BESTEEDT
AAN GEVONDEN DIEREN DE JUISTE' ZORG
1
MARJOLEIN BRIËR
JE LICHAAM IS HET MOOISTE
INSTRUMENT, DAT JE HEBT
ZATERDAG 1 MAART 1969
Peil gestegen
En een, twee en drie en vier. En op en neer. Draai en uit. In een ruimte
drie hoog in de Muziekschool aan het Rapenburg zijn zeventien meisjes
bezig deze oefening onder de knie te krijgen. Bijna allemaal in maillot
en zwart balletpakje. Marjolein Briër (bijna 27) geeft haar pupillen les
in bewegingsleer. Van haar leerlingen is ze nauwelijks te onderscheiden.
Alleen door haar stem valt het me op, dat zij de aanwijzingen geeft.
Ze pept de meisjes enorm op en het is duidelijk merkbaar, dat het en
thousiasme, dat er van haar uitgaat, op de groep overslaat. Marjolein
Briër is sinds twee jaar directrice .van de Balletschool. Zelf zegt ze:
noem het liever maar leidster, want directrice vind ik zo'n rot woord.
Pas kort woont ze in een enorme flat aan de Schubertlaan. Het eerste
wat ze zegt, als ik binnen ben, is: kijk maar niet naar de rommel, want
ik ben nog druk bezig met inrichten. Toch ziet het er al goed uit. Overal
fijne kleuren en verder veel hout. Dat is de eerste indruk, die je krijgt,
als je rondkijkt. In de hoek staat een groot televisietoestel. De muren
zijn nogal licht gehouden. In haar flat kijk je ver uit over de nieuwe wijk
Noord-Hofland in Voorschoten. Beneden schaatsen kinderen op de
Korte Vliet. Ik sta doodangsten uit, zegt ze, als ik die kinderen zie. Ze
rijden vlak langs dat wak daar. Als ze erin schieten, kan ik niets doen.
Bovendien dooit het hardstikke.
Marjolein Briër is niet groot. Ze is gekleed in een oranje-achtige broek
en een trui. Wat vooral opvalt, is haar expressie. Soms gaan haar ogen
wijd open, als ze antwoord geeft. Ze praat erg makkelijk. Aan een stuk
door.
Wat vindt jij eigenlijk het belang
rijkste van ballet? Waarom heb je
ballet gekozen?
Dat is een heel lang verhaal. Ik begon
met ballettoen ik 12 jaar was. Op de
Leidse Balletschool, xoaarvan An ter
Haar-Pasman directrice was. Het ging
prima, maar ik heb n'ooït gedacht, dat ik
danseres wilde worden. Dat kwam niet
in me op. Ik vond het leuk om te doen,
maar als het slecht weer xoas, bleef ik
thus.i Dan had ik geen zin.
Toen ik 17 was, gebeurde er iets typisch.
Op een avond stond ik in de les. en
kreeg zo'n vreemde gewaarwording over
me. Gewoon ondefinieerbaar. Opeens
besefte ik, waarom ik armen, benen
een lichaam had. Ik dacht, dat wil ik
niet meer loslaten. Dat gevoel.
Enorme vrees
Ik ging heel hard werken, maar een,
twee, drie lessen in de week waren niet
meer voldoende voor me. Maar aan door
gaan dacht ik nog niet. Een jaar later
zei An tegen me: Marjolein, wil je door
gaan in ballet. Nou, dat vond ik fantas
tisch, maar ik had voor haar altijd een
enorme vrees. Ik voelde me altijd heel
klein bij haar. Ze kleineerde ook ieder
een. Voor kinderen, aan wie ze een hekel
had, had ze bijnamen.
Wat
r bijnaam had jy?
Ze noemde me Mina of Kleintje. Ik
was in die tijd ook niet goed gepropor
tioneerd. Dat kwam later pas, toen ik
ging dansen. Ik mocht haar ook niet,
omdat ze onderscheid maakte.
