MOBILOFOON BIJ OPENBAAR VERVOER IN OPMARS Tram en bus rijdende alarmposten Mobilofoons in het openbaar personenvervoer. „Ze horen erbij als een telefoonaansluiting in een gezin", meent men in Waddinxveen. „Als een bedrijf modern wil zijn, moet het moderne middelen gebruiken", zegt men in Den Haag. „Als je er eenmaal mee bent begpnnen ga je steeds meer uitbreiden", concludeert men in Amsterdam. En in koor formuleert men: de voordelen van mobilofoons in in trams en bussen kun je niet in geld uitdrukken, maar ze zijn duidelijk aanwezig, zowel voor de vervoerders als voor de passagiers. En service wordt een steeds be langrijker element nu de ruimtenood in steden steeds nijpender wordt en het openbaar vervoer een goed alter natief moet bieden aan degenen, die met hun eigen vervoermiddel niet meer uit de wielen kunnen. In deze tram zit de hele mobilofooninstallatie keurig opgeborgen in een loos hoekje achter de bestuurder. De mobilofoon is, met haar zusje de portofoon, op een geweldige manier in opmars. Men kent voor de mobilo foons twee soorten aansluitingen: op het openbare net en op een gesloten circuit. Rond 1500 Nederlanders zitten op het openbare net: zij hebben een telefoonaansluiting in hun wagen en kunnen iedereen opbellen en door iedereen opgebeld worden, draadloos, met behulp van zenders en ontvan gers. Gesloten netten worden door on dernemers gebruikt. Zij huren een be paalde golflengte en kunnen radio- telefonisch contact opnemen met al hun rijdende werknemers, voorzover deze een mobilofoon in hun voertuig hebben. Zijn die medewerkers op een andere wijze mobiel per fiets, te voet dan kunnen zij worden uitge rust met portofoons, die op soortge lijke wijze werken. Omgekeerd kun nen die medewerkers te allen tijde contact opnemen met hun werkgever op de centrale post. De toepassings mogelijkheden voor mobilofoons met gesloten netten zijn legio: ze worden gebruikt op schepen in de havens, op vrachtwagens en kranen op de kades, door nachtveiligheidsdiensten en an dere vormen van bewaking, door vrachtrijders en politie, door ambu lances en brandweer, door de bescher ming bevolking en door de spoorwe gen op rangeerterreinen, om slechts een paar mogelijkheden te noemen. Huren Men kan, als men een golflengte heeft toegewezen gekregen, op twee manie ren op een gesloten mobilofoonnet gaan werken. Men kan namelijk toe stellen en bijbehorende apparatuur ko pen bij de industrie en deze daarna zelf verzorgen, men kan ze ook huren en het onderhoud aan de verhuurder overlaten. PTT verkoopt geen mobilo foons, verhuurt ze slechts, maar staat er dan ook voor garant dat de huur der voortdurend een goed werkende installatie ten dienste staat. Het voor deel van huur bij PTT is ook, dat men zich in eerste aanleg slechts voor een jaar verbindt en vervolgens de HUIDIGE PREMIE REMT OVERSTAP IN ANDERE BAAN (Van onze parlementaire redactie DEN HAAG Het levensverzekerings bedrijf is van plan zijn tarieven aan te passen aan de oplopende rentestand. Mogelijk worden de premies verlaagd. Ook is denkbaar dat er 'n winstdelings- regeling voor verzekerden komt. Een combinatie van beide mogelijkheden is evenmin uitgesloten. Van deze moge lijkheden maakten wij al eerder mel ding. In 1958 en 1965 vonden om dezelf de redenen ook al tariefaanpassingen plaats, maar die bleven beperkt voor verzekeringen, die werkgevers voor hun werknemers afsloten, meestal in de pensioensfeer. De nieuwe correctie zou voor alle ver zekeringen gelden. Maar het is de vraag, of ook de thans verzekerden ervan zullen profiteren. In kringen van het levensverzekeringsbedrijf geeft men te kennen, dat deze tariefaanpassing niets te maken heeft met recente pu- blikaties V3n D'66'er drs. Nooteboom en actuaris Koelman, die