LAOS NIET NEUTRAAL MEER DOSSIER Schillebeeckx Het beest met drie koppen... DOSSIER SCHILLERIZCXX Niemand is erg bezorgd Weinig nieuwe elementen een vlotte reportage Richard Auwerda ZATERDAG 12 JULI VIENTIANE, Laos ten land dat in de twintigste eeuw een wapenschild heeft waarop een olifant met drie koppen afge beeld is, moet wel gevoel voor humor en verbeeldingskracht bezitten, en tevens onzeker zijn van de politieke toekomst van het land. Dit is in Laos inderdaad het geval. Het westen is al vijftien jaar lang be kend met fantasierijke en welluidende namen zoals Loeang Prabang, prins Soevanna Phoema, prins Soevannoe- vong, Pathet Lao, en weet verder dat Laos tenminste totdat de oorlog in Vietnam begon het centrum van de koude oorlog in Azië was. De moeilijkheid in Laos was dat en in dit opzicht getuigde het feit dat men de keus op een olifant met drie koppen had laten vallen wel van een bijzonder profetische blik de lei ders het al spoedig onderling oneens waren en, net zoals de koppen van de olifant ieder een andere kant uitkeken. Prins Boen Oem stond aan het hoofd van de feodale rechtsgeoriënteerden, prins Soevannoevong aan h et hoofd van de communisten en diens stief- I broer, prins Soevanna Phoema probeer- I de neutraal te blijven en het centrum te besturen. Zonder wat de Laotianen op eerbiedige toon „de grote mogend heden" noemen zou zo'n verdeeldheid niet gehinderd hebben. Het koninkrijk Laos. dat zo groot is 1 aV> Engeland, was dubbel onfortuin- hflt doordat het tot onafhankelijkheid A-wm tijdens een hoogtepunt in de koude oorlog en zich tussen het over wegend Westerse Thailand en het zich uitbreidende communistische Noord- Vietnam bevond. In theorie (zoals in 1962 in Genève overeengekomen was) kon Laos neutraal blijven, maar in fei- e hebben oost en west elkaar nooit -oldoende vertrouwd en binnen Laos varen de verschillende fracties al te lang gewend om zich op het buiten land te richten. Afgezien daarvan is Laos al sinds de Amerikanen in 1965 in actie kwamen soort tweede front. De Noordviet- hebben het land gebruikt i goederen naar het zuiden te kun- n vervoeren (de Ho Tsji-minhlijn) de Amerikanen hebben vanuit Thai land en vanuit schepen in de Zuidchi- de lijn onophoudelijk gebom bardeerd. Laos is voor beide partijen van zo'n essentieel belang geworden" zei een diplomaat onlangs, „dat er geen hoop t een en ander geregeld kan worden, totdat de oorlog in Viet- de baan is". Ontroerend vertrouwen Toch is er verbazingwekkend goede hoop dat het een en ander geregeld al worden wat misschien een ge- olg is van 't ontroerende Laotiaanse •ertrouwen in de „grote mogendhe den". De premier, prins Soevanna Phoe- mening dat als iedereen zich aan de overeenkomst van Genè- an 1962 houdt, de burgeroorlog tot einde gebracht en het land ver enigd zou kunnen worden. De Amerika nen en Russen schijnen het hier in prin cipe mee eens te zijn. Maar sinds 1962 is er heel wat water door de Mekong gestroomd. De oude en handige neutrale positie bestaat niet meer. Er is de onvermijdelijke polarisatie opgetreden: beide partijen beweren dat ze de erfgenamen van de "v i voorstanders van neutraliteit zijn. maar de ene partij is nu voor de Noordviet- namezen en de andere voor de Ame rikanen. Ongetwijfeld is de mate waar in dit het geval is veel groter dan elk van beide partijen zou wensen. „Het is bedroevend" zei een bejaard iemand in Laos, „Deze mensen zijn van na ture voorstanders van neutraliteit, en n compromis stuit hen tegen de borst zo heel anders dan de Vietnamezen". Dit is waar. De vriendelijke, beschei den Laotianen behoren tot de harte lijkste en minst oorlogzuchtige volke ren in Zuidoost-Azië. Hier ligt Vien tiane aan het einde van de spoorlijn die niet verder reikt