STAD
WAAR
NIEMAND
STERFT
Theo van Eyndthoven
met zijn Europese varkens -
een geboren vechtjas
T
Ghanezen kunnen nog
niet leven zonder klank
van hun gong gong
-
TEMA, Ghana, Afrika Toen
pater Theo van Eyndthoven uit
Vianen in 1946 uit de hoofdstad
Accra in Ghana over een modde
rige weg langs het vissersdorpje
Tema aan de zuidkust reed, zal
hij nooit gedroomd hebben, dat
hij in 1965 pastoor zou worden in
een ander Tema, een stad van
130.000 inwoners, het Rotterdam
van Ghana. Het vissersdorpje is
er nu niet meer. Het is verplaatst
vijf kilometer verder en waar eens
de hutten van de eigenaars van
de kleurrijke kano's stonden, is
nu een moderne nieuwe stad ver
rezen met de grootste haven van
Ghana, met een geweldige alumi-
niumfabriek, enorme cacaosilo's,
een haven voor de vissersschepen,
een haven voor de schepen van
internationale lijnen en een gi
gantische industriewijk, die kan
wedijveren met de grootste in
Europa.
li »t ,i
I
f if li I lil ft
l'f
r
g .«ff-a ik*. ml
v jfa itfr'1
Zo dansten zij in de dorpen
is langzamerhand een problemen-
ad geworden, omdat zij als 'n magneet
de talrijke stammen van het Gha-
e land werkt en tienduizenden er-
n getrokken worden om er werk te
eken en zo de bruidsschat te verdie-
n voor hun aanstaande vrouw,
ma heeft Ghana direct geconfron-
•rd met het immense probleem van
urbanisatie, van de armoede, van
wanhoop en al is de stad een lust
or het oog geworden, werk verschaf-
3 aan talrijke analfabeten is een an-
re zaak. En dan beginnen de pro-
;men van de missionaris, die mo
rn genoeg denkt dat hij hier niet bui-
kan blijven en iets moet doen, en
!l zo spoedig mogelijk.
TAD ZONDER GONG-GONG
'erna", zo drukt Theo van Eyndt-
uit, „is de stad zonder gong-
ing. Want in de dorpen van de Fan-
de Ewe's, de Ashanti's, de Akims,
Dargati's, de Frafa's, de Haussa's
as het gewoonte om als het dorps-
tofd iets wilde verbeteren hij de gong-
ng liet slaan waarmee hij de man-
het dorp naar zijn hut toeriep,
lar besliste hij met de ouderen van
t dorp wat er precies moest gebeu-
en er was geen mens, die tegen
beslissing van de machtige man
otest aantekende. Er zijn nog tien-
lizenden hoofden in de dorpen van
hana. Zij houden de stam bijeen. Zij
in het gezag, de macht en de kracht.
denken voor hun onderdanen,
aar als een jonge man zijn dorp ver
at, zijn familie belooft dat hij rijk
worden in de stad, dan verlaat hij
;ns alles wat hem tot nu toe be-
hermde. In het dorp zou hij niet be
ogen of bestolen worden. In het dorp
isten zijn vader, zijn oom, zijn
ootmoeder en zijn moeder precies
prijzen van de cacao of andere
ndbouwprodukten. Nu hij het grote
'ontuur heeft gekozen, komt hij zon-
t hen te staan en als hij analfabeet
wordt hij bedrogen van de eerste
ig af dat hii in Tema aankomt.
