NIGER: Johnson zocht geen grandeur LAND MET VIJF ONBRUIKBARE TALEN KADAR ALS BEMIDDELAAR Met teevee het analfabetisme te lijf. VERGUISD DOOR HEN DIE HIJ DIENDE ZATERDAG 25 JANUARI 1969 NIAMEY Er is in de nieuwe staat Niger veel waar het nieuwe bestuur slechts moeizaam tegenop kan roeien. Afgezien van de schamele mogelijkheden die voor landbouw, veeteelt en industrie denkbaar zijn, worstelt het land nog af zienbare tijd met analfabe tisme in de hoogste graad. Niger hoort niet alleen tot de allerarmsten in Afrika, jok tot de minst ontwikkel den. Er verschijnt in het land maar één minikrant ïn die heeft 1500 lezers. Van de kinderen gaat nog hoog stens tien procent naar De waterput is het centrum van het dorpsleven in Niger. De minaret van Agades in Niger. Ook hier tracht de EEG een steuntje te geven. Zij heeft ettelijke nieuwe scholen gefinancierd: zeer eenvoudige, primitieve schooltjes. Het is aandoenlijk te zien hoe de paasbest uitgedoste kinderen er in versleten bankjes geperst zit- Zoftclcf Wfok ten, hoe zij de fabels van Fontaine opdraven en turen naar precies dezelfde wandplaten als in het verre Frankrijk, die met sneeuwpret niet uitgezonderd. Maar moeilijker dan de gebou wen, die de EEG wel kan leveren, krijgt men de onderwijzers. En zo kan het gebeuren dat men in een land dat in het onderwijs nog op de onderste trede staat, toch de modernste leermethoden aantreft. In Niamey is men, al weer dank zij de EEG, begonnen met school televisie, waarmee nu een aantal dorpen in de omgeving bestreken wordt. Het voordeel is dat het beeldscherm een echte onderwijzer kan vervangen en dat men kan volstaan met eenvoudige hulpkrachten, die het toezicht in de klas houden. Merkwaardig is het te zien hoe de leerlingen, hurkend in het zand rond de al vertrouwde beeldbuis, zich gemakkelijk bij deze methode aanpassen en hoe actief ze meeleven. vijf landstalen, die trouwens alle ongeschre ven zijn, is niet mogelijk. Trouwens van enig verzet tegen het handhaven van de taal van het vroegere koloniale bestuur bespeurt men niets. Eerder gaat men trots op deze aanslui ting bij Europese cultuur. Het hele leven in het vriendelijke regeringscentrum Niamey wordt trouwens nog altijd door Fransen be heerst. Men vindt ze als adviseurs op alle de partementen en wat er aan zakenleven is, wordt door Fransen beheerd. Niger behoort tot die landen, die zonder wrok uit het koloniale tijdperk zijn getreden en de oude heren als medewerkers hebben behouden. Deze situatie heeft ook haar gevolgen voor de manier waar op de EEG-hulp in praktijk wordt gebracht. Zij vloeit grotendeels langs Franse kanalen. De Franse firma's zijn nu eenmaal gevestigd en hebben daarmee een natuurlijke en niet zo gemakkelijk weg te werken voorsprong op hun concurrentenv een situatie die zich trouwens voordoet in alle veertien Franstalige Afrikaan se landen, die nu aan de EEG-wagen hangen. En het is niet alleen deze natuurlijke voor sprong, die de Franse positie zo sterk maakt, maar er wordt ook nogal eens diplomatiek tegenstroom gegeven wanneer niet-Franse be langen dreigen zich te nestelen. Het zit de leiders van deze arme staat kennelijk zelf ook nogal dwars, maar zij weten zich te afhanke lijk om de boog al te strak te spannen. Men bespeurt bij hen zoiets van een wijze berus ting, die uitgaat van de wetenschap dat de mogelijkheden klein zijn en de tijd die men nodig heeft lang. President Diori Hamani zei ons: „VVU werken graag met Frankrijk samen, maar we hebben behoefte aan hulp van iedereen. \V\j