slokte in 1967 ruim vierenvijftig miljoen op zakenwereld volgt als drie koningen een lichtende ster gedrang om de beste startblokken TANDPASTA DIE NAAR VIS STINKT, KUN JE MAAR EEN KEER VERKOPEN ISIERECIAME AMSTERDAM De mannen, die de worsten maken zo sappig, zo voedzaam, zo intens hygiënisch in het vacuümpak de blijkijkers, die alles op alles zetten om de goorste vlekken uit uw twinset te halen ay, ze smelten als sneeuw voor de zon, zie ze krim pen, zie ze klonteren, het vuil is er kapot van al die hartelijke fabrikanten in de lage landen, die nachten wakker liggen, omdat ze niet zeker weten, of u hun roomsoezen op prijs stelt calorie-arm, maar toch een mond vol hun dubbelgebeide huigstreler wilt drinken puur graan, de dokter geeft het zijn eigen schoonmoeder uw kunst gebit in hun uitgekiende spoelwater wilt onderdompelen: zij allen volgen sinds 1967 gelijk de drie koningen een lichtende STER. Op 1 januari 1967 begon de tele visiereclame aan zijn onstuitbare op- s (met een spot van de Nederlandse dagbladen, die hun bloedend hart uit stortten) en binnen twaalf maanden was een lief bedrag van 54 miljoen gulden geofferd op het elektronisch al taar. Daarvoor kregen de ruim 2Vz miljoen bezitters van een televisie- westel via 2000 spots een onthullend doorkijkje op handel en wandel der vaderlandse neringdoenden. Zij werden vóór en na het wereld- ws voortdurend ingepeperd met de laatste vondsten der wasmiddelenin dustrieën, met de smeuigste margarine op dit ondermaanse, met pillen voor de pep en pillen voor de pijn. Reclame deskundigen meenden, dat er voorals nog alleen sprake was van een val lende STER, maar de kinderen oordeel den anders en adopteerden de commer- clële jodelaars en herkauwers met ver bijsterende gretigheid: de televisiespots werden een regelrechte concurrent van Pipo de clown, Swiebertje en Ja Zus ter, Nee Zuster en de STER-kreten kon den het al gauw met gemak opnemen tegen dag vogels, dag bloemen, dag kinderen. Magere kluif Dat de televisiereclame een formida bele zuigkracht heeft, is inmiddels een feit geworden, waarover de kenners niet meer willen discussiëren. Lang voordat de Stichting Ether Reclame uit de keurig verknipte startblokken weg stoof was de beschikbare zendtijd al 300 maal overtekend en sindsdien is het aantal gegadigden steeds toegeno men. Tachtig reclamebureaus verdron gen zich vorig jaar namens 350 adver teerders aan de poort van de STER en werden door de tweehoofdige directie met een magere kluif de buis opge stuurd. Per merk werden gemiddeld vijftig plaatsingen aangevraagd, waar van er ten hoogste twintig werden toe gewezen. „Dat is onzte grote ellende", meent de heer J. Romer, adjunct-direc teur van het Amsterdamse reclame bureau Van Maanen, „wij moeten tus sen 1 september en 15 oktober onze aanvragen voor het volgende jaar in dienen, maar in welke mate ze gehono reerd worden blijft een groot, angst wekkend vraagteken. Wat doe je dus om zoveel mogelijk aan je trekken te komen? Je vraagt met groot lef een hoop zendtijd aan, vaak in het wilde weg. en dan hoop je maar, dat je on geveer uitkomt, waar je zijn moet. Elke campagne die wij lanceren, vergt een lange voorbereidingstijd en als één van de elementen de televisierecla me tot op het laatste moment een onzekere factor blijft, komt de conti nuïteit in het gedrang. Reclame ont leent zijn kracht voor een belangrijk deel aan de regelmatige herhaling een incidentele spot is weggegooid geld als je dus bij de planning niet ze ker bent of je reclamefilms op het scherm komen, zit je bij voorbaat al scheef. Dat is een klacht van alle re clamemensen. Volgens ons houdt de STER te weinig rekening met de con tinuïteit van een campagne". „Akkoord", zegt dr. G. A. Vogelaar, ge wezen textieldirecteur, die met collega drs. C. J. Smeekes, ex-directeur van 'n pijnstillersfabriek het STER-bastion bestiert, „het enige, wat