Levensschool: fijne voorbereiding op deelname aan het arbeidsproces Leidse kunstenaars bang dat kuituurnota op lange baan geschoven wordt ViEUX ROUSCHER —Je 36.0 KP JES JETAEVER ALS BAAS VAN EEN EETTENT VOOR STUDEN TEN EN LANG HARIG WERKSCHUW TUIG HEB JE OOK EEN SOCIALE TAAK Cor Snelders BIOSCOPEN DE KRUITDAMP IS OPGETROKKEN vertelt DOWDSfcDAG 9 OKTOBER I960 DE LEJ'DSE COURANT PAGINA 3 Kater na „gaanwerken voorkomen LEIDEN Vele jeugdigen gaan graag werken, want dit is voor hen een duide lijk teken, dat ze bijha volwassen zjjn. Ze gaan zelf verdienen, krijgen meer geld in handen, kunnen dat geld vrijer besteden, raken losser van thuis en voe len zich met dat al volwassenen Vooral wordt het gaan werken vaak als een onmiskenbare promotie ervaren. Maa.r.dan komt de kater: het bedrijf eist van hen veel meer uren op dan vroeger de school deed en het werk ls in het begin dikwijls nogal eentonig en weinig aantrekkelijk. Bovendien biedt het met name voor de minst geschoolden niet bijster veel vooruitzichten. Wat aan vankelijk vaak iets aantrekkelijks was, slaat om in het tegenovergestelde. Aanpassen Kort geleden zaten ze nog op school, in een kring van leeftijdgenoten, onder pe dagogisch geschoolde leiding; men hield er rekening mee, dat ze nog niet vol wassen waren. Nu staan ze opeens in een bedrijf, kantoor of winkel, waar vol wassenen de toon aangeven. Die vol wassenen kunnen natuurlijk wel reke ning houden met de jeugdige werk nemers, maar een bedrijf is nu eenmaal in de eerste plaats een werksituatie en niet een pedagogische" begeleidings situatie. Daaraan zullen ook de jeugdige werknemers zich moeten aanpassen. Zo luiden dan - terecht - de regels. Maar... kunnen ze dat zomaar, als ze vijftien, zestien, zeventien, achttien jaar zijn? In veel gevallen luidt het antwoord: In ons land gaan 35.000 jongens en meisjes van 15 t/m 18 jaar een hele of halve dag per week naar een vormings centrum. Dat geschiedt tijdens hun werk tijd en met behoud van hun loon. Ook in Leiden. Zij bezoeken er de Levens school (voor het merendeel katholiek) en de Stichting Vorminfr Werkende Jeugd (algemeen) In de 2e Haverstraat. LEIDEN De aktiegroep van de B(ond) B(eeldende) K(unstenaars) afdeling Lelden hééft het college van b. en w. en de gemeenteraadsleden een nota doen toekomen inzake kultuurbeleid betref fende de beeldende kunsten. In een schrijven aan de gemeenteraads leden wjjst de aktiegroep er op, dat de mogelijkheid bestaat dat het college van b. en w. de nota voor advies zal dirige ren naar de Kulturele Raad. De aktie groep zegt in het schryven aan de raads leden ernstig bezorgt te zyn over een dergelijke gang van zaken, omdat hun inziens de mogelijkheid niet uitgesloten is, dat kulturele aangelegenheden op deze manier op de lange baan geseho- De laatste vergadering van de Kulturele Raad zou vier maanden geleden plaats gevonden hebben. Pogingen om eem vergadering te beleggen zouden zijn mislukt, omdat volgens de aktiegroep of de stukken niet gereed waren of het niet mogelijk bleek 6 van de 11 ledeni bijeen te krijgen. De aktiegroep zegt in haar schrijven dan ook: „Wij willen niet suggereren dat er in alle gevallen sprake zou zijn van gebrek aan belangstelling van de leden van de Kulturele Raad, doch wij maken ons ernstig zorgen over het juist funk- tioneren van een voor het kulturele leven van Leiden zo belangrijk lichaam." En