BLUBBER
KARREGAT
George Knobel "li „ja" tegen MVV
HAROLD
ALF
'sZondags triomfen als
RECHTSBACK
VAN
VOLENDAM
'sMaandags weer mijnheer
OUDSTE
SPELER IN
EREDIVISIE
„MIJN TAAK IS SUPPORTER TE ZIJN VAN DE MANAGER'
Shepherdson
Ramsey
ZATERDAG 5 APRIL 1969
gehuldigd als oudste speler van de ere
divisie, maar ook de man die zondag
zo ongelukkig was in de thuiswedstrijd
tegen Ajax na een actie van Johan
Cruyff het voor de Amsterdammers zo
belangrijke tweede doelpunt langs zijn
eigen doelman te scoren. Maar men
nam het hem geenszins kwalijk want
als men alle daden van Karregat ten
vóórdele van Volendam zou optellen,
zou iedere balans het onmiddellijk be
geven.
Daarom ook kreeg Karregat vorige
week op zijn verjaardag van zijn team
genoten een zilveren kan met cognac
ten geschenke aangeboden. „Een uniek
cadeau", zegt hij geroerd door dit ge
baar. Het is nog nooit eerder voorge
komen in de geschiedenis van Volen
dam dat een medespeler zo werd ge
huldigd.
Goede vervanger
Het tekent de goede verstandhouding
die Karregat met^ziin veelal jongere
medespelers heeft. Die spelers wil hij
nog niet in de steek laten. Zeker niet
nu Volendam alle moeite heeft dit sei
zoen het hoofd boven degradatiewater
te houden en beslist niet voordat hij
met zekerheid weet dat er een goede
vervanger voor hem is. Klaas Karre
gat twijfelt daarom of hij al dit jaar
zijn carrière zal afsluiten. „Vanwege
mijn zaak zou het wel moeten. Maar
wellicht plak ik er nog een seizoen
De man die vorig jaar eigenlijk al had
besloten een punt achter zijn rijke
voetballoopbaan te zetten, wil in geen
geval worden vergeleken met Heintje
Davids. „Als het doek dicht gaat, blijft
het dicht", zegt Klaas Karregat, het
Volendammer monument in het top
voetbal, vastbesloten.
VOLENDAM Zijn plasticzakkenfabriek en het
voetbalveld zijn de twee dominanten in het leven
van Klaas Karregat. Vanuit zijn directiekamer bij
de AVI stuift hij driemaal per week naar het
terrein van Volendam om er in zijn hoedanigheid
van semi-prof de training te volgen. Zondags viert
hij nog steeds triomfen als Blubber, de schier on-
passeerbare rechtsback van de eredi- 'sieploeg
Volendam. Maandag is hij weer mijnheer Karregat
achter een volbeladen bureau, waarop de telefoon
vrijwel geen moment zwijgt. „Je hebt door alle
zakelijke beslommeringen, die aan een groot bedrijf
zijn verbonden, een uitlaat nodig. Die vind ik in het
voetballen bij Volendam." Zo verklaart hij zijn
voor Nederland unieke carrière als semi-profvoet-
baller en fabrieksdirecteur. De synthese tussen
beide beroepen lijkt bijzonder geslaagd.
Mijnheer Karregat, in goed gesneden
overhemd en sportief beige wollen vest
met bijkleurende broek, is een begrip
geworden in het bedrijfsleven. In ne
gen jaar tijd bouwde hij uit het niets
een plasticverpakkingsmiddelenbedrijf
op, dat zestig man in vaste continu
dienst heeft. De miljarden plasticzak-
ken die het produkt zijn van hun ar
beid vinden hun weg door heel Neder-
Nederland kent Karregat echter niet
van de plasticzakken, het kent hem als
Blubber, de rechtsback, van Volendam.
Het kent hem ook als de man bij wie
de jaren schijnen te tellen. Op de
leeftijd dat iedereen denkt aan stoppen
met voetballen of aan een tactische
terugtocht naar het veteranenelftal.
speelt Karregat als 35-jarige nog steeds
mee in het zware en harde eredivisie-
Hij doet dat voortreffelijk. Volgens een
sportweekblad dat na elke wedstrijd
punten geeft, is hij dit seizoen zelfs de
beste rechtsback van Nederland. „Ach.
zo'n sterrenteam zoals dat daarin
wordt gepropageerd kan gevaarlijk zijn
voor de speler zelf. Hij kan bijvoor
beeld te individualistisch gaan spelen
en dat is fout- in een specifieke team
sport als voetbal. De waardering in
zo'n weekblad kan echter ook stimule
rend werken. Net als op school werk
ik altijd voor een beter cijfer", is het
nuchtere commentaar van Karregat.
