Spanje toe aan complete herziening van concordaat Antikerstfeest: reactie op burgerlijke kerstviering Basken vragen arme en inheemse Kerk KERK „COLLABORATEUR VAN DE ONDERDRUKKING' Kaarslicht te lief en te zacht ZATERDAG 30 NOVEMBER 1963 MADRID In kerkelijke kringen te Madrid gaat er de laatste tijd een hardnekkig gerucht, dat er een complete herziening van het concordaat voor de deur staat. Dit is niet verbazend, want sinds het Vaticaanse concilie zijn er steeds meer stemmen opgegaan om deze kerkelijke overeenkomst, die op 27 augustus 1953 getekend werd tussen Madrid en het Vaticaan na twaalf jaren van moeilijke onderhandelingen, nu eindelijk eens in overeenstemming te brengen met de eisen van de tijd. Ge makkelijk is dit echter niet, want een „aggiornamento" in een land waar de Kerk nauw verbonden is aan een verklaard conservatief regime, zou betekenen dat er veel heilige huisjes omgetrapt zouden moeten worden. Spanje is misschien wel bereid om het k concordaat te vernieuwen, maar dan I zou het Vaticaan moeten afzien van f een groot aantal van de financiële t voordelen die het in 1953 verkreeg: de I H. Stoel daarentegen zou willen begin- nen met een verklaring van generaal Franco dat hij afziet van het privilege van voorstelling" van bisschopskandi- i daten. Dit recht van de vroegere L Spaanse koningen dat Franco in 1953 I voor zich wist te behouden, is natuur- I lijk van politiek belang en zal zeker niet zonder meer prijs gegeven worden. De drang naar een vernieuwing is echter groot en zelfs het oerconser vatieve dagblad „Ya", spreekbuis van het vrome „establishment" van Spanje, schreef op de vijftiende verjaardag van het concordaat in een hoofdartikel: „Het gaat hier om de vrijheid van de Kerk en om een gewetensprobeem van I clerus en gelovigen. Wij hebben reeds j tweemaal erop aangedrongen dat men )4 een ernstig onderzoek instelt naar de openbare mening. Want een opinie peiling zou aantonen dat, zolang het huidige systeem van bisschopsbenoe mingen voortbestaat, alle deugden van de gekozen bisschoppen niet voldoende zullen zijn om hen te vrijwaren tegen verdenking, dat zij onder een politieke afhankelijkheid gebukt gaan. I Deze vei'denking ondermijnt hun I morele gezag, dat juist tegenwoordig zo stevig zou moeten zijn, zodat ook de staat voordeel zou kunnen hebben bij de ferme en onbetwiste uitoefening van het bisschoppelijk gezag". Tussen twee vuren Het gewraakte privilege van generaal Franco bestaat erin, dat wanneer er een bisschop benoemd moet worden, Madrid een lijst van zes kandidaten naar het Vaticaan stuurt: de Paus kiest hieruit drie namen, van welke Franco wederom degene aanduidt die zijn voorkeur geniet. Normaliter wox'dt deze dan tot bisschop uitgeroepen. Dit is natuurlijk volkomen tegenstrijdig aan wat het Vaticaans concilie heeft besloten omtrent de benoeming van bisschoppen, en de Heilige Stoel heeft er dan ook bij die machthebbex-s, die in dit opzicht privileges hadden, op aangedi-ongen daar vrijwillig van af te zien. Venezuela was een der staten die hierin een voorbeeld stelde en het is zeker niet toevallig dat Paus Paulus VI de nuntius, die dit had be werkstelligd, onmiddellijk naar Madrid overplaatste. niet gemakkelijk. Want terwijl de meerderheid van Spanjes bisschoppen, wier gemiddelde leeftijd 64 jaar is, niet veel voelt voor vernieuwingen, is er een grote groep van jonge geestelijken die herzieningen eisen, die zelfs mon- signore Dadaglio veel te ver gaan, De nuntius bevindt zich tussen twee vuren. Zo ontving hij onlangs een brief, ondertekend door 270 geestelijken van het aartsdiocees van Barcelona, die protesteerden tegen de wijze waarop eind oktober vier