dan de grens met Thailand, aan de andere zijde van de Mekong. Men kan zich moeilijk voor stellen hoe het slaperige, landelijke La os ooit de koppen van de kranten over de gehele wereld kon halen. Verlies Het is mogelijk dat dit weer gebeurt, tenzij men in Vietnam spoedig tot 'n staakt 't vuren komt. Weinig mensen schijnen gemerkt te hebben dat de Amerikanen de oorlog in Laos lang zaam aan "t verliezen zijn. Van offi ciële zijde zegt men dat er geen be langrijke veranderingen opgetreden zijn. maar waarnemers geven toe dat 't laatste anderhalf jaar de regerings troepen zware klappen te incasseren hebben gekregen en er zijn geen teke nen die erop wijzen dat ze zich her steld hebben. De koninklijke regering bestuurt nu minder dan een derde gedeelte van het land, en de rest van Laos is in han den van de Pathet Laocommunisten en de Noordvietnamezen (de Ho Tsji-minh lijn en de provincies Phong-Saly en Sam Neua aan de grens in het noordoosten. De regering' heeft nog steeds de ste den langs de Mekong in handen, zoals Loeang Prabang, Vientiane, Paksane, Thakhek, Sannakhet en Pakse, maai de verbindingsweg tussen deze plaat sen is op sommige plaatsen afgesne- Ernstiger dan dit is het feit dat de Pat het Lao onlangs praktisch alle lan dingsbanen en bases in het noordoos ten van Laos op de regering buitge maakt heeft. Hiervandaan heeft in voor gaande jaren generaal Vang Pao (een veerkrachtig kereltje), zoals de Ame rikanen hem noemden, met zoveel suc ces de achterhoede van de communis ten aangevallen. Dichter bij Vientiane dreigt de vijand nog steeds Muong-Sui in te nemen dat op het ogenblik bezet is door onvervang bare bataljons, die gevormd worden door de beste soldaten van het rege ringsleger. Amerikaanse bronnen zei den dat de situatie nog steeds „verward" is en bekennen dat ze niet weten wat er gaat gebeuren. Het opmerkelijke is dat niemand erg bezorgd is. Zelfs de Amerikanen, die het land tenminste economisch steu nen, tonen in geen enkel opzicht dat teken van de komende vrede. Weinig mensen vrezen dat de Pathet Lao zich aan bombardementen bloot zal stellen door al die steden in te nemen die ze nu bedreigen. Nog maar pas geleden heeft 'n luchtaanval bij Xieng-Khoeang zo'n verwoesting aangericht dat zelfs mensen aan regeringszijde in Vientia ne hier ontsteld over waren. De bom bardementen die allemaal door de Amerikanen uitgevoerd waren vor men misschien de nuttigste kaart die de regering bij vredesonderhandelingen op tafel kan leggen. Verleden week heeft de nationale ver gadering prins Soevanna Phoema ge machtigd contact met de Pathet Lao op te nemen. Het gevoel heerst dat, hoewel de premier stug aan de over komst van Genève van 1962 vast wil houden, het moelijk is concessies te doen die voor communisten aantrekke lijk zijn. „Als we eenmaal van de Noordvietnamezen af zijn", zei een in vloedrijk lid van de conservatieve par tij", is de rest Laotiaans en kunnen we tot een overeenkomst komen". Ongetwijfeld zijn zelfs de rechtsgeo riënteerden afgezien van een paar waanzinnigen bereid om een neutra le positie in te nemen en zij beseffen, ze onder spanning staan en dit laat zien dat ze in Laos geacclimatiseerd zijn en gewend geraakt zijn aan 't le ven daar. „O. er zal er regeling komen. De reohtsgezinden hebben hun kruit verschoten en links kan niet meer op een militaire overwinning hopen. We moeten ..lleen maar op Vietnam wach ten". De Amerikanen hier schijnen niet het gevoel te hebben dat er iets kan mislukken. Bombardementen De natuur helpt de guerilla- troepen. De vele grotten in het bergachtige gebied bieden een schuilplaats en opslagruimte voor wapens. dat Soevanna Phoema hen de beste hoop biedt en zij zien met genoegen, dat hij op 67-jarige leeftijd nog een flink