't Is een hele goeie geweest
en nu maar weer afwachten..."
BURGEMEESTERBRUINS SLOT
STAAT VOOR ZIJN PENSIOEN
n
STERK GEGROEID ALPHEN
EEN BEGEERDE STANDPLAATS
Veel tijd voor rust
is er nog niet bij
Ervaringen uit een 40-jarig priesterschap
van voor, tijdens en na de wereldoorlog
ZATERDAG 8 JUNI 1968
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 3
Wie het ook mag worden, de nieuwe burgemeester van Alphen aan den
Rijn zal het de eerste tijd waarschijnlijk niet makkelijk hebben. „Bruins
Slot is een hele goeie geweest" en „Je weet wel wie je gehad hebt
en je moet maar afwachten hoe de nieuwe burgemeester zal zijn". Het
zijn twee veel gehoorde uitspraken in Alphen, dat binnenkort zonder
burgemeester zit. Na een ambtsperiode van ruim elf jaar gaat burge
meester Zwaantinus Bruins Slot op 1 juli met pensioen. Hij laat veel
achter. Eén lichtpunt is er wel voor zijn gemeentenaren en de ambtena
ren van de secretarie van wie hij met overtuiging zegt, dat het zijn
vrienden zijn: burgemeester Bruins Slot blijft in Alphen wonen en zal
nog veel contact hebben, want hij gaat als voorzitter van de Johannes-
Stichting in de villa Hoog in de Wind te Zwammerdam in de komende
jaren zijn organisatietalent aanwenden voor het realiseren van een
enorm plan: een nieuwe vestiging te Zwammerdam voor geestelijk ge
handicapten, 56 ha groot wordt het.
Er is trouwens nóg een punt. En
dan vooral voor de Alphenaren, die
met begrijpelijk scepticisme zeg
gen: ..Je moet maar afwachten wat
je krijgt". Onder leiding van burge
meester Bruins Slot is de burge
meesterspost van Alphen een zeer
begeerde geworden en er zal stel
lig een groot aantal kandidaten ge
weest zijn voor een goede keus
Maar terug naar burgemeester Bruins
Slot zelf. Iemand heeft hem gekarak
teriseerd als een man, die zonder ver-
loon steeds zijn weg ging, „echt de fi
guur van een rustige doordouwer, maar
ook iemand, die volkomen open staat
voor anderen."
De eerste woorden van burgemeester
Bruins Slot in het telefoongesprek voor
het vastleggen van een afspraak, beves
tigen de typering volledig. „Natuurlijk
altijd welkom, maar verwacht niet, dat
ik nu eens ga zitten opsommen wat ik
gepresteerd heb. Ik heb leiding mogen
geven, maar als er iets tot stand ge
komen is in Alphen dan kwam dat door
dat er goed samengewerkt werd. Door
'le raad, de ambtenaren en de bevol
kingBurgemeester Bruins Slot
houdt niet van het roemen op eigen
daden.
Gedecoreerd
Het blijkt niet de bescheidenheid, die
wel eens voorgewend wordt om het te
gendeel te verbergen. Als wij in zijn
knoopsgat de bouton van het officier
schap van Oranje Nassau zien en vra
gen waar dat vandaan komt, vertelt de
burgemeester, dat het een overblijfsel
is uit de oorlog.
BU de zuivering na de oorlog, ik
was toen burgemeester van Nykerk,
moesten alle burgemeesters op
schrift zetten wat zij in de oorlog
hadden uitgevoerd, wat voor goede
dingen zij gedaan hadden. Ik heb
dat vierkant en tot in hoogste in
stantie geweigerd. Zoiets ging te
gen mijn hele wezen in. Verschrik
kelijk bang ben ik in de oorlog ge
weest. Aan mijn geloof heb ik het
te danken, dat ik op bepaalde mo
menten niet liet merken, dat ik
doodsbang was." Dat is het wat
hy wil zeggen over de oorlog. „Des
ondanks" kwam hij met twee ande
re Nederlandse burgemeesters als
een gedecoreerd man door de zul-
Schippersknecht
Waar de burgemeester wel over te
spreken is, is zijn jeugd. „Hoewel mijn
dubbele naam iets doet vermoeden heb
ik nooit van mijn jeugd een geheim wil
len maken. Ik ben van een oud Drents
geslacht, maar van een tak, die hard
moest werken voor de kost. Mijn bet
overgrootvader trouwde eens niet met
geld, maar uit liefde. Tien kinderen,
delen en U begrijpt het verder wel.