nieuwe hulpbisschop pen waren benoemd voor Barcelona. Hoewel zij het volkomen eens waren met aartsbisschop Gonzalez dat het diocees, met meer dan drie miljoen zielen niet meer door een man bestuurd kan worden en de keuze van vier Cata laanse geestelijken hun zeker was be vallen, protesteerden zij toch tegen het feit dat de benoeming „als een don derslag bU heldere hemel" had plaats gevonden. Volgens het Vaticaanse con cilie vonden zij. dat men hen tenminste had moeten raadplegen. Manifest De Kerk in Spanje erwegend conservatief regime. Nog meer last heeft monsignore Dadaglio met een gx-oep van Baskische geestelijken die zich gedwongen voelen stelling te nemen in de moeilijke poli- tieke toestand die momenteel in het Baskenland heerst waar een soort staat van beleg is afgekondigd door het regime. Deze groep van zestig jonge geestelijken sloot zich in de eerste dagen van november op in het dioce saan seminarie van Bilbao uit protest legen het volgens hen sterk verouderde beleid van de inmiddels overleden bisschop, monseigneur Pablo Gurpide. Deze dreigde hen eerst uit al hun priesterlijke functies te ontzetten als zij het seminarie niet zouden verlaten. Maar de geestelijken weigerden en nog voordat de bisschop tot maatregelen kon overgaan werd hij ernstig ziek en overleed. Ondertussen duurde de „bezetting" van het seminarie voort en de jonge gees telijken verklaarden dat zij niet zou den weggaan voor zij antwoord zouden ontvangen van het Vaticaan op hun petities. Deze petities weiden door twee van hun afgevaardigden overhan digd aan mgr. Dadaglio, terwijl drie anderen naar Rome reisden. In Bilbao gaven de jonge geestelijken een „mani fest" uit waarvan de tekst als volgt luidt: „Ons volk is nog steeds het slachtoffer van bedreigingen, arrestaties en bar baarse martelingen, toegepast op degenen die „het misdrijf plegen" om zich te verenigen teneinde hun ideeën te uiten en te protesteren tegen het machtsmisbruik van de autoriteiten. De terreur grijpt om zich heen en maakt zich heimelijk meester van de Basken, die zelfs niet meer die rechten durven op te eisen die in de beschaaf de wereld als normaal en noodzakelijk voor de mens beschouwd worden. Het Baskische arbeidersvolk durft geen initiatief meer te nemen of zijn poli tieke verantwoordelijkheid uit te oefe nen, terwijl velen van onze broeders gedwongen worden onder te duiken of in ballingschap te gaan. Desondanks klinkt er geen enkele bevoegde stem op uit de Kerk die duidelijk een halt toeroept aan deze machtsmisbruiken: integendeel, onze kerkleiders blijven het gevestige regime zegenen, zodat zij op deze wijze van de Kerk een colla borateur van de onderdrukking maken. De Kerk draagt ertoe bij om het Bas kische volk in het Castiliaanse dwang buis te steken. De leiders van de Kerk treden op tegen de christenen die het huidige regime veroordelen door hen ervan te beschuldigen „te werelds" en ,.te politiek" te handelen. En dat ter wijl zijzelf werelds optreden en een bondgenootschap aangaan met de machthebbers door hun wijze van be noeming der bisschoppen, in overeen komst met generaal Franco, door hun onderwerping aan het huidige regime door middel van een eed bij de ambts aanvaarding, door het aannemen van privileges (in geld enzovoorts) die met harde hand aan het volk ontnomen worden en door zich te organiseren overeenkomstig politieke landsgrenzen die niet altijd samenvallen met de werkelijk natuurlijke streken van Spanje. Op deze wUze is onze Kerk niet voort gekomen uit het volk en is het ook geen Kerk voor het volk. ZU doet zich voor als een broederschap met het huidige regime dat het hele land naar Castlliaans voorbeeld wil hervormen. Door