WAT BEN JE TOCH EEN ZIELEPOOT Minder regen in Nederland dan sneeuw in Scandinavië BERTUS RIEM LUISTERRIJK IDEE VAN ARNHEMS VVV Soms denk je als je in het water ligt: ZATERDAG 26 APRIL 1968 Norstrands IF: naar Arnhem om te trachten door een voorbereiding die de concurrentie mist, hoger op de voetballadder te komen. daarop lette. De incidentele bezoeken aan het beruchte Spijkermakerkwartier (de wijk waar de lichten later doven dan in een gewone burgermansfamilie) werden achteraf definitief van het „programma" geveegd. Verder ging het crescendo met het loffelijke streven van de V.V.V. Ons huis uw huis Wie in Arnhem eens wat rond wil neuzen en wiens enige kennis van Zwe den, beperkt is gebleven tot de perti nente wetenschap dat het ergens in het noorden ligt, dat men het met een heleboel „eus" een eind kan schop pen en dat ze het heel aardig gedaan hebben tijdens het wereldkampioen schap ijshockey, kan het oor te luiste ren leggen op het hoofdbureau van de V.V.V. waar de Zweden wachten op een algehele opklaring. Ons huis is uw huis. Zelfs als de man van het idee (zo ziet men het toch wel in Arnhem) op en neer blijkt te zijn naar Engeland, is de vrees ongegrond dat je dan hele maal vodr niets bent gekomen. Mej. I. Feddema, waarnemend directeur, en J. (van Jan) Hoogeveen, assistent van de pers en propaganda-afdeling vertol ken. zij aan zij, de gevoelens van trots die zich in algehele mate mees ter hebben gemaakt van het Arnhem se kantoor. Het was goed zo „Onze heer Van Dalsen liep in 1964 die groep uit Norrköping tegen het lijf. Hij was reustachtig benieuwd wat die mensen hier zochten, In hun simpele antwoord vond hij de aanleiding tot het uitwerken van zijn plan: trainen, omdat dat bij ons niet kan". Met de haast van een forens die om zeven uur 's morgens het station oprent om zijn trein ook van zeven uur te halen, wor stelde Jaap van Dalsen zich door het netwerk van papier die een organisa tie, zoals omschreven in „zijn" plan, vereiste. Hij zag nergens tegen op, to verde in enkele dagen verbazingwek kende resultaten te voorschijn en toen zag de Arnhemse V.V.V. dat het goed was zo. Eerste acte: Jaap van Dalsen zocht contact met 'n handjevol Zweed se reisbureaus. Jaap van Dalsen nam een retourtje Stockholm en babbelde met de A.N.V.V. in die stad, die alras ij: •.V.-l'i Het regent dan nog wel eens in Nederland, maar daarna kun je toch weer het veld op. En dan wil af en toe ook de zon schijnen. Altijd nog beter dan in de sneeuw niets doen. maar rustig liggen. Zolang je niet be wusteloos uit, het water wordt gehaald, zolang bun je nog altijd verder Robbie, haar man, zelf eens een zeer verdienstelijk doelverdediger van ZIAN ,Je kunt het niet verklaren. Je moet het zien. Daarom ben ik verleden jaar een seizoen meegeweest. Er gebeuren werkelijk ongeloofwaardige dingen tijdens z 'n race". Toch zwemt nooit iemand zich over de kop. Judith: ..Nee. dat heb ik nog nooit meegemaakt. Ja. toch, één keer. m^ar toen was het water zeven graden Celsius. Ik heb net overigens altijd Icoud. In Egypte zwommen we eens in water van 28 graden C. en nog barstte ik van de kou". Meestal zwemt Judith van Berkel als vrouw alleen tussen mannen. Die mannen kunnen gemeen zijn hoor. Vooral bij de start, Dan liggen ze maar over je rug te aaien, gewoon eng. Als we nu één stuk moeten zwemmen, heb ik er niet zoveel last van. Dan spurt ik even