besluit haar brief met: „Bovendien attenderen wij er op, dat een nota kul- j tuurbeleid betreffende beeldende kunst 2% jaar geleden aangeboden door de Vereniging van Beeldende Kunstenaars Buut 110 te Leiden aan b. en w., ook rog steeds wacht op advies van de Kulturele UNIVERSITAIR NIEUWS Mevrouw S. M. Bezemer-Syb.andy, ge boren te Rotterdam en thans wonende te Leiden, is gepromoveerd tot doctor in de faculteit der wiskunde en natuurwe tenschappen op proefschrift getiteld „Onderzoekingen over cytokinines (wis selwerking met lemna minor L.)". De promotor was prof. dr. H. Veldstra. Amateurs bekeren LEIDEN Voor de voetbalama- téurs gaat de districtsbekercom- petitie op zondag 19 oktober draaien. Voor de clubs in Leiden en omgeving heeft de loting het volgende resultaat gehad: te ronde: DOCOSUVS, SJZ-Van Nispen, Concordia H.Rooden- burg, RijpweteringLugdunum, AlphiaTeylingen, VTLLFC, VVSBAlphen, WarmundaSJC, RKAW-GONA, Wassenaar— PKD. Gelijke spelen zijn in dit toernooi waarin gespeeld wordt volgens 't afvalsysteem niet mogelijk. Ein digt een ontmoeting onbeslist dan wordt het duel 2 x 15 minuten verlengd. Is ook dan nog geen beslissing bereikt dan zullen vijf spelers van iedere partij straf schoppen mogen nemen. Deze pro cedure wordt herhaald totdat er een winnaar uit de bus komt. (Advertentie) jaren van deelname aan het arbeids- I proces. De begeleiding sluit rechtstreeks X>Citlll2 op de feitelijke deelname van de jeugdigen aan de samenleving, met begrip van het arbeidsbestel. De cur sussen duren twee jaar, gedurende een hele óf halve dag per week, tijdens de werktijd en met doorbetaling van het loon. Er wordt gewerkt met groepen van ongeveer 12 tot 15 deelnemers. Samen praten Ook meisjes Aan het eind van het vorige cursusjaar heeft het bestuur van de Mater Amabilis- school Leiden besloten zich voortaan te beperken tot het avondwerk (meisjes en jongens vanaf 17 t/m 25 jaar). Het dag werk werd nu overgedragen aan de Levensschool, vormingscentrum voor werkende jongens. Dit betekende, dat met ingang van het cursusjaar '69 '70 op de Levensschool ook meisjes werden ingeschreven; werkende meisjes vanaf 14 t/m 18 jaar. Het ruime gebouw aan de Hogewoerd is volkomen aangepast aan de specifieke taken van het dag- vormingswerk. Elke lokaliteit heeft zijn bestemming, waarin door gerichte bege leiding wordt bevorderd, dat werkende jongens en meisjes zich optimaal kun nen blijven ontplooien tijdens de eerste In het gesprekslokaal worden groeps gesprekken gevoerd over zaken waar mee de jongeren te maken hebben of nog krijgen (arbeid, loon, werkverhou dingen, kleding, omgang, seksualiteit, politiek, vrije tijdsbesteding e.d.). Door de methode van samen praten worden ze tegelijk geoefend in luisteren, denken, overleg plegen, plannen, kritiek geven, standpunt bepalen e.d. Dit gebeurt ook vla „doe-aktiviteiten", „projecten" of of excursies. Op de meest geschikte manier, n.l. door ontspanning, wordt er gewerkt aan de ontwikkeling en het uitbouwen van de eigen mogelijkheden en sociale vaardigheden (muziek, film, tv, fotografie, sport, werken met een bandrecorder, koken en handenarbeid). Het merendeel .van deze activiteiten wordt bedreven7 in het gezellige ont- hét lust te toeven. Voor handenarbeid be schikt men weer over een speciaal daar voor bestemde lokaliteit. Ook wordt er veel aan sport gedaan, zowel binnen (in de gymzaal