willen onze samenwerking met Europa zo breed mogelijk maken. Wij willen niet eenzijdig ge oriënteerd blijven. Graag zouden we ook meer samenwerking met Holland hebben op het ge bied van gezondheidswezen, landbouw en openbare werken. We willen graag ook meer aansluiting aan de Sterlinglanden. Kortom wij willen van eenzijdige banden bevrijd worden". Democraten Zijn woorden werden geïllustreerd door de titels van de boeken, die op zijn tafel lagen: al les Engels. Zijn vrees is begrijpelijk in 'n land waar wij maar één stukje niet-Franse import tegenkwamen: een tuinkabouter in het hotel letje van Dosso was gemerkt „Made in Ger- De eenzijdige binding geeft de politieke lei ders van het land hun zorgen. Zij steken die niet onder stoelen of banken, ook al zijn zij zelf doortrokken van Franse cultuur, opgeleid in Frankrijk en politiek geschoold in de As- semblée Nationale in Parijs. Zij noemen zich dan ook democraten, maar hun democratie kan nog slechts die van één partij zijn en zij kan hoogstens bestaan in pogingen om de stem van het volk te beluisteren. Dat doet men dan ook naarstig. De radio is daarbij het belang rijkste hulpmiddel; de transistor is in alle hoe ken doorgedrongen. De president van het par lement had het apparaatje in de hand toen hij ons ontving en wij konden niet in gesprek komen voor de uitslagen van de Franse voet balleague waren opgedreund. Radioclubs scharen zich in de dorpen rond deze wonder- apparaatjes en discussiëren over de wijze les sen, die de regering daarmee infiltreert. Over hun gesprekken wordt naar de hoofdstad ge rapporteerd. Zo voelt de regering de polsslag van het volk. Zij heeft er reden genoeg voor want een ver licht regime moet altijd waakzaam zijn. Ten slotte liggen de grenzen naar landen als Ghana en Guinee, die revolutionair met het verleden gebroken hebben, open. In het oosten ge schoolde agitators kunnen uit die landen ge makkelijk doorsijpelen. Het is dan ook nog niet zo lang geleden dat een complot tegen het presidentiële regime van Diori moest worden opgerold. Het buitgemaakte wapentuig, gro tendeels van Russische en Tsjechische her komst, ligt nog waarschuwend uitgestald in het presidentiële paleis. De rebellen zijn nog niet veroordeeld. Diori regeert in dit land alleen, maar hij doet het wijs en voorzichtig. Hij weet dat hij geen natie beveelt maar een land vol analfabeten, vol stamtradities en met vijf onbruikbare talen. Water is zijn eerste probleem. Maar eenheid, zo breed mogelijke Afrikaanse een heid, het tweede. Daarom vreest en verwerpt hij experimenten als dat van een zelfstandig Biafra, omdat die tot nog verdere versplinte ring van Afrika zullen leiden. „In Afrika moet de eenheid voorop staan en zij moet bereikt worden door een politieke structuur, geba seerd op het meespreken van iedereen", zo luidt zijn oordeel. knepfle ijn^ho 't huisf mèt groot] kt Du| het p«J PflP- Men heeft vaak gezegd, dat Lyndon B. Johnson, de 36ste president van de Verenigde Staten, zich vooral ook zorgen heeft gemaakt over het oordeel, dat de geschiede nis over hem zou vellen. „Hij is een ijdel man", zei men, wijzend op zijn geboortehuis in Texas, waarvan hij min of meer een nationaal monument maakte, „en hij wil minstens een gedenknaald in Washington". P» zigzag- fel witte a ander Wie Johnson al is het maar via ra dio, courant en televisie heeft ge volgd in zijn presidentiële doen en la ten, is gemakkelijk geneigd dit te ge- Johnson zelf echter heeft enkele ja ren geleden nadrukkelijk gezegd dat hij geen imperium