en ben ik los. maar als je rondjes moet zwemmen, kom je ze telkens weer tegen. Nou, dan ben je verloren Je kunt er ook niets tegen doen. Ik werd 'n keer in het water in de heup zwaai genomen. Mannen kunnen slecht tegen hun verlies. Het is gewoon iets afschuwelijks voor hen als ze van een vrouw verliezen. Eerst begreep ik dat niet, maar nu wel. Als ik man was, zou ik het ook afschuwelijk vinden als ik door een vrouw werd verslagen. Ze woont vlakbij de Oude Rijn maar daarin traint ze niet. „Ben je gek? Dat lijkt me zo vies. Ik kan me nog uit mijn amateurtijd herinneren dal we een wedstrijd hadden in Bodegraven We zwommen toen tegen een dood varken op en aangezien daar ook de riolering werd geloosd zwommen we nog tussen de viezigheid door ook" Dat even terzijde. Zij blikt naar de toe komst en niet naar wat is geweest. Ze weet nog niet of ze nog naar Canada gaat om te zwemmen. ..Nu ik getrouwd bpn worden mijn verdiensten bij die van mijn man opgeteld. Ik voel ei weinig voor om voor noppes te zwem men En over de Kanaalrace. „Vorig iaar haalde Jan van- Schijndel het niet Volgens mij heeft hij het verkeerd gedaan. Ik ga van Frankrijk nam Engeland Hij deed het precies anders om. Nou schijnt het van Engeland naar Frankrijk moeilijker te zijn. Maar waarom zou ik het moeilijk gaan doen als het makkelijk kan. Het maakt mij niet uit hoe -ik over het Kanaal zwem. als ik het maar haal. Ze vragen later echt niet: hoe heeft Judith de Nijs het Kanaal overgezwommen. Ik weet nu al. dat ik er nooit uitstap. Al zou ik er dood uit moeten komen. Ik zal het halen. Je wordt wel hard in het pro fessionele zwemmen. Zo gauw je mede lijden met jezelf gaat krijgen, ben je verkocht. „Soms denk je wel als je in het water ligt te kreperen: wat ben je toch een zielepoot, maar ja, daar zet je je overheen"i MN LELUNH Elk jaar meer „Stop" zei Arnhem, „dat is niet ge noeg, wij willen het grotere werk", toen bleek dat het visje hapte in hel aas. Tweede acte: wijlen Lo Brunt bood zijn vriendschappelijke connecties met de Zweedse voetbalbond gratis aan en introduceerde heel plannen makend Arnhem bij zijn Zweedse vrienden. Derde acte: met blijdschap gaf Jaap van Dalsen kennis van de komst van de eerste. Een wolk van een club. Het interesseerde niemand wie dat waren, hoe ze het vonden. Het belangrijkste was, dat ze er waren. Uitgelaten over zoveel succes vertroetelde de V.V.V. elke Scandinavische reiziger. In nauwe lijks zeven dagen zette men het gezel schap bijna heel Nederland voor, orga niseerde voetbalwedstrijden („willen de heren nog meer, zeg het maar, hoor") verschafte onderdak in de duurste en sjiekste hotels (wat de Zweden, want die waren het, niet beviel omdat ze daar niet met hun voetbalschoenen mochten lopen) en vroeg na afloop „Vi ses i Arnhem" (wat een Nederlander zou vertalen door: tot ziens in Arnhem). En ze kwamen terug. Elk jaar meer. Vierentwintig in 1966. achtendertig in 1967, veertig in 1968 en vijfenvijftig anno 1969. En het houdt maar niet op. Dat alle maal onder het motto, dat er voor hen, Zweedse (en inmiddels ook Noorse en Deense) voetballers in hun land niet te trainen viel. Daar kon je alleen maar tegen een balletje tikken onder de plaatselijke kerk, of een boswandeling maken voor de conditie door meters dik sneeuw. Holland, dat was het ein de. Droge velden, verlichting (wat men in Zweden nauwelijks kent) en veel