Mijn vader was schipper, een harde
werker. Zelfstandig en onafhankelijk
als hij was, vond hij het maar niks, dat
ik op mijn vijftiende jaar als leerling
klerk op de zuivelfabriek in mijn ge
boorteplaats Hoogeveen ging werken.
Daarvoor zat ik twee-en-een-half jaar
op het schip van mijn- vader, maar ik
stapte er af, omdat ik er geen perspec
tief meer in zag."
De overstap van de schuit naar de
administratie bleek het begin van in
drukwekkende carrière, want burge
meester Bruins Slot vertelt, dat hij op
zijn twintigste zover was, dat hij zich
als zelfstandig accountant „met meu
bilair, dat mijn vader op een veiling had
gekocht" kon vestigen in een ge
huurd kamertje aan de voornaamste
straat van Hoogeveen. „Ik besloot daar
toe, toen de bank waar ik werkte, in
moeilijkheden kwam en een beloofde pro
motie niet doorgang. Zwaantinus gooide
zijn kop in de wind en hij stapte zo de
bank uit
Met het gemeentelijk leven maakte
hij enkele jaren later kennis, toen de
gemeente-ontvanger van Hoogeveen
kwam te overlijden. „Ik had toen al
een mooi kantoor opgebouwd met ge
regeld drie of vier assistenten. Nog
jong en ambitieus pakte ik alles aan.
Ook die vacature van gemeente-ontvan
ger. Mezelf heb ik het nooit vergeven.
Voor mijn gevoel ben ik te gretig ge
weest." De burgemeester zwijgt even,
zegt niet, dat zijn „bekentenis" maar
uit het interview moet blijven.
Verbazing
Of Hoogeveen er zwaar aan tilde is
een andere vraag. Waarschijnlijk niet,
want de heer Bruins Slot bleef vele
jaren de dubbel-functie en nog veel
meer, zoals politiek (CH) en sociaal
werk vervullen. De scheiding kwam ten
slotte in 1939, toen de heer Bruins Slot
tot zijn verbazing „ik ambieerde het
wel, maar had eigenlijk min of meer
op goed geluk af gesolliciteerd" be
noemd werd als burgemeester van Nij-
kerk. Hij zou er 18 jaar blijven. Tot
1 januari 1957. Toen kwam Alphen aan
den Rijn, een gemeente, die zoals hij
zegt, alleen al door zijn prachtige cen
trale ligging achter de Randstad voor
bestemd is voor een grote ontwikke
ling.
Het grootste probleem, aldus de bur
gemeester, waar ik bij mijn komst mee
geconfronteerd werd, was het vertrek-
overschot. Er gingen meer mensen uit
dan er binnen kwamen. Het funeste ge
volg was, dat de financiële middelen
voor het uitvoeren van het gemeentelijk
structuurplan, dat tot 1980 voorziet in
een groei tot 70.000 inwoners, ontbra
ken. Het redmiddel was woningbouw
op grote schaal. Het Rijk keert de ge
meenten immers per inwoner uit. Door
een flinke stoot ineens te maken kre
gen we de middelen om de gang er in
te houden. Een fijne zaak Is het, dat
de middenstand en het bedrijfsleven
volop deelnemen aan de ontwikkeling
van de gemeente. Men investeert ter
plaatse in vernieuwingen en uitbreidin
gen. Ik zie er een bewijs in, dat men
vertrouwen heeft in de gemeente, het
gemeentebestuur en de ontwikkeling.