bouwende of gran deur verzamelende president wilde zijn. Hij wilde de president van alle mensen zijn, van de armen zowel als de wel varenden, van de negers, zowel als van de zuiderlingen, van de schoolkinderen en studenten, zowel als van hun vaders en moeders. Hij hield ervan zich on der mensenmenigten te begeven en ge noot dan van sympathiebetuigingen, ovaties en welwillende spreekkoren. Hij zag daarin de bevestiging van wat hij wilde zijn: een volkspresident. Deze volkspresident werd een van de meest zo niet de meest verguis de president van deze eeuw. In Ame rika en ver daarbuiten. „He, he L.B. J.!, how many kids did you kill to day?" en „Johnson, moordenaar", of „Johnson, Assassin!. Het klonk in vele talen, in vele hoofd steden, begeleid door het glasgerinkel van ambassadegebouwen en het sner pende geluid van stuk gescheurde Ame rikaanse vlaggen. In zijn eigen land brandden de cities van tientallen ste den, aangestoken door woedende negers. En dat terwijl hij zeker een vredelie vend man is en ongetwijfeld de groot ste strijder voor gelijke burgerrechten voor negers die ooit in het Witte Huis zetelde. Lyndon Johnson, de man van het volk, werd in zijn eigen land een teken van tegenspraak en in het buitenland het beschimpte symbool van fel oplevend anti-Amerikanisme. Dat is zijn grootste tragedie: verguisd te worden door de genen wier belangen hij diende als geen ander onder zijn recente voorgangers. Hij joeg meer dan 500 wetten door een bepaald niet gemakkelijk congres. Ge makkelijk ook niet voor hem, die nu al legendarisch is als congrespoliticus en -manipulator. Hij zette vaart achter zijn burgerrechtenprogramma's en be noemde Abe Fortas als opperste rech ter om die bij de wet verleende bur gerrechten veilig te stellen. Hij zette een reuze programma ter be strijding van de armoede op en hij deed ongelooflijk veel voor het onderwijs, heel goed ziende, dat goed onderwijs nog veel belangrijker is als voorwaar de voor een vrij, welvarend en men selijk bestaan, dan federale subsidies en wetten op de burgerrechten. Buitenlandse politiek was nooit zijn kracht, maar hij maakte goede vor deringen op de weg naar ontspanning tussen oost en west en zijn ontwikke lingshulpprogramma's mochten er zijn, ook nog nadat een schriel congres er het mes in had gezet. De Verenigde Staten maakten onder zijn bevind een ongekende periode van voor spoed door en met uitzondering van de Vietnamese schoonheidsfout zag het er met betrekking tot de wereld vrede op het eerste gezicht althans re delijk goed uit. En toch moest Lyndon Johnson, de machtigste man ter wereld, de mach tigste man in zijn partij, nog volop kanshebber op een tweede volle ambts termijn, wijken voor de straat en de universiteit. Toch werd hij gehoond en Echtpaar Johnson: afscheid van Washington. verguisd. Hij was de meest progres sieve president van de V.S., progres siever nog dan Franklin Roosevelt, en toch lieten juist de progressieve demo craten hem in de steek. Hij deed meer voor de negers dan wie ook en toch staken ze de steden in brand. Hij was de kampioen van het onderwijs, maar de intellectuelen walgden van Zijn falen Mensen, die zich nu reeds van een ci taat in een of ander geschiedenisboek willen verzekeren, geven een antal re denen op voor het falen van een goede en sterke president: „Hij bleef in 't Witte Huis te veel de congrespoliticus", manipulerend, over redend, intimiderend, kortom: alle wapens gebruikend die een politicus, vrij opererend in het congres tot zijn beschikking