aan de 2e Haverstraat) als buiten (op het sportveld aan de Zoeterwoudse Singel). Het belang van dit vormingswerk wordt door de overheid onderschreven, ge tuige het feit dat het vrijwel geheel wordt gesubsidieerd. Thans (in geheel Nederland) met ongeveer 40 miljoen gulden per jaar. Ook vele werkgevers zien het grote nut ervan in. Zij geven hun jeugdige werknemers elke week een dag (of een halve dag) de gelegen heid om deel te nemen aan het vormings werk en betalen bovendien een bijdrage aan de niet-subsidiabele kosten. Over heid en bedrijfsleven zien in, dat vor mingswerk voor jeugdige werknemers (liever nog: voor de leerplichtvrlje jeugd in het algemeen) nodig is voor deze jeugdigen zelf, maar, evenzeer voor het bedrijfsleven en de maatschappij van morgen. De films in de week van 9 okt. t/m 15 okt. zijn door de Katholieke Film Cen trale als volgt gekeurd: Camera: MOVIMENT Donderdag 9 t/m maandag 13 okt.: Rebellion (18 jr.). Dag. 2.30, 7.00 eD 9.15 u. Zou:'.: 2 30, 4.45, 7.00 en 9.15 u. Dinsdag: Falstaff (18 jr.) 2.30, 7.00 en 9.15 uur. Woensdag: Oktober' (18 jr.) 2,30, 7,00 en 9.15 uur. Nachtvoorst, vrijd.-zaterd. 23.30 Le Rageau Corps (18 jr.) Lido: 491 (18 jr.) Dagelijks 2.30, 7.00 en 9.15 uur Zondag: 2.30, 4.45, 7.00 en 9.15 i Luxor: De vernietiging van Frar stein (18 jr.) Dagelijks: 2.30, 7.00 en 9.15 uur. Zondag: 2.30, 4.45, 7.00 en 9.15 i: De vraag is alleen: zien de betreffende Studio: Inspekteur Clauseau blundert verder (14 jr.) Dagelijks: 2.30, 7.00 en Zondag: 2.30, 4.45, 7.00 c i 9.15 i ouders dit ook? Of behoeven hun kin- deren geen vormingswerk Een be- j zoekje aan de Levensschool (Hogewoerd 57) zal voldoende aanleiding zijn tot Tiianon: Als adelaars vielen zij aan een kleine overpeinzing. Het antwoord lr- ,,T I Dagelijks: 2.00 en 8.00 uur zul JA „uil. Aanmeldingen en Inlicli- Zo°dag. 2 00i 5 00 en 8 n0 uur tingen: dagelijks vanaf 9 tot 5 uur. Tele- j Rex; De afpersers (18 jr.) foon van de school, die door zyn gezel- j li ge, maar niettemin uiterst leerzame onderwijsmethode eigenlijk helemaal geen school is, is 01710 - 34814. Dagelijks: 2.30, 7.15 en 9.15 Zondag: 2.30, 4.45, 7.15 en 9. Nachtvoorst, vrijd.-zat. 23.3 Mondo Bizarro (18 jr.) •V. V Y V. LEIDEN ,,lk ben in de eerste plaats toch wel ingesteld op jon geren met mijn restaurant. Hier in Leiden betekent dat grotendeels studerenden, die in De Ruif (Jan Vossensteeg) komen eten, maar ook ouderen voelen zich hier wel thuis. In Amsterdam heb ik 'n dito zaak gehad, maar het publiek ver schilt niet zo. In het begin was dat wel zo, maar dat is nu hele maal over. Toen ik pas begon heb ik wel even moeten omschake len, maar in feite is het zo, dat de mentaliteit is veranderd en niet wij". Met wij bedoelt Cor Smel- ders zichzelf en zijn vrouw Umee. Samen drijven ze nu al weer zo'n zeven jaar en zaak, waar studen ten en langharig werkschuw tuig tegen een redelijke betaling een goeie maaltijd kunnen nuttigen. En dat alles in een sfeer, waar alles even gemoedelijk gaat. „De mentaliteit van de student is to taal veranderd. Vroeger was het on denkbaar, dat een student revolutio naire kreten liet horen in de zin van uiterst links, maar dat is helemaal over. Baard en snor en lang haar, 't wordt allemaal geaccepteerd. Toen we pas open waren in Leiden, was er een knaap, die al een paar keer was komen eten. Op een goeie dag zegt-ie geaffecteerd: zeg, Cor, ik