wij kunnen doen is de zendtijd tot ieders gelijk matig ongenoegen verdelen. Ze willen allemaal op het scherm, maar de hand vol seconden, die voor reclame beschik- .baar zijn, is nu eenmaal niet van elas tiek. Wrijving en kritiek zijn daarom onvermijdelijk. Iemand, die de helft krijgt van zijn aanvragen, heeft "de pest in. Logisch. Hij zou liever het onderste uit .de kan willen hebben Daarnaast loopt hij het risico, dat zijn spot niet voldoet aan de tech nische eisen en de toelaatbaarheids- normen. Die zijn vastgesteld door de Reclameraad, waarin de minister, de zuilen, de consumentenorganisaties en de reclamemensen hun zegje doen. Je kunt dat vervelend vinden, maar je zult er toch rekening mee moeten hou den. Zo hebben wij de enorme exploi sies in de spot van Ajax-wasmiddelen getemperd, omdat ze naar de normen van de Reclameraad niet functioneel Onderdirecteur Romer van Van Maanen: „Ik kan een filmpje maken, dat er snoeperig uitziet, waar de kenners hun vingers voor aflikken. Maar als de boodschap niet over komt zit ik toch scheef." maken, dat er snoeperig uitziet, waar de kenners hun vingers voor aflikken, maar als de boodschap niet overkomt, zit ik toch goed scheef. Zeg maar Zwan Het resultaat bij Van Maanen is bij voorbeeld de volvette spot van Zwa nenberg geweest. Romer: „In eerste in stantie was het niet onze opdracht om die worst erdoor te drukken, dat kwam pas later. Eerst moesten we de kijkers duidelijk maken, dat meneer Zwanen berg zijn produkten voortaan onder de merknaam Zwan op de markt bracht, ié gaat dan zwaar zitten broeden op een ei van Columbus, je praat erover niet copy-writers, maakt tien, twintig ontwerpen, die stuk voor stuk in de prullenbak verdwijnen. En dan opeens schrijf je tot je eigen stomme verba zing op een stuk papier: zeg maar Zwan tegen Zwanenberg, Zwan". Je zit lang genoeg in het vak om op dat mo ment te weten, dat je er bent. Je belt een componist op en laat hem een me lodietje maken. Die man zit aan een metrum vast, maar hij moet toch pro beren in tien, twaalf seconden jouw boodschap muzikaal waar te maken. Met die summiere script probeer je bij steed in Engeland. EngeTapd heeft een enorm speelfilmverleden en het reser voir van typetjes is onuitputtelijk. En in tijd maakt het vrijwel niks uit: als we van Amsterdam naar Cinecentrum in Hilversum rijden zijn we drie kwar tier kwijt, als we met de crew naar Londen gaan, zitten we er binnen het De produktietijd van een normale tele visiespot varieert van drie tot zes maanden, de prijs van 8 tot 15 mille. Daar komt voor de klant dan nog de huur van de zendtijd bij: 9600 gulden waren. Dat je met bliksemkracht rei nigt, moet je zelf weten, maar de kij ker hoeft er geen trauma van over te houden. Wij hebben ook aan een fabri kant van damesverband gevraagd zijn reclamefilmpje 'te wijzigen, omdat het in de oorspronkelijke versie voor uit zending ongeschikt was. Gigantisch Onderzoekingen naar de kijkdichtheid van de STER-programma's hebben in middels uitgewezen, dat de zaterdag dé beste, de vrijdag de slechtste dag is. Ook de plaats in het reclameblok is belangrijk: de koploper en de hekke- sluiter trekken de meeste kijkers en de rest hangt er letterlijk tussenin. Het re sultaat: een gigantisch gedrang om d© beste startblokken, die volgens de ex perts voor het overgrote deel op het eerste net staan. Een peiling van het bureau Intromart heeft aangetoond, dat het bereik van Nederland I vijf maal zo groot is als van Nederland II. Tevens visten de dieptepsychologen uit, op welke tijd men de meeste wak kere kijkers bij de buis kan treffen: aan het begin van elke lange televisie avond zijn 30 tot 35 procent van de" toestellen ingeschakeld, dat loopt dan tegen het nieuws van acht uur snel op tot 45, 50 procent om daarna weer red deloos af te zakken tot nauwelijks tien. Het tweede net daarentegen heeft een constante