de man van La Mancha STRAKS IN NEDERLAND: GUUS HERMUS EN LEX GOUDSMIT Ironische verhalenbundels van Prosper de Smet en Hans Werner DE LEIDSE COURANT Er zijn van die beroemde boeken, die steeds opnieuw bijna per vergissing ge kozen worden om er bewerkingen van te maken. Hoeveel filmers en toneel schrijvers tussen Tegelen en Hollywood zijn er al niet gestruikeld over de Bijbel? Tussen al die meesterwerken („Oorlog en Vrede", „Illias" enz.) neemt „Don Quichote' wel een heel bijzondere plaats in, omdat dit werk van de zestiende eeuwse Spanjaard Miguel de Cervantes aanleiding is geweest tot uitzonderlijk veel bewerkingen en bijna evenveel mis lukkingen. Waarom is het zo moeilijk van deze tn een toneelbewerking te maken? Wie het verhaal een beetje kent, weet het. De fantaserende Spaanse edelman uit de droge, kale en zonovergroten landstreek La Mancha, voert tijdens zijn omzwerving gevechten met wind molens, die hij voor reuzen aanziet, met soldaten die hij voor boeven houdt, met priesters, die processie houden met het beeld van de H. Maagd, die hij als ontvoerders van een mooie jonk- w te lijf gaat. Gevechten die op het toneel niet of nauwelijks uitge beeld kunnen worden; zelfs niet met de verbluffende machinerieën, die in moderne theaters te vinden zijn. Waarom proberen al die bewerkers het steeds weer? Het tweespan Don Quichote en knecht Sancho Panza, dat op een mager paard en een lui ezel tje door1 Spdnje trekt, hoort bij de DON QUICHOTE EN SANCHO PANZA ALS MUSICALHELDEN David Atkinson is in New York enkele maanden de centrale figuur van de musi cal geweest: til] soeelde de dubbelrol van Cervantes en Don Quichote. meest beroemde duo's uit de wereld literatuur. Het zijn standaardfiguren, de dromende edelman die zich in de nesten werkt en de realistische boeren zoon die de kastanjes uit het vuur haalt. Het zijn karakters, die het in het theater geweldig doen. En al die taferelen, die zó op het toneel kunnen: het begin van het verhaal, als Don Quichote een oud roestig harnas aan trekt om zijn huis te verlaten en een ridderlijke zwerftocht te beginnen, waarover hij in zijn boeken zoveel heeft gelezen. De episode in de herberg waar hij zich tot ridder laat slaan, door een herbergier die voor hem de kasteelheer is, in de varkensstal, in zijn ogen een kapel. De juffers, die in die herberg de mannelijke klanten van drank en andere levensbehoeften voor zien, 'spreekt hij toe als waren het gravinnen en jonkvrouwen. Dulcinea En vooral dankbaar is de liefde van. de dwaze edelman voor Dulcinea. Daar komt de omantiek in de trant van Cn-n*. Dolende Ridder draagt a icldend ad en" op aan de scho ne, die hij van grote afstand af be mint. Zo hoort het, volgens de boeken, die hij las. Maar de vergissing is groot. Dulcinea is immer niets meer dan een eenvoudig, ongeletterd boe renmeisje uit het gehucht Toboss, dat niets van doen wil hebben met Don Quichote, de ridder van het Droevi ge Figuur. Sterbezetting Stuk voor stuk redenen die het ver klaarbaar maken, dat bewerkers steeds opnieuw op dit meesterwerk van Cervantes terugkomen. Toneel schrijver Dale Wasserman, compo nist Mitch Leigh en tekstschrijver Joe Darion zijn degenen die zich er dit maal op hebben gestort. Hun werk stuk zal op het eind van dit jaar in Theater Carré in Amsterdam voor 't Nederlandse publiek zijn première beleven. Er is veel kans, dat het lukt. Er zal een sterbezetting zijn: Guus Hennus en Lex Goudsmit als Ridder en knecht; een twintigtal andere ac teurs en actrices zal de overige rol len spelen. Negentien liedjes zijn ver vlochten in dit verhaal. Als het gaat zoals het ging in New- York, zullen de producenten en me dewerkers aan „De Man van La Man cha" laten zien, dat het mogelijk kan zijn, een succesvolle bewerking van „Don Quichote" te maken. Al twee jaar staat daar het grote theater waar de musical vertoond wordt, uit verkocht. Het publiek wil het meer dan eens zien. Dit succes kan mogelijk verklaard worden uit de wijze van het bewer ken. De vele mislukkingen van voor gangers in gedachten; heeft het team van musicalmakers