Vertrouwen
„Het wekken van vertrouwen heb Ik
ook altyd als een van de Ivoofdtaken van
een burgemeester gezien. Hy moet daar
voor onafhankelyk zün, niet gebonden
aan partypoütiek wat Iets anders is
als lid zyn van een bepaalde party, dat
is zelfs nodig om kandidaat-burgemees
ter te zyn. Beloften en toezeggingen
doen mag alleen als je ze kunt nako
men, anders verspeel je het vertrouwen.
En dan ook: bereidheid om te praten
en te luisteren. Een burgemeester, die
een bullebak ls, verknoeit het ook voor
zijn ambtenaren en gemeenteiyke dien
sten. Gevolg: drempelvrees, wantrou
wen en kortsluitingen."
Burgemeester Bruins Slot heeft een
prachtige ambtsperiode achter zich.
Enkele markante feiten: de spectacu
laire groei van het inwonertal, de suc
cesvolle verdediging by de prov. plano
logische dienst van het industrieterrein.
„Een van de belangrijkste opgaven voor
een gemeentebestuur ls te zorgen, dat
een gemeente self-supporting is. Er moet
ook werkgelegenheid zyn. Het «dee van
een zogenaamde slaapgemeente ls mis
schien wel aardig, maar de ervaring
leert, dat heel wat mensen reizen als
een ongemak voelen en graag ook wer
ken in de plaats waar zij wonen, indien
er geschikte werkgelegenheid is." Een
mooie verworvenheid, die ook de bur
gemeester tekent, is het ziekenhuis.
„De ene minister zei nee, toen hij ge
vallen was, gingen we terug naar zyn op
volger en die gaf wel zyn medewerking,
'n Zaak ls nog niet zo gauw verloren..."
Teleurstellingen heeft burgemeester
Bruins Slot ook gekend in Alphen.
Woningnood
„Nog steeds woningnood, vooral in
de hoek van de minder draagkrachtigen.
Op het spreekuur word ik er geregeld
mee geconfronteerd. Het ls een nagel
aan mijn doodskist!"
„Een teleurstelling was ook de defi
nitieve afwyzing van de Katwykse ha
venplannen. We hadden alles hier al
rond, de argumenten en de technische
adviezen om in geval van het wél door
gaan van een visserijhaven een sluis in
de Rijn te bepleiten. Het karakter vnn
de Rijnstreek zou er ingrypend door
gewijzigd zijn. Den«c eens in: coasters,
die de Oude Rijn opgekund hadden van
uit Katwyk, de industriële bedryvigheid
zou er enorm door zijn opgeleefd."
Goede jaren
Voor burgemeester Bruins Slot
en de Alphenaren zijn de afgelopen
elf jaar desondanks toch goed ge
weest. Zij nemen geen afscheid
van elkaar. De burgemeester blijft
in de Hoorn wonen, zij zullen hem
Burgemeester Bruins Slot is een enthousiast watersportliefhebber.
Hier staat hij op zijn fraaie Friese tjalk.
nog wel eens in zijn Friese tjalk
zien varen. De heer Bruins Slot
blijft in zijn gemeente werken voor
de Johannes-Stichting in Zwam
merdam. „Ik heb wel even getwij
feld, maar ik pak nou eenmaal
graag iets nieuws aan".
En de gemeentenaren wachten
intussen af, wie zij gaan krijgen
na Zwaantinus („tja, wat 'n naam,
maar hij zat nou eenmaal in de
familie") Bruins Slot, die zich even
eerlijk en ongecompliceerd als in
dit gesprek, heeft gegeven voor
zijn gemeente.
H. P. M. H.
50-jarig jubileum
bij „Rieder
Van 13-jarig maatje
tot productiechef
Vrydag 7 Juni was het precies 50 Jaar
geleden, dat de heer A. Bennlng ala 13-
jarige Jongen In dienst trad by Riedel
Limonadefabrieken N.V., destyds RHW.
