internationale school zonder weerga van olifantsoor tot damestasje ZATERDAG 30 MAAKT 1068 (Van een verslaggevers)' MOL - GEEL De Nederlander met de meeste ervaring in het Europese onderwijs op de thans zes door de regeringen van de EEG- landen opgerichte Europese Scholen (in volg orde van stichting gevestigd te Luxemburg, Brussel, Varese-Ispra, Mol-Geel, Karlsruhe en Bergen-Petten) is dr. Bernard S. A. Al (56). In 1954 werd hij als eerste Nederlandse leer kracht naar de eerste Europese school (te Luxemburg) afgevaardigd en hij is nu sinds de oprichting in 1960 directeur van de Europese school te Mol-Geel in het wijde Belgische Kempenland. In Luxemburg gaf dr. Al nog les in de klassieke talen, thans heeft hij zijn handen vol aan het directoraat over een schoolcomplex voor zeven klassen middel baar, vijf klassen lager en twee klassen kleu teronderwijs met een leerkrachtenkorps uit vijf landen (16 Belgische, 16 Duitse, 14 Franse, 9 Italiaanse en 11 Nederlandse docenten) en een uit veel méér landen afkomstige leer lingengemeenschap van 200 kleuters, 400 lagere-schoolkinderen en 275 middelbare scholieren. Een schoolgemeenschap, die een stukje Europese integratie is: een Europese gemeenschap in miniatuur, die van de leer krachten een dosis idealisme en een zekere ondernemingsgeest vraagt. „Dat verklaart misschien", zegt de heer Al, „waarom het esprit de corps bij de leraren hier zo buiten gewoon is!" Van de leerlingen maakt die schoolgemeenschap bij het volle behoud van hun nationale karakter al van hun kleuterleeftijd af „Europeaantjes". Modern Babyion met Frans, Italiaans, Nederlands, Duits en Engels LEERLINGEN AL VAN KLEUTER AF EUROPEAANTJES" Heel de afstand tussen het stille pro vincieplaatsje van vroeger en de inter nationale naam die Mol nu ineens geniet klonk door in de eerste woorden de gezette Vlaming die ons op het dromende marktplein de weg wees: „Ge moet trachten op het Atoom te gera kenOp de uitgestrekte bosrijke terreinen die de Belgische konink lijke familie na de oorlog aan het Bel gisch Atoomcentrum heeft geschonken, nu drie instellingen gevestigd die samenwerken: ..Euratom", de Europese Gemeenschap voor Atoom energie (gevormd door de EEG-landen) ter voorbereiding van de vreedzame toe passing van kernenergie: de maatschap pij „Eurochemic", gesticht door 13 lan den van de Organisatie voor Econo mische Samen werking en Ontwikkeling (OESO) met als doel de reiniging van reactorbrandstof (uranium): en het Belgisch Nucleair Centrum (Studiecen trum voor Kernonderzoek)dat'ér dus het eerst was. Onderzoekers uit vele landen hebben hier een moderne en boeiende werkkring gevonden, maar voor hen en hun gezinnen moest ook 'n levenssfeer worden gecreëerd. Twee „wijken" van flats en villa's konden naast woongelegenheid buiten de ter reinen vrij gemakkelijk in die be hoefte voorzien. De enige oplossing van het schoolprobleem voor de kind-aren van die veelal jonge gezinnen van al lerlei nationaliteit was een Europese school. Toen Mol-Geel internationale gemeen schap werd, was dit probleem op zich zelf al niet nieuw meer. Ter beharti ging van de school- en gezinsbei angen van de ambtenaren van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal wa ren vanaf 1953 ai aanvankelijk parti culiere, later regerings-initiatieven ont wikkeld die leidden tot de eerste offi ciële openbare internationale school te Luxemburg (bij overeenkomst tussen de zes EEG-landen van 12 april 1957). Daarmee was Europa verrijkt met een internationale onderwijssamenwerking Hypermodern talenonderwijs in het talenlaboratorium met moederband opnemer en kinderbandopnemers in cabines. zonder weerga. In vijf andere werk centra van de Europese gemeenschap pen zijn Europese scholen gevolgd. Binnen