ernstige kri tiek hadden op de huidige pensioen voorzieningen en de verzekeringstarie ven. Met name de heer Koelman uitte ernstige beschuldigingen, namelijk dat de tarieven van de levensverzekeringen voor pensioenvoorzieningen o'p feodale wijze worden berekend en dat een ver zekerde over zijn hele loopbaan gere kend, het dubbele betaalt van wat hij eigenlijk verschuldigd zou zijn. Voor de pofeing van drs. Nooteboom om zich te verdiepen in de pensioenvoor zieningen heeft men in kringen van het levensverzekeringsbedrijf veel waarde- huur met een maand kan opzeggen. En bij kopen geldt: eenmaal gekocht, blijft gekocht, ook als men er geen emplooi meer voor heeft. De elektro technische industrie is niet zo gebrand op verhuur-met service, want het op bouwen en in stand houden van een onderhoudsdienst is kostbaar. Daar entegen heeft PTT al een landelijk net van serviceposten. Exact valt niet aan te geven, hoeveel mobilofoons er op gesloten netten in ge bruik zijn. PTT heeft op gesloten netten rond 60Ö0 mobilofoons geplaatst en in exploitatie. Geschat wordt, dat de elek trotechnische industrie er ook nog eens zo'n 4000 heeft geplaatst. Daarnaast heeft PTT circa 3400 mobilofoons in on derhoud van overheidsdiensten (zoals de B.B.), die wel zelf hebben gekocht, maar de service hebben uitbesteed aan PTT. Een mobilofoon kost ergens tus sen de 1500 en 3000 gulden per stuk, af hankelijk van de uitvoering. Omdat er steeds nieuwe ontwikkelingen gaande zijn een belangrijke was de overgang In de steden is de centrale post van tram en bus tevens een mel- dingspost voor meer of minder alarmerende gebeurtenissen. ring, al vindt men zijn stellingen niet allemaal houdbaar. Belangrijk punt in het betoog van de heer Nooteboom was, dat de huidige pensioenvoorzieningen de arbeidsmobiliteit zouden afremmen. Dit zou het geval zijn als een onderneming een pensioenvoorziening heeft op basis van het eindsalarissysteem. Populair gezegd betekent dit, dat het pensioen wordt gebaseerd op het salaris, dat men bij pensionering op 65-jarige leef tijd geniet. De voor deze voorziening verschuldigde premie die in de mees te gevallen afvloeit naar een levens verzekeringsmaatschappij met wie men een pensioenovereenkomst treft wordt meestal uitgesmeerd over de he le carrière van de werknemer Loons verhogingen betekenen namelijk aan zienlijke premieverzwaringen, ook over de achterliggende jaren, en het onmid dellijk voldoen van die inhaalpremie zou bedrijven in ernstige liquiditeits moeilijkheden kunnen brengen. Maar deze methodiek betekent ook, dat als een werknemer tussentijds ontslag neemt, nog niet alle pensioenpremie voor hem is voldaan. Bij overgang van de ene naar de andere werkgever ver liest hij dus veelal een stukje pen sioenrecht. Dit zou de werknemers er van weerhouden van werkgever te ver anderen. Volgens de heer Nooteboom kan dit bij werknemers, die in grote onvrede met hun huidige werkkring leven, zulke frustraties veroorzaken, dat er zelfmoorden uit voortkomen. En die zelfmoorden moet men dan ook nog heel stiekem plegen, zo betoogde hij, anders betaalt de verzekering niet uit. Dwangbuis Afgezien van de zelfmoordtheorie het is nauwelijks te geloven, dat ver lies van een deel van de pensioen rechten zo'n dwangbuis Is dat men slechts zelfmoord als uitweg ziet. ter wijl er nauwelijks een levensverzeke ringsmaatschappij is, die bij zelfmoord van radiolampen naar transistoren is de levensduur niet nauwkeurig be kend, maar men spreekt vaak over ter mijnen van 5 a 10 jaar. Huren kost bij PTT tussen de 38 en 50 gulden per maand per mobilofoon, inclusief huur van het radiokanaal en onderhoud. Ge- sprekkosten zijn er niet bij een gesloten Uitgavepost Hoewel er dus veel meer dan duizend gesloten mobilofoonnetten