wedstrijden. Zeer belangrijk voor de internationale vriendschap wat de V.V.V., als kostelijke neventaak, even eens propagandeert. Ook Italië Vorig jaar nam men met veel lef de uitbreiding van het vijfjarenplan van Jaap van Dalsen ter hand. Een briefje naar Italië: „Mijne heren, aangezien het bij u altijd warm is en de zon zeer fel kan schijnen, wijzen wij u op de moge lijkheden voor uw voetballers zich in ideale omstandigheden te kunnen voor bereiden op het komende voetbalsei zoen. In Nederland regent het vaak, wat uw mensen ongetwijfeld zullen toejuichen. Hoogachtend V.V.V. Am- ITALIË, KOM BIJ ONS TRAINEN WANT HET IS BIJ JULLIE ZO WARM hem" Men sloot de referenties in die overgelukkige Scandinaviërs hadden achtergelaten. En men wijst nu op Norrstrand I.F., die pas nog naar huis belde en de sneeuwstorm hoorde loeien. Norrstrand was vorig jaar in Roemenië waar de plaatselijke V.V.V. jaloers op het initiatief van hun Ne derlandse collega's een soortgelijke campagne op touw zette. Ook België. Frankrijk en Duitsland begonnen aan dit werk, maar staakten het later even snel wegens gebrek aan doorzettings vermogen. De Zweedse vakantiegangers in Roeme nië hebben wat af gelachen achter het IJzeren Gordijn. Wel een bittere lach, want het sneeuwde en sindsdien heb ben ook de Roemeense V.V.V.-bureaus hun werkzaamheden in die richting ge staakt. Want zo waren de Zweden wel. Met de slagzin: „Hoort zegt het voort", lag Arnhem in vele Zweedse huiska mers In de krant, op de teleyisie en in tijdschriften. De Zweedse televisie ver zorgde een (welgevomde) reportage van wat je allemaal kunt zien in Arnhem. Zweden zijn gek op Nederland. Lars Ove Ekelund. nauwelijks terug in het vaderland, schreef een brief aan de V.V.V. Arnhem: „We zijn weer aan on ze competitie begonnen en hebben de eerste wedstrijd gewonnen. Harry heeft drie doelpunten (van de vier) ge maakt en elke keer als hij de doelman van Trollenas passeerde, stak hij zijn duim op en riep naar de kant: Holland. De sneeuw is hier nu grotendeels weg, maar de velden verkeren in een abnor male conditie. Dan was het bij jullie anders. Elke keer als het had gere gend (en dat deed het veel), konden we direct weer naar buiten. Jofel. Nog een maandje, dan is de competitie weer afgelopen. Dan houdt heel Zweden va kantie. Op de terugreis naar ons land hebben we veel over Arnhem gespro ken. Weet u dat het enorm goed is ge weest voor onze club. Het waren alle maal jonge jongens die nooit ver of alleen over de grens zijn geweest. On ze trip naar Nederland is ook enorm opvoedend geweest. We hebben al weer een bingoavond georganiseerd, want we willen volgend jaar terug komen, dat is zeker. Lars Ove Ekelund". JACQUES ROS een halve eeuw volbloedtrainer Giro van koningin als kostbaar souvenir (Van onze sportredactie) WASSENAAR Bertus Riem, zesenzestig jaar, waarvan vijftig jaar „tussen de paarden". Een halve eeuw heeft hü voor (en van) paarden geleefd. Zijn huis in Groenendaal staat dan ook in de onmiddellijke na bijheid van de draf- en ren baan Duindigt. En toch is Riem vele jaren geleden door een toeval in de paar- desport terecht gekomen. Dat was in de tijd dat de garage Jansen aan de Rijks straatweg nog niet meer was dan een fietsemakerij waar Riem zich in de oor logsjaren 1914-1918 verdien stelijk maakte met het plak ken van banden: van fiets banden en van banden van sulkies. Zo