Vertelt, dat ze naar de Academie in
Rotterdam ging, maar dat ze bijna niets
van ballet wist, omdat haar directrice
daar nicks over had gezegd. Via een
vooropleidingsklas kwam ze in de eer
ste klas. In die tqd dacht ik, dat ik
enorm goed was. Ik had vijf jaar ballet
gehad, maar op die proefles wist ik niet,
hoe ik moest gaan staan. Toch zagen ze
blijkbaar wel iets in mij. Ze vroegen, hoe
lang ik ballet had gedaan. Ik zei: vijf
jaar. Ik dacht: ze vinden me vast goed.
Lacht om zichzelfWat, zeiden ze, vijf
jaar. Dat is ongelooflijk. Nou, ze vinden
me nog beter, dacht ik. Later kwam ik
erachter, dat ze het schandalig vonden,
dat iemand na zo lange tijd zo wordt
afgeleverd.
Instrument
Op de Academie heb ik vier jaar lang
heel hard achter elkaar gewerkt. Ik
besefte ook steeds meer, hoe fantastisch
het is om te dansen. Om dingen met je
lichaam te doen als instrument. Dat is
zo mooi. Je lichaam is het prachtigste
instrument, dat je hebt. Je geest is na
tuurlijk ook belangrijk, want als die niet
werkt, werkt je lichaam niet.
Ik heb ook vreselijk vee.l tegenslagen
gehad op de Academie. Al gauw ging ik
eigen choreograficn maken, omdat ik
dat gewoon zelf wilde. Vaak dacht ik
ook, waarom doet men dit niet zo. Dat is
toch beter. Op den duur kregen ze dat
door en vooral het laatste jaar begonnen
ze me te boycotten. Ze gingen kijken,
hoe ze me moreel konden krenken. Ik
was te klein en dik en niet geschikt voor
ballet. Voor dat afkraken zijn jongens
niet zo gevoelig, maar meisjes juist wel.
Ik ben daar vreselijk gevoelig voor.
Ik mocht nergens meer in, want Briër
liep te hard van stapel en moest geremd
worden. Het is altijd erg pijnlek, als de
leerling beter gaat worden als choreo
graaf dan de pedagoog. Daar waren ze
gewoon een beetje bang voor.
Ja, in het laatste Academiejaar heb
ik de school van An Pasman overgeno
men. Ik had het wel erg druk, maar
kon het toch volhouden. Daarom be
greep ik ook die boycot niet, maar ik
■moest er gewoon doorheen. Dat heeft
me ook een enorme standvastigheid ge
geven. Alles heeft nu eenmaal een doel
en dat heeft ook zo moeten zijn.
Uiteindelijk hebben ze me toch niet ka
pot gekregen en ik heb mijn eindexamen
gedaan. Al mijn collega's zakten en ik
was de enige die slaagde. Ik heb een
tijd. gehad daar, jongen. Ongelooflijk. Ik
kan niet vertellen, wat ik psychisch alle
maal heb doorgemaakt. Vreselijk. Toch
zijn er ook positieve kanten aan ge
weest. Ik heb veel geleerd op het gebied
van de techniek.
Toen ik de Balletschool overnam, wist
ik niet, hoe ik het had. Ze wisten ge
woon niets. Nu na twee jaar kan ik ge
rust zeggen, dat ze meer hebben ge
leerd dan in die 15 jaar bij An Pasman.
Het peil is enorm gestegen.
Bij kleuters gebruik ik ook niet de
gewone termen. Ik geef een voorbeeld:
ik zeg niet draai je benen uit, want dat
begrijpen ze niet, maar ik zeg: doe je
deuren open. Zo werk ik. Ook met zilver
kleurige en gouden kanten van de benen,
zodat ze een „tendu" kunnen maken.
Ik heb nu op donderdagmiddag een
kleuterklas die gezien mag worden. In
één jaar hebben ze al zoveel bereikt.
Soms ga ik weieens helemaal verkeerd
uit de verhoudingen staan en laat ik
m'n kinderen het verbeteren. Sta ik zo
goed, vraag ik dan de klas en dan is
het al gauw van nee, juf, je moet zo
staan. Dan komen ze aanwijzen, hoe het
moet. Zo laat ik mijn kinderen syste
matisch ocrrigeren. Ik heb deze school
weer helemaal opgebouwd en ik vind
wel, dat ik er trots op mag zijn.