Het gespreksoverstapje naar 't Neder
landse elftal is maar klein. Veor het
eerst klinkt dan ook wat verbittering.
„Ik ben nooit geselecteerd voor het na
tionale elftal. Maar Ik ben er zeker
van dat als ik in een „grote" ploeg
zoals Feijenoord of Ajax had gespeeld,
Achttien jaar
Even is het stil in de ontvangstruimte
van zijn fabriek. Dan vat Klaas Kar
regat het gesprek weer op. Rustig, zon
der mooipraterij vertelt hij over de
achttien jaar dat hij in het eerste elf
tal van Volendam heeft gespeeld. Over
zijn debuut als zeventienjarige. „Op
5 februari 1952 in 'n vliegende sneeuw
storm tegen De Kennemers. Ik was
eigenlijk nog een jochie en kon
op het laatst de loodzware bal („je
weet wel, nog met die veters erin")
niet meer vooruit krijgen. Ik kon wel
huilen, zo slecht ging het. We wonnen
echter met 73 en daardoor hield ik
mijn plaatsje".
Hij mijmert over de vijf kampioens
feesten die hij bij Volendam heeft mee
gemaakt. Hij zwijgt ook niet over de
aanbiedingen die hij van vele clubs
heeft gekregen. „In 1954 zijn ze van
Alkmaar al voor de eerste maal ge
weest. Ik heb toen ernstig overwogen
om over te gaan, maar ik heb het niet
gedaan. Ik heb toen bewust voor de
sport gekozen. Voor de sport en
wellicht ook voor de publiciteit. En ik
heb er qua vreugde geen spijt van ge
had".
„Financieel gezien, ja, dan had ik nooit
bij Volendam moeten blijven. Als je
tien jaar voetbalt voor een jaarlijks
gemiddelde van nauwelijks drieduizend
gulden en als daar dan ook nog vijf
credivisiejarcn bij zijn, kun je jezelf
met goed fatsoen geen semi-prof noe-
„Maar wij in Volendam deden het voor
de sport. Als wij dezelfde eisen zouden
hebben gesteld als spelers van andere
clubs was Volendam al lang kapot ge
weest. Daarom heb ik aanbiedingen
van Blauw Wit, Haarlem, Zaanstreek,
DWS en Alkmaar, dat me twee jaar ge
leden nog zomaar f 35.000,bood (Kar
regat heeft een vrije transfer) altijd af
geslagen. De grote clubs kwamen niet
eens meer. Die wisten wel: Karregat
is niet te koop. Trouwens, ik moet zeg
gen dat de laatste jaren de werkom
standigheden ook veel beter zijn ge
worden".
Ook maar twee benen
En dan lacht Klaas Karregat weer. Die
brede grijns die vóór tijdens en na elke
wedstrijd steeds het bewijs is dat hij
zowel fysiek als mentaal niet kapot is
te krijgen. En diezelfde grijns ver
schijnt ook weer als de gevaarlijke
„linksbuitens" de revue passeren.
„Moulijn, Keizer, Pahlplatz. Ik laat me
niet imponeren. Die jongens hebben
tenslotte ook maar twee benen, dat is
net zoveel als ik. Die grote naam moe
ten ze dan tegen mij nog maar waar
maken".
Dat valt niet mee tegen Karregat. Coen
Moulijn zal de eerste zijn om dat te
erkennen. Hij kreeg in de talloze duels
die hij met Blubber uitvocht, bijzonder
weinig kansen met zijn listige tikjes en
hakjes. Karregat weet met effectief,
koelbloedig ingrijpen dat spel onmiddel
lijk te ontregelen. Bovendien heeft hij,
als hij eenmaal is gepasseerd, nog een
aanzienlijke snelheid. Zoals ook ADO's
linksbuiten Kees Aarts, in het Neder
landse voetbal toch hekend als een ra
zendsnelle spurter, menigmaal heeft
moeten ervaren.