kwam hü in contact met de draversstal Ockhorst. waar hü half april 1919 in dienst trad als staljongen. De carrière van Bertus Riem is er dus een van klassieke makelij: klein be ginnen en opklimmen. En dan nu de oudste volbloed- trainer van Nederland zijn. Bertus Riem, zoon van een molenaar tevens beurt schipper in de bollen streek heeft die Banden met het verleden niet verbroken. Nog staat de tuin van zijn bungalow vol bloemen uit de streek waar hij werd ge boren, Sassenheim. Het leven van Bertus Riem is in hoofdstukken te ver delen: zijn jeugd in de bol lenstreek. zijn werk in de oorlog, zijn aanstelling bij Stal Ockhorst, het tijdperk tot 1920 toen hij zün ver gunning kreeg als leerling jockey en van Stal Ockhorst overstapte naar Walter Jochems op Duindigt. Het was geen tijd voor de vet pot. Er was een totalisator- verbod en de belangstelling voor rennen en draverijen was mihiem. Voor de man nen die zich met volbloeds bezighielden, zat er nauwe lijks droog brood in. Bertus Riem: „Er was geen cent te verdienen en trainers en jockeys waren verplicht maar wat te rommelen om aan de kost te kunnen ko men." Bertus Riem boekte niettemin vele overwinnin gen en in 1931 waagde hij de stap nadat hij nog bij Van der Velden in dienst was geweest om zich zelfstandig te vestigen. Riem was trainer en jockey, eên combinatie die in die tijd nog mogelijk was. Het succes liet Bertus Riem niet in de steek. Hij werd een gevreesd man op de koersbaan Duindigt. Maar toen de oorlog uitbrak, zat Riem weer in de hoek waar de klappen vielen. „Ik moest weg van mijn stallen- complex, waarvan een deel door de Duitsers tegen de grond werd gegooid. En zo kon ik na de oorlog weer vrijwel opnieuw beginnen." Nu nog zegt men van hem: „Riem is niet kapot te krij- Riem bouwde en sjouwde net zo lang tot hij weer een prachtige stal bezat, waar in nu vijfentwintig paarden in training zijn. Vorig jaar boekte hij de meeste over winningen: zevenentwintig. De paarden liepen in totaal f81.759 bijeen, waarvan echter niet meer dan tien procent voor de trainer be stemd is. „Met zeven man personeel in de stal en de te lage pensiongelden kom je er bijna niet. Mijn boek houder heeft uitgerekend dat ik dit jaar aan een prij- zenbedrag van een ton moet komen om winst te kunnen maken." GEEN PUBLIEK Praten met Bertus Riem is een halve eeuw paardesport aan het oog voorbij laten rollen. De tijd van voor de oorlog toen er volbloed- derbies met niet meer dan twee of drie inschrijvingen waren. Er was zelfs een Trainer Bertus Riem met Ma Bella, een drie jarige vosmerrie. derby waarbij het publiek geheel en al ontbrak. Maar gelopen moest er worden. In tegenstelling daarmee: de derby van dit seizoen heeft liefst zestig inschrijvingen. De tijd van vroeger toen Riem de eindjes niet of nau welijks aan elkaar kon kno pen en er rijpaarden bij had. Als kostbaar souvenir: een giro van koningin Wil- helmina die een paard bij Riem in pension had. En nu een eigen fokkerij, waar voor hij nog elk jaar naar Engeland gaat om te kijken of er nog wat te koop is. ANDERE LANDEN Bertus Riem denkt er lang zaam aan over zijn bedrijf in andere handen te geven, in die van zijn schoonzoon Henk van der Kraats, die vo rig jaar als jockey de mees te overwinningen boekte en de hoogste winstomzet behaalde. Maar Henk van der Kraats drieëntwintig jaar bü Riem in dienst wil nog graag een