Er is op mqn school een openhartige
sfeer. Iedereen is zichzelf. Je moet al
leen uitkijken, dat als je het touwtje te
ver laat vieren, ze niet een loopje met
je nemen. Dat krijg je, als je te gemak
kelijk met je leerlingen omgaat. Dan
denken ze: oh, jongen, met Briër kun je
maken wat je wil.
Ze mogen enorm veel bij me. Ik ben
erg veerbaar, maar als het lijntje breekt,
kunnen ze niets meer doen. Voor een bui
tenstaander is het net of ik over mij
heen laat lopen, maar dat hou ik alle
maal in m'n achterhoofd.
Ik ben gelukkig en ongelukkig. Ge
lukkig ten opzichte van mijn school en
zo, maar ik mis wel de mensen, die in
het professionele werken. Voor mijn leer
lingen heb ik geen amateuristische in
stelling. De stof is vaak vrij moeilijk,
maar daar kunnen ze zich dan aan op
trekken.
Ik zou zelf dolgraag meer theater
willen doen. Ik wil in de toekomst een
avondvullend programma gaan geven.
Dan zou ik me echt gelukkig voelen.
Als ik maar op de planken ben. Dat het
publiek mijn werk ongecompliceerd
vaardt en zegt; het was fijn. Zonder
Ja, die had ik, maar die heb ik ont
bonden, omdat de techniek achteruit
ging en de mensen ook zeer onregelma
tig kwamen trainen. Ik ben nu van plan
e.en nieuwe compagnie (groep) te
men. Waarschijnlijk ga ik in september
met vijf professionelen werken, die alle
maal de Academie hebben afgelopen.
En verder drie mensen uit de ontbonden
groep, die nog constant vier avonden in
de week komen trainen. Als dat zou
door gaan, ben ik wel helemaal gelukkig.
Wat probeer je met ballet by je
leerlingen te bereiken?
Dat ze hun lichaam leren ontdekken.
Dat ze zich anders gaan leren bewegen
en dat ze gevoel krijgen voor hun li
chaam. Je moet niet overhaast te werk
gaan. Ze verbeteren hun houding. Ook
muzikaal steken ze op, omdat ze moeten
luisteren naar maat en ritme.
Belangrijk vind ik ook, dat ze door
ballet meer gevoel krijgen voor andere
kunstuitingen. Ze kunnen bijvoorbeeld
beter een modern schilderq waarderen.
Techniek
Je leert ook veel techniek gewoon. Ik
ben me zelf nogeens een keer rot ge
schrokken. Ik liep met een koffer bij de
Doelensteeg in de richting van de Witte
Singel. Het was donker en bij het brug
getje stonden twee knullen van een jaar
of zeventien. De een vloog opeens naar
m'n hals en de ander naar m'n koffer.
In een flits wist ik me eruit te draaien
en liep in een noodgang terug. Ik was
helemaal van streek en voelde me een
heel klein kind, maar dacht ik later, als
ik geen lichaamstechniek had gehad, wie
weet, wat er wel niet was gebeurt.
Nou, ergeren niet natuurlijk, maar ik
straat ook vaak. Dan zit ik in de zomer
kijk er wel naar. Vooral als ik naar een
dancing ga. Dat doe ik graag. Niet om
lekker door te zakken, maar om te kij
ken, Hoe de menens zich bewegen. Op
terrasje en kijk naar de voorbij
gangers. Ik bekijk mensen altijd. In de
trein krijg ik er wel eens ruzie door.
Het valt me ook op, hoe onelegant tegen
woordig de jeugd zich beweegt. Vaak
bewegen de ouderen zich nog eleganter
dan de jongeren. Als ik tieners in de
les heb, is het vaak abominabel om aan
te zien.