IJ kan misschien werk krijgen, maar
zal hij eerst de steekpenningen
oeten betalen, die de ambtenaar hem
•aagt. Hij zal werk blijven houden
isschien, maar als er te veel afge-
okken wordt van de 90 gulden mini-
lumloon per maand, di hij verdient.
hij geen promotie krijgt, als hij
:prest wordt om een deel van zijn
af te staan aan de ploegbazen,
hij niet eens reclameren, want hoe
je dat als je zelfs niet eens een
■ielje kunt schrijven aan de direc-
Ja als je zelfs je eigen loonbrief-
niet kunt lezen. Dan verlangt hij te
ns naar de dreunende gong-gong, die
fm oproept voor een palaber, waarin
J kan vertellen over zijn zorgen en
oeilljkheden. Maar In Tema is wel
ft doodringende geluid van de sirene,
*1 de diepe bas van de schepen in de
lvtn, wel het kreunende geluid van
kilometerslange banden, die het
"minium naar de havens brengt, wel
het eentonige geluid van de havens
brengen, wel het eentonige geluid van
de motoren in de fabrieken, maar geen
gong-gong en dus ook geen recht en
zekerheid.
Toen pastoor Van Eyndthoven eens
aan een oude man vroeg waarom de
mesthoop midden in een wijk niet
werd opgeruimd, antwoordde deze wat
verbaasd: „Maar pater, hoe zouden we
dat doen zonder gong-gong". „Soms
denk je", zegt Theo van Eyndthoven,
„aan een mierenhoop waarin je een
steen gooit en het diep tragische is,
dat hier duidelijk wordt gedemon
streerd dat de Ghanezen eigenlijk zon
der stamverband niet kunnen leven.
Maar dat stamverband is zoek. De
Frafa's helpen misschien wel de Fra
fa's, de Ashanti's de Ashanti's, de
Ewe's de Ewe's, de Dargati's de Dar
gati's, maar van een gemeenschappe
lijk ideaal om gewoon elkaar te hel
pen, goed voor elkaar te zijn, is nog
geen sprake".
GEEN BEGRAFENISSEN
Tema is niet alleen de stad zonder
gong-gong, zonder chiefs, zonder stam-
gewoonten, Tema is niet alleen een
ptad waarin de mensen losgeslagen
zijn, zoals de zee probeert de rots
blokken bij de haven los te wrikken,
Tema is tevens een stad waar niemand
sterft. Theo van Eyndthoven kan dat
bewijzen. Sinds de vier jaar dat hij
hier werkt,heeft hij precies vier be
grafenissen gehad, dat is dus één per
jaar. Natuurlijk heeft dit een verkla
ring en die is weer te zoeken in de
stamgewoonten. In Ghana sterft ieder
een in het dorpje of de stad waar hij
vandaan komt. En daar Tema tien
jaar oud nog te jong is om er ge
boren te zijn, trekken de zieken onmid
dellijk weg naar hun dorpen of die nu
in de buurt van de slavenkust, zo
als het prachtige zilveren strand van
de Zuidkust vroeger werd genoemd,
zijn gelegen, of die dorpen nu in het
hoge Noorden, waar de wind van de
Sahara duizenden stofdeeltjes met zich
meevoert of bij Kumasi, de garden
city, of in het hoge Noordwesten, waar
de Frafa's vandaan komen, zijn gele
gen, ze willen sterven in hun dorp. Ze
willen begraven worden daar waar ze
geboren zijn. In Elmina bijvoorbeeld
hebben duizenden begrafenissen per
jaar plaats, ondanks het feit dat dit
vissersdorpje veel kleiner is dan Te
ma en ik heb vaak de grote begrafe
nisbijeenkomsten gezien, die zes we
ken na de dood van een dorpsgenoot
worden gehouden en waar de familie
leden uit de gehele omgeving in zwar
te of rode Ghanese dracht bij elkaar
komen.
Daarom sterft er niemand in Tema en
daarom is er eigenlijk niemand ziek.
Want ziek zijn is te duur zo dicht bij
Accra. Ziek zijn kun je beter worden
in je dorp, waar je familie zich over
je ontfermt, ziek zijn is tevens
eenzaamheid in een vreemde plaats,
die eigenlijk niets voor je betekent.