tijdje jockey blijven en dat is on mogelijk als hü het bedrijf overneemt en volbloedtrai- En tot die tüd blijft Bertus Riem dan nog maar vol bloedtrainer. Na een halve eeuw kan er nog wel een jaartje by". Grote wens van de jubilaris, die van een feest niet wil weten: „Het prijzengeld hoger in de ren nen." En daarin staat hü niet alleen. ARNHEM Brief van Lars Ove Eke lund aan het thuisfront in Karlstad: „We hangen hier nu al drie dagen rond en zün nog niets wüzer geworden. Hol land is wel mooi hoor, Inge heeft acht enveertig folders op z'n kamer maar wat koop je daarvoor als het de hele dag regent. Vanmiddag zün we even op het voetbalveld geweest. Daar kwamen we tenslotte voor. Je had Orjan na een kwartiertje moeten zien. We zün met onze bus (precies voor vierentwintig personen) Arnhem in geweest. Char mante stad. Maar die Arnhemse meis jes waar jullie het over hadden, heb ben ze hier alleen maar in trommeltjes of per ons. De V.V.V. je weet wel, dat zijn die lui die alles voor ons orga niseren hebben voor een hostess ge zorgd. Een leuke meid. Ze komt uit Söderhamn en is getrouwd met een Hollandse ingenieur. Zü kan er per slot van rekening ook niets aan doen dat het steeds maar regent. Eigenlük is dat jammer, ik bedoel van dat weer. Ik ben ervan overtuigd dat, als je hier fün vier uur per dag kunt trainen, Norr strand I. F. volgend jaar echt niet meer in de vierde divisie speelt. Alles is hier mooier dan bü ons. Zondag zün we naar Ajax gaan kijken. Nou mensen, zulk voetbal zie je niet bü A.E.K. of Norrköping. Inge Danlelsson speelt trouwens voor Ajax en Ove Kindvall voor Feycnoord, dat zün de topclubs in Nederland. Onze jongens worden hier op handen gedragen. Zegstaar je overigens niet blind op die regen hier. Ik heb me laten vertellen dat hier lang niet zoveel regent als het bü ons sneeuwt. Ik schrüf nog wel. Lars Ove". Ze staren zich bepaald niet blind: de Zweden, de Noren, de Denen en de Finnen. Want al is Holland nog zo nat, al kost de reis nog zo veel kronen, eens per jaar laten zij zich door nie- mand ervan weerhouden af te zakken uit de Scandinavische slurf, die de Westeüropeaan dan wel mooi kan vin den, maar die voor hen niets dan ellen de vertegenwoordigt. Al ^hun verdriet zit opgesloten in dat ene woordje: sneeuw. En sinds in 1964 een onderne mend groepje voetballers uit Norrkö ping helemaal op eigen houtje de vlucht nam naar Arnhem, wrijft de Gelderse middenstander glunderend in de han den. Hun enige tegenprestatie voor de hogere inkomsten is het aanschaffen van een woordenboekje, waaruit ze met enige goede wil kunnen destilleren wat hun. met open armen ontvangen, klan dizie nu precies bedoelt in hun smeuiige landstaal. En dat allemaal dank zij het luister rijke idee van J-Jaap-Van Dalsen, de energieke chef van de pers en propa ganda-afdeling van de plaatselijke Ver eniging voor Vreemdelingen Verkeer, die in een ogenblik van genade de mo gelijkheden onderkende tot verwezen lijking van het ene ideaal van zijn al lerhoogste baas: „Wed nooit op één paard, want stilstand is achteruitgang". De V V V. pousseerde de slogan: „voet balvelden voor de toeristen" met ge zwollen borst. Alles mocht. De enige tegemoetkoming aan de Arnhemse Her mandad werd met een rood kader op de, in allerijl gefabriceerde folders, aangegeven. Men vreesde namelijk dat sommige buitenlanders de Nederlandse gastvrijheid geheel