j»een poging on dernomen om het boek in toneelscenes te vertalen. De auteur van de liedjes teksten zegt: „Toen ik voor het eerst hoorde, dat Don Quichote een musical zou worden vroeg ik: „Welk hoofdstuk brengen ze op het toneel?" Het ant woord was: „Geen hoofdstuk, het he le werk". Ik verbleekte". Toen hij hoorde wat men met het boek ging doen heeft hij zich over zijn schrik heengezet. Het idee, dat een garantie op succes bood, was van Dale Wasserman. Tij dens een verblijf in Madrid las hij 'n onjuist bericht in een krant, dat hij daar was voor een toneelbewer king van „Don Quichote", Toen hij, een scenarioschrijver en t.v. en film regisseur dit las, besloot hij om het boek van Cervantes eens te gaan le zen Terwijl hij las, raakte hij geïn trigeerd, niet alleen door de figuur van Don Quichote, maar vooral ook door de Spanjaard, die hein in het le ven had geroepen: Cervantes zelf. Hij ontdekte, dat er heel weinig be kend was over het leven van de schrij ver. Een paar feiten slechts: een mi litaire loopbaan, krijgsgevangenschap, moeilijkheden met de overheid, waar door hij in de gevangenis kwam, ex communicatie, een mislukt huwelijk, een onwettige dochter. En Dale Was serman concludeerde: „Ongeluk, dat was het patroon van zijn leven. Hij moest slag op slag van het blinde, kwaadaardige noodlot incasseren". Cervantes-zelf Daar vond Dale Wasserman zijn idee voor de bewerking. Hij voert Cervan tes zelf ten tonele, in een van zijn moeilijkste ogenblikken: zijn verblijf in de gevangenis van Sevilla. Om huis en bezittingen te redden, gaat hij zijn medegevangenen mensen van het laagste allooi, die hem willen uit schudden een verhaal vertellen. Hij vertelt niet alleen, hij voert het ver haal op, als een toneelstuk in de ge vangenis en speelt daarin zelf de hoofdrol van Don Quichote. Cervan tes' knecht, die mee is opgesloten, doet de rol wan Sancho Panza. De andere rollen? Gevangenen zelf. De- Zo vertelt Cervantes in die onderaard se kerker een reeks avonturen. Slechts die scenes, die zich in deze omgeving lenen voor opvoering, komen tot le ven. Andere taferelen worden overge slagen, maar kunnen in deze opzet van de bewerking rustig gemist worden. Het geheel heeft een drama tische kern, die de meeste bewerkin gen niet bezitten: het vertellen van het verhaal is voor de hoofdpersoon een le vensnoodzaak. Natuurlijk kan hij de harten van zijn luisteraars winnen en aan het slot van het stuk wanneer hij wordt opgehaald om voor de rech ter te verschijnen wenst men hem van alle kanten daar een even grote welbespraaktheid toe, als hij hier heeft getoond. Evenwichtige musical Dale Wasserman stapte na enige tijd af, van zijn idee er een toneelstuk van te maken. Het werd een musical en het team vormde zich: een componist en een tekstschrijver dat is een heel ander vak dan dat van dialoogschrij- ver in de musicalwereld; een re gisseur met grote ervaring op dit ge bied, een choreograaf voor de dans- nummers, enzovoorts. Samen werkten zij verder en er groeide een tamelijk evenwichtige musical, waarin een fraai portret werd geschetst van Cervantes en zijn held, Don Quichote. Natuurlijk is het verhaal dat Cervan tes hier vertelt, voor dit speciale pu bliek van boeven, een ander dan hij in zijn boek heeft geschreven. Dulcinea is hier niet het eenvoudige boeren meisje, maar een v*»» die juffers uit de herberg, in wie Don Quichote tot algemeen vermaak een toonbeeld van maagdelijkheid ziet. Om zijn verhaal voor dit publiek van laag allooi aan trekkelijker te maken, laat Cervantes deze Dulcinea ook een grotere rol spe len in het leven van Don Quichote, zelfs komt ze aan het sterfbed van deze Ridder van de Droevige Figuur. In New York is de voorstelling van de ze musical, „Man of La Mancha" te zien in het ANTA Washington Square Theatre, een grote schouwburg, waar in het publiek cirkelvormig oïn het po- In december van dit jaar zal in theater Carré in Amsterdam de eerste Nederlandse voorstelling gegeven worden van „De man van La Mancha", een groot succes in New York. Deze musical over de beroemde Don