In aanwezigheid van het gehele per
soneel dat in de Leidae veatlglng van het
bedryf werkzaam Is, werd hy in de kan
tine van hetb edryf gehuldigd met dit
steeds zeldzamer wordend Jubileum.
Door de directie werd by inonde van
de heer Th. Wetting do jubilaris gepre
zen als een man van bijzondere vitaliteit,
die de lange staat van dienst niet la nnn
te zien. Als produktiechef Is hy thnns de
spil van de fabricage in het bedryf en
daardoor een zeer gewaardeerd mede
werker. Een armbandhorloge met In
scriptie onderstreepte deze appreciatie.
Mevrouw Bennlng werd een plantenbak
aangeboden.
Namens het gehele personeel van de
bedrijven te Lelden en Ede bood de heer
J. Ouwersloot een bloemstuk aan.
Tenslotte voerde de heer J. A. Riedel
Jr. het woord, die als lid van de familie
Riedel en later als directeur samen rnet
de heere Benning de ontwikkeling van
Riedel Limonadefrabrleken gedurende
deze halve eeuw heeft meegemaakt.
De jubilaris dankte alle sprekers in
een geestige speech.
Gedurende personeelsdag in septem
ber. waarby dan ook het personeel van
het bedryf te Ede aanwezig zal zyn.
wordt aan dit jublluem verder aandacht
ZOETERWOUDE H.R.
Bejaarden Meerburg
gaan feestvieren
Dinsdag a.s. zullen de bejaarden van
de Meerburg-parochie voor de tweede
maal hun gezameniyke verjaardag fees-
teiyk gaan vieren.
Om tien uur zal de Eucharistieviering
uit dankbaarheid door pastoor Kragt-
wyk met de bejaarden gevierd worden.
Het dameskoor zal hierby de gezangen
I verzorgen. Na deze Eucharistieviering
gaan de bejaarden koffie drinken en is
er gelegenheid om een kaartje te leggen.
In de middag gaan de bcjnarden „op
stap" om de dames gelegenheid te ge
ven het diner te verzorgen. Het feest
zal ongeveer om zeven uur geëindigd
I zyn.
DEKEN HARING IN VRAAG EN ANTWOORD
Zoudt U in het kort een levensloop willen opgeven
TER INLEIDING VAN HET 40-JARIG PRIESTER
FEEST VAN DEKEN W. P. M. HARING TE LEIDEN,
C SCHRIFTELIJK VOORGELEGDE VRAGEN
DE DEKEN SCHRIFTELIJK GEANTWOORD.
Geboren 4 mei 1904 te Rotterdam.
Na lagere school, seminaries Hageveld
te Voorhout en Warmond, op 2 juni 1928
in de kathedrale kerk van Haarlem
(St. Bavo) door aartsbisschop van
Utrecht, monseigneur H. v. d. Wetering
priester gewijd (Wegens de dood van
monseigneur Aug. Callier was de Haar
lemse bisschopzetel vacant).
In augustus 1928 benoemd tot kapelaan
van Heemskerk. In mei 1930 overge
plaatst naar de parochie van H. Theresia
te Rotterdam. In augustus 1938 benoemd
tot kapelaan in de parochie H. Willibror-
dus buiten de Veste te Amsterdam (de
kerk aan de Amstel, die nu afgebroken
wordt). In april 1951 opdracht gekregen
om parochie te stichten en kerk te bou
wen in Dordrecht (in november 1952
gereed). Begin april 1956 volgde de be
noeming tot deken van Leiden en pas
toor van de Lodewijkparochie waarvan
de kerk in restauratie was, welke restau
ratie op 19 juni 1967 gereed was. Op
1 november 1956 kwam de benoeming
van Kanunnik-Poenitencier van het op
te richten kathedrale-kapittel van het
bisdom Rotterdam.
U bent priester gewijd vóór de crisistyd van de 80-er
jaren (1928). Zoudt u zich nog Iets kunnen herinneren
van hoe u toen dacht over priester zijn, over de Kerk
en over de taak die u toen wachtte?
