„Er komt een moment dat je denkt, straks is alles voorbij" „Dit is de man, dit is z'n Festival" Lou van Rees: 10NDERDAG 3 JULI 1969 DE LEIDSE COURANT PAGINA 9 Lou in Scheveningen, hippe Lou in een krappe pantalon, die zijn buikspieren dwingt om over uren te maken, blauw 'sporthemd, bovenste knoopje open, want het voetvolk op het plein mocht eens denken, dat alleen zijn vierkant hoofd de kleur van gesausde tabak heeft. Lou in zijn open, witte sportwagen, kaarsrecht in de blauwe somptueuze zetel, Lou met een per manente kingsize-smille, waarmee hij vriend en vijand vanuit,zijn glimmend feestblik verplet tert. ,,Nee jongen, die veertienduizend kilome ter op de teller, dat is nep. Hij is al twee keer de klok rond geweest. Tweehonderdduizend, maar loopt hij formidabel of niet? Ik zal je wat vertellen, doodserieus. Dat hele impresario spelen is een kwestie van feeling. Net als autorijden. Je hebt chauffeurs, die het nooit zullen leren, die drie, vier keer voor hun rij examen zijn gezakt. En een ander stapt in en ramt er gelijk op los. Feeling, enkel feeling. Als ik De Telegraaf opensla en ik zie een kleu renfoto van Shirley waarop ze een oud wijf lijkt, dan denk ik: „Zonde van zo'n zangeres". Shirley heeft alles in zich, die zou een hele grote artiest kunnen zijn, maar er is niemand in Nederland die de capaciteiten heeft om het er uit te halen. Het is verdomd jammer, dat ik geen tijd heb. Ik zit met dat Songfestival, ik zit met HAIR en nou heb ik ook nog een proces aan mijn kont gekregen. Dat festival, jongen, dat is een onpeilbare zaak, daar heb ik dag en nacht aan gewerkt. Dat is ook niet te betalen". Kfiti hij dan wel zeggen, hoe groot de scha mele tegemoetkoming is, die de organisatoren in zijn knuistje hebben gedrukt? Lou draait zijn whiskyglas losjes in zijn hand, staart naar de zee, glimlacht. „Een prachtige zomeravond", zegt hij, „die zon, die langzaam ondergaat, de wolken. Prachtig. Zullen we dat onderwerp betaling maar niet liever la ten rusten. Dat gaat toch geen mens aan. Ik heb een staf van zeventien mensen, die ik uit mijn eigen zak betaal. Ik heb voor Sche veningen mijn eigen zaak half naar God ge bracht. Schrijf dat maar op. Ik heb 100 orkesten onder contract, ik lever artiesten in de Hiltons, ik zorg voor het entertainment op de boten van de Holland Amerika Lijn. Ik heb die zaak al zeventien, achttien jaar, maar d'r is geen mens, die er koud of warm van Goed, ik wil je dit zeggen. Ik heb drie keer geweigerd om dit festival te organiseren. En als het straks geweldig slaagt, dan weet ik toch niet, of ik het volgend jaar weer zoiets doe. Ze boden me de eerste keer een bedrag Imet vier nullen. Meer zeg ik niet. Vier nul len. Ik heb geweigerd. De derde keer ben ik er toch ingetrapt; en nou "weet ik, 'dat het hog steèds te weinig is, w,at ze me geven,.. Dat is misschien aardig voor een jongen als Willem Duys, die niks vast om handen heeft. Maar ik heb een zaak, ik hoef niet. Ik zou op dit moment dn een ligstoel kunnen zitten in mijn huis in Vinkeveen. Ik zou met alles kunnen stoppen, maar ik doe het niet. Ik zit hier ook zalig. Dit is de eerste keer vandaag, dat ak geen telefoons om me heen hoor rinkelen. Op kantoor wordt de hele dag gebeld, ik had net een bespreking in het Circustheater. Ge lijk gaat de telefoon. Een vrouw