ook
Het
Beatlesboek
't legermuseum
VOOR
JOU
De kinderen
vertellen
De speelhoek
ALI BABA
De
Olympische
Spelen
Na de duizenden schrijfsels over de
gehele wereld, gewijd aan de Beatles
en met veel pep s&mengewevrn uit
verdichtsel*, elndeiyk een levensbe-
schryving van deze LJverpoolse lie
verdje*. die geboud 1* op feilen
Schrijver Hunter Davis heeft zlcli veel
moeite gegeven om alle gegeven*
zelfs uit. de vroegste jeugd te
achterhalen. H{J weet op een gege
ven ogenblik zelf* van geen ophou
den meer en verhaalt met veel preci
sie welke kleuterschool de jongens lie-
rochten en dat Ringo een week over
tijd met de tang kwam. Deze fout Is
hem te vergeven. In elk geval heeft
h|j niet de misgreep begaan om te
proberen een analyse te geven van
het verschijnsel, dat Beatles heet. Hjj
Het dit liever aan de psychologen
over, die zich hebben uitgeput in liet
ophalen van de vreemdste theorieën
0111 een verklaring te vinden voor de
wereldroem en de multimiljonaire
rijkdom, die vier eenvoudige beaters
verwierven. Davis heeft zlcli aan de
feiten gehouden en in lange gesprek
ken met de Beatles en hun naaste
verwanten en medewerkers een
Beatlesbeeld opgebouwd, dat over
tuigt, omdat het oprecht is. Het boek
laat zich lezen als een roman en be
vat vele menselijke trekjes, die het
tot waardevolle lectuur maakt.
Gekleed als teddyboys met bcbopliaar
hebben, John, Paul, George en Ringo
elkaar destijds gevonden, eerst onder
de naam Qaarrymen, later Moondogs,
Silver Beatles en tenslotte Beatles.
Voor hun muzikale carriëre is do
Hamburgse toernee van blijvende be
tekenis geweest, omdat in deze pe
riode naast de sfeer van kameraad
schap de eigen stjjl van spelen groei
de. Heel duidelijk komt ook uit de doe
ken van welke zakeUjke, maar ook
artistieke betekenis Brian Epstein
voor hen is geweest. Aan deze beze
ten, maar altijd vriendelijke en hoffe
lijke promotor wordt in dit boek een
trouwens aan Pete Best, een vroege
Beatle, die er echt helemaal bij hoor
de, maar kort voor de roem begon
werd vervangen door Ringo. Pete
heeft zijn kans gemist. Deze teleur
stelling is hy nooit te boven gekomen.
Hy heeft de muziek eraan gegeven
en is nu voor een bescheiden weekloon
bakkersknecht In Liverpool. Hij zegt
te leven van zyn mooie herinneringen
aan de Llverpoolse muziekkelders.
Dat hy net naast de miljoenen heeft
gegrepen treft hem niet zo diep als
wel het feit, dat hy daarover nog
voortdurend wordt aangesproken.
Een even boeiend als verhelderend
hoofdstuk schryft Davis over de wyze
van componeren van John en Paul,
van wie de een sterk is In het vinden
van melodieën en de ander vooral in
maken van teksten. Hun ouders en
vrienden hebben ze niet vergeten. Al
len zyn ze aan een huis en/of een in
komen geholpen. Zelfs vader Lennon,
die pas weer boven water kwam toen
zijn zoon, die hij als kind onverzorgd
had achtergelaten, beroemd werd, zit
nu met een goed weekgeld in een luxe
Londense flat.
Hebben de Beatles aau hun fans hun
miljoenen te danken, het Is evenzeer
aan deze fans te danken, dat z.y de.
laatste jaren geen nominal leven
hebben kunnen leiden. Voor zover zij
tot exentrleke dingen zijn gekomen
kan men daarvoor enigszins begrip
opbrengen, als men leest hoe zij en
hun vrouwen het te verduren hebben
gehad. Johns vrouw Cythia heeft zich
lange tyd niet in het openbaar kunnen
bewegen, evenals trouwens de andere
Beatlesvrouwen. Als zij een groep
meisjes ziet, loopt zij een straatje
om, nadat zy eens geslagen en ge
schopt is door fans, die haar door liet
dolle heen bedreigden, dat zij van
„John af moest blijven". Cynthia: „We
kunnen nog niet eens gewone dingen
met elkaar doen, zonls een eindje
gaan wandelen. Het is verschrikkelijk.
Soms wou Ik, dat het allemaal nooit
was gebeurd".