„Ja, ik ben in al die jaren niet lang
zamer geworden, al merk ik wel eens
dat ik niet zo snel meer reageer als
vroeger. Mijn conditie is trouwens zelfs
beter als van diverse veel jongere
tegenstanders. Waardoor? Een regelma
tig leven, half elf naar bed, veel trai
nen, niet roken en geen pilsje meer na
woensdag".
Dat is het geheim van de „eeuwige
voetbaljeugd" van Klaas Karregat, de
man die enige weken geleden vóór de
uitwedstrijd tegen DOS officieel werd
(Van onze sportredactie)
MAASTRICHT Voor George Knobel (46). tot voor
twee weken geleden nog full time trainer van de tweede
divisievereniging De Baronie, is de uitnodiging om trai
ner te worden van MVV ter opvolging van de ontslagen
Jung Schlangen, even onverwacht gekomen als voor ieder
ander. Hfl schrok even maar zei toch snel „ja", want hij
krijgt ook al pleiten de omstandigheden niet voor
hem de kans iets groots te presteren. „Ik heb immers",
zegt hij, „niet veel te verliezen. MVV staat bijna onder
aan. Als ik erin slaag MVV van degradatie te redden,
heb ik veel gewonnen. Het is voor mij een grote kans,
maar ook een gok, omdat ik voorlopig maar drie maan
den bij MVV kan blijven. Bij De Baronie was het al
zeker, dat mijn contract met een jaar zou worden ver
lengd. Ik gooi dus een jaar te grabbel. Dat risieo durf
ik echter gerust te nemen. Als ik MVV in de eredivisie
kan houden mag al vaststaand worden aangenomen, dat
ik ook een contract krijg voor het volgende seizoen"-
George Knobel, oud-speler van R.B.C., durft min of meer
te garanderen, dat M.V.V. in de eredivisie blijft.
Niettemin weet hij dat hij bij de Maastrichtse club nog
heel veel werk zal moeten verzetten om zijn streven tot
een feit te maken. Zortdag zag hij M.V.V. voor de eerste
maal daadwerkelijk in actie. Dat was in de thuiswedstrijd
tegen G.V.A.V. (00): „Ik heb er mijn conclusies uit
kunnen trekken. Volgende week (tweede paasdag op
eigen, terrein tegen N.A.C.) hoop ik er reeds resultaten
Vóórdat George Knobel zijn „grote opdracht" aanvaardde
waren de spelers van M.V.V. grote onbekenden voor hem.
„Ik kende alleen de namen. Die zeggen al een hele boel.
Uit al die namen op een rijtje moet een goed eltfal
komen. Dat het met M.V.V. tot nog toe zo slecht is
gegaan, moet een oorzaak hebben. Prins, Ivan Mraz,
Brokamp, Toennaer, Nemes en noem maar op, het zijn
allemaal voetballers, die in tijden dat het goed ging,
op de toeschouwers indruk maakten door hun prestaties.
Ik wil die spelers het vertrouwen in zichzelf teruggeven.
Het zijn goede voetballers, dan moet het er ook uitkomen.
Ik ben niet naar Maastricht gegaan met het idee van
een „naamloze" een goede eredivisiespeler te maken.
Dat kan niet. Ik wil de spelers van M.V.V. slechts het
gevoel geven, dat ze nog tot dezelfde prestaties in staat
zijn als vroeger. Als dat lukt, blijft M.V.V. gegarandeerd
in de eredivisie".
George Knobel vindt het nog steeds onbegrijpelijk dat
Ivan Mraz enige weken geleden een wedstrijd in het
B-elftal werd opgesteld. „Ik heb hem zien spelen tegen
Ajax. H(j maakte toen op my een uitstekende indruk.
Waarom hö bU MVV faalt, kan ik niet begrUpen. Ik be
schouw Mraz als een teer plantje. Dat plantje moet in
een hoekje worden gezet en zeer goed worden behandeld.
Dan groeit het op. Ik hoorde dat Mraz zich in Maastricht
nog niet geheel thuis voelt. Als niemand zich iets van
hem aantrekt, kan ik me voorstellen dat hij zich dood
ongelukkig voelt. Zo'n man heeft een speciale behande
ling nodig. Dan komen de resultaten vanzelf".
Geen buitenbeentjes
Hoe meer George Knobel
enthousiaster hij wordt. „Ik wil e
Het elftal moei een eenheid vormen. Dat is het
belangrijkste. Daarom moet ik altijd voor de jongens
klaar staan. En hen ook persoonlijk goed leren kennen.