Quichotefiguur is op vernuftige wijze geconstrueerd. Bij gaand artikel vertelt daar meer over. dium zit opgesteld. Slechts aan één zij de is een zwarte wand, verder is het speelvlak voor driekwart open voor het publiek. Uit die achterwand kan een elf meter lange trap, die uit de nok van het theater wordt neergelaten, om sol daten in de kerker toe te laten. Soms wordt met vodden en stukken hout een soort decorstuk of een rekwisiet ge deeld, onzzichtbaar achter schermen. bouwd, om een bepaalde ruimte of han- Decorontwerp van Howard Bay voo deling te suggereren. Verder doet de n Mancha", zoals liet ook in Nedi belichting alles. vooral van beliclv Het orkest zit niet op de gebruikelijke plaats, (tussen podium en publiek), maar achter het podium, in tweeën ge- daaronder, waar cellen en vetblijf- deeld, onzichtbaar achter schermen. ruimten zichtbaar zijn door tralieven- Tijdens de voorstelling, die onder pau- sters. Twee en een half uur lang ver- ze of onderbreking gespeeld wordt, telt Cervantes, zingt liederen over zijn blijven de spelers op het podium of held, verdeelt rollen onder de gevan- dllng die eind dit Jaar In première zal gaan: resp. Ie oorspronkelijke voorstelling v nd gebruikt schijnt te worden. De sugg< ellchtlngseffecten komen. genen. Aan het eind laat Cervantes i n held sterven, zoals in het boek, tot wer kelijk groot verdriet van zijn gevange- nispubliek. Hoofdrol: Guus Hormus Het is weer Paul Kijzer, die de Neder landse rechten heeft, do Europese zelfs. Ilij produceerde begin januari de Ween- se voorstelling, met Josef Meinrad in de hoofrol. In Amerika is de rol onder meer gespeeld door José Ferrer en Da vid Atkinson, nadat hij bij de premiè re was, gecreëerd door Richard Kile. Bij ons: Guus fïermus, de ideale ac teur vopr dio rol. is men geneigd te zeggen. Het is allemaal niet zo re volutionair, natuurlijk, niet nieuw en niet van grote betekenis voor iets an ders dan het publiek, dat slechts amu sement zoekt in het theater, maar in zijn genre Is ..De Man vnn La Mancha" een eerlijke, heel goed be dachte en knap opgebouwde musical, bijzonder veel spelmateriaal. De Neder landse produktle zou eventueel onder rr- gle van Johan Greter staan, vertelde Paul Kijzcr. De unieke wijze waar op de voorstelling is opgebouwd zou hier gehandhaafd blijven In Carré zou een groot open podium ln de zaal worden gelegd, vóór het to neel. Misschien zou men er daarom beter aan doen, Amerikaanse regis seurs hierheen te halen, zoals men 't ook deed met „Anatevka" en My Fair Lady". De ervaringen van onlangs, met „Ja, Ik Wil! en „The Fantas- ticks" tonen immers aan, dat men Nederlandse regisseurs niet zonder meer aan Amerikaanse musicals kan laten beginnen, omdat men gewoon niet van ze kan eisen, dat ze de tech niek die daarvoor nodig is beheersen, of zelfs maar de noodzaak onderken nen, die techniek te verkrijgen. JAN VERSTAPPEN. is niet meer het simpele boeren meisje. Een brutale meid ln een kroeg, die er danig de pest aan heeft, dat Don Quichote verliefd op haar wordt, omdat hij cr zo lyrisch over doet, wat zij na tuurlijk niet gewend is. Op de foto: Bernle Er bestaan tegenwoordig twee leuzen die door jan en alleman om de haver klap worden gedebiteerd, namelijk: naar nierwe vormen zoeken en de ra men open zetten. Je krijgt soms de in druk dat men zo naarstig bezig is met ramen open zetten, dat men zelfs niet meer in de gaten heeft dat men al lang opengestoten ramen weer sluit. Hetzelfde geldt voor het zoeken naar nieuwe vormen. Met name in de lite ratuur zie je jeugdige scribenten met vormen voor de dag komen, waarvan zij niet eens weten dat ze al decenniën geleden in de prullebak zijn gedepo neerd. Het wtfst allemaal natuurlijk op gemis aan kennis van de geschiedenis. De eigen eerste indrukken worden van het illergrootste belang beschouwd. Natuurlijk is de eigen eerste indruk van groot belang: hij is de bron van inspiratie. Maar van niet minder be lang is de verantwoording van die eerste indruk, ook voor zichzelf En bij veel schrijfkunst, die momenteel op de boekemarkt wordt