Zo praten de gevangenen van hun ei
gen roem. Zij zyn op zeiter moment
gestopt met hun toernees, omdat zy
geen leven meer hadden. In de uren,
dat zy niet op het toneel stonden, za
ten zy opgesloten ln hun hotelkamers
met als bescherming tegen de horden
fans een stel politiemannen voor de
deur, die zelf weer probeerden foto's
en handtekeningen te bemachtigen
voor hun eigen kinderen. Tijdens de
meest onstuimige jaren van de Bea-
lesmanie kwamen vaak moeders met
kreupele en mismaakte kinderen aan
dragen, de Beatles smekend om deze
kinderen lieel even aan te raken, als
of zy wonderdokters waren. De Beat
les waren bang voor deze bizarre
adoratie en noemden tenslotte het he
le fan-gedoe om lien heen het „werk
van kreupelen".
George: „Ik kan er niet tegeu, dat er
altijd fans om het huls heen hangen,
zelfs nu nog. Ze sluipen de tuin In.Ze
gaan ook wel eens naar binnen.
Laatst drongen ze onze slaapkamer
binnen en pikten kledingstukken van
ons weg".
Zo bevat dit lezenswaardige boek tal
van uitspraken, ook over de afstand,
die de Beatles tot hun eigen werk
nemen, en de ironie, waarmee ze pra
ten over hun „kunst". Ze haten ge
theoretiseer. „Je vindt iets mooi of
niet. Al het andere er omheen is on
zin".
De geldstroom Is nog niet tot stil
stand gekomen. Bruto Innen ze jaar
lijks tien miljoen. Maar ook hun
vrouwen komen niet uit met het huis
houdgeld. En met de rust 0111 hen
heen is het nog niets gedaan, al zoe
ken zij op hun eigen wijze rust in de
religie. John vindt het verschrikkelijk
dat hij geen normaal leven kan lei
den. „Het zou erg leuk zyn als ieder
een je zou vergeten", zegt hy.
Deze biografie van de Beatles is een
waardevol boek, omdat het een eer
lijk boek is. Het lost niets op van het
merkwaardige verschijnsel van deze
roem. maar het geeft feiten, die aan
het denken zet.
Bruna en Zn. gaven het uit in de
vertaling van Jan Donkers en Theo
Capei. De correctie laat het hier en
daar afweten, evenals de zinsbouw.
Maar voor het overige is dit boek
even boeiend als leerzaam.
„Kom kind. een kettinkje", zei Alex
ander, de Padijse kapperskoning te
gen het meisje, dat hij had geknipt
volgens zijn APPEL-lijn. Hij maakte
het gladde, ronde hoofd eerst wat
speels en speldde drie half opgerolde
krullen in drie verschillende haartin-
ten in haar nek. Toen hing hij een
kettinkje uit eigen boutique op haar,
door textiel onberoerde rug (het moet
^gezegd worden, dat de kettingen in
Parfls tot de rokzoom mogen reiken).
Vervolgens garneerde hij haar oortjes
met hangers, die rinkelend over de
kettingen huppelden, als ze er niet
in vasthaken. Zoveel versiersels zou
den licht van roof afkomstig kunnen
zijn. waarom Alexander zijn gehele
creatie de naam ALI BABA gaf.
De vorige keer hebben we het Voor
huis bekeken. Nu gaan we een kijkje
nemen in het ..Pesthuys". Het is een
prachtig gebouw uit 1658. V-oeger
werden hier de mensen die de pest
hadden verpleegd, opdat ze niet de
hele stad besmetten.
In de gang zie je eerst een stam
boom van het Koninklijk Huis. waar
op je de voorouders van Koningin Ju
liana vanaf 1220 kunt zien. In de
eerste zaal zie je helemaal rec-lits ln
een vitrine vuistbijlen uit 2' 100 voor
Chr. Het zijn gewoon ruwe stukken
steen, die de mensen toen voor van
alles gebruikten, zoals vechten, dieren
villen, takken doorsnijden eu/. Ook
liggen er Romeinse dolken en bron
zen speerpunten. Er staan ook eeu
heleboel harnassen, zelfs eeu gehar
naste ridder te paard, waarbij ook
het paard een harnas aan heeft. Over
de maquette van kasteel Doornen
burg, die in de volgende zaal staat,
vertel ik de volgende keer wat meer.
De zaal daarna toont uniformen en
wapens uit de 17e, 18e en 19e eeuw.