in Nederland in gebruik zijn, die de ether boven ons land doen trillen van instructies, nood kreten, vragen en antwoorden, is het aantal openbare vervoersbedrijven, dat uitgerust is met een mobilofoonnet, nog zeer beperkt. Een kleine enquête wijst uit, dat tal van vervoersbedrijven wel op de drempel staan. Men durft de uit gavepost echter nog niet aan, omdat het openbaar vervoer bepaald geen goudmijn is en zeker bij voorbaat niet valt aan te geven, welk voordeel in geld uitgedrukt een eigen mobilo foonnet heeft. Wie evenwel mobilofoons in het openbaar vervoer toepast, is van de voordelen rotsvast overtuigd, finan ciële voordelen en voordelen uit 'n oog punt van grotere service aan de reizi gers. En opvoering van de service kan geen uitkering zou verstrekken zit er volgens deskundigen wel iets in de stelling, dat de huidige systematiek de arbeidsmobiliteit kan belemmeren. Maar de conclusie van drs. Nooteboom, dat men voor een werknemer bij in diensttreding dan maar een pensioen verzekering moet sluiten op basis van het (te verwachten) eindsalaris wordt niet reëel genoemd. Wie kent immers de carrièrelijn en (ook overigens) het eindsalaris van een nieuwe werknemer? En zal zo'n kostbare methodiek er niet toe leiden, dat loonsverhogingen tot het uiterste worden beperkt, ook die in verband met promoties? Overigens hebben levensverzekeringsmaatschap pijen geen bezwaar tegen welke metho diek dan ook. Je kunt alles verzeke ren, zo zegt men, als men het bijpas sende tarief maar opbrengt. Over die tariefkant heeft vooral de heei Koelman gefulmineerd. Zijn stelling is, dat de tarieven van de levensverzeke ringsmaatschappijen nog steeds zijn ge baseerd op een rentestand van 3 3,5 procent, terwijl de maatschappijen in feite een veel groter rendement voor de premieopbrengsten kunnen berei ken, thans reeds tot boven de 8 procent. De verzekerden betalen dus te veel, aldus de heer Koelman en dat teveel vloeit allemaal in de reser ves van de maatschappijen (en van de pensioenfondsen, als er sprake is van eigen beheer). Hij stelt zelfs, dat over een hele carrière gerekend met de helft van de thans verschuldigde premie kan worden volstaan. Of de premie moet worden verlaagd, zo stelt hij, of de pensioenrechten moeten worden ver beterd, desnoods jaarlijks vast te stel len, schommelend derhalve. Het levensverzekeringsbedrijf stelt hier tegenover, dat het onmogelijk is het renteverloop van dag tot dag te volgen. „Voordat je reageert moet een renteontwikkeling zich niet alleen ma nifesteren, maar hij moet ook een blij er weer toe leiden, dat men nieuwe passagiers aantrekt, er althans niet Straks heb je die „aanwijzers" daar- steeds meer verliest. Over dat voordeel hadden wij gesprekken bij drie ver voersbedrijven, die ieder op eigen wij ze mobilofoons in bedrijf hebben. Het openbare (streek)vervoersbedrijf, dat als eerste mobilofoons op zijn bus sen plaatste, was de Citosa in Waddinx veen. het bedrijf, dat intussen met de WSM fusioneerde tot de NV W.-Neder- land. Directeur Hooftman zegt: „We zijn er in 1955 mee begonnen en hebben nu zestig bussen met mobilofoon. We zijn er erg trots op. Zowel het bedrijf vend karakter tonen. De weg van een regelmatige premieaanpassing is niet goed. Zo'n aanpassing veroorzaakt veel werk en dus veel kosten en je blijft achter de feiten aanlopen. Bovendien ontstaat bij het verlagen van premies voor nieuwe verzekeringen altijd een druk van reeds verzekerden om ook hun premies verlaagd te krijgen. Voorts dient een verzekeringsmaatschappij al tijd te denken aan de mogelijkheid van de-weg-terug. En als de rente zou da len en als gevolg daarvan de premie verhoogd zou moeten worden geeft de verzekerde niet thuis. Extreem gesteld: je kunt de tarieven