heeft maar die een pre sident zich niet kan veroorloven te gebruiken. Hoe zeer hij ook met ieder indivi- d" uit welke stand of 'groep dan ook kon opschieten, hij sprak het volk in zijn geheel niet aan. Lyndon Johnson nam het niet zo nauw met de waarheid. De waarheid was voor hem te dikwijls slechts een onbruikbaar instrument in de politiek. Hij had het ongeluk president te zijn in een overgangstijdperk, waarin de sociale voorzieningen en de democra tie, beide in de stijl van de New Deal van de dertiger jaren, niet meer wer den aanvaard, en waarin niet meer voetstoots in het wereldomvattende gevaar van communistische agressie ve complotten werd geloofd. De meeste waarnemers zijn de ovei> tuiging toegedaan, dat het de mislukte Vietnampolitiek is geweest die Johnson de nek heeft doen breken. Maar dan niet zonder dat bijna alle bovengenoem de punten er mee te maken hebben ge had. Johnson nam onder dramatische om standigheden de wacht in het Witte Huis over, staande aan het hoofd van een verbijsterde natie. Hij, de onder wijzer uit Texas, die, hoewel succes vol politicus waarschijnlijk wel nooit aan het presidentschap zal hebben ge dacht, nam die taak ter hand met gro te moed en voortvarendheid. Al gauw moest hij merken, dat hij op niet al te sportieve wijze met de glamour van John F. Kennedy's New Deal werd ver geleken, een vergelijking die wel in zijn nadeel moest uitvallen. Dat ergerde hem en deed hem pijn. Hij was toch veel meer een gewone jongen onder de gewone jongens dan de rijke, intellec tuele en „Europees" opgevoede John Kennedy. Niet oprecht Het leek buiten deze pijnlijke onge makken goed te gaan met L. B. J., totdat de moeilijkheden in het buiten land kwamen. De Dominicaanse- repu bliek, Vietnamvooral Vietnam. En was hij nog maar de eerlijke, recht-door-zee-koer8ende president ge weest, die hij zo oprecht graag had wil len zijn, wie weet, had het Amerikaan se volk hem dan niet beter gesteund. Een sterk verouderde president heeft zich de laatste jaren steeds moeten afvragen of de weg die hij in de buitenlandse politiek had ingeslagen de goede was. Mogelijk was dan Vietnam niet het dy namiet geweest, dat het Amerikaanse volk kloof. De al eerder veel besproken „ver- trouwenskloof" werd door Vietnam, door de als maar herhaalde verklaringen, dat het goed ging met de oorlog en dat" er geen Noordvietnamese scholen en ziekenhuizen werden gebombardeerd, verbreed. Vooral toen Harrison Salis bury van de New York Times terug kwam met zijn reportages uit Hanoi en toen de Vietkong, begin vorig jaar het bijna fatale T.E.T.-offensief inzet tenJohnson had misschien nog best een nieuwe ambtstermijn kunnen vol maken, omdat hij waarschijnlijk, was hij kandidaat gebleven, gekozen zou Maar zeker was, dat dan de kloof nog dieper en desastreuzer zou wor den. Wellicht zou zijn aanblijven de een heid van Amerika, bevochten in een bloedige burgeroorlog, hebben vernie tigd. Daarom nam hij het moedige be sluit terug te treden en dat maakt, dat zijn woorden in het begin van dit arti kel geciteerd, geloofwaardig zijn gaan klinken. De ijdele L.B.J. kon dus toch onbaatzuchtig zijn. Een oordeel vellen over Johnson's pre sidentschap, nu hij net goed en wel vertrokken is uit het Witte Huis is on mogelijk. Gezegd kan wel worden, dat hij veel voor zijn land heeft gedaan en dat het lang niet mogelijk is, dat de geschiedenis hem uiteindelijk toch zal rangschikken onder de grote Ame rikaans^ presidenten. Al is het maar in het Vaderlandse geschiedenisboek van de Verenigde