eet hier echt lekker, hoor, maar ik vind het niet prettig, dat jij me altijd tuto yeert. Echt op zo'n bekakte toon, zo als die studenten toen spraken. En, zo-zegt-ie, ik weet het van mijn vrien den ook. Die gewoon niet komen, om dat ze het niet prettig vinden. Ik zeg: had dat dan gezegd, dan had er altijd wat aan gedaan kunnen worden, 't Maakt voor mij niet zoveel uit om meneer te zeggen of jij. Alleen één ding: de maaltijd wordt dan wel een gulden duurder. Die student: meen je dat nou? Ik: ja, natuurlijk, je kan voor 2,50 niet op de eerste rij zitten. Toen begon die terug te krabbelen. In het begin- probeerden ze me even uit, maar nu, je kent de meesten bij naam en je weet vaak, wat ze doen. En ze weten van jou ook een heleboel. Het is allemaal veel kameraadschap- pelijker geworden. Toen ik hier begon, wist ik ook helemaal niet, welke kant het uit zou gaan. Ik opende gewoon een restaurant en dacht: ik zie wel, wat er binnenkomt. In de zomer kregen we toeristen uit de badplaatsen, die in Leiden op zoek waren naar een goedkope gelegenheid, waar ze lekker konden eten. Op het laatst kwamen er bussen met hele fa milies en dan vroeg ik voor de volgen de keer: wat willen jullie graag heb ben? In september ging de universi teit draaien en kwamen er een paar studenten, die nu nog onze vrienden zijn. Ze hadden hier gegeten en zeiden; dat is het nou. Daar hebben- we al jaren op gewacht. Een goed en goed koop' restaurant, waar je smakelijk kan eten en waar het een beetje ge woon toegaat, waar-je niet het gevoel hebt, dat jg op bezoek of op visite bent. Deze mensen werden gewoon onze ambassadeurs en in een mum van tijd zaten we vol. In de loop der jaren hebben we ook bepaalde namen ge kregen. Kijk, je hebt natuurlijk altijd lastige klanten en er zijn ook mensen, die je nooit tevreden kunt stellen. Dat probeer ik ook niet, maar ik geloof niet, dat het plezier, waarmee de men sen hier komen eten, minder is gewor- Het komt vaak voor, dat ze naai- de toonbank komen en zeggen: Cor, ik heb lekker gegeten. Dat is eigenlijk iets bijzonders, want als je in de stad gaat eten, doe je dat toch niet zo gauw. Het komt ook, omdat er geen afstand is tussen de mensen, die'eten en de mensen, die in de zaak werken. Het is hier van: Nannie, kan ik nog wat jus krijgen. En in een gewone zaak is het toch altijd van: juffrouw of ja, meneer. Of er een bepaalde filosofie achterzlt Nou nee, ik doe het in de eerste plaats, omdat ik moet bestaan. Iemand, die dat niet doet, is rijk of gek. Maar daarnaast is het ondanks het harde werken toch ook fijn te ontmoeten. Ik ben wel tevreden met de omzet. Het is alleen zo, dat de lasten steeds hoger worden. Nu ook weer met die BTW. Maar rekenen doe ik eigenlijk nooit. Dat laat ik aan m'n vrouw over, die noteert en controleert alles. Dat doe ik nooit. Heb ik nooit gedaan ook. Dat kan ik niet. Ik heb er geen Mijn eerste zaak in Amsterdam was een klein keldertje. Daar deed ik al les zelf: koken, klaarmaken, schoon maken van de zaak, bedienen, afwas sen. Kortom, de hele rotzooi. Ik had de kassa op de toonbank staan en als de mensen gegeten hadden, rekenden ze zelf af. Dat kan, totdat ik op een gegeven moment een slecht element in de zaak kreeg, want dat gebeurt. En dan moet je opletten, gewoon. Het 't Is geen kwestie van geloven in hel goede van de mensen. Het komt ge woon in je op. Later constateer je, dat