niet verlagen, om dat je ze niet kunt verhogen", aldus een'deskundige uit het levensverzeke ringsbedrijf, die er wat het oude verzekeringsbestand betreft op wees, dat nog heel wat geld uitstaat op basis van lage rentes. als de passagiers zijn ermee gebaat, de passagiers misschien wel het meest. De chauffeurs zijn er ook erg op gesteld, want zij voelen zich minder eenzaam: er is altijd contact mogelijk met de centrale. En er zijn nogal wat contac ten. Zitten ze vast in een verkeersop stopping of hebben ze zelf panne, de centrale denkt met hen mee, stuurt een reparatiewagen, dirigeert een reserve- bus naar de bedreigde plek en-of naar het eindpunt om de dienstregeling niet in het honderd te laten lopen. En die servicebus behoeft evenmin als de reparatiewagen niet in de garage te staan, want ze is overal bereikbaar. Is het slecht weer ijzel, sneeuwval dan kan een chauffeur meteen roepen om assistentie van sneeuwruimers en zandstrooiers. Informatiebron Omdat wij in een groot gebied komen fungeren we terloops ook nog als glad heidsmelders voor provinciale en rijks waterstaat en vormen zij een informa- xiebron voor de wegeninformatiedienst. Staan er onverwacht veel passagiers bij een halte bijvoorbeeld na een begrafenis dan is er via de mobilo foon zo een reservebus te krijgen. Heeft een bus vertraging, dan meldt de chauffeur dat niet alleen, maar hij deelt b.v. ook mee, dat hij geen passa giers heeft voor de erop aansluitende bus. Die aansluitende bus kan dan weg rijden en de dienstregeling aanhouden zonder daardoor eventueel passagiers te duperen. Vroeger moest de chauffeur voor al deze zaken maar zien, of hij er gens éen telefoon kon vinden. Dat kon enorm veel tijd vergen op die buiten wegen. Nu kan de chauffeur zijn pro blemen meteen kwijt. En van het een komt het ander. Als de chauffeur onderweg een brand of een botsing ziet meldt hij dat ook even. De centrale geeft dat wel door aan de poli tie en brandweer en ambulance. Zit er in de laatste bus een hinderlijke dron keman: via de 'mobilofoon kan ervoor worden gezorgd, dat aan de volgende halte een politieman staat. Wordt een alleenreizend kind niet van de halte af gehaald, dan ontfermt de chauffeur er zich over en meldt, waar hij het kind zal laten. Wat niet wegneemt, dat ook zegsman erkende, dat er iets moet veranderen, waarbij hij dacht aan goede winstde- lingsregelingcn voor verzekerden. „Maar ook wij hebben moeten leren leven met hoge rente. Overigens is het niet waar, dat het levensverzekerings- bedrtff zich slechts baseert op een rente van 3,5 procent bij het vaststel len van de premies. In 1958 werd voor collectieve pensioen- verzekeringen een rentewinstkorting ingevoerd en in 1965 werd ze nog ver beterd. Deze kortingsregeling komt erop neer, dat als de rentestand op de kapitaalmarkt hoger is dan de 3,5 pro cent, waarvan men bij de tariefstelling is uitgegaan, dat hogere (tot een ma ximum van 2,5 procent) wordt gere stitueerd aan de verzekerde. In feite gaat het verzekeringsbedrijf dus al Als u mij vraagt: hoeveel bespaar je door die mobilofoons, dan kan ik geen bedrag noemen. Ik geloof wel, 'dat we er 2 a 3 bussen mee uitsparen. Maar de service, die we het publiek geven is toch ook heel wat waard. De hele in stallatie kost ons 'n flink bedrag, maar dat betekent toch nog geen halve cent per passagier. Trouwens, de overheid aanvaardt een installatie als kostenfac tor bij de tariefstelling. Als er in ons bedrijf bezuinigingen nodig zouden zijn, dan zal de mobilofoon de laatste post zijn, waarin het mes wordt gezet." Even positief staat men bij de Haag se tramwegmaatschappij tegen over de mobilofoon. Hoofd-afdeling-vervoer zegt dan ook: nadat we begonnen zijn met het uitrusten van enkele personen auto's van