de zes EEG-landen maar ook reeds in verschillende andere landen is het Europese Baccalaureaatexa- men intussen volledig erkend. Ambassadeurs Wat is er nu bijzonder aan het dage lijkse leven in zo'n Europese schoolge meenschap? Heel wat. Als we de wagen parkeren bij één van de twee witte tijdelijke (d.w.z. als flats bedoelde) middelbare-schoolgebouwen (een perma nente huisvesting is in aanbouw), horen we uit een groepje kinderen van verre al roepen: „La stampa olandese!" Aan een buiten lopende leraar vragen we naar dr. Al en het antwoord luidt: „Le deuxlème b&tlment". In de leraars kamer vertelt een gymnastiekonderwij- zeres in het Duits een belevenis aan 'n collega. „Het eerste verschil met een nationale school", zegt dr. Al, „is, dat we hier werken met een internationaal leraren korps. Ik leid de vergaderingen in het Frans. De Fransen hebben hier dus eén voordeel, maar die moeten dan ook de notulen maken". Een ander verscliil is, dat de Europese scholen beschikken over een uitgelezen korps leraren en onderwij zers. Dat komt omdat de directeur van een Euro pese school zijn personeel alleen maai' hoeft de „bestellen" bij de Raad van Bestuur (de onderwijsministers van de zes landen, vertegenwoordigd door hoge departementsfunctionarissen). Omdat die leerkrachten in zekere zin ambas sadeurs van hun land zijn, selecteert men'in het algemeen leerkrachten met enige ervaring van wie men zeker is dat ze hun land waardig vertegenwoor digen. Dank zij hun idealisme heerst er tussen de leerkrachten een perfecte geest van samenwerking. Die is er ook tussen leerkrachten en leerlingen. Straffen komen zelden voor. (In één van de goedverzorgde jaarlijkse school kranten in de vorm van in teamwork tot stand gebrachte „studies" over allerlei onderwerpen lazen we: „De directeur zelf steekt, althans figuurlijk, niet, meer torenhoog boven zijn onder geschikten uit". Letterlijk namelijk wel, want dr. Al is 1,92 m lang!). De tweede taal Een derde verschil Is bet grote belang dat hier wordt gehecht aan het vooral mondelinge gebruik (het spreken en begrijpen) van de moderne talen. Hoe wel het basisonderwijs wordt gegeven in de moedertaal (dus in de vier offi ciële talen van de E.E.G.-landen Duits. Frans. Italiaans, Nederlands) en de Europese school dus uit vier taal- sccties bestaat, wordt op de middelbare school een aantal vakken onderwezen in een door de leerlingen zelf vanaf hel begin van de lagere school gekozen voertaal: Frans of Duits. (Franstaligen moeten Duits kiezen. Dultstaligen Frans; Italianen. Nederlanders en Vla mingen zijn vrij in hun keuze. Met wal etnologisch humor zegt dr. Al: „De Nederlanders kiezen meestal Frans om dat dat het moeilijkste is; de Italianen meestal Frans omdat dat het makke lijkste is Lessen in aardrijkskunde, natuurkunde, biologie, scheikunde, geschiedenis, kunstgeschiedenis en muziek gaan dus op de middelbare school voor veel leer lingen in de voertaal Dat is zeer leer zaam wat betreft het praktisch gebruik! Het lagere-sohoolpragrammu kent onder wijs in de tweede taal vanaf het eerste leerjaar (de eerste twee Jaar zonder lezen en schrijven om het onderwijs in de moedertaal niet in gevaar te bren gen) en vanaf het derde wekelijks zes „Europese" uren met deze taal als voer taal. Zelfs in de kleuterklas komt elke dag al een uur een kleuterleidster van een andere taalsectie. Die communi catiebevordering is kenmerk van de Europese school! Bescheiden zegt dr. Al als reactie op onee bewondering voor dit praktische Eén der twee gebouwen waarin de middelbare klassen van de Euro pese school zijn ondergebracht. taalonderricht: „Toch is de Europese school niet alléén maar winst, er is ook in zekere zin een verlies, met name wat betreft de fijne kennis van de