STUDENTEN MOETEN OPSTAND NOG UITBUITEN Universitaire hervorming is nog niet gewonnen De lijdensweg van „Zwart Amerika' ZATERDAG 25 MEI 1958 mimm Staking doet barricades vergeten De huidige onrust in Frankrijk is begonnen in de nacht van 22 op 23 maart toen de „Beweging van de 22ste maart" uit protest tegen de arrestatie van een aantal leden van het Franse Vietnamcomité, de administratiegebouwen van de universiteit van Nanterre bezette. Het protest van deze kleine groep studenten, volgelingen van Daniel Cohn-Bendit (23), bijgenaamd Dany le Rouge, was tevens bedoeld om het recht te verkrijgen op vrije politieke discussie en bestuurs- medczeggenschap binnen de universiteit. i zich De leiding van de universiteit van Nanterre onderschatte dit protest. Zij sprak van 'n stel letje „enragés" (dolle dwazen" die de examens trachtten te boycotten. Rector Grappin be antwoordde dit protest met dreigementen. De examens zouden desnoods onder poli tiebescherming doorgang vin den en het groepje diende eveneens met hulp van de politie onschadelijk te worden gemaakt. Tenslotte waren deze „enragés" maar een kleine minderheid op de campus van Nanterre. Hun leider Cohn-Bendit. geboren in Frankrijk uit Duitse ouders, werd een Duitse nationalist genoemd. Wat had hij in Frankrijk te zoeken? Andere linkse en rechtse groeperingen met geringere numerieke hang deden eve spreken. Maar alom heerste de over tuiging in Frankrijk dat de grote massa van de studenten niets met deze „enragés" te maken zou willen hebben. Ook de mogelijkheid dat hooglera ren en een groot deel van de publieke opinie zich achter 't studentenprotest zou scharen om vervolgens en bloc tegen de Vijfde Republiek ten strij de te trekken, via massale straatbetogingen en algemene stakingen samenvallend met bezetting van fabrieken, werd een maand geleden nauwelijks voor mogelijk gehouden. Even ondenkbaar was het dat de nationale progressieve studen tenorganisatie UNEF (te ver gelijken met de Nederlandse Studenten Vakbewegingin Frankrijk weer de toon zou aangeven in plaats van de door de overheid gesubsidieer de nationale federatie van Franse studenten (FNEF Binnen vier weken is dat alles toch gebeurd en nog veei Op de achtergrond De fout die de rector van de universiteit van Nanterre be ging. is door zijn collega van de roemruchte Sorbonne her haald. Op vrijdag 3 mei ver zocht rector Roche de politie de universiteit te bezetten. Daarmee konden zich de meeste hoogleraren en stu denten niet verenigen. Tot nog toe hadden zij zich nogai onverschillig opgesteld tegen over de relletjes, dat een ge ring aantal onder hen dag-in- dag-uit veroorzaakte. Sedert 3 mei echter zijn de rollen om gedraaid. En masse kozen zo wel studenten als hoogleraren partij tegen de overheid, tegen de gezagdragers van de Vijfde Republiek. De regering, die zich pas sedert goed een weck bewust toont van de ernstige situatie in het land. ging voor de meeste studenteneisen door de knieën. Maar het revolutio naire vuur was ontstoken en de vakbonden namen het ini tiatief over. De dingen waar om alles begon zijn op de achtergrond geraakt. Wat zich thans in Frankrijk afspeelt ls een regelrechte revolte tegen toestanden die tien (gaullis tische» jaren van ongenoegen hebben veroorzaakt, zo luidt de algemene opvatttlng. „Boontje komt nu om zijn loontje", zo drukte zich zondag j.l. een bekend Nederlands politiek commentator het uit. Twee stromingen Over de noodzaak van gron dige hervormingen op de uni versiteiten in Frankrijk is de regering het met de studenten eens. De situatie op de Fran se universiteiten doet inder daad vaak haast middeleeuws aan. Er bestaan twee stromin gen. De meest militante stro ming wil een universitaire hervorming gepaard doen gaan met een totale hervorming van de huidige Franse samenleving. In dit verband dient gewe zen te worden op de acties van de arbeiders, zoals bezet ting van fabrieken en massale stakingen, die ook op die her vormingen gericht zijn. Cohn- Bendit en zijn aanhang vre