al deze compiomissen met de macht en met het geld is de Kerk niet in staat de stemmen te horen van diegenen die wederrechtelijk gearres teerd, gemarteld en onderdrukt wor den, wil zij niet antwoorden op de vele documenten en petities die door dei clerus en het volk aan de Kerk ge richt worden. Wat wij willen is een arme Kerk, die zich aan de zijde schaart van het geknechte en uitgeplunderde volk. Een dynamische Kerk die met het volk voorwaarts gaat. Een inheemse Kerk met herders die tussen dit volk ge boren zijn en samengaan met het Bas kische arbeidersvolk. Wat wij met de meeste urgentie vra gen is een volledige hei-vorming van het systeem, de oprichting van een Baskische bisschopsconferentie en een apostolisch administrateur voor ons diocees, opdat men een directe verkie zing van de bisschop, door het volk kan organiseren". Lege handen Inderdaad heeft monsignore Dadaglio deze petitie in ontvangst genomen, hoe wel hij er weinig twijfel over heeft laten bestaan dat hij het niet eens Is met de houding van de Baskische priesters. Wat het Vaticaan betreft, de drie „rebellen-geestelijken" die naar Rome waren getrokken, zijn ondex-tus- sen al met lege handen teruggekomen. Het Vaticaan liet merken dat het niet gelooft dat deze priesters werkelijk de geest van de huidige Spaanse Kerk vertegenwoordigen, Het Vaticaan zoekt de oplossing in een „gulden" midden weg, die alleen in een overeenkomst met Madrid over de vernieuwing van het concordaat gevonden kan worden. ROBBERT BOSSCHART AMSTERDAM De Amsterdamse binnenstad kwam vorig jaar rond Kerstmis in het nieuws door de op richting van een „Antikerstkapel". Be halve een grote schildering van „Het Kind en de kinderen" kon men er ook de ontploffing van de atoombom zien en het fusilleren van een mens. Er lag een groot vel papier waarop iedere be zoeker zijn naam kon schrijven „tegen de bom". En in een ruimte onder de kapel werd aan ieder die dat wilde de gelegenheid gegeven om zjjn hart te luchten in gedicht of tekening, debat en gezang. Enkele jongeren schreven: „Voor ons liever bommen in de kerst boom dan ballen, liever verbrande kerstbomen dan groene, liever schijn werpers dan kaarslicht" Wat hebben de initiatiefnemers met deze kapel bedoeld, wat erin beleefd? Dat pi-obeert G. Prast onder woox-den te bx-engen in het zojuist bij W. ten Have verschenen boek „Kei-stmisbaksel". Volgens hem moet ieder, die Kerstmis wil vieren, het licht fel laten schijnen op de wex-eld zoals ze is. Er zullen dan smerige dingen aan het licht komen, maar dat kan nu eenmaal niet anders. In feite doen velen juist het tegendeel: ze doen de lichten uit en de kaarsen aan, ze bedekken alles (twee dagen bestand houden in Vietnam, vrede op aarde zingen in de loopgraven, lelijke dingen wegmoffelen onder kerstgroen, witte sneeuw en lief gezang). „De heidens-christelijke traditie", aldus Prast, „heeft van het lichtfeest een verduisteringsfeest gemaakt". Daarom is het antikerstfeest noodzakelijk geworden. Andere aanpak Aan het opzetten van de antikerstkapel gingen enkele weken van intense studie vooraf. Het kerstgebeuren, zoals dat in het evangelie wordt verteld, bleek zich af te spelen rond drie hoofdgroepen: keizer Augustus met zijn lakeien, de herders op het veld, het Kind en de vermoorde kinderen. Meestal wordt met Kerstmis uitgebeeld, wat er in het jaar nul met deze figuren precies gebeurde bijzonderheden over keizer Augustus en zijn mannen, over de herbergiers in Bethlehem, over de herders en de engelen. De antikerstkapel wilde het anders aanpakken: „Voor de mensen, die in 1967 feest vieren, komt het erop aan te zien wat de machthebbers in 1967 doen en wat de herders