aanhang: 10 tot 20 procent vlijt zich om zeven uur aan de buis en blijft tot het bitterzoete einde plakken Nieuwe wereld Over het effect van de spots zegt de heer Romer: „De televisiereclame heeft voor ons een compleet nieuwe wereld van mogelijkheden geopend. Wij kun nen nu de dingen niet alleen laten zien. maar ook laten bewegen. Televisie heeft daardoor een enorme communi catiecapaciteit: de roomklopper uit de kranteadvertentie beweegt opeens, je kunt hem op diverse snelheden laten lopen, je kunt ermee demonstreren Maar als hij niet goed is, kun je met je televisiespot toch mooi op het dak gaan zitten. Dat eeuwige verhaal over de toverkracht van de reclame ia echt een fabeL Natuurlijk, het is een macht, maar tandpasta, die naar via stinkt, kim J© echt toch maar één keer ver kopen. Ook al gooi je er voor miljoe nen aan reclame tegenaan. Eerst moet het prod uk t goed en verkoopbaar zijn, daarna kan de reclameman met zijn kennis pas proberen de potentiële klant er warm voor te laten lopen. Daarbij mag je nooit de fout maken, dat je bet te mooi wilt doen. Ik kan ©en filmpje je opdrachtgever „oké" te krijgen. Je hebt zelf van tevoren uitgevist, of het allemaal technisch kan en of de bood schap wel overkomt. Een kwestie van vakkennis. Zegt die man nou spontaan „ja" dan vraag je offerte bij de produktiemaat- schappijen. De reclamekennis zit bij ons, maar de producenten weten, hoe ze een film moeten maken. Dat zijn twee aparte vakken. Persoonlijk vra gen we altijd bij drie maatschappijen offerte, zodat de klant de zekerheid heeft, dat ie met zijn prijs en de kwa liteit goed zit. Er zijn in Nederland zo'n 35 produktiemaatschappijen. die ingespeeld zijn op de televisie. Daar naast wordt er een hoop werk uitbe- voor een 30-secondenspot op Neder land I, 1920 gulden op Nederland II. „Het zijn fikse bedragen", geeft Romer toe,- „maar het is nog niks in vergelij king met de sommen, die in Amerika voor reclame worden uitgegeven. Als General Motors bijvoorbeeld zijn nieuwe modellen introduceert, dan laat ie ze door de kanalen van Venetië rijden. De Amerikaan ziet zo'n kar door het water rossen en gaat meteen de volgende dag naar zijn dealer om tc vragen, hoe ze dat hebben gelapt. Hij is kinderlijk nieuwsgierig en wil gewoon weten, hoe of wat. Die dealer vertelt hem dan, dat ze een stellage op wielen hebben ge bouwd, waarop die wagen gemonteerd is. Onder water zat een vent, die dat hele gevaarte over de bodem van de kanalen manoeuvreerden. Kosten één miljoen dollar. Het jaar daarop kwam het nieuwe mo del blinkend en wel uit de Niagara- watervallen stormen. Dat kan natuur lijk ook niet: in feite was die water val dan ook tot in de kleinste details In Nederland houden 35 produktie maatschappijen zich bezig met het maken van televisiespots voor de STER, daarnaast wordt er een hoop werk uitbesteed in Engeland, het Mekka van de reclamefilm. De kosten variëren van acht tot vijftien nagebouwd. Een kostbaar geintje, maar zo'n spot is wel gelijk de talk of the In Nederland gaat het allemaal u>at bescheidener. Alt ioij werken met een groot orkest en een zanggroep, laten we eerst het orkest spelen en de voca listen zingen dan later de band (n. Dat kan in een kleinere studio en dat drukt de kosten weer. Desondanks blijft fil men een dure liefhebberij, omdat je te maken krijgt met de gekste factoren. Als wij een spot u illen hebben over spinazie a la crème, blijkt bijvoor beeld, dat de kleur van het pak op de film vervormt. Rood wordt prompt zwart, maar groen ook. We hebben dus speciaal voor die ene spot aparte pak ken moeten laten maken, in zwart, wit. Kom je nou met die hele handel in een Engelse studio, dan krijg je weer te maken met de bepalingen van de vak bond. Er loopt een behanger rond, die niet mag schilderen en een schilder, die niet mag timmeren. Heb je niks te schilderen, te timmeren of te