zen dat het huidige onderwijs systeem zal leiden tot. de „produktie van vakidioten", die na hun universitaire op leiding dienaars worden van de „consumptie—maatschappij zoals Cohn-Bendit't uitdrukt. De tweede, meer constructieve en ook meer aanhangers on der de studenten tellende stro ming wil betere inrichting van het hoger onderwijs. Zij wenst meer geld van de regering om het universitair onderwijs op hoger peil te brengen in het bijzonder om faculteiten en laboratoria uit te kunnen brei den* Voor de Franse studenten bestaat er thans dan ook één groot opgave: het vonmen van een representatieve studenten organisatie. die terzake met de regering en de leiding van de universiteiten kan onderhan delen. Dat zal een heel moei lijke opgave worden omdat de studentenorganisaties in Frankrijk al even verdeeld zijn als de politieke partijen. Welke organisatie is represen tatief. hoe zullen de militante linkse en rechtse studenten organisaties reageren? De Franse studenten hebben tijd nodig, tijd ooi hun overwin ning op straat aan de ge sprekstafel om te zetten in universitaire hervormingen. In dit verband kan men zich af vragen of de in het land ont stane onrust de zaak van de studenten niet schaadt. Dit te meer omdat rectoren en re gering tot concessies bereid zijn op een moment dat an dere groeperingen in het land eisen stellen. De kans bestaat dat de regering zich van eer der gedane beloften bevrijd acht. als het land door anar chie bedreigd wordt. In die leden, toen in tal van Europe se hoofdsteden bomexplosies plaatsvonden bij Amerikaanse ambassades uit protest tegen de oorlog in Vietnam en bij ambassades van landen als Portugal en Spanje uit protest tegen respectievelijk hun kolo nialisme en. dictatuur. Prof. dr. C. J. Lammers, die ;udie maakt 1 i de komst van de studenten vak beweging in Nederland die by de jongste verkiezingen als grote overwinnaar uit de bus kwam, meent daarover: „Voor een succesvolle protestbewe ging is minstens nodig een algemene, zy het ook vage Brittannle komen tot nagenoeg dezelfde conclusie: van een internationale samenzwering van linkse studenten is geen sprake. Wel van een zeer actieve elite. Elite Deze conclusie lijkt zeer aan nemelijk De radicale min derheden in diverse Europese landen zijn erin geslaagd de spreekbuils te worden van de gevoelens van een grote meer derheid. Dat ligt voor het merendeel aan het feit, dat radicalen nu eenmaal veel ac tiever zijn. veel meer activi teiten ontplooien dan gema tigder figuren. De studenten kregen in hun actie 'n groot deel van de Parüse bevolking aan hun zyde. En dal ondanks de schade die particuliere bezittingen opliepen De gekantelde auto s in de Rue Gay Lussac zyn meest uitgebrand. Daniel Cohn-Bendit, bijgenaamd Dany le Rouge, leider van de „enragés" van de universiteit van Nanterre, speelde ook in het Parijse Quartier Latin een hoofdrol. richting hebben zowel Pompi dou als De Gaulle al een bal letje opgeworpen Overeenkomst De jongste gebeurtenissen ln Frankrijk zijn niet los van soortgelijke voorvallen ln de andere westelijke landen te zien.' Opmerkelijk is de grote overeenkomst ln de ideologie, bij de radicale studentenbe wegingen ln de landen van het westen. Deze radicale stu dentenorganisaties zijn overal numeriek sterk ln de minder heid. maar hun invloed is verregaand. De jongste ge beurtenissen in West-Duits- land en Frankrijk hebben dit duidelijk bewezen. De omstan digheden die tot de studen- tenoproeren leidden verschillen in de diverse landen niet zo zeer. hoogstens de directe aan leidingen daartoe. In België is het de kwestie-Leuven, in West-Duit Bland de aa de militante linkse studenten leider Dutschke en de daarop volgende protesten tegen de invoering van de wet op de noodtoestand, ln Frankrijk de bezetting van de universiteit van Nanterre. Maar alle stu- den eisen: hervormingen In verband niet het uitbreken van st udentengeweld is de vraag gesteld of hier sprake is van een internationale sa menzwering. Zo bestaat er een alom