jaar later .toen Parijs de deelnemers voor het eerst de luxe van een Olympisch dorp kon aanbieden, veroverde de Fin vier gouden plakken: op de 1500, 5000 en 10.000 en de 3000 meter Het Olympisch Stadion in Amsterdam had in 1928 het puikje van 's werelds topsporters binnen haar poorten. Goud voor Bep van Klaveren Dat inspireerde ongetwijfeld de vaderlandse deelne mers. waarvan Beb van Klaveren, Zus Braun en het tandem Leene-Van Dijk goud veroverden. Een kleine volksverhuizing ontstond naar aanleiding van het voet- baltrcffen Nederland-Uruquay. Het stadion, dat een ra- pactieit had van 35.000 plaatsen werd bestormd door £00.000 wildenthousiaste toeschouwers. De herinnering aan het grimmige duel van 1924, toen de Olympische kampioen eerst na een bikkelhard gevecht de Hol landse Leeuw had weten te temmen, lag nog vers in het geheugen. Revanche belust als zy waren zagen de oranjehemden hter al spoedig in dat er tegen deze „tovenaars", die in Sacrone, Andrade en Petrone hun grootste troeven hadden, weinig te beginnen viel. Het vierjaariyks treffen werd steeds volwassener, steeds meer naties traden toe en in 1932 wordt men gecon fronteerd met negeratleten, Eddy Tolan en William Carr. Langzaam begint nu het romantische plaats te maken voor het zakelijke. De eerste zwarte bladzijde wordt in het geschiedenisboek van de Olympische Spelen gevoegd in 1936 wanneer Adolf Hitler het sport festijn aangrijpt als propaganda voor zyn doelstel lingen. Het worden nazlspelen, waarhy Hitier de sportlieden als marionetten bespeelt. Het „feest van de Ariërs" wordt echter verstoord door negeratleet Jesse Owens, die ds 100 en 200 meter wint, by het verspringen tri omfeert en bovendien deel uitmaakt van de gouden 4 x 100 nieter ploeg. Via de koningin van de Olympi sche Spelen 1948 in Londen, „vliegende huisvrouw" Fanny Blankers-Koen. de met brons gelauwerde Wini slykhuis, „locomotief" Zatopek, die in een afschuweiyke stijl heerste op de lange afstanden, belanden we dan in 1956: Melbourne. En opnieuw komt de politiek om de hoek kyken. Rus land is Hongarye binnengevallen en Nederland besluit uil sympathie tegenover de Magyaren van deelname in Australië af te zien. Politiek zou daarna niet meer weg te denken zijn. Rome, Tokio en Mexico begroe ien de naties met veel pracht en praal. Niets is er de Italiaren. de Japanners en de Mexicanen aan gelegen om het de sportlieden geriefelijk te maken. De Japan ners steken maar liefst 2000 miljoen gulden in het festyn, de Mexicanen zijn heel wal bescheidener met hun 306 miljoen. De toestand is schrijnend bij de som brerodragers. Rond het Olympische dorp heerst grote armoede. Het geld zou dus wel beter besteed kunnen worden, maar de eerzucht is veel sterker dan het mededogen. De naties hebben hun representanten klaargestoomd voor het treffen. Met name geldt dat voor Rusland en Amerika. Het gaat niet zozeer meer om het individu als wel om het gezicht van het land. Men kan zich niet zomaar een nederlaag permitteren „Winnen is belangryker dan deelnemen" wordt de deelnemers aan het verstand gebracht. Men deinst er niet voor terug prille tieners in de stryd te werpen. Als het doel maar wordt bereikt. In de zwembaden en in de atletiekstadions zyn ze eindeloos getest. Niets is te veel om maar te zorgen dat USA of USSR zal domineren. Negers zyn niet meer dan straat- vuil. maar als de „Olympische koorts" de leiders be vangt zijn zij plotseling de aangewezen figuren om te zorgen dat het „Stars and Stripes" de olympische hymne overstemt. Wilma Rudolph, een zwart en ei- geniyk