behangen, dan moet je ze toch betalen. Al werk je alleen met een witte achtergrond. Maar vraag niet aan die behanger, of hij even dat tafeltje kan verplaatsen, want daar is weer een speciale klusjes man voor, die onder geen beding tim mert of schildert. Op die manier heb je altijd een enorme reünie van men sen, die geen fluit te doen hebben". Zonder knipoog Over de kwaliteit van de Nederlandse televisieepots lopen de meningen sterk uiteen: de tweehoofdige leiding van de STER is bereid er. een 8Vs procent tegenaan te werpen; een bliksem- cnquète onder vijfhonderd huisvrou wen wees uit, dat 90 procent zich met pijn en moeite twee. drie spots kon Ik i mm nu KI .M en Hullet |c waien up dat moment de uitgesproken favorie ten. Hans Ferrée, die zelf in de recla- mekeukcn wat geurige potjes op 't vuur heeft, Is uitgesproken pessimistisch: „Wat mij vaak zo droevig stemt", schrijft hij in „De Revue der Reclame", „is, dat er in de reclame zo weinig terug te vinden is van de Grote Stro mingen, die over de wereld zwiepen. Nog steeds is overdrijving de regel, maar het is overdrijving zonder knip oog van verstandhouding met het pu bliek. Overdrijving bedreven door mensen, die in alle ernst denken dat het publiek gelooft, wat zij zelf niet geloven. De hovaardij. De televisie heeft ervoor gezorgd, dat men zich de reclame bewust werd en zich er aan ging storen. Terwijl op vrijwel alle Dertig, veertig keer neemt de ge duldige klusjesman een ferme hap spinazie a la crème, voordat de re gisseur beslist, dat het eten en drinken is voor de kijkers. Al die tijd draagt de reclameconsument 'n fors slabbetje, want als hij morst moet het pak worden gestoomd an dat kan bruin niet trekken. terreinen van de menselijke samen leving de knots steeds meer vervangen wordt door de genuanceerde dialoog, blijft de reclame de knots hanteren". Volgens Ferrée is het tijdperk van de zogenaamde „hard selling politiek" de finitief voorbij. Hij wijst in dat ver band naar het internationale reclame bureau „Ted Bate*", dat onlang* een klant van 20 miljoen dollar eruit heeft gegooid, omdat zelfs hard bolled Bate* tot de conclusie is gekomen, dat het publiek geen ezel is, wiens aandacht je alleen maar kunt trekken met een doffe dreun op zijn kop. „Steeds meer mensen", aldus Ferrée. „begrijpen don dersgoed dat de essentie van het leven bestaat uit vrede en vrijheid, liefde en intellect en niet uit handmixers, soep. toiletrelnigers of updranken. Het is belachelijk om van de daken te schreeuwen „X is nu totaal vernieuwd" als betrof het 'n einde van de oorlog in Vietnam. Helaas: er is te weinig talent om kwaliteit in kwantiteit te produreren. Ons vak zal daarbm voort gaan zijn eigen stereotypen tot in het absurde te reproduceren De onver zadigbare soepkinderen, de hysterische frisdrankmeiden, de stoere sigarctte- rokers, hippische vermoutdrinker*. de gelukkigen, die altijd binnen tien seconden van hoofdpijn, rugpijn, luste loosheid, maagzuur en wat al niet ver lost zijn. Al die clichétypen, die door de reclame gecreëerd zijn en waaraan de reclame ten onder zul gaan, omdat ze nu al door veel mensen als parodie worden beschouwd. Een parodie op het hele vak, dat reclame heet". Gek vak /.eg zelf: 't is een credo, dat hard aan komt, maar de baasjes van de buis zullen er niet van in paniek raken. Sterren stralen overal e.« de droom- fabrieken werken rustig voort. Ko van Dijk zal er geen flesje minder om drinken (Tintelend, sprankelend, dat spreekt) en de Cllchémannetjes trap pelen van ongeduld om de parelwitte tanden in de sappige worst te zetten „Reclame is een gek vak", zegt een copy-writer, „wil je geloven, dat ik er soms bijna zelf in geloof'. Knoopjes dicht. Pom pom pom. Krrrtt. Daar scheurt weer zo'n goedkoop ovei - hemd van een onbekend merk. Dit was de STER. Goedenavond. tmo wuuao

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 9