WERELD VOL AUTOMATEN KAN NIET ZONDER ARBEID Moderne mens verteert arbeid nog rker 19 LDE - Leiden g 0ver dertig jaar zal de Amerikaan maar vier dagen per week werken, elk van die dagen niet meer dan zeven uur. Dertien weken heeft hij vakantie, 39 werkt hij. De weekeinden en feestdagen mee gerekend zal het jaar voor de Amerikaan in het jaar 2000 verdeeld zijn in 147 werk dagen en 218 vrije dagen. Moeten we deze voorspelling van de bekende Amerikaanse futurologen Kahn en Wiener bestempelen als een wensdroom, als science-fiction Of is het werkelijk een wetenschappelijke prognose Zeeén vrije tijd, maar dan(7) Het begrip arbeid verandert in on ze geïndustrialiseerde samenleving snel. Na de industriële revolutie werd en wordt de produktie steeds meer gesplitst in een aantal deelhan delingen. die elk door verschillende mensen kunnen worden verricht. De voortgang van de arbeidssplitsing heeft ertoe geleid, dat een nieuw type arbeider is ontslaan, die ver afstaat van het resultaat van zijn werk; hij is niet langer de producent van een bepaald produkt zoals de ambachts- i dat i: technische kennis schrijden intussen nog steeds voort. Door deze vooruitgang verandert de techniek. Oude produktiemethoden worden vervangen door nieuwe, die minder arbeidsintensief zijn. Arbeid wordt vervangen door machines. Het doel van het mechanisatieproces is steeds de verhouding mensmachine in het voordeel van de machine te la ten uitvallen. De plaats van de arbei der in het industriesysteem wordt voortdurend bedreigd door de moge lijkheid van invoering van nieuwe pro duktiemethoden. Iedere arbeider moet er in deze si tuatie voortdurend rekening mee hou- Qg de laatste vergadering hebben we besloten het bedrijf te auto matiseren. Dit proces is nu bijna voltooid. den, dat hij ten gevolge van mecha nisatie overbodig kan worden, zoals al velen van zijn collega's ook in ons land aan den lijve hebben ondervon- Uitbreiding van de mechanisatie heeft het mogelijk gemaakt de rol van de mens in het produktieproces te ver minderen en met name in de geauto matiseerde processen bij taf van be werkingen geheel af te schaffen. De inschakeling van elektronische appa ratuur zal de tussenkomst van mense lijke arbeid tot een minimum beper ken. Inschakeling van zefregulerende machines maakt het niet alleen mo- DOOR DRS. A. WENTINK gelijk de menselijke spierkracht te vervangen, ook zijn zenuwstelsel en denkvermogen worden voor 'n belang rijk deel overbodig. Zijn er dan geen grenzen aan het automatiseringsproces? Deze vraag is moeilijk te beantwoorden in een tijd waarin de ontwikkeling van computers nog in volle gang is. Amerikaanse deskundigen hebben uitgerekend, dat binnen 25 jaar alle functies, die mo- organisaties worden verricht, in prin cipe door machines kunnen wordfco vervangen. Maar het is een open GRONINGEN. Drs. R. Wipp- ler, wetenschappelijk medewer ker van het Sociologisch Insti tuut in Groningen, is een van de weinige Nederlanders die zich diepgaand met de vrije tijdsbesteding heeft beziggehou den. Hij schreef een boek over de openluchtrecreatie in de provincie Groningen, waarin tal van wensen en verlangens zijn neergelegd. Meer dan duizend Groningers werden ervoor on dervraagd. De stadie is repre sentatief voor de Groningse bevolking. Behoeften, factoren die recreatieverlangens bepalen en tekorten in de voorzieningen, alsmede suggesties zijn in dat rapport opgenomen. troon van de hedendaagse i mens dus die leeft in een waarin het arbeidsethos z< DOOR J. W. LEVIJ Maar drs. Wippler heeft meer gedaan. Hij maakte een studie van het ver anderde gedrags- en verlangenspa- aan betekenis inboet. Ervoor in de plaats groeit een vrije-tijdsethos". Over dat vraagstuk, ingewikkeld, moeilijk te meten, vaag in veel ge vallen. gaat hij promoveren. Ik stel in mijn proefschrift de pro blematiek van de vrijetijdsbesteding academisch. Ik ga niet uit van de