Erg leuk Is het groepje van drie man
midden In de zaal. De man te paard is
Nicolaas Cornelia de Gallerez, kolo
nel der Kurassiers in 1856. Naast
hem staan zijn hoornblazers an stal
knecht. Links staat een klein oventje
waarin men kogels verwarmde. Als
ze roodgloeiend van de hitte waren,
werden ze afgeschoten met het doel
alles ln brand te steken. In een van de
kasten links is een marketentster uit
1850 te zien. De marketentsters trok
ken vroeger met het leger mee om
drank en snoep aan de soldaten te
verkopen. Naast haar zie je een vaat
je liggen, waar ze brandewijn uit tap
ten. Op de voorkant is de naam van
het legeronderdeel, waar ze bij hoorde
geschilderd en op de andere zijde haar
eigen naam.
Enkele zalen verder zie je 'n kanon
dat door 6 paarden getrokken moet
worden. Dit ls nog ln de Tweede We
reldoorlog (1940-1945) gebruikt: Ook
staat er de jeep die Prins Bernhard in
die tijd gebruikte. Eveneens interes
sant is de schietstoel die links achter
in de zaal staat. Dit ls de stoel waar
op de piloot zit. Als het vloegtuig door
kogels of andere oorzaken dreigt neer
te storten, moet hy het dak van de
cockpit openen en schiet dan met
stoel en al de lucht in. Als ny ver ge
noeg van het vliegtuig verwijder: is.
trekt hy zyn parachute open en kan
zo ongedeerd op de grond komen.
Springt hy zonder schietstoel uit het
vliegtuig, dan is het byna zeker, dat
zyn parachute vastraakt aan het
vallende vliegtuig en dat hy zo met
zyn machine te pletter valt.
De volgende keer iets meer over
kasteel Doornenburg,
Tilda Bizr.onl
Een fijne middag
Het was mooi weer en Jan, AnnelieB
en Ike besloten om een tent te ma
ken. Tussen de middag begonnen ze
er al aan, want er moest veel klaar
gezet worden. Maar alle drie helpen
ze. Ze moeten zorgen voor oude tafel
kleden. touwen, stokken, een vlag
getje om er boven op te zetten en
dan. als de tent klaar Is. moeten
er stoeltjes, een tafeltje, een servies
je, bordjes, brood, boter en Iets voor
op de broodjes en dan nog een kleed
voor op de grond te leggen. Nou,
nou. er is veel te doen. Ze beginnen
dan ook vroeg. Als de teut staat,
gaan ze aan hun echte moeders, thee.
brood, snoepjes enz. vragen. Ze had
den samen 1,25 gekregen en daar
voor hebben ze koekjes, snoepjes en
een rolletje pepermunt gekocht.
Ze gaan vader en moedertje spelen.
Dat vinden ze allemaal goed. Ike is
moeder. Jan vader en Annelies kind.
Zo is ieder biy en tevreden.
„Het is lekker weer, ga jy fyn buiten
spelen Annelies. Hier is je emmertje
en schopje", zegt moeder. Want An
nelies is zogenaamd een kind van
twee jaar.
„Ik ga lekker zonnebaden, maar denk
er aan. dat je in de buurt biyft, an
ders krijg je van pappa op je broek".
Zo spelen ze een poos, tot moeder
het tijd vindt om te eten.
„Annelies, binnen komen. We gaan
Annelies was in een wip binnen. Daar
keek moeder van op. Moeder maakt
de boterhammen, zodat ieder wat
heeft. Ze hebben er ook een kannetje
thee by, van de echte moeder gekre
gen. Na het eten gaan vader en moe
der lekker in de zon zitten babbelen
Annelies gaat een berg maken met
rondom een sloot. Ze maakt het berg
je mooi met stokjes en schelpjes. O,
wat hebben ze het fijn.
„Konden we altyd maar deze dag
houden" vindt moeder. „Maar dat
kan nu eenmaal niet. Aan alles komt
een eind", zegt vader.
Het wordt opeens koud, de zon is
weg en ze gaan in de tent zitten.
Moeder schenkt de theepot leeg en
deelt de laatste koekjes uit.
Opeens: fffoei. het begint hard te
waaien. De boel waait om, de tent
hangt scheef. Ze kunnen wel huilen.
Daar horen ze roepen: Ike, Jan en
Annelies, 't is zes uur, binnen komen!
Dat waren hun moeders. Iedereen
Wat was dat een fijne middag ge-
Yvonne Wisse vertelt een sprookje:
Alice in wonderland
Alice vond het helemaal niet fijn,
om bij haar grote zus te zitten. Deze
zat voor te lezen. Alice had al eens
een paar maal in het boek gekeken,
maar er stonden helemaal geen plaat
jes in en dat vond ze heel saai. Ze
werd slaperig en langzaam viel ze in
slaap. Al gauw was ze helemaal in
dromenland.