Spelenderwijs probeer ik de houding
van mijn leerlingen te verbeteren. Als ze
ergens mee bezig zijn, zeg ik constant:
rug recht. Wanneer ik de jongeren be
kijk, krijg ik vaak de neiging ze toe te
schreeuwen. Om te roepen: doe wat. Ga
rechtop lopen en heb geen minderwaar
digheidscomplex, omdat je lang bent,
want lang is net zo mooi als dat je kort
bent.
Het ligt er maar aan. hoe het gebruikt,
het gekke is, dat als ik dergelijke hou
dingen zie, ik erdoor word geïnspireerd.
Volgens mij is het geestelijke luiheid van
deze mensen. Hun bovenkamer (ze wijst
naar haar hoofd) werkt niet zo. Dat is
een heel kwalijk ding.
Ik maak geen onderscheid. Ik vind het
allebei even fijn. Ik geef net zo graag
kleuterlessen als dameslessen. Het komt
allemaal van binnen uit m'n hart. Ik
heb een groep dames. Daar zitten er
bij van 52. Ze zijn erg gelukkig met
hun ene uurtje in de week. En dan ben
ik ergens ook al weer gelukkig.
Ik heb gehoord, dat je misschien
uit de muziekschool moet, omdat
men last van je heeft, als er bene
den wordt gespeeld. Ben je op zoek
naar een andere ruimte?
Marjolein lacht en zegt: 'n fantastisch
probleem, wat je daar aansnijdt, hoor.
Op zoek naar ruimte? Ik was op zoek.
Mijn school is totaal onafhankelijk van
de Muziekschool. Vorig jaar zomer wa
ren er plannen om de Balletschool te
gaan inlijven. Dat ging me maar vrese
lijk aan het hart.
Ik stond voor de keus: inlijving of eruit,
maar ik kon niet met 300 leerlingen op
straat gaan staan. De 15-jarige termijn
van de vorige directrice was echter af
gelopen en ik ben er eigenlijk zomaar
ingekomen. Toen zeiden ze: je moet naar
andere ruimte gaan zoeken.
Ambtenares
Er volgden eindeloze discussies. Het
voorstel werd: de Balletschool wordt
onderafdeling van de Muziekschool
en de gemeente zorgt voor een ander lo
kaal. Ik zei: ik wil niet. Ik was een en
fant terrible. Dat ben ik nog steeds.
Daar ging m'n hele hebben en houen.
Ik wou geen ambtenares worden. Ik heb
deze school zelf opgebouwd.
Ik zou adjunct-directrice worden en een
vast salaris krijgen, maar dat salaris
was abominabel. Een timmerman of een
aannemer verdient nog het dubbele.
Na lang wikken en wegen, dacht ik:
ik heb geen andere keus. Ik heb enorm
getwijfeld, maar het kon niet anders.
Als ik niet wide, ging ik eruit. De zaal
zou komen in de vroegere school voor
BLO-nazorg aan het Pieterskerkhof. Ze
waren allemaal zeer verrast, toen ik zei:
akkoord. In september 1968 kreeg ik een
brief van wethouder Sannes, waarin
stond, dat de gemeente het financieel
niet kon bolwerken. Ik heb een maand
later op verzoek nog een begroting inge
diend, maar daarna heb ik niets meer
gehoord.
t de i
i ballet-mln-
Nou, het komt er een beetje in. Op
het ogenblik is het een modegril. Ik
heb nu al nieuwe inschrijvingen voor
september. Overal in Leiden en omge
ving word ik gevraagd om balletles te
geven, zoals door de hervormde jeugd
raad in het gebouw Leython aan het
Levendaal. Daar ben ik wel voor te
Ik vind het wel een beetje beangstigend.
Iedereen wil opeens ballet. Het gaat te
snel voor mijn gevoel. Toch is ballet ge
woon noodzakelijk. Het hoort bij de op
voeding. Net als vroeger muziek.
Raadgevingen van dierenparkdirecteur Louwman te Wassenaar
EEN AAP
IS GEEN
HUISDIER
Vlieders en blijvers
„Als de mensen wat meer van die-
rengewoonten afwisten zouden ze niet
zo snel ingrijpen. Het is eigenlijk alle
maal erg eenvoudig. Er zijn twee
soorten vogels: nestvlieders en nest
blijvers.