er toch wel een heleboel mensen zijn, die je belazeren. Dat zit erin, maai als je in zo'n bedrijf stapt, want ik kwam uit een heel ander vak, bren^ je je eigen mentaliteit mee en isdat helemaal geen probeem. Later zegt iemand tegen je: joh, kijk toch uit. want die knaap bedriegt je met open ogen. Ik geloofde dat niet en nam dc proef op de som. Toen bleek het waai Dan zeg ik ook zonder par<Jon: jon gen, je hoeft hier nooit meer terug t< komen. Nooit, want als ik politi agent moet gaan spelen, nee, blijf da maar weg, Je hebt ook mensen, die onaangenaam zijn in hun gedrag, die ruzie maken of geen ruimte laten voor een ander. Dat gebeurt, maar dat zei ik ook: dat moet ik niet. Vaak heb je ook men sen, die op macht en kracht steunen. Dat is nu eenmaal zo. Dan zeiden ze: wat wou je dan doen. Ik zeg: dan zet ik je er uit. Wie doet. dat dan? Dat doe ik. Je mag het altijd proberen, zei ik dan, maar er is nog niemand ge weest, die het van mij gewonnen heeft. Onthou dat goed. Ik blufte natuurlijk en dan zag je ze denken, je weet het niet bij die gozer. Dat dachten ze. Ik was zelf niet bang. Ik vind het onaangenaam. Ik heb nooit hoeven vechten, maar het heeft soms wel op het kantje gestaan. Ik heb wel eens hard moeten ingrijpen, maar vechten is er nooit van gekomen. Ik heb het ook altijd bewust vermeden. Daar zie ik geen brood in. Het slaan op zich vind ik al iets verschrikke lijks. Ik zou het, geloof ik, geen eens goed kunnen. Of ik zou helemaal de kluts kwijt zijn, maar ook als ik kwaad ben, weet ik meestal wel, wat ik doe. Ik heb het hier niet gemakkelijk ge had, want Leiden is een moeilijke stad. Veel moeilijker dan Amsterdam. Daar zeggen ze vaak van: Cor, moet-ie er uit. Er kwamen ook wel van die bin ken. Dan zei ik: je moet niet van die rare taal uitslaan, jongen, hier. Dat vinden we helemaal niet leuk. Je bent een aardige jongen, maar daar hoef je geen nadruk op te leggen. Dan was het meteen: moet je 'n stoot op je stuiter hebben. Dan zei ik: ik zou liet niet proberen, als ik jou was, want die kans krijg je niet eens. 't Was in wezen geen rottige jongen, maar een beetje een opschepper. Later was het zo. dat hij zei: Cor, als er iemand ver velend is, je wijst maar even en hij is eruit. Dan zei ik: dat is niet nodig, ik doe het altijd nog zelf. Ik wil ook niet hebben, dat je voor me vecht. In Am sterdam had je een bepaalde sfeer, zo dat het publiek zelf al selecteerde. Hier was het zo, dat je bepaalde ele- nenten bninenkreeg, die hoe dan ook irbij wilden zijn, maar er niet bij pas en. Ze deden er ook geen moeite voor. Wilden alleen maar vechten. Er kwam ook nog eens een knaap van twee meter binnen. Ze worden tegen woordig allemaal zo groot en die zat jen ander maar te jennen. Hij was al ïalf lazerus en in principe gaf ik dan liet meer. Ze kunnen wel koffie van ne krijgen, maar geen bier. Je hebt illeen maar last van die lui. Ik zeg egen hem: je moet ophouden met dat ejen, want als je er mee doorgaat, eb ik liever, dat je weggaat, n wie zet ons er dan uit?, was het meteen. Ik zeg: ik. Probeer het dan maar eens. Nee, zeg ik, ik heb jullie nu gewaarschuwd en als je doorgaat, zet ik je eruit. Hoe dan ook. Wat ge sputter, maar verder niks. Dan dacht ik weieens: nu krijg ik een oplazer, maar er kwam niks. Of ze vroegen om een biertje. Dan zei ik: nee, dan krijg ik nog meer narig heid, alsjeblieft. Neem maar een kop