moeder taal, die zich bij een verblijf binnen het land van herkomst beter kan ontwik kelen met een rijkere woordenschat. Wat in de breedte wordt gewonnen, gaat misschien in de diepte wat ver loren". Maar de winst lijkt ons belang rijker en onze gastheer (die al met zijn gezin op de terreinen woonde toen er npg niets was) bekent, met betrekking tot zijn vier kinderen die allen Euro pees onderwijs hebben gevolgd: „Tegen over wat hun naar de diepte mankeert, staat een ervarenheid van visie die hen als ik ze hoorde praten met kinde ren van gelijke leeftijd die geen Euro van de Europese school te Mol-Geel de Nederlander dr. Bernard S. A. Al. pees onderwijs ontvingen vlot hun meerderen maakte". Eén van de moeilijkste opgaven voor de Europese school als onderwijsinsti tuut was het uitwerken van gelijkwaar dige onderwijsprogramma's in de vier taaisecties om erkenning van de diplo ma's te krijgen (waarvan tussen de nationale onderwijsinstellingen over de hele Hnie nog geen sprake is). Elk land wilde iets van zijn eigen programma In het internationale programma terugvin den. „De Fransen stonden op onderwijs in de filosofie", licht de heer Al toe. „Nederland en Duitsland op een be hoorlijk aantal uren Engels, dat vanaf de derde middelbare op het programma staat. België stond op een zwaar wls- kundeprogramma. In Duitsland zijn muziek, 1 andenarbeld en tekenen veel uitgebreider. Vakken als aardrijkskunde en geschiedenis zijn in het nationaal onderwijs uiteraard sterk nationaal ge tint". Het geüniformeerde programma mag dan ook een begin van Europese didactiek worden genoemd. (Hoe moet het overigens ipet Engels als Engeland nog eens in de E.E.G. komt?). Nationale atmosfeer Onderwijs en opvoeding worden ge geven met eerbiediging van een ieder» geweten en overtuiging. Adjunct-direc teur A. Llbotton, belast met de dage lijkse leiding over lagere school (onder gebracht in aantrekkelijk-gegroepeerde paviljoens) en kleuterschool, gaat hier nog even dieper op in. „Wij mogen niet verlangen dat Italianen hetzelfde op treden als Nederlanders", zegt deze Vlaming. „Maar wij moeten ernaar streven dat zij toch dezelfde stof met dezelfde pedagogische principes te ver werken krijgen, met behoud van hun nationale atmosfeer. De manier waarop een Italiaans kind bijvoorbeeld in een winkel iets vraagt is heel anders dan de wijze waarop een Duits kind dat (Van een onxr verslaggeiers) AMSTERDAM .fan van Veen maakt uit olifantsoren damestassen. Met z(jn twee zoons werkt hij op liet ogen blik in z(jn atelier in de Spaarn- dammerbuurt (tegenover de afgebroken Magdalenakerk) met tcht zending z(jn voor Kenia. Hoe komt de heer Van Veen aan die merk- I «vaardige bestelling? J Kenia, aan de oostkust van I Afrika, met zijn oppervlakte i j van een half miljoen vierkante 1 kilometers is rijk aan wildsoor ten. onder andere leeuwen, ga- j zeilen, struisvogel en ook oli- I fan ten. 'n Dergelijk assortiment aan wild vergt een zeer speciale I aandacht. Enerzijds wil men niet I dat bepaalde diersoorten uit- sterven, anderzijds moot men de aanwas van de wildstand in de gaten houden. Met name de olifanten hebben (per dier) nog al wat hectaren nodig, zodat de l egering op beperkte en contro- j leerbare schaal jachtcontracten afsluit met buitenlandse jagers. 