Mijn eerste plaats was te Heemskerk, een plaats
toen nog (1928) voor 95% katholiek en praktisch zonder
non-paschanten. Een oer-conventionele katholieke paro
chie. Met dit laatste is eigenlijk alles gezegd! Als priester
werd je volledig aanvaard! Je vond er alles wat je toen
jezelf van het priesterschap had voorgesteld!
In de crisisjaren was u kapelaan in een grote sfad,
Rotterdam, 't Was een tyd met aan de ene kant grote
armoede en anderzyds een grote sociale bewogenheid.
Inderdaad was de Theresia te Rotterdam een jonge
en zeer arme parochie (meer dan de helft der parochianen
was werkloos) met een zeer groot aantal gemengde hu
welijken zodat het aantal non-paschanten de 50% ver
overschreed. Een plaats met alle problemen van die tijd!
Je leefde in de tyd van de stempelaars, huurstakingen en
hongeroptochten. Wat de meeste indruk op mij maakte
is moeilijk te zeggen. Men ging, daar je dagelijks met de
sociale wantoestanden te maken had, het geheel als ge
woon beschouwen!
ste.
-B. Wat vond u als priester in die dagen het moeilyk-
wat het aantrekkelijkste
Moeilyk en aantrekkeiyk behoeft niet tegengesteld
te zyn. Het nioeiiykste was wel het huisbezoek, dat daar
zeer noodzakelijk was, inaar toch trouw ook door de
collega's gedaan werd. Het was de tyd van fel commu
nisme. Daarom waren er heel wat weerstanden te over
winnen om toegang te krygen tot de gezinnen. Je dorst
nauweiyks te vragen: „hoe maakt u het?" daar het ant
woord meestal w'as, dat men reeds zoveel jaar geen werk
had. Hoewel het gesprek daardoor vaak over de mate
riële omstandigheden en de sociale wantoestanden ging,
met alle beschuldigingen van dien, mag toch niet ontkend
worden dat men toch op den duur met velen geestelijk
contact kreeg.
Voor my als jong priester was het jeugdwerk dat in die
tijd aan vernieuwing onderhevig was (Kruisvaart, Ver-
kennery, Graal) erg aantrekkeiyk, vooral daar de nieuwe
styi jeugdwerk voldoende kans tot experimenteren gaf.
Wat is voor een jonge man aantrekkelijker?
De Kerk was als instituut haar tyd niet vooruit!
Constateerde wel de nood in het byzonder de geeste-
ïyke nood maar was te traditioneel om goede oplos
singen aan de hand te doen.
dagen hun geloof?
Geloofsverzwakking en afval zoals wy het toen
noemden was zeer groot, vooral bij degenen, die uit
katholieke streken naar Rotterdam kwamen en niet tegen
de verandering op konden. Melkboer en bakker lichtten
de komenden wel zo spoedig en nadrukkelijk in dat men
als zielzorger direct achter lag. By de getrouwen was de
geloofsbeleving vaak traditioneel en wettisch. Men hield
in die tyd van Apologie en Roomse Rijkdom meer vast
aan „zijn geloof" dan men zich in het geloven verdiepte!
Trouw aun het geloof en opofferingsgezindheid voor het
geloof was bij een kleine groep dikwyis bewonderens
waardig.
Toen de oorlog begon was u kapelaan te Amsterdam.
>len zegt wel eens dat de oorlogsperiode de grote stoot
gegeven heeft aan een nieuwe structuur vnn kerk en
maatachappü.
A. Vindt n dat het zlelzorgwerk In het algemeen In die
jaren bijgedragen heeft tot wezenlijke verdieping van het
Het beste is deze vraag als volgt te beantwoorden:
wy leefden toen in de tijd dat de Katholieke Aktie in
zyn beginstadium stond. Het was toch nog een echt
zoeken naar de plaats van de leek in de Kerk en de
veelvuldige vormingscursussen etc. zetten de mensen
B. Heeft u in uw zlelzorgpraktyk In die jaren de
eerste aanzet tot veranderingen o.a. In de gezagsopvat-
tlng reeds zien aankomen?