Er mogen geen buitenbeentjes zijn. Bij De Baronie
stond ik ook altijd klaar voor de spelers. Altijd. Het
resultaat was een geweldige ploeggeest. De spelers
gingen niet alleen voor zichzelf, maar ook voor mij het
veld in. Dat is mooi. Zo moet het. Ik hoop. dat mij dat
in de korte tijd. die mij vooralsnog bij M.V.V. rest,
opnieuw zal lukken.
Ik zoek het vooral in de persoonlijke benadering van
de spelers. Dat heb ik in mijn elfjarige trainersloopbaan
altijd gedaan. Dat is mijn weg tot succes. Ik ben niet
het type van een keiharde trainer. Ik eis wel dat
afspraken worden nagekomen. Dat is gewoon een
beleefdheidsvorm. Ik werk op 'n gezonde disciplinebasis.
Krijg ik dan ieders medewerking, dan is succes
verzekerd. Ik hoop dat mijn benadering van de spelers
bij M.V.V. zal aanslaan.
Dan zie ik de toekomst niet meer zo somber in".
Ivan Mraz. de Tsjechische aanwinst van MVV, heeft dit seizoen nog niet veel reden gehad tot juichen. In
een van zyn eerste wedstrijden sinds zijn overgang in de tweede transferperiode naar Maastricht kon hU dat wél. In de
thuiswedstrijd tegen Telstar scoorde hy voor MVV twee van de drie doelpunten (3—0). Maar MVV is de moeilyke
periode nog steeds niet teboven gekomen.
Harold Shepherdson was óók de grote man achter de schermen vai) het Engelse nationale elftal, dat in 1966 de wereld
titel behaalde. Staand v.l.n.r.: Shepherdson, George Cohen, Martin Peters, Gordon Banks. Alan Ball, Bobby Moore (aan
voerder) en Nobby Stiles. Zittend v.l.n.r.: Bobby Charlton, Roger Hunt, Geoff Hurst, Ray Wilson en Jackie Charlton.
de schaduw van
(Van onze sportredactie
DEN HAAG Sir Alf Ramsey heeft
sinds vijf jaar een vaste schaduw.
Waar Ramsey gaat in zijn functie
van trainer van het Engelse nationale
elftal daar gaat ook zijn schaduw.
Die rol wordt vertolkt door Harold
Shepherdson, de „verzorger" van het
Engelse team, die al sedert 1957 niet
meer uit deze creatie is weg te denken.
Harold Shepherdson is wat dat be
treft absoluut recordhouder. Billy
Wright speelde honderd en vyf wed
strijden voor de nationale ploeg. Harold
Shepherdson is nu reeds verzorger in
honderd-elf ontmoetingen. Men noemt
Shepherdson vaak een trainer, maar
dat is een ipisvatting, want hij rekent
het beslist niet tot zijn taak om de
spelers fit en in conditie te houden.
Shepherdson, die ook de „rechterhand"
is van Stan Anderson, de coach van
Middlesbrough, is een grote kenner
van het voetbalspel.
Zijn filosofie is simpel. „Mijn taak is
een goede supporter te zijn van de
manager". Daarom had Shepherdson
ook geen moeilijkheden, toen Ramsey
vijf jaar geleden het roer overnam
van Walter Winterbottom, de eerste
officiële coach van de nationóle ploeg.
Tot 1946 was het namelijk de gewoon
te voor elke interland een oefenmees-
Shepherdson spreekt nog altijd met
veel waardering over Walter Winter
bottom. „Hij heeft ons geweldig ge
holpen en gelooft nog steeds in de ken
nis en kracht van Engeland. Voor de
eindronde van het wereldkampioen
schap 1966 hebben Winterbottom en
Ramsey voortdurend overleg gepleegd.
Een fijn stel om voor te werken. Ze
zijn altijd blij als ze elkaar weer te-
Over de spelvcrandering in de laatste
tien Jaar: „Als er wedstrijden voor
de wereldbeker gespeeld moeten wor
den, zit er altijd beweging in. Brazi
lië won in 1958 en 1962 met hetzelfde
systeem, maar die speelwijze werd ze
in 1966 noodlottig.