Staten w- kock Hongaren slagen waar Tsjechen faalden BOEDAPEST (AP) De Hongaarse leiders, die met tegenzin Moskou heb ben geholpen een einde te maken aan het liberaliseringsstreven van Tsje- cho-SIowakije, schijnen vastbesloten hun politiek van betrekkelijke vrijheid in eigen land voort te zetten. Waar nemers uit het westen zijn het erover eens dat de vooruitzichten, dat zij zullen slagen, goed zün. In brede kringeii werd gevreesd, dat de crisis de voorbode zou zijn van het einde van een streven naar hervor mingen, waardoor Hongarije twaalf jaar na de bloedige opstand het meest westerse voorkomen in Oost- Europa heeft gekregen. Kranten en radiostations werden overstroomd met brieven van veront ruste Hongaren, toen eenheden van het Hongaarse leger zich voegden bij de troepen van de vier leden van het Pact van Warschau, die een harde politiek voeren. „Zij vroegen of dit een verandering in de politiek betekende", zei een communistische redacteur. „In zekere zin was deze grote steun en een bewijs, dat wij op de goede weg wa ren met onze hervormingen". De Hongaarse communisten houden staande, dat de koers van hun par tij even liberaal is als die van de Tsjecho-Slowaakse. Ze beweren zelfs, dat de economische hervorming bij hen in vele opzichten verder gaat dan die van Praag. Hoe is het te ver klaren, dat de Sovjet-Unie de Honga ren hun gang laat gaan? Kort geleden gaf premier Jenoe Fock het volgende antwoord: „Een belang rijke rol in het succes van onze eco nomische hervorming tot nu toe is gespeeld door de wetenschap, dat wij niet in een vacuüm leven. Wij hebben ervoor gezorgd, dat de inter nationale openbare mening, in de eerste plaats de socialistische ge meenschap waartoe wij behoren, min of meer nauwkeuring zou be grijpen wat in ons land gebeurt en wat meer is daarmee zo mo gelijk ?ou instemmen. Een minder hooggeplaatste partij functionaris legde in een particulier gesprek een ander geheim van het Hongaarse succes uit: „Wij hebben in ons land vier Sovjetdivisies. Dat maakt een groot verschil. Hadden de Tsjechen in juli van het vorige jaar aangeboden, een paar eenheden van 't Sovjetleger langs hun weste lijke grens te legeren, dan hadden ze misschien zelfs ongehinderd hun persvrijheid kunnen handhaven." Diplomaten uit het westen in Boeda pest zien geen tekenen van een ver andering in de Sovjetpolitiek jegens Hongarije; sommigen zijn van me ning, dat partijleider Janos Kadar aanspraak kan maken op persoon lijke verdiensten voor het succes van voorzichtige tactiek. Kadar is er volgens sommige zegs lieden in geslaagd, een bijzondere ver houding met Moskou tot stand te bren gen en is een van de weinigen, naar wie de mannen in het Kremlin bereid zijn te luisteren. Hij genoot het ver trouwen van Nikita S. Kroetsjev en is er op de een of andere wijze in ge slaagd, ook diens opvolgers te overtui gen van zijn volledige betrouwbaar heid. Hij weet hoe hij met de Russen moet omgaan, zei een partijman. „Hij weet datbeter dan Alexander Dubcek, die jaren in Rusland de partij-academie heeft bezocht". In de Tsjecho-Slowaakse crisis heeft Kadar de rol van bemiddelaar op zich genomen. De Sovjets hebben hem goedkeuring gegeven voor recht streekse bijeenkomsten met de libe rale leiders, toen zij reeds bezig wa ren de invasie voor te bereiden. Waar de kloof in de communistische wereldbeweging steeds wijder wordt, kunnen Sovjets eens heel goed be hoefte krijgen van een tussenpersoon, zoals hij.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1969 | | pagina 11