minderwaardig meisje, zou nooit verder geko men zijn dan een bouwvallig ghetto, als zij toevallig niet over een vlijmscherpe sprint beschikte. De zwarte gazelle, bevallig lopend op de slntelbaan in Rome. ver guldde al haar lopen. Amerika kon trots op haar zijn. Iedereen juichte haar toe, maanden bleef zy een veel besproken figuur, totdat nieuwe sterren aan het firma ment haar roem deden verbleken en Wilma zich weer aansloot bij haar rasgenoten en zich ook weer alle beledigingen en aantijgingen moest laten welgevallen. Black Power Maar wat geeft het, het zyn immers maar negers. Ze mogen al blij zijn, als zy het voorrecht genieten zo'n groot feest bij te wonen. Grove verontwaardiging steeg op toen Tommy Smith en John Carlos in Mexico- stad de onderdrukking van de negers accentueerden door met gebogen hoofden en met in zwarte hand schoenen gebalde vuisten de ceremonie protocolaire over zich heen lieten gaan. Het scenario was wreed veranderd. Iedereen was met stomheid geslagen, zich niet realiserend dat politiek en spel onmogelijk meer gescheiden Kunnen worden. De boycot van de „Black Power-beweging" was volkomen menseiy'k. Enkele „nummers" hadden zich op de voorgrond geplaatst en waren oprecht voor hun mening uitgekomen. Ze wilden niet profiteren van een voorrecht, terwyi hun broeders afgeslacht werden. Sportverbroedering is daarom in dit milieu een lachertje. Zulke uitbarstingen komen regelmatig voor. Het Tsjechische BRNO is het meest recente voorbeeld daarvan. Terwijl het volk rond het wielerstadion het decor van tanks en Russische mili tairen geen dag behoeft te missen, denkt men onbe zorgd te kunnen spoi-ten. Het is echter onmogelyk de ogen te kunnen sluiten en afstand te nemen van alles wat er om je heen gebeurt. Daarvoor zyn politiek en sport te nauw met elkaar verweven, zoals ook de com mercie niet meer weg te denken is. De sponsors doen goed werk. Zij zorgen voor materiaal, zij financieren de reizen, maar verzieken de sport tegelijkertijd. Als maar sneller, alsmaar hoger, alsmaar verder, ïlsniaar beter. Ver worden de prestaties van vroeger overschre den. Geen wonder als de omstandigheden zo gunstig zyn, de trainingsgelegenheid zo voortreffel-jk. Maar implicecit dat ook dat men zover boven de voorgan gers staat O nee, er mogen dan wereldrecords scher per gesteld worden, in sportief opzicht waren de hel den van vroeger niet minder groot dan de „machines" van nu De klok kan echer niet meer terug gezet wor den De commercie wil dat niet. maar ook het publick niet. voor wie sport een prachtige vorm van passieve recreatie is gaan betekenen. De toeschouwers dwingen de jongens en meisjes tot onvoorstelbare hoogte op te klimmen. Ze eisen dat eenvoudig, anders biyven ze weg. Dat dat voor velen een heidens en or.uitvoerbaa: karwei is ligt voor de hand. Niet iedereen heeft zoveel aanleg als een Eddie Merckx Om geen figurantenrol te vertolken is men naar middelen gaan grijpen, die dat tekort zouden kunnen compenseren en men heeft dat gevonden in amfetamine. Nu is doping'niet zo'n jong verschijnsel als velen denken. Al in 1960, en dan keren we weer terug naar de Olympische Spelen in Italië, werd de sportwereld ermee geconfronteerd. De Deense renner Knut Enemark Jensen was na een val tijdens de ploegentydrit over honderd kilometer over leden. Aanvankeiyk werd aangenomen dat de Deen. die gevallen was en een hersenschudding had opgelo pen, bevangen was door de hitte en een zonnesteek had opgelopen. Later werd echter gesuggereerd over oen overdosering van stimulerende