vroeg, of ze strandhuisjes kon huren. Gegild hebben we. Ze bellen op uit Groningen om kaarten voor HAIR. Er eijn geen kaarten meer, an aar ze roepen bijna huilend, dat ze er honderd gul den per stuk voor willen betalen. Ik heb natuurlijk wat kaarten achtergehouden voor de goeie vrienden, ik heb geweldige angst, dat ik straks „neen" moet zeggen, als er een he'e belangrijke relatie belt. Straks komt Jimmy, dat is de Amerikaanse consul in Am sterdam. Een geweldige muzikantengek. Die man kan ik niet teleurstellen. Als i'k 's nachts een Hiltonhoteil binnenstapt, dan is er ook altijd een kamer voor ime. Van Rees heeft altijd een bed. geen bliksem Je kunt je natuurlijk afvragen, waarom Van Rees al die ellende op zijn hals haalt. Al die vergaderingen, de kleinste details moei je zelf regelen, want anders klopt er geen blik sem van. En dan stuurt Jansen van het Kur- haus je nog een vuil briefje, waarin hij je een heel slim mannetje noemt. Hij wilde, dat alle artiesten, die bij hem logeren zijn con- traot zelf ondertekenen, maar ik kan die papieren toch moeilijk naar Londen sturen. Daarom heb ik het zelf gedaan. Hij is nou bang, dat hij izijn geld niet krijgt. Verdomme, al moet ik het uit mijn eigen zak betalen. Dat is de pest, de showbusiness is zo groot als de grenzen van het land het toelaten. Dat is mooi gezegd. Waar je hier ook heen rijdt, binnen twee uur ben je gegarandeerd het land uit. Dit is het land van de enorme middelmaat. Ik vertel je nog wat. Ik heb een zwak voor Knókke, ik vind het jammer, dat het zo ge lopen is. De sfeer daar is niet te evenaren, die hele entourage, ik denk alleen al aan die negerinnen in die nachtolub. Dat is toch for midabel. Maar toch had >ik „neen" gezegd, als ze gevraagd hadden, of ik dit jaar weer ploegleider van de Nederlandse Knokkelpoeg had willen worden. Ik kan me dat niet ver oorloven. Als er geen materiaal is, dan gaat de zaak over. Ik heb het niet voor niets Wil lem Duys twee keer laten doen. Als er een gek is, die het wil doen. moet hij het weten. Wacht effe, nou lijkt het, alsof ik Willem Duys een gek vindt. Dat mag niet. Ik moet zeggen: „Ze hebben hem zo gek gekregen. Die jongen is er gewoon ingestonken naar gebrek Na elk 'Knokkefestival kwam er een mo ment, dat ik dacht: „waarom heb ik dat nou allemaal gedaan? Al die ruzies, al die strijd. Ik ben vorig jaar als een dolleman te keer gegaan tegen de jury, omdat de beslissing onrechtvaardig was. De Engelse ploeg was formidabel en die werd er uitgegooid. Dat mag niet. Engeland en België stonden aan de top en dan kwam er een hele tijd niks. Dat zag eelfs een leek. Ik ben een ontzettend vriendelijke man, maar als ik wat onrecht vaardigs zie, dan vecht ik me kapot. Dat is een naar gebrek van me. Achteraf schreven sommige ka-anten: „dat doet Lou voor zijn eigen -standje;.