partijtje tennis kan spelen. Als de Pathet Lao er zo op gesteld is naar de vleespotten van Vientiane te rug te keren als iedereen hier denkt, verwachten ze waarschijnlijk meer in spraak dan ze hadden toen ze in 1964 uiteindelijk uit de regering traden. Het is zeker, dat ze meer zetels in het ka binet willen. Neutraal In de praktijk is 't moeilijk te zien hoe Laos plotseling neutraal zou kunnen worden. Op het ogenblik zijn zowel de Amerikanen als de Noordvietnamezen zo nauw met het land verbonden dat beide werelden in zouden storten als Laos zich neutraal zou verklaren. Maar zullen de Noordvietnamezen zich veilig genoeg voelen om hun troepen terug te trekken, terwijl de Amerikanen nog steeds in Laos zijn? Of vice-versa? Een regeringsambtenaar in Laos zei dat het ..drie tot vijf jaar" zou duren voordat Laos het zonder Amerikaanse hulp zou kunnen stellen. De vraag waarvoor niemand hier nog een antwoord heeft is: „Wat moeten we doen om internationale garanties te krijgen als we tot een compromis en een einde aan de burgeroorlog komen" Dit verontrust heel wat Laotianen en in hel bijzonder hen die over „de grot< mogendheden" spreken. Sinds 1962 zijn de dingen veranderd. Zij zijn bang da' iedereen er naar verlangt van Indo- China verlost te worden en dat ze vooi de eerste keer helemaal alleen zulle Misschien is het wel beter voor La< als het alleen staat. Het feit dat Vien tiane geen brandweer heeft en op Ami' rikaansc en Franse motorspuiten moei vertrouwen, hoeft niet al te verontrus tend te zijn. Het belangrijkste is dal Laos, ondanks de kleine bevolking (2'/= miljoen) politieke verdeeldheid, geogra fische tegenstellingen en de korte pe riode van 24 jaar waarin het gepro beerd heeft zich een onafhankelijke na tie te noemen, een karakter heeft, dat volkomen verschilt van dat van Thai land of Vietnam. Het beest met dm koppen is zeldzaam genoeg om er su.- nig op te zijn. """""KJai Ook al is achter de affaire-Schillebeeckx door Rome een grote punt gezet, toch heeft de zaak op zich gewicht genoeg om haar aan een nadere analyse te onderwerpen. Da tom grepen wij met graagte naar een zojuist van de pers gekomen boek, dat op de titelpagina als „Dossier Schillebeeckx" wordt aangekondigd. Onze verwachtingen, mis- sohien te hoog gespannen, wei-den niet geheel beant woord- „Dossier-Schille- beeckx" bleek een vlotte reportage te bevatten van de gebeurtenissen die zich de laatste jaren rond de hoofdpersoon hebben af gespeeld en wat losse gegevens over de situatie van het katholicisme in Nederland. Een „Dossier- Schillebeeckx", dat wil zeggen een map met stukken die op een proces betrekking hebben, kan men het echt niet noemen. Richard Auwerda, redacteur kerkelijke zaken van de Volkskrant, begint zijn boek met een korte schets van de ontwikkeling, die het Nederlands katholioisme in de laatste decennia heeft doorgemaakt- Hij legt de grote ommekeer in het jaar 1954 (verschijnen van het mandement) en ziet in bisschop Bekkers de figuur diï tot die ommekeer de grote stoot heeft gegeven. Volgt een korte levens beschrijving van de in België geboren Schille beeckx, door de auteur kort aangeduid als „de eenvoudig levende priester-theoloog, hoogleraar en auteur, pastor en adviseur van bisschoppen, priesters en leken, waarom Nederland benijd wordt". Veel aandacht wordt besteed aan de rol, die deze man op het concilie heeft gespeeld en aan de confrontatie tussen hem en Rome, die er het noodzakelijke gevolg van was. Deze confrontatie weid na het conoilie doorgezet. Vooral in verband mei de verwikkelingen rond de Nieuwe Katechismus. De centrale hoofdstukken van de reportage zijn gewijd aan het befaamde proces- Schillebeeckx, dat op 24 september 1968 door het Franse dagblad Le Monde in