graag door de overheid aanvaarde theorie, dat door „communisten" gesteunde agi tatoren organisaties als de SDS tn Duitsland gebruiken om htui doelstellingen te ver wezenlijken zoals destrlctie van de bestaande maatschap pij. waarbij de eerste 6tap is: omverwerping van de bestaan de democratische regerings stelsels. De theorie over een internationale samenzwering ontstond enkele maanden ge- protest bereidheid. De kern die daarvan gebruik maakt, moet met zün leuzen uitgaan van een ideologie, die op dat on behagen aansluit". Andere onderzoekers, onder andere in de Verenigde Staten, Duits land, Frankryk en Groot- Die radicalen hebben nu een krachtmeting aangevangen met de Franse regering. In het tiende jaar van het gaul- llsme staat de Vijfde Repu bliek thans voor de zwaarste opgave uit haar hele bestaan. Het Noorden betaalt nu de tol Begonnen als een bevrijding van het heidendom Hoe verschrik kei Uk het klinken moge: de slavernU der zwarten in N'oord-Amerika begon „onder het teken van het kruis"; Ferdinand en Isabella van Castilië gaven in het begin van de zestiende eeuw toestemming tot het transport van Afrikaanse neger» naar de nieuwe wereld, omdat ze daar „bevryd zouden kunnen worden van 't heidendom en ge wonnen worden voor het ware geloof". Meer dan vierhon derd jaar heelt de lydensweg van het zwarte volksdeel geduurd en nog is hü niet ten einde. Nu dit einde echter schynbaar ln zich» is, geven we in deze bUdrage een blik op het begin van de lange weg en van een ontwikkeling. de smet geiykeiyk op Amerika en Europa kleeft. „Roem en schande zijn getekend op Uw vlag. Verenigde Staten; de sterren verkondigden de glorie van Uw blanken, de strepen zijn de littekens op het lichaam van Uw zwarten." Het was 1848, toen deze tekst van Thomas Campbell als gedicht werd afgedrukt ln „The antl-slavery harp" een verzameling van liederen tegen do Slavernij ln de V.S., bijeengegaard door een zékere William Brown en in Boston uitgegeven door Bela Marsh; men toon het werkje kopen voor de luttele som van 12,5 dollarcent en de samenstellers ervan verwachtten, dat de liederen vooral in het noorden van de V.S gezongen zouden worden, in het land van de Yankees, waar men de slavernij der negers had leren ver afschuwen en waar men binnen luttele Jaren tegen de zuidelijke staten ten strijde zou trekken, „omwille van de vrijheid voor iedereen", zoals het later heten zou. Het boekje was slechts een der vele pretentieloze geschriften, die in Amerika, maar ook in Engeland versohenen tegen de sla vernij, geschriften, waarvan de kradht en de inhoud zouden blijken te culmineren in een boek van de predikantendoch- ler Harriet Beedher Stowe: „De negerhut van oom Tom". De sociaal bewogen Harriet schreef haar boek tegen de slavernij op een hoogtepunt van een anti-slavernijgolf, die over de hele beschaafde wereld trok en die rich vooral richtte op de zuidelijke staten van Amerika, waar het men selijk vee onder een regen van zweepslagen en met hongerige magen de katoen binnenhaalde, die voor de blanke plan- t-agebezitters goud betekende. Het boek, dat literair niet van grote betekenis was, scherpte de tegenstelling tussen noord «n ruid in de V.S. zodanig aan, dat velen geoordeeld hebben, dat de Amerikaanse burgeroorlog door dit boek tot uitbarsting zou zijn gekomen. Maar het was slechts een van de vle vonken, die naar het Amerikaanse kruitvat over gesprongen waren. Aanleiding tot de burgeroorlog waren noch de negers noch hun lot: de burgeroorlog was de explosie, die het gevolg was van de wrijving tussen het sterk geïndustrialiseerde noorden en het agrarische zuiden met hun volkomen ver schillende belangen en vooral met hun onbegrip voor elkaar. In het zuiden werd de toestand er voor de negers niet beter op; weliswaar versohaf te Lincoln in de beroemde emanci patieproclamatie van 1 januari 1863 de slavernij officieel af. maar dat betekende niet, dat er nu ook een einde aan kwam: een 9tuk papier, hoe nobel van inhoud ook, kan een in eeuwen