1 Af en toe worden er dan ook enkele tientallen olifanten ge- sohoten om te sterke uitbreiding tegen te gaan Tot voor enkele maanden werd liet bruikbare leer van deze oli fanten (oren voor de damestas- i jes, en buik voor de aktetassen i j in de hoofdstad Nairobi zélf ver- J werkt. Dit gebeurde door één man. die met een weekloon van I 19 guldend een hele week over één ta6 deed en het produkt In elkuar flanste met touwtjes. I stokjes en lijm I De Amerikaanse toeristen, die j geacht werden dergelijke tassen te kopen, klaagden steen en been over de slechte afwerking. I De verkoop dreigde te verlopen. I Daarom zochten de 22 winke liers die tassen verkochten, via een Nederlands handelskantoor Vele bussen pendelen de internatio nale schoolgemeenschap dagelijks van heinde en ver naar school en terug. doet. Deze Italiaanse spontaneïteit mo gen we niet kapot maken. Daarom brengen wij ook opzettelijk kinderen van verschillende nationaliteit tijdens de Europese uren bij elkaar om samen iets te presteren. Tijdens die uren leert een Duits kind begrijpen dat een Ita liaan behoefte heeft veel te praten waar het zelf doodgewoon zegt: t la koud of 't Ir warm. En een Italiaans kind leert begrijpen dat een Duits kind niet kwaad is en ook niet stug als het zo weinig spreekt". Visie voor het leven Eén dag hebben wU de sfeer van de Europese school geproefd; de welvoor ziene kleuterschoollokalen bewonderd; kinderen van uiteenlopende nationali teiten met elkaar zien omgaan in de pauzetijden; vol enthousiasme horen spreken over het moderne audiovisuele taalonderwijs (met bandrecorder en ■projeetleplaatJeH)ervnron hoe nieuwe lingen-met-taalachterstand ln „razende vaart" worden bijgewerkt ln het al even moderne „talenlaboratorium" (met moeder ban dop nemer en 20 kinderband opnemers In „cabines"). We hebben gezien dat deze school hoewel ge sticht voor de ambtenaren vim de Euro- |>ese gemeenschappen ook toegankelijk is voor alle kinderen die buiten hun vaderland wonen (de school telt o.a. 150 Italiaanse mijnwerkerskinderen, kinderen van buitenslands gelegerde militairen, kinderen van werknemers van buitenlandse bedrijfsvestigingen, enz.). Op deze school krijgen kinderen voor het leven een bredere visie. Het Is een school waarop (zoals de oorkonde- tekst zegtl „naar de geest Europeanen worden bevrijd van vooroordelen die gemaakt. Enkele dagen geleden kwatn een grote order uit Kenia binnen. Jan van Veen zit er een beet je mee, want hij heeft voldoende werk. Muur toch zullen hij cn zijn zoons wel een gaatje vin den om ze te leveren, want at linden het wél let* bijzonder*. Als de Ut-en klaar zijn gaan ORDERS UIT NAIROBI VOOR AMSTERDAMSE LEERFABRIEK 150 S. in Nairobi wo verkocht voor 200 gulden per ln Europu een fabriek, die het leer economischer en froaiorzou kunnen verwerken De directeur van het handels kantoor. de heer C. W. Kroezen uit Hapert <N.-Br.' toog naar het Mekka der damestassen Amsterdam. Amsterdam kent Mentallen 1 eerfabriekjes waar van de fa. Joh. van Veen een zeef goede naam heeft. Op proel zouden Jan van Veen (66) en zijn moon John (28' en Ton (24» I een negental modellen maken I Begin viui dn jaar kregen zij daarom een pakje via Zwitser- j land gestuurd Toen zij het 1 openmaakten, zater er vier oli fantsoren ln een beetje ult- gedroogd, maar echt. i Dc oren werden doorgestuurd j mr.il- de looici i| Wa11 - langs doorgesneden werden, zo- I dat men leer verkreeg van de 1 binnenkant én van de bniten- j kant van het oor Terug van de De heer Van Veen toont een damestasje dat uit een oli fantsoor is gemaakt. Zijn i joons hanteren 't materismil: l>as ontvangen uit Kenia looierij werd er in de fubriek gesneden en gepu t ongeveer één tus per oor. Half ln vrije tijd. half tussen 't gewone werk door. weiden de proefmodellen j NIET AANTREKKELIJK Het ts zeer de vraag of de tan en Ui Nederland ln de huilde' komen, omdat de aanvoer van oren zowel gering al» onregel matig I» Voor de Nederlandse kleinhandel ts d<- verkoop daar om niet aantrekkelijk, mnda' vu» te clientele, die haai van ollfantcnlcer. Vun dieren geschoten door buitenland», jagers, gefabriceerd ln Neder land cn verkocht in Kenia.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 13