huidige behoeften aan recreatieve voorzieningen, maar van het feitelijk gedrag van de mensen"- Hij probeert er achter te komen, welke factoren er zijn te vinden voor de uiteenlopende wensen op het ge bied van de recreatie in het alge meen. „Hoe komt het dal de ene De opleiding is dé centrale factor voor vrijetijdsproblematiek. In de toekomst zullen steeds 1 n een langdurige opleiding gaan volgen. vraag of op zo'n grote schaal van de technische mogelijkheden gebruik zal worden gemaakt. Dat wat technisch mogelijk is be hoeft nog niet altijd economisch haal baar te zijn. Het heeft alleen maar zin mensen door machines te vervan gen als het verschil tussen kosten en opbrengsten bij inschakeling van ma chines groter is dan bij inschakeling van menselijke arbeidskrachten. Op de eerste plaats is hier sprake van in een groot aantal administra tieve functies. Juist in deze sector is het nut van automatische apparatuur in de regel groter dan van menselijke arbeid en zal de automatisering dus toenemen. Amerikanen spreken van G.P. („girl power", dat is de presta tie van 'n vrouwelijke arbeidskracht), waarmee zij de arbeidskracht of het werkvermogen van een administratie machine of computer aanduiden Is een machine vijf G.P. dan betekent dit dat zij hetzelfde arbeidsvermogen heeft als vijf vrouwelijke employées. Als het apparaat goedkoper is dan het gezamenlijke loon van de meisjes, dan zullen dezen waarschijnlijk ver vangen worden. We treffen in het bankwezen genoeg voorbeelden van deze vervanging aan. Een ander voor beeld is de vervanging van telefonistes op telefooncentrales. In korte tijd zijn tienduizenden arbeidskrachten in de ze sector vervangen door automati sche apparatuur. Hetzelfde vervan gingsproces heeft zich afgespeeld bij de invoering van automatische liften. In een jaar werden in de Verenigde Staten ten gevolge hiervan veertig duizend liftboys ontslagen. Maar er zijn nog een reeks andere factoren, die van invloed zijn op het verloop van de werkgelegenheid en de totale hoeveelheid benodigde men selijke arbeidskracht. Men kan niet zonder meer stellen, dat die sectors van beroepen, waar het nut van de menselijke arbeid groter is dan die van machines, alle werkkrachten zul len aantrekken, die elders overbodig zijn geworden. Dit kan alleen maar het geval zijn als om- en herscholing in snel tempo en op grote schaal kan worden verwezenlijkt en als de be trokkenen bereid zijn naar die gebie den te trekken waar werkgelegenheid aanwezig is. Ervaring heeft uitgewe zen, dat die bereidheid maar ten dele bestaat. Daardoor ontstaan streken met arbeidstekorten, terwijl er in an dere streken een groot overschot is. Drs. R. Wippler mens actief bezig wil zijn als hij zich ontspant en de andere alleen maar passieve recreatie verlangt. In mijn dissertatie poog ik de hele sociale kaart van de vrijetijdsbesteding te tekenen". Bovendien werkt hij, met financiële steun van de ministeries van Cultuur. Recreatie en Maatschappelijk Werk en Sociale Zaken, aan een iandelijk onderzoek dat zich bezighoudt met de vraag in hoeverre de mensen ge oriënteerd zijn op hun werk en op de besteding van hun vrije tijd. De be roepsbevolking van ons land wordt voor dat onderzoek doorgelicht In meer dan duizend vraaggesprekken. Verdrievoudigd „In de Verenigde Staten verdrievou digde in een eeuw de vrije lijd van de mensen. Daar is duidelijk de arbeids- cultus veranderd in een vrijetijdselhos. In Nederland is het nog. niet zover. De Calvinistische opvattingen over de zegen van de arbeid werken er nog door- Maar ook bij ons zijn steeds mensen die ik vind terecht ple zier beleven een positieve waarde vinden". Voor drs Wippler staat hel vast dal de vrije lijd ook in Europa snel zal Hij meent dat we door de nog maar aan het begin van een periode van ongekende stij ging van de arbeidsproduktiviteit staan. ,,Die stijging kan men uitbeta len in geld