en de kinderen in 1967 overkomt". Daarmee was de hoofdlijn van de opzet getrokken. Dubieuze herders Hoe keizer Augustus en zijn lakeien moesten worden uitgebeeld gaf geen grote problemen: met hun daden zijn de kranten dagelijks en ook de geschiedenislessen op de scholen voor een goed deel gevuld. Ook het Kind en de kinderen leverden geen moeilijkheden. Maar de herders? Een dubieuze groep, meenden de organisatoren, gewone naamloze men sen, die op een gegeven moment op standelingen worden, verwant aan de rebellen waarover we regelmatig horen in de nieuwsuitzendingen van het ANP. Op 4 december 1967 gingen enkele kunstenaars aan het werk om ge noemde drie hoofdgroepen in een leeg staande kapel (die van het katholieke jeugdhonk De Oude Veste) uit te schil deren. Zij hadden elkaar gevonden op het vlak van hun antigevoelens inzake kunst en hun politiek engagement. Van het Kind en de kinderen maakten zij een grote schildering, waarachter het altaar geheel schuilging. Aan het plafond beeldden zij in twee reeksen de opstandelingen (herders) en de machthebbers (keizer en consorten) uit. Black power De opstandelingen: een primitieve mens, de herders op het veld, een gefusilleex-de met talloze namen op zijn lichaam (van Che Guevara en Martin Luther King, Danilo Dolci en Gerrit van dei- Veen, Multaituli, Ho Ohl-Minh en vele anderen), talloze mensenogen in het duister (symbool van Black Power) en tenslotte een leeg vel. De vijf taferelen waren onderling ver bonden door de tekst uit de Hebreeën brief: ..Zij zijn gestenigd, door midden gezaagd, met het zwaard vermoord. Zij hebben rondgezworven in schape vachten en geitevellen. Zij hebben rondgedoold door woestijnen en ge bergten. De wereld was hunner niet waardig". De machthebbers kregen ook vijf taferelen: een afgodsbeeld, keizer Augustus, enkele onderdrukkers (mid deleeuwse Paus, slavenhandelaar, Franco, de techniek (enig raderwerk) en de ontploffing van de bom. De af beeldingen werden voorzien van uit spraken van de oud-testamentische profeten. Kapel van de hoop De kapel was gedux-ende vijf dagen geopend voor meditatie en trok vele bezoekers. Er zijn in de kerstavond en -nacht veertien diensten gehouden, die door ongeveer tweeduizend bezoekers De Antikerstkapel, die vorig jaar het nodige gerucht veroorzaakte in de stilte Een van de taferelen was getiteld: Het kind en de kinderen. de kerstnacht, werd door enkele kunsten werden bijgewoond. Zij bestonden uit speciaal voor de gelegenheid gecompo neerde muziek vanaf een bandrecorder, -een toespraak van een van de kun stenaars, een preek en gebed van jeugdpredikant of pater. Ordeversto ringen kwamen niet voor. G. Px-ast meent, dat dc kapel een kapel van de hoop is geworden. Met eigen ogen konden de bezoekers zien, dat machtige afgoden, keizers en Pausen, dictatoren en slavenhouders door kleine groepjes machtelozen zijn overwonnen. „Wie zou", zo besluit hij zijn relaas, „in onze tijd wanhopen, nu er zoveel zijn, die de geest van het Kind kennen, die met meer mensen, meer macht, meer kennis, meer inzicht zijn gewapend dan ooit tevoren. Wie nu wanhoopt is een lafaard". De bundel „Kerstmisbaksel" bevat verder een aanta) opstellen waarin gepoogd wordt een eigentijdse visie op het kerstfeest te geven. Opmerkelijk is de bijdrage van Huub Oosterhuis, waarin de volledige tekst wordt gegeven van de liturgieviering, die op 24 december 1967 in een kerk te Amslerdum door de studenten werkgroep werd gehouden. Zij laat zien, dat er ook in de lijn van de kerkelijke traditie mogelijkheden liggen om op eigentijdse wijze het keretfeen te vieren. DR. ALFRED VAN DE WEYER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 11