gegroeide situatie niet op slag ongedaan maken. In feite weid door. de emancipatieproclamatie de toestand der slaven eerder erger. De verachting en haat van veel zuidelijke blanken concentreerden zich nu pas voorgoed; bewegingen als de Klu Klux Klan ontstonden en men vond genoeg middelen om de rechten, die de negers in 1863 hadden gekregen, te ondergraven. Tot goed begrip dlene evenwel ook. dat de zwarte werkkrachten, die ineens vrije burgers waren geworden, niet wisten wat ze met die vrij heid moesten doen. De meesten van hen oordeelden, dat ze nu .glooit meer hoefden te werken", een opvatting, waar van ze snel genazen toen de honger begon te knagen en hun toestand erbarmelijker werd dan tevoren. Het stem- reoht, dat hun als vrije mensen gegeven was, was hun niet zozeer verleend om hun de status van „volwaardig" burger te geven, maar omdat men hoopte, dat zij bij de verkiezingen hun stem zouden geven aan de Republikeinse Party. De geschiedenis van het zwarte proletariaat in Amerika begon kort na de ontdekking van het land door Columbus. De ontdekkers hadden het goud niet op de kusten gevonden, maar ze zagen wel, waar het te maken zou zijn: in het verbouwen van gewassen, die in de oude wereld kapitalen zouden opbrengen. Ze zagen ook, dat de Indianen voor het koeliewerk ongesahikt waren; in 1511 verscheen een bevel van het Spaanse hof, waarin wend „verordonneerd, dat men zal zoeken naar mogelijkheden voor het transporteren van grote groepen negers uit Guinee naar de eilanden, daar een neger meer werk kan verzetten dan vier Indianen." Het waxen niet alleen economische motieven, die het Spaanse hof ertoe braahten een dergelijke ordonnantie uit te vaar digen. Raadgevers van de koning hielden de vorst voor, dat het overbrengen van negers naar de nieuwe wereld zeer heilzaam zou zijn voor deze lieden, omdat ze „op deze wijze ontrukt zouden worden aan hun verderfelijke omgeving en aan het heidendom". Ferdinand en Isabella van Castilië gaven daarom hun vergunning tot het houden van slaven; de Fransen volgden later hun voorbeeld: Lodewijk XIII gaf De tegenstanders van de slavernU Illustreren hun pamfletten me< illustraties als deze: een slaaf wordt door medeslaven met de zweep getuchtigd. Het schUnt de blanke niet aan te gaan: rustig rookt hU zUn pUp en laat zich door een slavin netje een hartversterking inschenken. Slaven en slavinnen die in „huisdienst" waren en niet in de katoen- of tabaks velden behoefden te werken waren er niet zo slecht aan toe: ze moehten slapen en eten in het huls van de meester of meesteres en genoten vele andere voorrechten, die hun lotgenoten in de slavenhuizen ontzegd bleven. ..Ladingsplan" van een slavenschip: dicht op elkaar lagen de slachtoffers van de slavenhalers man-aun-man ln de bedompte ruimen, waarin een volwassene niet rechtop kon staan De dwarsdoorsnede van het schip laat zien, dat er holle „tussendekken" zUn aangebracht, waardoor de hoogte van zo'n „ruim" niet hoger waa dan ruim 80 centimeter. een algemene slavenhoudersconoessie uit en ook Lodëwijk XIV zou dat doen, hoewel laatstgenoemde vorst met hel uitroepen van zijn „Code Nolr" ln 1685 tiwihtite de handel ln mensen te „vermenselijken" Er werd goud verdiend aan negers Ze weiden bij honder den vanaf de Goudkust of vanuit Europese verzamelpunten naar Amerika versaheept. In de ramp van de slavensahepon werden vier tot vijf slavendekken gebouwd, waarin ds „handelswaar" liggend werd gestouwd: de dekken waren zo dicht opeengebouwd, dat een volwassen mens er niet rechtop kon staan. Bij goed weer gingen de luiken open voor de „frisse lucht", bij een stormachtige overvaart ble ven de luiken gesloten. In de vrije buitenlucht kwam de „waar" tijdens de overtocht nietde slaven bierven aan- eengakotend in de ruimen liggen. De slavenhalers culcu- 1 eerden het risico van de dood in de prijzen ln: nis van een lading van 700 negers er 200 de overkant levend be reikten, was de vaart lonend geweest. Later, toen de slaven handel officieel verboden