-Lou is ijdel". Ik ijdel. Man ik houd niet, eens meer een plakboek bij. Iedere artiest houdt een plakboek, bij voor zijn kinderern of voor zijn vriendin, maar ik ben er vijf jaar geleden mee gestopt. Ik vind het gewoon fijn, dat ik het allemaal mag doen. Friso Endt heeft jaren geleden een verhaal over me geschreven, ik stond toen nog pas aan het begin. Hij ging met me mee, nacht club in, nachtclub uit. Zijn tong hing op zijn schoenen. Toen ik zijn verhaal las, dacht ik: ..God, Lou, wat heb jij een fantastisch vak". En toch had hij geen woord gelogen. bijna bijgelovig Die ruzies, daar kan ik niets aan doen. Dat komt door de broodnijd in het vak, als ik zie. dat ze me dat kunstje flikken, dan ga ik de strijd niet uit de weg. Kam ik er god betert wat aan doen, dat alles wat ik aanraak bonje wordt? Ik ga maar Polen en gelijk wordt Tsjscho-Slowakije aangevallen. Daar hadden ze achteraf ook nog wat over te zeggen. Als of ik die Polen tegen had kunnen houden. Ik ga maar Knokke en de jury pleegt fraude. Als ik volgend jaar naar Luxemburg ga, dan zul je zien. dat op hetzelfde moment Luxem- Lou van Rees: ,,lk heb een zwak voor Knokke, ik vind het jammer dat het zo gelopen <s" burg Duitsland de oorlog verklaart. Je zou er bijna bijgelovig van worden. flauwekul Als Knokke voorbij was, reed ik altijd op mijn dooie gemak dooi- Zeeland terug. Via het veer in Breskens, dat is geweldig. Prach tige natuur, lekker rustig. En dan mag je die hele luchtballon langzaam in elkaar zak ken. Allemaal flauwekul, dacht ik dan. er blijft geen bliksem van over. Dat zijn kri tieke momenten voor mensen zoals ik. Je weet, dat straks de sleur weer komt, de hon derd orkestjes, de duizend telefoontjes. En op hetzelfde moment begin je automatisch weer aan fijne dingen te denken. Je wilt ge woon iets zaligs doen. Dat is het. Het is geen kunst om op je stoel te blijven zitten en ra veertig jaar met een klap op je bureau te vallen. Maar ik krijg die hartaanval liever op deze toer. Louis heeft .daar. eep luister rijk gezegde over. Armstrong Is "een hele goeie vriend van me, ik heb me altijd éèn gevoeld met echte artiesten. Zë weten, dal het geld bij mij geen rol speelt, ze weten, dat ik geen „bloody ten percenter" ben. De naam impresario heeft een rotklank, je hoeft me niks te vertellen, maar ik heb niks te ver bergen. Goed, ik neem geen blad voor mijn mood en ik gebruik >de taal van de show business. Wat wil je van een man. die zelf jaren muzikant is geweest? Maar ik heb me altijd vastgeklampt aan drie dingen: werk ontzettend hard, probeer zo correct mogelijk te zijn en be a diplomat. Ik zal in de ko mende dagen heus wel eens doorzakken, laat hot zelfs voorkomen, dat ik stomlazerus word of met vijf fijne wijven op stap ga. Arm strong zei: when I am dying I am going to heaven and there I take over Gabriels horn". Begrijp je? Horn is in het Engels trompet. Dat vind ik kenmerkend voor Louis. Die man hoeft ook niet meer, die weet met zijn geld geen raad, maar hij kan niet ophouden. Hetzelfde met een man als Sinatra, die heeft een hele stoet meelopers en meeëters achter zich aan, maar hij denkt er niet over om te schandalig Ik kan ze je zo noemen, de impresario's, die zich in korte tijd aan ons vak verrijkt heb ben. Neen, ik noem geen mamen, waarom zou ik in die pot gaan roeren? Ze weten het toch wel, hoe ik over ze denk. Ze pakken 40, 50 procent van de gages en als ze bij V. D. voor 10.000 gulden een (feestavond moeten verzorgen, knijpen ze de artiestenprijzen net zo lang uit, totdat ze er zelf 5 mjlle schoon aam over houden. Dat noem ik schandalig, maar er is geen moer tegen te doen. Je ziet ook mensen met groot lef dit vak binnenstappen, die er nooit, wat in gepres- sleerd hebben. Ze hebben een zak aardappe len verkocht en denken, dat ze voor het zelf de