Over de kansen van Engeland in Mexi
co 1970: „Er zal heel hard gewerkt
moeten worden om in de finale te ko
men. Alf Ramsey heeft er al poolshoog-
le genomen en we zullen er aan het
eind van dit seizoen enkele wedstrij
den spelen. Ik kan moeilijk vertellen
wat voor tactiek we aan het uitlok
teren zijn. Het zal er een zijn van
zeer snelle uitvallen of kleine kracht
explosies.
Over dc band tussen Ramsey en de
kandidaten voor hel Engelse elf
tal: „Hij vertelt hen geen sprookjes,
want hij behandelt ze als volwassenen.
Geen gebazel dus over voortreffelijk
gespeelde wedstrijden als er cijfers
op het scorebord hebben gestaan, die
duidelijk op het tegendeel wijzen".
Shepherdson is, zoals opgemerkt, geen
gewone trainer. „De spelers zijn fit
als we elkaar ontmoeten. Alles wat ik
moet doen is ze op hun gemak te
stellen en hen de te volgen tactiek bij
te brengen. Discipline is natuurlijk
een eerste vereiste. We vragen de
spelers soms dingen die ze in hun
eigen club niet zouden doen en daar
om moeten ze gedisciplineerd zijn.
Gelukkig werken we met een stel spe
lers die dit alles zonder mopperen
aanvaarden. De dagen voorafgaande
aan een belangrijke wedstrijd wordt
iedere stap van deze knapen gecontro
leerd. Ze werken dan zo hard, dat ze
blij zijn als ze 's avonds vroeg naar
bed kunnen (en moeten.
Verveling een ramp
„Verveling kan een ramp betekenen.
De eindronde in Mexico eist een ver
blijf van vier weken. Op de dagen
dat er niet gespeeld wordt zullen we
voor voldoende recreatie moeten zor
gen. Een bioscoopje doet het altijd bij
zonder goed en een avond wordt al
snel gevuld door bijvoorbeeld te gaan
dineren. Bij een verblijf in het buiten
land logeren we bovendien altijd op
ongeveer een half uur afstand van de
plaats waar gespeeld wordt en dat
heen en weer rijden geeft dus al wat
afwisseling. Tegen de tijd dat we dan
weer terugkomen van een theater of
een restaurant is het weer bedtijd.
Boyendien wordt er bijzonder veel ge
kaart. maar en dat is het belang
rijkste het doel van dit alles is dat
ze kunnen relaxen".
Bijgeloof
Topspelers zijn heel aparte wezens en
Shepherdson weet hoe hij er mee om
moet gaan. „Hij doet soms dingen,
waarvan een buitenstaander zegt dat
hij „knettergek" is. Voor de spelers
kan dat alles echter van groot belang
zijn, doordat ze juist hierdoor i n de
goede stemming voor een wedstrijd
„Iedere speler heeft zo zijn eigenaar
digheden Nobby Stiles trekt in de
kleedkamer wel drie keer zijn shirt
aan en uit. Je moet hem natuui'lijk
niet vragen, waarom hij zo omslach
tig doet. Bobby Moore lijkt nu niet
direct een speler .om bijgelovig tc
zijn, maar hij laat hoe gek dat ook
moge klinken tot op het laatste mo
ment zijn voetbalbroekje uit. Het zijn
zaken die je niet zo gemakkelijk kunt
verklaren", zegt Shepherdson.
„Een van die gewoonten waarnaar ik
kan raden, is die van Alan Ball om
altijd een enkel omzwachteld te heb
ben. Dit staat vermoedelijk in verband
met een oude blessure. Zonder ban
dage zou hij zich niet prettig voelen".
Voor één zaak
„Het zijn allemaal punten, die bij de
voorbereiding om de hoek komen kij
ken en waar iemand, die een kaartje
koopt of voor zijri televisietoestel zit
geen flauw idee van heeft. Tijdens het
toernooi om de Europa Cup voor lan
denteams raakte Geoff Hurst kort
voor een belangrijke wedstrijd ge
wond. Voor de ontmoeting werden er
de gebruikelijke besprekingen gehou
den, maar omdat Alf Ramsey niet
wist of Hurst mee zou kunnen spelen
of niet, vonden er besprekingen met
en zonder Hurst plaats. Daarmee wil
de Ramsey zijn spelers duidelijk ma
ken dat de jongens rekening moesten
houden met een verandering van tak-
tiek op het laatste moment".
„We werken met z'n allen voor
één zaakeen finaleplaats in
Mexico en zo mogelijk weer
de Cup".