wend, begonnen de gruwelijke „smokkelvaarten": wanneer de man in de uitkijkpost aan de einder een „patrouillesohlp" ontdekte, weiden de in het ruim gestouwde en aan elkaar geketende slaven eenvoudig overboord gezet: tegen de lijd, dat het controlerende schip de vrachtvaarder bereikte, was de compromitterende lading al lang verdronken en verdwenen en speelde de kapitein de onschuldige rol van de handelsvaarder, die op weg was naar zijn lading In het midden van de achttiende eeuw schatte men het aantal zwarte slaven in Amerika op ongeveer een half miljoen; honderd jaar later waren het er ongeveer twee tot drie miljoen, ondanks de steeds sterker wordende acties van het weldenkende deel van Europa togen de slavernij. In Frankrijk waren het onder meer de Encyclopedisten, die zich tegen de slavernij keerden; de verlichting deed haar invloed gelden. De gedachte aan de afschaffing der slavernij schoot ook ln Engeland wortel ln het einde van de zeventiende eeuw. In Londen verenigden zich de abolitionisten in het „Ge zelschap der vrienden van de zwarten", welk gezelschap een der belangrijkste centra werd van de unti-slavemijcam- pagnes over de hele wereld. Geschokt door het lot der zwarten gingen ook vele burgers in de noordelijke staten van Amerika achter het abolitionisme staan; er bestond zelfs in het zuiden een ondergrondse beweging, die de sla ven hielp ontsnappen. Zuidelijke blanken, die posten in deze ontsnappingslijn hadden gevormd, riskeerden er hun leven mee. Maar de slavenhandel ging door. Eerst legaal, later illegaal. Toen de slavenhandel in Europa officieel ver boden werd, verdwenen uiteraard ook ln Amerika de „offi ciële markten" zoals die van New Orleen^, maar de han delaars wisten op boerderijen in het binnenland toch hun „adressen" te vinden, waar.regelmatig „nieuwe aunvoer" kwam. Rond 1850 waren er ln de zuidelijke staten van Amerika ongeveer 380.000 slavenhouders. De meeaten van hen had den kleine bedrijfjes, waarop slechts twintig of minder slaven werkten, De boelden van de verschrikking, die hel woord „slavernij" nu nog oproepen, waren op deze bedrijf jes onbekend: de kleine plantagehouder had een belangrijk deel van zijn kapitaal ln zijn „werkvolk" geïnvesteerd en hij was op dat kapitaal zuinig; hij verzorgde zyn slaven goed en werkte samen met hen onder de brandende zon; liet voorbeeld van de „goede meester", die zijn slaven voor las uit de bijbel, komt ook in „De negerhut van oom Tom" De gruwelijkheden, waarvan de „Antl-slavery harp" zong. waren te vmden op de grote plantages, wuar drie- tot vier duizend slaven werkten Daar regeerden de knoet en de zweep, niet alleen gehanteerd door blanke opzichters, maar ook door de zwarte gunstelingen van de meester, die op dracht kregen de onwillige slaven te ranselen, vaak lot de dood toe. Daar werden de slaven gebrandmerkt en de won den van de zweepslagen dichtgeschroeid met kruiden cn terpentijn. ..De negerhut van oom Tom" kwam met de schijn- triomf van het abolitionisme Nog een eeuw l.mg zou de slavernij doorwoekeren en zouden in Amerika ne gers van hun rechten beroofd biyven, ondanks officiële documenten De hele achttiende eeuw zouden Europa en Noord-Amerika schande blijven roepen over de verschrik kingen in het zuiden van de V.S. Maar datzelfde Europa en datzelfde Noord-Amerika zouden tegelijkertijd geen of weinig oog hebben voor hun eigen proletariaat, waarvan het lot even erg was als dat der slaven, Het Amerikaanse zuiden hield vast aan de leuze: zonder negers geen katoen zonder katoen geen welvaart voor Amerika. En het wee* de Noordamerikanen, die met kritiek kwamen, op de grau we onderlaag ln de industricstedan: het motto „kijk naar uzelf" deed opgeld. Het la de tragedie van Noord-Amertka geworden, dat het niet naar zichzelf heeft gekeken. Het betaalt nu de tol: niet alleen in het zuiden, maar vooral In zijn Industriesteden, waar de tekortkomingen der vaderen aan de kinderen worden gewroken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 13