Daarom is Tema ook de plaats van de
heimwee, het heimwee naar de ge
bruiken en gewoonten in de stam, de
jaarlijkse feesten, je familie, Je vrien-
Ashaimang lijkt kleurig
den en je bekenden, want de Ghanees
is meer dan iemand anders met on
verbrekelijke banden aan zijn geboor
te grond gebonden.
Maar daarmee zijn de problemen van
Theo van Eyndthoven niet eens alle
maal opgesomd, want Tema heeft
reeds zijn grote zwerende wonde, die
de urbanisatie het heeft toegebracht,
het krottendorp Ashaimang. waar der
tigduizend mensen in haastig In el
kaar getimmerde krotten wonen, die
nu, in het regenseizoen zelfs van bin
nen niet droog te houden zijn. Ashai
mang wemelt van de muskieten, maar
niemand heeft er muskietengaas. As
haimang lijkt kleurig, omdat mannen
en vrouwen nu eenmaal in de typische
Ghanese dracht in Enschede ge
maakte katoenen lappen rondlopen,
maar als de regen met bakken uit de
hemel neerkomt, de straten er slijkeri-
ge modderpoelen worden, het water
niet in de huisjes, maar uit de huisjes
loopt, de duizenden werklozen met
trieste blikken naar dit geweld zitten
te staren, dan beseft men met schrik,
dat hier dromen kapot zijn geslagen,
hoop is weggespoeld en zelfs het ver
langen gestikt in de modder.
GELUKKIG EEN AUTO
Als Theo van Eyndthoven geen auto
had, dan zou hij deze problemen niet
eens hebben kunnen bestuderen en er
daardoor ook niets aan hebben kunnen
doen. Zonder auto is elk werk hier on
mogelijk, omdat de afstanden veel te
groot zijn. Nu hij mobiel is, kan hij
zich met de problemen gaan bemoei-
en, ze proberen met wortel en al te
vernietigen, al moet hij toegeven dat
dit een bijna duizelingwekkende taak
is. Want voor tienduizenden mensen is
Tema een stad zonder hoop. Hoe geeft
men hoop aan mensen, die het geloof
daarin al lang verloren hebben? Toen
ik met hem door Ashaimang reed
nam hij me mee naar een varkensfok,-
kerij. „Ik ben op die gedachte geko
men", vertelt hij me, „toen ik bij mijn
vorig verlof een boerin het Utrechtsi
bezocht. Nadat ik bij hem had koffie
gedronken, vroeg hij me letterlijk:
„Pater, wilt u de varkens nog even
zien of bent u niet zo beestachtig".
Zo „beestachtig" is Theo van Eyndt
hoven wel. Hij zegt: „Weet u wat de
ze stad mist. Goedkoop vlees. Dus ben
ik op de gedachte gekomen een Gha
nees te helpen een varkensfokkerij op
te zetten. Hierdoor kan hij analfabeten
uit het Noorden. Frafa's, werk ver
schaffen en bovendien kan dit bedrijf
je zich straks uitbreiden omdat het in
de stad van vlees voorziet. Ik heb van
de „Gouvernement Farm" Europese
varkens gekocht en de Ghanezen hier
plagen me wel eens met de opmer
king: „O ja, u bent die missionaris
van die Europese varkens". Enfin, we
hebben er hier nu tweehonderd en ze
breiden zich vanzelf uit".
Theo van Eyndthoven heeft gevoel
voor humor, want anders zou hij de
enorme problematiek niet aan kunnen
Iedereen in Tema kent hem. Hij is de
man van de dreunende lach, bevriend
met het geweldige aantal politieman
nen, die deze stad moet hebben, om
dat de criminaliteit er door de armoe
de hand over hand toeneemt. Maai
naast die varkensfokkerij is hij zojuls!
begonnen aan een ander groot project.
Hij heeft van de regering een stuk
land gekocht in het bevloellngproject
even buiten de stad. Daar gaat hij een
coöperatie beginnen, waar jonge Afri
kanen Tema van verse groenten kun
nen voorzien.