Ik meen hier bevestigend op te kunnen antwoorden.
Daar in feite een bezettende macht alle gezag aan zich
trok, werden in het verzet illegaliteit, sabotage, vervalsing,
diefstal, complot etc. als deugden beschouwd. De jeugd
groeide hier geheel mee op en werd zelfs ln die richting
door de ouderen gestuwd. Zij zag van de bezetters het
grove misbruik van macht. Daar de jongeren geen ver-
geiykingen konden maken met andere verhoudingen
kreeg hun opvatting over gezag wel degeiyk een gewel
dige klap. Als men daarnaast in aanmerking neemt hoe
kinderen en jonge, mensen een paradys werd voorgespie
geld „als de oorlog maar voorby ls" wat op een ont
zettende ontgoocheling is uitgelopen, dan is het niet te
verwonderen, dat men de gezagsopvatting na 1945 niet
kon terugschakelen op van voor 1940. Integendeel, wan
trouwen was onvermijdeiyk en verandering in gezags
opvatting een natuurlijk gevolg.
In de nood zoekt en vindt men elkaar! De priester
had daardoor meer toegang tot de gelovigen en velen
zochten by hen hun toevlucht. Doordat In verenlgings- en
groepsverband werken ongeoorloofd was, zocht men het
vanzelfsprekend meer in het persooniyk contact. Een
sterkere binding dus, geboren in een noodtoestand.
Na de bevrydlng van Nederland was er alom een
drang tot ulteriyke en inneriyke wederopbouw. U bent In
die periode pastoor geworden.
A. Bracht deze behoefte min wederopbouw ook een
behoefte aan vernieuwingen binnen de zlelzorgstruktuur
of was er alleen maar een hervormen van de Ujn vun voor
1940?
Volgens mij is er tydens de oorlog en vlak na de be
vrijding een grote fout gemaakt. Dit is onmogeiyk ln een
paar woorden te verduideiyken. Ik zou hier uren over
kunnen spreken. Wy hadden ons juist in de oorlogstyd
moeten bezinnen op datgene wat er vóór de oorlog aan
ontbrak en vooral hoeveel ballast aan strukturen en prak-
tyken we we ons op de hals gehaald haddden. De oorlog
liet ons nieuwe wegen zien. Als men en ik heb dit met
enige collega's gedaan by gezaghebbende instanties op
bezinning in deze aandrong vond men zeer weinig begrip!
Helaas. Het idee van „het elastisch front" om zich be
hoedzaam terug te trekken om naderhand terug te veren
had ook vele zielzorgers aangetast. Na de bevrijding was
de rek er eigeniyk uit omdat men zich niet voldoende op
een nieuwe Ujd had voorbereid. Ik heb mij hier vreselijk
over geërgerd. De bevrijding werd gevierd met het mar
cheren achter de vaandels en vlaggen van voor de oorlog,
Ijverig van de zolders gehaald! Alles (ook al het oud-
bakkene) moest verryzen met het gevolg dat de ulteriyk
gegroeide eenheid weer werd gesplitst en verkaveld met
alle competenties die daaraan vast zaten. Men had zich
niet voldoende gerealiseerd, dat de in de oorlog 'opgroeien
de jeugd vooral een heel andere instelling had gekregen
maar in eerste Instantie niet in staat was een eigen weg
te kiezen, omdat tijdens de bezetting haar steeds was aan
gepraat dat het vooroorlogse allemaal zo ideaal was'
..VVe hebben onze tijd voorbij laten gaan en de kans heeft
er ingezeten" biyft myn vaste overtuiging. Eerst moest
de teleurstelling en chaos komen voordat men aan ver
nieuwing ging denken en toen was er al veel verloren.
Jammer.
B. Heeft u In uw zlelzorgwerk na de oorlog zelf
Iets kunnen bemerken van het nauwere contact, dat er
onder de oorlog was gegroeid, tussen de leiders van ver
schillende kerken en groeperingen?