koffie en dan hoef je niet eens te be talen ook, maar als je pils wil drinken, ga je maar ergens anders heen. Kijk, het is hier geen kroeg, je kan' 'n pilsje krijgen, maar het ls hier geen tent, waar ze je volgieten en buiten de deur kwakken. Als je dat zei, bleven ze meestal wel weg. Ik kreeg ook wel mensen hier uit de buurt. Figuren, die gauw met hun vuist klaar staan. Dan zei ik: je kunt altijd een biertje komen drinken, als je nuch ter bent, maar ais je half zat bent, moet je niet bij mij in de zaak komen. Dat wil ik gewoon niet. Dan gingen ze doorzeuren, maar je had ook hele mak kelijken. Die zeiden: nou goed hoor, chef, je bent toch niet kwaad op me. En dan moet je ze een hand geven, weet je wel. En al die flauwekul meer. Het is wel zo, dat niet iedereen een zaak kan runnen. Je moet zeer taktisch kunnen optreden. Dat is een kwestie van routine en van vakmanschap eigen lijk. Dat leer je gewoon. Dat heb je ook een beetje meegekregen. Ik zou bijvoorbeeld een zaak, waar een jukebox staat en waar veel men sen komen om te hysen, niet kunnen runnen. Ik drink zelf niet, helemaal niet. Ik lust wel een glas wyn en een goed glas champagne ook nog wel, maar echt zuipen kan Ik niet. Dat ligt helemaal buiten m'n competentie. En als ik die mensen zie, dan denk ik, waarom doen ze dat? Dat is onmoge- ïyk. Dan kan je geen kroeg runnen en zeggen: jongens, neem er nog een. Dat gaat niet. Met dat keldertje in Amsterdam heb ik veel plezier gehad. Er werd gegeten daar en elke avond was er wat. Dat was ongelooflijk. Iedereen, die maar wat kon, kwam er naar toe. Leerlin gen van het conservatorium hadden gewoon hun instrument bij zich. Fluit, hobo, pianist erby. Ik had een oud pianootje staan en dan maar spelen. In de hele kelder was plaats voor der tig mensen. Er waren er altijd meer en die gingen dan buiten op de stoep zit ten. En de buren hingen uit de ramen, want het was mooi weer. En dan werd er gespeeld. Dat klonk. Het was ge woon geweldig en die mensen hadden nog nooit klassieke muziek gehoord. Ik zong in die tijd nog. Ik was lid van de Bachvereniglng en van de opera. En dan kwamen m'n collega's. Ik had daar hele stapels muziek liggen. Dan was het van: Cor, zullen we effe 'n duetje. Of er kwam een sopraan of een heel koor. Zo van: oh, oh, oh. Dan dacht ik by mezelf: hoe is 't mogeiyk. Of er kwam een stel binnen in een heel Spaans kostuum. Die waren naar dansles geweest en die lieten dan wat zien. Juist mensen uit die tyd, die zo maar wat deden, zyn nu vaak gere nommeerde kunstenaars. Die nu ook op internationaal gebied helemaal aan de top zitten. Die jongleur, Dave Par ker, begon bij mij als jongetje van zestien met een paar sigarendooejes. Zulke dingen. Johnny Kraaykamp. Die kwam by my met z'n bas (bop, bop, bop). Moppen vertellen. Dat ging gewoon zo. Sterren van wereldformaat stonden in jouw tentje een nummer weg te geven, waar je van achterover viel. Uit zulke dingen blijkt duidelijk, dat er een behoefte isaan communicatie. Gewoon mensen, die behoefte hebben om zich te uiten. Beroemd of niet. Iemand, die iets vertelde over telepathie. Dan zei hij: je hoeft er niet in te geloven, maar het bestaat. Dan had hij het hele keldertje al in z'n ban. Dat was geweldig. Ergens heb je ook nog een beetje een sociale taak. Uit eindelijk gaat het niet alleen om dat hapje eten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 3