controleurs en van enkele werkwagens met mobilofodn ontstond meteen aandrang om het aantal uit te breiden. Met name bij de technische dienst. Heel begrijpelijk, want met zo'n wagenpark (210 bussen en 164 trams) en met zo'n groot lijnennet komen nogal eens storingen voor, niet alleen in ons eigen materiaal maar door aanrijdingen en andere storingen op de route. Je kunt dan veel sneller controleurs en storings wagens naar de plekken des onheils zenden om de storingen op te heffen en zo nodig trams en bussen langs andere routes te dirigeren. Dat betekent een enorme tijdwinst. Van nut overtuigd De volgende stap was het uitrusten van drie autobussen met mobilofoon. We kozen daarvoor de lesbussen, waar op een leerling met instructeur zit. Zo dra zich ergens een storing voordoet waardoor bussen het werk van trams moeten overnemen, zetten we deze les bussen in. Die zijn altijd bereikbaar. Dat voldoet vootreffelijk. En nu staan we op het punt mobilofoons aan te bren gen in 40 trams en 30 bussen, omdat we van het nut ervan overtuigd zijn. Dat nut kun je niet exact omschrij ven, zeker nu nog niet. We gaan er om zo te zeggen gewoon wat mee ex perimenteren. Diep in mijn hart ben ik ervan overtuigd, dat binnen afzien bare tijd ons hele wagenpark met mo bilofoon rijdt. Wat kun je er niet alle maal mee doen? In de eerste plaats doorbreek je de eenzaamheid van de chauffeurs en bestuurders, die sinds de eenmansbediening dan toch maar op hun eentje met zo'n grote wagen en tientallen passagiers door stad en bui tenwijken moeten. De aanwezigheid van de centralepost geeft 'n .geweldige steun in de rug bij problemen: als het nodig is, kunnen zij hun hart luchten. „Bij storingen kunnen chauffeurs en bestuurders ook veel eerder alarm slaan. Nu moeten zij eerst hun geld en rittenkaarten opbergen en ergens een telefoon zoeken, wat heel wat tijd kost. Vooral 's avonds en zondags als de winkels gesloten zijn, en daarna zijn uit van een rentestand van 6 procent, wat via ingewikkelde' berekeningen, die we hier zullen laten voor wat ze zijn leidt tot een premiereductie van 20 procent. Een verdere verruiming is thans, zo als reeds gezegd, op komst. Dat men de hele rentewinst zal gaan doorgeven aan de verzekerden, mag worden be twijfeld, want de maatschappijen heb ben nu eenmaal een deel van de rente winst nodig om verlies op kosten goed te maken. Ook op die kosten had wis kundige Koelman kritiek. Hij meent, dat de maatschappijen zeer wel een lager bedrag in hun tarieven kunnen opnemen en hij vergelijkt dan met on der meer de kosten van pensioenfond sen met eigen beheer. Een vergelijking, die volgens onze zegsman niet eerlijk is. In de eerste plaats worden vele kosten van een pensioenfonds door de onder- ZATERDAG 6 SEPTEMBER 1969 ze onbereikbaar. Als je thans genood zaakt bent om welke reden dan ook een tijdelijke routewijziging door te voeren, dan moet je een man bij een bushalte of bij een wissel neerzetten om dat aan de bestuurders te vertellen. Straks heb je die „aanwijzers" daar voor niet meer nodig: je vertelt het je bestuurders via de mobilofoon. Dan kunnen de passagiers ook via de om roepinstallatie worden ingelicht en kun nen zij tijdig uitstappen als de nieuwe route hun niet schikt. Voorts zie ik in mobilofoons een hulpmiddel tegen ont regeling van de diensten. Bij openbaar stadsvervoer doen zich altijd wel ver tragingen voor: botsingen, stoplichten, storingen, altijd is er wel wat. Ik stel me voor, dat we hier en daar in de stad bussen en trams neerzetten, die gaten moeten opvullen. Dan kun je be reiken, dat de mensen zeggen: hoe dan ook, de bus en tram komen altijd binnen redelijke tijd. Dat werkt passa- gierswervend of op z'n minst behoudt de HTM daardoor het passagiersbe- Veiligheid