Iets. Maar ook van het verworven goed dat door
de nood was gegroeid en vnak aan de buitenkant bleef
is te weinig profyt getrokken en men zocht toch weer te
veel zyn eigen hokje op.
Toch had men geleerd elkaar met andere ogen te zien.
C. II heeft ln die tyd veel tyd en arbeid gestoken
In het bouwen van een nieuwe kerk. Hoe heeft u dat als
zielzorger beleefd?
Enthousiast. Door de omstandigheid om met een
schone lel te kunnen beginnen lagen er veel mogeiyk-
heden. Los van tradities lug het veld open tot experimen
teren! In die Jaren nog wel bescheiden maar toch leven
dig. Fyne tyd!
Elf jaar geleden bent u Deken van Ijlden geworden,
't Is de tijd van het begin van de grote vernieuwingen
binnen de Kerk. De tyd van Paus Johannes en liet
Vaticaans Concilie.
Wat zyn nu uw reacties als u de woorden hoort:
A. Kerkbesef
Langzaam groeiend.
B. Liturgie-viering.
Door een doordachte vernieuwing toe te passen een
zegen voor de gelovigen, indien de mensen voldoende
worden begeleid! Het kerkvolk behoort hierby Inspraak
te hebben. Doordrukken van eigen extreme inzichten van
geesteiykheld ls funest. Inzicht geven in de vernieu
wingen ontbreekt nog te veel!
C. Hiërarchie.
Eigen aan de kerk! Democratisering dient evenwel
te worden bevorderd. Zolang echter het begrip „demo
cratie in de Kerk" nog niet voldoende duidelijk 1h, blijft
het nog moeilyk de lyn aan te geven waarlangs de demo
cratisering dient te gaan. Er wordt te pas en te onpas
met het woord democratie geschermd ook wel om eigen
pretenties door te drukken. Dat de mogeiykheld van in
spraak behoort te zyn voor allen, kan alleen maar te
bevorderen zyn! Echter eerst: volkomen vertrouwen In
D. Collecte
Behoort by do Eucharistieviering. Vereenvoudiging
wordt, Goddank, steeds meer toegepast. Jammer dat nog
zoveel terugkerende noden vragen, zodat het doel van
de collecte niet voldoende geput kan worden uit do Litur
gie van de dag.
E. Parochie
Aan schaalvergroting kan niet worden ontkomen.
Het parochieverband wordt losser. Toch zal een zekere
binding met een bepaalde kerk en eigen zielzorgers nodig
biyven.
F. Oecumene
Niet genoeg te waarderen verschynsel. Toch zal het
begrip van de oecumene by velen nog verhelderd moeten
worden willen we komen tot de eenheid zoals Christus
die gewild heeft.
G. Gelovigen
Liever mede-gelovigen!
H. Deken
Moeilyk in een overgangstydToch vol perspec
tieven.
Terugziend op de gehele periode 19281968, zou het
dan voor u mogelijk zyn aan te geven welke fan.- van
uw zlelzorg-praktyk u het het prettigst heeft beleefd?
Neen ik kan onmogelijk aangeven welke fnse van
de zlelzorg-praktyk ik het prettigst heb beleefd. Wel kan
ik zeggen altyd heel gelukkig te zyn geweest ln myn
werk en in myn verhouding tot myn collega's.
Wat I* naar uw mening In de huidige geloofsbele
ving het meest waardevolle?
- Dat men is gaan meedenken en meepraten! Men wil
bewust geloven. Een groot goed!
Tot slot zou ik willen vragen: niet hoe zou u wensen
«lat maar hoe denkt u dat de parochie, het dck«-nnnt
ln de toekomst zullen functioneren voor de mensen in
deze omgeving?
Parochiegrenzen zullen langzamerhand beslist ver
vagen. Zielzorg in dekenaal verband wordt absoluut nood-
zakeiyk. Moeizaam en niet zonder offergezindheid groeien
wy hier langzaam naar toe.