Ze droomde van een prinses, die de
lachziekte had. Als er byvoorbeeld 'n
hofdame per ongeluk een pluisje op
haar jurk had, dan kwam ze niet tot
bedaren. Of als een lakei per ongeluk
een spatje koffie of wyn morste, dan
kwam ze helemaal niet tot bedaren.
De koning en de koningin waren daar
erg verdrietig om. Op een keer dat de
minister-president op bezoek kwam,
vertelde de koning van het leiyke ge
brek van zyn dochter.
„Ja", zei de minister-president, „dat
is een zeer ernstige toestand", en hy
keek heel wijs over zijn kostbare bril
letje. „Ik zou u aanraden naar de
beste tovenaar van de wereld te gaan.
Maar die woont aan het andere eind
van de wereld".
De koning stuurde onmiddellijk een
koerier (boodschapper) met het ver
zoek de prinses te komen genezen.
Maar helaas, het zou een half jaar
duren eer dat bericht aankwam. En
■jawel, na een half jaar kwam de koe
rier met een bericht, maar een ver
drietig bericht: de tovenaar was aan
een ernstige ziekte gestorven. De ko
ning at of dronk haast niet van ver
driet. Tot op een keer een dwerg
voor de koning stond. Het was zó on
verwacht, dat de koning schrok.
,,Ik heb gehoord, dat u in moeilyk-
heden zit", zei de dwerg.
„O, ja!" zei de koning, „maar ieder
een heeft zijn zorgen".
„Ik kan uw dochter genezen, voor
een bundeltje goudstukken", zei de
Het gezicht van de koning klaarde
op.
„Mag ik hier vannacht biyven sla
pen?" vroeg de dwerg.
„Ja hoor, alles mag", zei de koning.
De volgende morgen stond de dwerg
vroeg op. Hy waste en kleedde zich en
bestelde een ontbijt. Om tien uur zag
hij de prinses ln de tuin. De dwerg
liep naar de tuin en stond ineens voor
haar. Hy lachte en lachte alsmaar
door, zonder ophouden. De prinses
werd woedend en zei dat hy moest
ophouden. Toen de dwerg dat niet
deed begon ze te huilen.
„Nu zie je. hoeveel verdriet je de
mensen aangedaan hebt", zei hij.
„Ik zal het nooit meer doen dwerg".
„Nou, geef me dan een kus, dan ge
loof ik je".
Aarzelend gaf de prinses hem een kus
en zie, daar veranderde de dwerg in
een heel mooie prins. Hy vertelde dat
hij door een boze heks was omgeto
verd en dat hy weer verlost zou
worden, als een prinses hem een kus
gaf. Al gauw trouwden ze samen en
leefden nog lang en gelukkig.
„Hoera!" riep Alice en werd wakker.
Ze vertelde aan haar grote zus, wat
ze gedroomd had. Samen lachten ze
Verdwaald
„Moeder, mag Elsje morgen met ons
mee naar de duinen?" vroeg Monique.
„Goed", zei moeder, „jy mocht laatst
ook met Elsje mee".
„Hoi! hoi!" riep Monique en rende
naar Elsje.
„Jij mag zondag met ons me" naar
de duinen", riep ze al van verre.
„Ik zal het eerst aan mijn moeder
vragen of het mag".
„Mams, mag ik morgen met Monique
met de auto naar de duinen?" vroeg
Elsje.
Moeder vond het goed. „Maar wel
uitkijken dat je niet verdwaald".
De volgende morgen ging Monique al
om 9 uur weg om Elsje af te halen.
„We gaan pas om half tieD weg, dus
we kunnen nog een half uurtje spe-
Eerst nog even m'n boterham eten",
zei Elsje.
De auto stond al klaar. Elsje, Moni
que en Theo, het broertje van Moni
que, zaten achter in de auto. Vader en
moeder voor.
Toen ze er waren, stapte moeder uit,
deed de bank naar voren en de kinde
ren stapten ook uit. Ze begonnen
dadelijk verstoppertje te spelen. Theo
was hem. „10, 20, 30, 40 tot 150" en
toen „wie achter me staat of voor
me die is hem".
Theo draaide zich om en zas niemand.
Monique en Els liepen het bospad op,
steeds verder en verder.
„Waar zitten we eigenlyk, ik zie je
vader en moeder niet meer zei Els.
„Ik weet het niet meer", zei Monique.
Ze liepen verder het verkeerde pad
op en steeds maar verder tot zowat
midden in het bos. Toen begonnen
ze te huilen.