of in vrije tijd. Men kan ook een middenweg kiezen, een deel in geld en een deel in vrije tijd. Nee, aan voorspellingen waag ik me niet Maar vaststaat dat de hierboven ge schetste situatie onafwendbaar is"- Hij vindt het wat lachwekkend dat er zo „paniekerig" wordt gedaan over de vrijetijdsbesteding. „Een gevolg van onze nog steeds puritanistische vrijetijdselhos Vreemd vindt hU overigens die schrik reacties niet. „De verheerlijking van de arbeid maakt deel uil van ons maatschappij pa troon. Maar voor de vrije tijd zijn nog geen gedragsmodellen vastgelegd. De vrije tijd is nog ongestructureerd. U zou kunnen zeggen dat ons cultuurpatroon achterloopt bij de ontwikkeling van de maatschappelijke structuur. Een halve eeuw ongeveer. Dat veroor zaakt al die kortsluitingen, al die on zekerheid. al dat wat oeverloze ge praat over de vrije tijd en haar besteding". Anders gezegd: een van de voornaam ste bindingen van de mens aan de maatschappij was het werk dat hij verrichtte- Als dat werk aan omvang en betekenis gaat inboeten, verliest het individu een stuk van zijn zeker- Heb je er wel eens over nagedacht, waarom ik jou niet door een mputer heb laten vervangen Dat is ook zoiets als „girl-power". VANDAAG: het dagelijks werk Indien men er niet in slaagt de ar beidsmobiliteit te vergroten, dan zal de automatisering in de streken met arbeidstekorten worden versneld, om dat inschakeling van machines het te kort opheft. Dit leidt ertoe, dat grote groepen mensen voortdurend werkloos zijn. Hierdoor wordt de vorming van een klasse van constant-werklozen in de hand gewerkt, die grote sociale problemen met zich brengt. Er zijn nog enige factoren van belang in het verloop van de automatisering. We kunnen verwachten dat de pro- dukten uit die bedrijfssectors, waar het snelst geautomatiseerd wordt, snel in prijs zullen dalen, hetgeen de vraag naar deze goederen zal doen toene men. Deze stijgende vraag zal weer gepaard gaan met een extra-vraag naar arbeidskrachten voor controle en reparatie van geautomatiseerde produktiepeil het gevolg zou zijn ge weest. Uiteraard is hierbij ook van belang, dat de inkomens van de con sumenten gelijk blijven of stijgen. Men hoort wel eens beweren, dat vol ledige automatisering onmogelijk zal zijn door de tekorten aan kapitaal, dat er voor nodig is. Immers, automati sering is een geldverslindende aange legenheid. Als de vraag naar kapi taal toeneemt, zal het kapitaal duur der worden (de rente stijgt) hetgeen vanzelfsprekend leidt tot stijging van produktieapparatuur. De totale ar- beidsbezetting zal daardoor minder teruglopen dan bij eenzelfde vraag en de kosten van automatisering. dan die van menselijke arbeid, dan wordt zeker bij een overschot aan arbeidskrachten inschakeling van deze laatsten weer aantrekkelijk voor de ondernemer. Al met al blijkt het proces zeer in gewikkeld. De factoren, die van in vloed zijn op de voortgang van de automatisering, werken op elkaar in, en de einduitkomst op hun werking op de werkgelegenheid is moeilijk te voorspellen. In hoeverre de heren Kahn en Wiener gelijk krijgen is dus niet te zeggen. Wel is het gevaar aanwezig, dat grote groepen werk krachten wegens de geringe moge lijkheid tot herscholing en-of verplaat sing naar elders van werkgelegen heid verstoken blijven. Zij zullen over een gewaarborgd inkomen moeten be schikken, terwille van hen zelf en van het economische proces. Wat de eerstkomende jaren betreft: de verbetering van de toale arbeids produktiviteit zal voornamelijk wor den aangewend voor verhoging van de inkomens van de werknemers. Deze zogenaamde loonruimte kan niet twee keer worden gebruikt. Men zal moeten kiezen: meer vrije tijd of meer loon. Maar vóór het jaar 2000 zal het arbeidsbestel ongetwijfeld in grijpend veranderen door de voortgaande automatisering. Of dit echter van alle arbeids krachten robotachtige instru mentenbewakers zal