geld een zak mensen kunnen verkopen. Dat kan miet. (Het is geen kunst om in de showbusiness te slagen, maar je moet wel wat feeling meebrengen. Als je dat niet hebt, kap er dan maar gelijk mee. Als Dusty Springfield een half uur te laat op de repe titie komt. mag ze van mij. En dan moet een zak van een producer niet gaan lopen mel ken ever dat half uur. Springfield een lastige artieste? Ja, als je dat mens begint uit te schelden, denkt, ze ook: .barst maar met je repetitie". En dan krijg je ze .met tien sterke jongens niet meer op de' Bühne. Ik zeg: Dusty, je ziet er vandaag weer fijn uit. You look wunderfuM". Op dat moment weet ze niet meer, hoe ze het heeft. Ze verwacht een uitschijter en roept: „kunnen we starten met de repetitie?". Dat is feeling. Barbra Streisand mag van mij zelfs ander half uur te laat komen. Dan wordt er maar niet gc-iepeteerd. Je mag al blij zijn. dat zo'n mens er is. En laat die camerajongen alsje blieft niet gaan jammeren over zijn picture, want iedere picture van dat wijf is goed. Dat weet je toevallig. in de put Wat je hier in Nederland wel leert is hoe je het vak met moet doen. In Amerika zou ik nou waarschijnlijk al miljonair zijn, daar pakken ze de zaken professioneel aan, maar hier is verrekte weinig, waar je je aan op kunt trekken. Je krijgt wel een hoop na- apers achter je gat. Paul Acket moest toch ook zo nodig een grote jongen worden. Hij gapte zelfs de lay-out van mijn affiches, zo dat ik de bestellingen kreeg voor zijn shows. Ik begon met nachtvoorstellingen, hij ook. Nou heeft hij zijn zin, hij is een ouwe man geworden. Weet je, hoe dik rieleks? Op de waterski es, in mijn 'boot. Wal. ik drink mag geen naam heb ben, goed ik heb nou een whiskietje geno men. omdat er geen telefoon rinkelt. Ik voel me zalig, maar ik kan het ook rustig laten staan. Ik heb ook nooit gerookt, dat is de pest voor mensen, die zo snel adem halen als ik. Ik werd door Mies Bouwman gebeld, die vond het ook een raadsel, hoe ik het allemaal lapte. „Lou", zei ze, „je staat op de water- skies, je hangt aan vliegers, hoe doe je dat nou allemaal?" Ik voedde me enorm gevleid, maar ze was nog niet uitgesproken. „Hoe ie dat mogelijk op jouw leeftijd zei ze d'r achteraan. Voor mij hoefde het toen al niet mee.Ik zat enorm in de put. grijze, dag Weei je, dat er een moment komt. waarop je opeens denkt: „God bewaar me, over zes jaar i> alles voorbij. Dan ben ik een ouwe zak Bij mij kwam dat op mijn 51ste, 52ste. De schrik sloeg om mijn hart. Ik had er nog nooit over nagedacht. Je zit met goeie vrien den in Vinkeveen en voordat je het weet, is de dag voorbij. Je hebt een zalig leven, je heot niks te betreuren, maar er 'komt een einde aan. Als ik vroeger op vakantie ging clan maakte ik altijd eeij lijstje van de dagen. Net als een gevangenisboef. Elke dag streep te ik er een dooi-, maar voordat ik bij de 15 was, zat ik alweer thuis. Dat heb ik de laatste tijd ook in mijn leven. Het stormt voorbij en er is geen weg terug. Dat is de pest van een zalig leven. Ik denk wel eens: als er meer dagen met regen wa ren geweest, dan had hei misschien allemaal Wat langer geduurd Hippe Lou in Scheveningen, kaarsrecht in zijn witte onpeilba;[r??':". open sportwagen. wQat fe&ti.val jongen, dat is een

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 9