middelen, omdat vergiftigingsverschynselen waren geconstateerd. Een ceel dopingsgevallen zou daarop volgen, zoals het geval Ural, die enkele jaren geleden tijdens het wereld kampioenschap achtervolging de trots- van Follega, Tiemen Groen, ontluisterde maar later op doping werd betrapt en voorts het nog duidelijk In het geheugen liggende tafereeltje op de ruige flanken van de Mont Ventoux waar de Engelse renner Tom Simpson zijn laatste adem uitblies. Het In de waagschaal stellen van hun eigen leven toont wel aan dat de sportbeoefenaars van dit moment het beoefenen van hun sport niet meer als het belang rijkste motief zien. Er zou eigenlijk weer gezond bloed door de sportaderen moeten vloeien. Werkgevers en werknemers zouden schoon schip moe ten maken, t Virus aopmg ^ou uitgeroeid moeten wor den zoals indertijd ook radicaal een einde is gemaakt aan het verschijnsel „hermafroditisme", het probleem van de mannelijke vrouw. Wie en wat waren nu eigen lijk dc Koreaanse Sim Kim Dan. de Russische gezus ters Irinia en Tamara Press en de Poolse Irina Kirzen- stein, om ei eens een paar te noemen: Man? Vrouw? De robuuste dames, die ai een spcekseltest hadden af gelegd. zouden aan nauwkeurige onderzoeken worden onderworpen. Om de eer aan zichzelf te houden ver dwenen zij geruisloos van het sportfront. De kwestie was opgelost, zij het niet bevredigend. Zo wordt de sportwereld steeds opgeschrikt. Wakker geschud wordt zij echter niet door de verlammende za kelijkheid, die het leven van de amateur-topsporter en de prof Lot een keihard bestaan maakt, waar voor me lancholie en mededogen geen plaats is. Duidelijk werd dat o.m. in de Tour de France van 1964 toen op 12 juli een tourauto uit dc bocht vloog, zich door een bruglcuring boorde en acht toeschouwera in zyn val meesleurde-naar de dood. Kermis draait door Als één nian stopten de renners. Ze mochten één mi nuut stilte in acht nemen, waarna zy weer wegstoven. Zo snel als mogelijk was meldde Jacques Goddet zich via de tourradio. Niet oni zyn medeleven te betuigen, maar om tc vertellen dat de tourwagen geen enkele blaam trof. In de plaats van aankomst draaide de kermis gewoon op volle toeren door. Ook het relaas van Edson Arantes do Nascimento, alias Pele. spreekt boekdelen. In een interview voor het Por tugese sportblad „La Bola" zei de Braziliaanse voet balvirtuoos: „Het hedendaagse voetbal wordt steeds defensiever, ik krijg geen gelegenheid meer om vryuit te spelen. Ik word constant bewaakt en de v&ak onbe suisde tegenstanders schoppen waar ze je maar raken kunnen en zyn pas tevreden ais je geblesseerd het veld verlaat. Myn benen zitten vol littekens. De aardig heid gaat er op deze manier geheel voor mij af. Ik kan niet meer dribbelen, zoals een paar jaar geleden, want nu lopen ze je gewoon tegen de grond". Misschien zou het allemaal heel wat vriendschappeiy- kor eraan toegaan als het publiek zich gedisciplineer de! zou gedragen. De lange ceel incidenten spreekt een heel andere taal. Zo kwamen bij onlusten op 29 mei 196-1 in het Peruriaanse Lima bij een voetbalwed strijd 350 mensen om het leven en werden 500 tot 600 bezoekers gewond. En wat te denken van de overvolle ziekenhuizen na de godsdiensttwisten tussen de Glas gow Rangers en Celtic? Nee, er zal drastisch ingegrepen dienen te wor den Dat de prestaties in opgaande lijn zijn is prezieng, maar laten we er alsjeblieft onder prettige omstandigheden van genieten JAN PREENEN. Pim Muiier. één der pioniers eau het voetbal in Nederland

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 27