„Want dat komen wc hier tekort", zegt
hij. „Verse groenten. goedkopere
groenten. Bovendien schept zo'n coö
peratie werkgelegenheid en omdat
vrijwel iedereen hier uit de landbouw
afkomstig is, slt er ook een geweldige
toekomst In. Wij zelf zetten van hier
uit de coöperatie op en laten dan de
Afrikanen zelf hun project verder uit
werken. Zo vormen we hier in een
goed opgezette coöperatie Jonge toe
ren voor de toekomst, die een weldaad
voor Tema kunnen betekenen, omdat
het leven er dan veel goedkoper zal
zijn".
Maar noch de coöperatie, noch de
varkensfokkerij zijn de enige plannen
van deze dynamische man uit Vianen.
In de drie jaar dat hij hier is. heeft
hij behalve zijn moderne kerk een
groot sociaal centrum gesticht met
een grote zaal, een andere zaal voor
naaicursussen, een bibliotheek, een
leeszaal en bovendien komt er een de
zer weken een sociaalwerkster, die
tezamen met Afrikanen uit Tema, een
sociaal team gaat beginnen om de
mensen in hun noden bij te staan.
Op zijn eentje vecht hij ook op de
preekstoel tegen het sociale onrecht.
Hij is nu eanmaal een man, die ten
strijde trekt tegen bedrog. Hij Is zo
bewogen door het lijden van zijn n*-
demens, dat hij in de kerk kan uit
roepen: „Voor hen die steekpenningeti
aannemen van de kleine man die hem
werk komt vragen of onder hem staat,
zeg ik dit: ik hoop dat uw geweten u
zozeer aanklaagt, dat u er niet van
kunt slapen en als u dan wakker ligt,
beseft wat een misdaad u keer op keer
begaat. Want iemand die steekpennin
gen aanneemt van een ander die veel
armer is dan hijzelf,is een groter mis
dadiger dan een dief of een moorde-
GEBOREN VECHTJAS
Zo probeert hij ook ten strijde te trek
ken tegen de corruptie, die in de sa
menleving in steden en dorpen als een
pest is doorgedrongen.
Eén cijfer demonstreert dit wel bijzon
der duidelijk. Het ministerie van So
ciale Zaken in Ghana heeft een stevig
budget, maar het is een bekend feit
dat 80 procent van de gelden, die be
steed zouden moeten worden aan soci
aal welzijn opgaan aan de salarissen
van de ambtenaren.
Zo gaat Theo van Eyndthoven elke dag
een stapje verder. Hij is niet ban*.
Hij is een geboren vechtjas. HIJ dankt,
zegt hij me, God elke dag op zijn blo
te knieën dat hij een auto heeft, want
anders was hij als helper al lang mls-
lukt.Ovcr de andere religies, die ook
in Tema werken, zegt hU: „Die men
sen van het Leger des Hells, van de
methodisten etc. zijn prachtkerels. Wat
ben ik blij dat Ik daarachter gekomen
ben. We werken nu broederlijk sa
men, omdat we tenslotte toch allemaal
in dezelfde Christus geloven. Want
weet u. wij proberen eigenlijk maur
één ding en dat is het meest essentië
le van het christendom, de naasten
liefde in praktijk te brengen. Daarom
zijn we hier en nergens anders om".
Want Theo van Eyndthoven met z(jn
coöperatie, zijn sociaal werk zijn bi
bliotheek, zijn gemeenschapazaal, zijn
Europese varkens vindt niets zo beest
achtig, als egoïsme en daarom Is hij
op zijn 53 Jaar een man om respect
voor te hebben, een man, die hel
waard was dat hii een auto kreeg en
die ook in de toekomst, evenals zijn
collega's, moet kunnen blijven rijden.
WIM HORNMAN
(Giro Ml VA-Amsterdam: 17.22.41)