de openbaarheid werd gebracht. Auwerda heeft met grote zorgvuldigheid alle gegevens, waarover hij kon beschikken, bijeen gezet en tot een vlot leesbaar verhaal gecompo neerd. Wat ons teleurstelde is, dat hij weinig nieuwe elementen weet aan te dragen. Hij moet regelmatig verwijzen naar berichten, die reeds in kranten, weekbladen en actualiteiten rubrieken zijn gepubliceerd. En van het befaamde „dossier" weet hij alleen 'n sunmiere inhoudsopgave te verstrekken: geen letter lijke tekst, geen echte documentatie- Eoht en bijzonder interessant nieuws vor men de letterlijke citaten uit de brieven, die door prof. Schillebeeckx naar aanleiding van de berichten over zijn „proces" heeft binnengekregen. De meeste getuigen van de bijzonder grote waardering, die hij in brede kring, nationaal zowel als internationaal, geniet Slechts enkele zijn onvrien delijk, ja beledigend van De reportage wordt af gesloten door twee inter views, een met Schillebeeckx en een met Karl Rahner. de man die als „verdediger" in SACRA CONGREGATIO de religiosis 5. c. nu u doitrina deim FEDE ARRIVATO I 1 1. MAR 1968 I PROT. NV... SACRA CONGRECATIO PRO DOCTRINA FIDEI -ii 1968 -^4 nitO1 c°ncregaz.osi LA DOT TRI .VI, "ELLA FE E>E ^G»^"'" ai' w 1 a, TO het „proces" is opgetreden. Rahner houdt staande, dal er geen proces is geweest, schreven aanklachten waren er niet. Al wat in Rome is gebeurd, lag nog in de sfeer van de voorlopige in formatie. Men wilde zich NEDERLANDERS BLIJVEN - OOK IN GELOOF - COMMERCANTEN op de hoogte steUen van de theologie van Schillebeeckx. Hij ziet in zijn benoeming tot „relator pro auctore" (zoiets als een verdediger) een tegemoetkoming aan Schillebeeckx. En een maat regel „cm een zekere onpartijdigheid van het geheel te waarborgen". Hij vindt ..dat het kerkelijk leerambt cok nu nog het recht en de plicht heeft alle theologen te censureren en te zeggen: dit of dat is nu k:\tholiek" En hij voegt eraan toe: „Als Rome nu 'n andere theoloog aantrekt en als daarvoor dan boven dien een theoloog wordt gekozen van wie bekend is, dat hij er min of meer dezelfde ideeën op theolo gisch gebied op nahoudt, dan is dat een aanzienlijke verbetering in de proce- Interessanl zijn de opmer kingen, die Schillebeeckx en Rahner in de interviews maken over '1 katholicisme in Nederland. Schillebeeckx vindt dat de Nederlanders „ergens commercanten blij ven. ook in het geloof" Ergens moeten ze iets achter de hand houden: ..Er is ook maar één Jan van Schaffelaar in de historie" En Rahner beantwoordl de- vraag van de interviewer hoe hij de functie van Nederland ziet in het raam van de wereldkerk, rret een tegenvraag: of de Neder landse katholieken n:el enerzijds het standpunt Nederland doen is een Nederlandse zaak en moet daarom onder de Neder landse horizonten beoor deeld worden" en ander zijds „Voelen dezelfde kathclieken zich tegelijk het model voor de Kerk ui andere landen?" Hij slaat hiermee, ook al beantwoordt hij de vraag niet, wel ergens een spijker op de kop. Waarom na de beide inter views nog een hoofdstuk wordt toegevoegd, dat do conflicten behandelt rond figuren als bisschop Bluys- sen. Piet Huizing, de be roering rond kwesties als geboortenregeling en pries- itrcclibaat en de verwikke lingen in de studenten- f..iicchies, is ons niet geheel duidelijk. Dit geldt nog meer voor de korte samen valt ing van het rapport „De Riskante Kerk" in het 'aatste hoofdstuk. Ons in- schaden zij de com- itie. Afred van de Weijer „Wat wij het land onder Strijders van het „bevrijdingsleger" voeren regelmatig overvallen uil op de regeringstroepen. Hier worden militairen van de regeringstroepen na een treffen in het oerwoud gevangen genomen en weggevoerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 15