Bij het gemeentelijk vervoerbedrijf van Amsterdam zegt adjunct-chef ver voer Nijman: „Wij hebben 25 bussen met mobilofoons uitgerust toen wij nachtlijnen gingen invoeren. Wij von den het toen noodzakelijk, dat de chauf feurs, die de hele nacht moederziel al leen op stap waren, ergens een steun punt zouden hebben, met name ook bij calamiteiten. Maar toen bleek ons, dat je met mobilofoons veel meer kunt doen dan de veiligheid van de chauf feurs verhogen. In feite kan een man een heel vervoersnet dirigeren. Daar om zijn we die bussen ook overdag gaan inzetten. Waar ze rijden hebben we veel minder vertragingen. In het verleden waren we bij storingen en dergelijke afhankelijk van meldingen van de politie, die zelf ook eerst be richt moest krijgen. Nu zijn wij vaak nog eerder op de hoogte dan de politie, zodat we zo nodig meteen kunnen in grijpen. De waarde van een eigen mo bilofoonnet is niet in geld uit te druk ken". Over de verdere ontwikkeling laat de heer Nijman zich niet uit, maar zijn geestdrift is dusdanig, dat het GVB van Amsterdam stellig gaat uitbreiden met zijn mobilofoonnet. Het wordt dan wel vol in de lucht. Dat stelt steeds grotere eisen aan de tech nische uitrusting. Het aantal beschik bare radiokanalen is namelijk zeer be perkt, zodat men met tussenruimten van 60 km dezelfde golflengten be schikbaar stelt. Wie in zijn eigen rayon te krachtig zendt, kan dus iemand el ders in het radio-water zitten. Zoals men in Waddinxveen aanvankelijk de politie van Antwerpen ontving in plaats van de eigen bus in Boskoop. Daarom is de installatie der appara tuur precisiewerk! JO SMITS neming, waartoe het fonds behoort, gedragen. Bovendien gaat het bij een pensioenfonds om de kosten van een bepaald jaar. Een verzekeringsmaat schappij moet in haar tariefstelling ech ter ook de verwachte ontwikkeling der kosten verwerken indachtig het begin sel dat de bij het afsluiten van een verzekering bedongen premie geduren de de hele looptijd van de verzeke ring blijft gelden. „Overigens", zo besloot onze zegsman, die In dit geval wel als woordvoer der van het levensverzekeringsbedrijf mag worden beschouwd, „kijkt men dikwijls verkeerd tegen ons bedrijf aan. We zijn gewone ondernemers, die - net als alle anderen het maken van winst beogen. Ons wordt geld toevertrouwd in de vorm van premies, waartegenover wij prestaties garan- „Met dat geld werken wij, met dat geld lopen wij risico's en aan dat hele ondernemen willen wij wat verdienen. Als een andere onderneming in een jaar wat terugloopt worden allerwege wenkbrauwen gefronst en als er her stel optreedt wordt er gejuicht. Maar als een verzekeringsmaatschappij winst maakt wordt dat vaak gezien als een perfide aangelegenheid. Misschien hebben we het er in het verleden wel naar gemaakt. Toen gingen onze ver tegenwoordigers „de boer op" en ver telden de mensen, dat zij.ervoor kon den zorgen, dat de mensen na een ar beidzaam leven 't moede hoofd gerust zouden kunnen neerleggen omdat, via een verzekering, de nabestaanden niet onverzorgd zouden achterblijven. Aldus werden verzekeringsmaatschappijen gevoelsmatig gezien als sociale instel lingen, niet als ondernemingen. Wat overigens niet wegneemt, dat de ver zekeringsmaatschappijen heel sterk hebben bijgedragen tot de ontwikkeling van de pensioengedachte. Wat dat be treft hebben we bepaald baanbrekend werk verricht. In de jaren dertig was een pensioenvoorziening, als ze al be stond, een gunst, thans wordt het steeds meer een zorgvuldig geformuleerd recht. Maar er valt nog heel wat te doen voordat de situatie ideaal is. Wat dat betreft valt het toe te juichen, dat men zich meer en meer in deze ma terie gaat verdiepen, ook de leek".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 11