in eigen pro-deostijl wenste te behandelen en Arnhem naast Sodom zagen liggen. Een kniesoor die JUDITH VAN BERKEL WIL ALLEEN NOG EEN KEER OVER HET KANAAL ZWEMMEN (EN HET HALEN) KOUDEKERK AAN DE RIJN Op een balkon een drogisterij in hei nieuwe winkelcentrum van Koudekerk een gemeente van ruim drieduizend overwegend hervormde zieltjes tussen Leiden en Alphen wappert een oranje badjas. Eigenaresse is mevrouw Van Berkel, beter bekend onder haar meisjesnaam Judith de Nüs. eens wereldrecordhoudster op de mül en Europees kampioene op de 4 x 100 m wisselslag en sinds vüf jaar de enige profzwemster, die Nederland rijk is. Ze heeft aangekondigd dit jaar met zwemmen wedstrijdzwemmcu wel te verstaan te stoppen. Haar laatste lange afstandwedstrijd zal over Het Kanaal gaan. De 34 kilometer lange race moet de bekroning worden van haar carrière. Terugkijkend op ruim tien jaar ■zwemmen zegt deze oud-RObbenawem- ster: „Nu zou ik het nooit meer kun nen opbrengen. Als ik zie hoe de tegen woordige topzwemsters moeten leven! Zo serieus. Wij hadden vroeger veel meer lol. Nu wordt het allemaal uitgedokterd" Op 22-jarige leeftijd ruilde Judith de Nijs de amateurstatus voor de profes sionele. „Ik voelde me te oud worden en ik vond het niet zo leuk meer in de Nederlandse ploeg. Al mijn leeftijdge noten hielden ermee op. En. ik wilde natuurlijk geld verdienen Ik heb het in die vijf jaar nog erg leuk gehad ook Hoewel. lU'en in het water liggen is natuurlük niet zo leuk. maar het gaat juist om de ploeg waar je een seizoen lang inzit. Het is net. een circus. Het begint al zon vier dagen van te voren. Je moet naar de burgemeester, naar modeshows en je moot meerijden in parades Dat is verplicht, want je wordt er voor betaald. Door sponsors, die op deze manier waar voor hun geld krijgen. ..Weet je hoeveel mensen komen kijken bij Lake St. Jon bijvoorbeeld? Veertig duizend. Die staan daar alleen maai- om een paar zwemmers als lijk uit het wa ter te zien komen. Want je ziet er ver schrikkelijk uit na tien uur zwemmen Hoe beroerder je er uitziet, des te mooier vinden ze het. Dat vinden ze iets mach tigs. En daarbij komt, ze zijn nog dron ken ook. hardstikke dronkea want ze hebben feest. Uit de hele streek komen ze naar een plaatsje zo groot als Kou dekerk om jou helemaal kapot uit het water te zien komen. Dat Is nou pro fessioneel zwemmen". Over haar successen en verdiensten zegt ze: „Ik heb Wever niet dat daar iets over in de krant komt. In Hilversum was een belastinginspecteur, die al mijn wedstrijden in een plakboek bühield. Ik heb het geweten," Over de medische begeleiding tijdens het zwemmen: „Die is puur slecht. Daar wordt niets aan gedaan. De keuring, die we een paar uur voor de wedstrijd moé ten ondergaan, stelt niets voor. Tijdens zon wedstrijd wordt het soms zwart, voor je ogen. Dan voel je Je heel be roerd, maar Je moet er gewoon niet aan denken. Als je dat gaat doen. ben Je verlóren. Dan kun je wel ophouden. Als ik een inzinking krijg, ga ik gewoon een tijdje duf liggen zwemmen, zonder me in te spannen en dan gaat het wel weer over. Ik heb een keer gehad, dat ik twee uur op dezelfde plek bleef liggen. Dat had lk zelf nog niet eens in de gaten. Dat was nog met mijn zus Lenie. Dat is ook zon keiharde en die liet me Judith van Berkel-de Nijs: „Lange-afstandzwemmen is net

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 17