Tot de eerste soort behoren b.v.
eenden. Je ziet ze vaak: een moeder
en daarachter een rij kleintjes. Dreigt
er gevaar, dan stuiven de jongen uit
elkaar en gaan plat tegen de grond
liggen. Is het gevaar geweken, dan
zoekt moeder het grut weer op. Zie
je eens zo'n eenzaam kleintje, dan
kun je er wel op rekenen dat vlakbij
een angstige moeder zit te wachten
tot je weer weg bent. Het best is
om even weg te lopen en van eeri
afstandje toe te kijken. Vooral niet
overhaast ingrijpen. Dat geldt ook
voor haasjes.
olieslachtoffers en door kou bevangen
dieren.
„Sommige mensen hebben de ge
woonte brood uit de auto te gooien.
Natuurlijk komen daar meeuwen op
af. Ze vliegen zich vaak bij het duiken
naar het brood te pletter tegen de
auto's. Ik hoop altijd r
niet zelf gaat prutsen s
Je kan veel beter naa
arts gaan."
dat men
Het dorp
„We moeten een scherp onderscheid
maken tussen tamme en schuwe die
ren. De tamme zqn niet bang en niet
in staat zelf voedsel te vinden. Het
zou gewoon moord zijn ze los te laten.
Daarom houden we ze hier. De schuwe
kunnen we wel loslaten.
Die komen heel vaak weer aan
waaien. We hebben een paar jaar ge
leden eens een reiger gehad. Als het
vriest of slecht weer is, staat hq by
het bruggetje op de bewaker met de
emmer vis te wachten.
Hulpeloos
Nestblijvers zqn die hulpeloze vo
geltjes, die met een open bek om
eten zitten te piepen. Ze zijn na drie
In de dierentuin is in een afgelegen
hoekje waar geen publiek komt een
invalidentuin ingericht. De heer
Louwman noemt die hoek „Het dorp".
Er lopen vogels met geamputeerde
vleugels, dieren met verkeerd gezette
poten.
Ook worden er nogal eens jonge
zeehondjes binnengebracht. Het aan
tal moederloze zeehondjes blijkt bij
zonder hoog te z\jn. De heer Louw
man verklaart: „In tegenstelling tot
de meeste andere dieren zwemt moe
der zeehond haar jong achterna.
Aangezien er nogal veel tweelingen
Over apen en
krokedillen
Het is tegenwoordig mode om er
een zo exclusief mogelijk huisdier op
na te houden. De exotische papa
gaaien zqn een bekend voorbeeld.
Maar ook aapjes vinden gretig af
trek.
De eerste gedacht: zo'n schattig
klein aapje, dat ik zelf mag voeden
en de fles geven. En kleertjes aan
trekken. Denk eens even aan alle
dwaze streken die het zal uithalen.
Ja, ja.
De heer Louwman denkt daar an-
Je kunt hem niets verbieden. Hq moet
klimruimte hebben en die vindt je
nauweiqks in huis... ook worden apen
gevaarlijk als ze groot zqn. Dat ia
wel te verklaren.
Hij ziet het gezin waarin hij is op
genomen als zijn eigen familie. Daar
van wil hij, net als in de apenwereld,
de leiding krijgen. Hq zal er ook
voor vechten. Die beesten hebben
grote hoektanden waarmee ze iemand
levensgevaarlijk kunnen bqten. Er
zijn al heel wat mensen in het zieken
huis beland. Als de mensen me raad
vragen over hun aapje, dan raad ik
ze altqd aan het boekje Apen in huis
van Jan van Rheenen te kopen.