maken, valt vooralsnog te betwijfelen. Cultuurpatroon loopt halve eeuw achter heid. Het voelt zich dan minder deel uitmaken van die maatschappij. Al leen reeds het feit dat het dagelijkse werk een sterk openbaar karakter heeft en dat de vrije tijd en haar be steding sterk privé is. werkt dit in de hand"- De spanningen in het culturele leven zijn voor een niet gering deel op dat verschil tussen ons verouderd waar deoordeel en de werkelijke sociaal- economische structuur van de maat schappij terug te brengen. ..Misschien is ons pessimisme over de toekomst wel een terugslag op de optimistische toekomstverwachtingen die in het negentiende-eeuwse mar xisme leefden. Bovendien speelt daar bij ook en rol dat nu de maatschap pelijke toplaag, zeer hard moet wer ken. Vroeger moesten de lagere en middelgroepen dat. Ook die ontwik keling beïnvloedt onze opvattingen over cultuur en toekomst". Nuchter Nuchter beschouwd is de situatie zo dat ook in Europa en zeker in ons land, steeds meer mensen werken om zich van een door hen gewenste vrije tijdsbesteding te kunnen verzekeren- Ze kopen voor die vrije tjjd allerlei goederen. „De arbeid domineert niet meer in dc geesten van de mens. Maar dat prikkelt ons in arbeidsethos ge drenkt geweten. Daarom zijn wc on gerust"- En dan zijn et ook i zier aantrekt van al die mogelijkhe den tot wetenschappelijke en cultu rele ontplooiing. „Die massa doet on benullige dingen in de vrije tijd. Voor haar is dé ontspanning bij uitstek het televisiekijken, of tuinieren, of wan delen. Nou en Drs. Wippler zegt tot de overtuiging te zijn gekomen dat de opleiding dé centrale factor is in de vrijetijdsbe- stedingsproblematiek- „Ik verwacht dat in de toekomst steeds meer men sen langdurige opleidingen zullen gaan volgen. Dat kan tot gevolg heb ben dat meer mensen intellectueel creatief actief zullen zijn en minder mensen manueel actief worden. Het onderwijs heeft tot taak, onder andere, de mensen te leren hoe zij ongestruc tureerde situaties zelf in him maat schappelijke opvattingen kunnen in- Waarschuwing Veel meer mensen moeten zelf leren denken. Dat kan het voortgezet on derwijs bevorderen. En bovendien waarschuwt drs. Wippler tegen al te gemakkelijk aanvaarden van algeme ne uitspraken. .,Mü is gebleken dat allerlei" zaken die men als waar aan nam met betrekking tot de vrijetijds besteding, geen stand houden als men ze onderzoekt". Er is bijvoorbeeld, al te gemakkelijk beweerd dat de meeste mensen hun vrije tijd zien als een compensatie voor de inspanningen in hun werk- Dat is niet waar. De meeste mensen zien werk en vrije tijd als twee vol komen gescheiden waarden. Men moet werken en dat aanvaardt men om naar hartelust van de vrije tijd te kunnen genieten. Merkwaardig is ook dat de onderzoe kingen van drs. Wippler aan het licht hebben gebracht dat de meeste stede lingen helemaal niet de verschrik kingen" van het stedelijk milieu wil len compenseren in de natuur. ,,Er is veel eerder sprake van een aan vaarden van de stad. De „man van buiten" die in de stad gaat wonen, wordt vrij snel stedeling. „Mensen die slecht gehuisvest zijn, trekken er in hun vrije tijd beslist niet in massa op uit. Het onderzoek van dis. Wippler heeft met dat verhaal afgerekend. Een ander algemeen aanvaarde stel ling is door dit onderzoek eveneens ondergraven. Vooral bij lange week einden wordt het antwoord op de vraag, ot mensen erop uit zullen trek ken beslist veel minder beïnvloed door mooi of slecht weer. Veel eerder geeft het doorzetten van gemaak in plannen de doorslag. „Ik meen dat het belangrijk is dat we deze dingen te weten komen- Het geeft aan de discussie over de vrije tijd en haar besteding een basis van juiste uitgangspunten. Dat is nodig, omdat we die vrije tijd maatschappe lijk zullen moeten kunnen verwerken. Kennis van zaken is dan een eerste

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 11