Theo liep maar te zoeken en te zoe
ken. Moeder zei doodsbang tegen va
der: „O Wim, als ze maar niet ver
dwaald zijn".
De meisjes liepen maar verder lot ze
opeens de auto zagen staan. Vlug
liepen ze het bospad af.
„O paps en mams zijn er ook r.og,
Monique viel huilend in de armen van
haar moeder.
„Kom, drinken jullie maar een beet
je sinas" en toen konden ze allemaal
weer lachen.
Dorien Lamboo:
Geertje en Koko
Geertje lag in bed. Ze was ziek. Over
een paar dagen mocht ze weer naar
school. Het was nu dinsdag. Geertje
had ook een vriendinnetje Ditta. Toen
Geertje had gegeten, moest zc even
gaan slapen en terwyi ze sliep ging
ZATERDAG 2 NOVEMBER 1963
tante Nora even weg. Na een half
uurtje kwam ze terug, maar niet al
leen, ze had Ditta uit school gehaald.
Geertje was al wakker en lag al een
poosje uit het raam te kyken. Ze was
blij dat tante Nora met Ditta bmnen
kwam. Ditta mocht op een stoel bij
het bedje zitten. Ze had twee pakjes
bij zich. Een pakje was van de hele
klas. Geertje was heel nieuwsgierig,
dat snap je wel. Het andere pakje
was een brief, waar in stond dat
Geertje een papegaal zou krijgen en
die kreeg ze ook. Bij het eerste pakje
was ook een brief van de meester.
Er zaten leuke tekeningen in van de
hele klas. De meester had gezegd dat
hy de mooiste tekening zou uitzoeken
maar de kinderen hadden zo hun best
gedaan, dat hij ze allemaal stuurde.
Zo had Geertje op haar bedje veel te
bekyken.
Er volgen nog meer leuke verhaal
tjes. Even geduld hoor! Dag allemaal.
TANTE JO.
Hardlopen was de eerste en be-
langrykste tak van sport by de O-
lympische Spelen in het oude Grie
kenland, waar de grondvesten voor
het gigantische feest gelegd werden
dat wy nu Olympiade noemen. In
het begin liep men maar een baan,
die 192 meter lang was. Later werd
de afstand tussen start en finish 24
banen ofwel 4615 m. lang.
Worstelen werd bij de 18e Olympia
de in het jaar 708 v. Christus inge
voerd. De overwinnaar moest de te
genstander driemaal met de schou
ders of de heupen op de grond du
wen. De worstelaars werden om te
gen de zon beschermd te zyn, met
olie ingevréven, en tegelijkertyd met
zand bestrooid, omdat ze niet te
glad waren. Bij de 23e Olijmpische
Spelen werd voor de eerste maal ge
bokst, dat was in 588 v. Chr. De
boksers droegen linnen verbanden
om hun hand, met stukjes lear of
metaal bezet, en dan sloegen ze er
op los. Men was daar niet kleinze
rig. Er gaat bijvoorbeeld het ver
haal over een bokser, wiens kaak
brak. Hy slikte gewoon zyn tanden
in en bokste verder.
Later kwamen 't paardenrennen, vry
worstelen en de vijfkamp erby. Nu
biedt het Olympisch programma
meer afwisseling.
DE TOCHT GAAT NAAR..
Het zijn nogal kronkelige wegen,
Waar komt hy vandaan?
Oplossing: Parijs.
vaartussen de bestuurder kiezen moet.
Het uithangbord
van de barbier
In sommige landen hebben heren
kappers, die zichzelf respecteren, het
welbekkende hangbord buiten han
gen. Een zuilje met rode en witte
strepen met een vergulde kogel op
de top. Vanwaar stamt dit vreemde
merkteken? Vroeger werkte de bar
bier van de stad ook als chirurg.
Toen geloofde men dat aderlaten het
enige geneesmiddel was. Men opende
een kleine ader, zodat de ziekte met
het bloed uit het lichaam zou stro
men. Het uithangbord moet een met
bloed bevlekt verband voorstellen,
wat om de arm van een patiënt ge
wikkeld is.
De gouden kogel is het symbool voor
de schaal van messing, waar bet
bloed indrubbelde. Pas in het mid
den van de 18e eeuw werd het de
barbieren verboden chirurgische in
grepen te verrichten.
OOM TOP
I Ik vind ze grappig, die dieren, die iets anders
nadoen. Oom Top. Zijn er veel?
II Ja, Tip. In de warme landen leven byvoor
beeld wandelende takken en wandelende bla
deren. Ze behoren tot de familie der sprink
hanen.
EU Ds wandelde tak.
Het vendelend* blad.