Ik krqg vaak apen hier. De eige
naar heeft de aap gekocht toen hq
klein was, Wordt hq echter groot en
onhandelbaar dan gaan de mensen
eraan kapot en brengen ze hem maar
Op een dag voelen we het allemaal: de lente zit in de lucht. Het voorjaar
brengt jong leven met zich mee. Vele mensen kunnen het in huis niet meer
uithouden en trekken de natuur in. En er zullen weer honderden wande
laars zqn die op hun voorjaarstochten een zielig jong vogeltje of haasje
vinden en met diep medeiqden prompt besluiten het mee naar huis te nemen
om het daar groot te brengen.
AI klinkt het hard, in de meeste gevallen zqn deze jonge dieren er veel
meer mee gebaat als „de lieve mensen" hen aan hun lot overlaten. De heer
J. W. Louwman, directeur van het dierenpark Wassenaar, kan daarover
heel wat vertellen. Hq krqgt per jaar grote hoeveelheden gevonden, ver
ongelukte of nlet-meer-gewenste dieren in zqn dierentuin.
weken hun nest uitgegroeid. Als ze
uitvliegen kunnen ze al aardig voor
zichzelf zorgen, ook al zien ze er nog
wat onbeholpen uit.
Mensen nemen zo'n diertje mee en
proberen het zelf op te voeden. Vaak
mislukt het, dan brengen zij het ten-
einderaad maar bij ons. Het ellendige
is dat, als je zo'n diertje eenmaal
hebt aangeraakt, het niet meer wordt
geaccepteerd door de moeder."
Het zijn echter niet alleen jonge
dieren die in Wassenaar terecht ko
men. Er zqn ook heel wat veronge
lukte dieren die er een gastvrij ont
haal vinden. Reigers, die tegen elek
triciteitsdraden zqn gevlogen, stook-
ivorden geboren moet zy kiezen welk
jong zy zal volgen. Het andere wordt
afgestoten en spoelt hulpeloos op het
strand aan. Die moederloze zeehond
jes worden „huilers" genoemd.
Als ze binnen 24 uur gevonden zyn,
kunnen we ze nog wel redden. Ze
krygen heel vette melk: een room-
oplossing met gemalen vis, vitaminen
en hormoonpreparaten.
De werpplaatsen van zeehonden in
Nederland zqn de Zuidhollandse en
Zeeuwse eilanden en de Wadden.
ders over: „Ik raad het de mensen
altqd af. Baby-aapjes zqn inderdaad
erg leuk. Ik heb er zelf wel eens een
in huis.
De moeder geeft hem dan geen
melk en we moeten hem dan wel zelf
voeden. Maar de mensen vergeten
dat het geen baby-aapje blijft. Ten
eerste is het onmogeiqk om het dier
zindelijk te krqgen. De kleertjes vindt
hij heus niet leuk en bovendien stinkt
hq geweldig."
Op dat ogenblik komt er een op
passer voorbq met het kapotte hobbel
paard van de mensaap.
„Een aap heeft beweging nodig.
Cico
Mevrouw Bodrq-Schouten uit de
Leidse Jan Vossensteeg heeft daar
echter helemaal geen last van. zq is
erg gelukkig met haar 2 jaar oude
aapje Cico.
Zij houdt er ook 4 papagaaien, een
hond en een kat op na en het bevalt
haar best. Cico is niet zindeiqk en
maakt alles kapot wat hq in zijn
handen krqgt. Daarom zit hij dan ook
in een kooi in de huiskamer. Maar
mevrouw Bodrq en haar gezin zqn
gewoon lief voor hem en willen hem
zeker niet kwijt.
Apen zijn echter niet de enige die
ren die men tegenwoordig zo graag
als huisdier aanneemt om ze later
naar de Wassenaarse dierentuin te
brengen.
Krokodillen wil men nog wel eens
in huis nemen. Die zijn ook zo leuk
niet meer als ze anderhalve meter
lang zqn.
De heer Louwman vertelt: „In Den
Haag woont een aannemer die een
antiloopje in zijn huis heeft rondlo
pen. Hq vindt zo'n diertje in de huis
kamer heel gewoon, zq'n behang is tot
op 1.50 hoogte helemaal opgevreten
en van het bankstel is niets meer
over. Je moet er alles voor opofferen
en noem dat maar gewoon."
Daar is het ook een Hagenaar voor.