gebracht, zie je dat de verantwoording ichterwege is gebleven. Daarom spelen zoveel puberfactoren als pseudo-psyehologie en pseudo-sek- sualisme er zo'n grote rol in. Deze din gen moesten niet au sérieux worden genomen; maar er zijn altijd lieden die, zoal: men dat tegenwoordig zegt: „bij de tijd willen zijn" en verrukt achter het kaf aan vliegen. Erkend moet worden dat sommigen bij het zoeken naar nieuwe vormen tot heel interessante literaire proce- dé's weten te komen: naast de typi sche, hierboven al genoemde puber- factoren zie je een geraffineerd expe rimenteren met techniek. Je kunt daar respect voor voelen, al blijven de resultaten, over de totaliteit van een roman of een verhaal genomen, in het gros van de gevallen ver bene den het raffinement van het experi menteren zelf. Daarnaast zijn er gelukkig nog altijd auteurs die het experiment der nieu we vormen zoeken in de eenvoud van uitdrukking. Zij wagen zich aan de eenvoud alsof deze niet elk ogen blik het karakter kan krijgen van ge- clicheerdheid of het banale. In die geclicheerdheid of banaliteit staan zo veel eerder te kijk dan de zogenaam de zoekers naar nieuwe vormen, die alleen door de mand vallen tegenover degenen die de literaire geschiedenis kennen of het pseudo-karakter van hun in wezen dikwijls zo retorisch be schrijvingen of exclamaties door heb ben. Het schrijven in onmiddellijk her kenbare eenvoud blijft nog altijd het moeilijkste experiment in het zoeken naar een vorm. Prinses en cover-boy Dat schrijven in eenvoud heeft een bijzonder aantrekkelijk gestalte gekre gen in de door Weideland \e Hasselt uitgegeven verhalenbundel van Pros per de Smet: Prinses en cover-boy. De Smet is een ironicus. Zijn ironie zit als een boosaardige kobold in zijn verhalen verborgen. HIJ beschrijft de mensen ln hun doodgewoon doen en laten, maar dat doen en laten is op een wonderlijk faclnerende manier doorstraald door het grijnslachen van de ironische kobold. De figuren krij gen er een kwaliteit bij, namelijk de schaduw van hun lachwekkendheid Dit wil niet zeggen dat Prosper dc Smet zijn mensen bij voorbaat ridicu liseert; door de manier waarop hij over hen schrijft en over de dingen die zij doen, maken zij zich tegenover zichzelf nog kleiner dan ze in werke lijkheid al zijn. De mens is volgens kobold De Smet een onbelangrijkheid; een prinses is even onbelangrijk als een body-builder of een kapstertje Maar juist in hun onbelangrijkheid, die de mensen zelf meestal zo weinig door hebben, zijn diezelfde mensen paar drachmen waard die het gouver nement vraagt voor het zien van de brokken". Het Is humoristisch bedoeld. Maar wat zien we «Is we de „humoristische beeldspraak" onder de loep nemen: een atmosfeer die iedere nleuwaange- komene in de hoogste versnelling zet Kunt u zich een atmosfeer voorstellen HET MOEILIJKE SCHRIJVEN-IN-EENVOUD dikwijls zo aardig. Ook al moeten zij zich, zoals in het verhaal „De beul" als despootjes en gewillige slachtoffer tjes gaan gedragen. Onze man in Damascus Een minder superieure eenvoud van schrijven zien we In de verhalenbun del Onze man In Damascus van Hans Werner, een uitgave van Kosmos. Amsterdam-Antwerpcn. Ook Hans Werner schrijft zo maar over mensen, mensen in verschillende landen Hij vertelt er aardig over. maar overdrijft soms in dat aardige. Je krijgt dan dc indruk dat hij leuk wil zijn en leuk willen zijn ls meestal helemaal niet leuk. Als voorbeeld hiervan een kort fragment uit het verhaal Kafeneions die ik gekend heb: „Het schijnt dat de atmosfeer van Hellas iedere nleuwaangekomene in de hoogste versnelling zet. Ook de Grie ken zelf zijn zo begonnen. Toen ze er pas waren raakten ook zij in vuur en vlam en die eerste klap is nu nog de al ls c'.e dan van Hellas als en voertuig met stuur, motor, handles, knoppen etcetera? Het is doodgewoon ••en beeldspraak die „lollig" moet klinken. En dan het vervolg: torn dc Grieken er pas waren raakten zij In vuur en vlam en die eerste klap is nu nog de paar drachmen waard die het gouvernement vraagt voor het tien van de brokken. Dat in vuur en vlam raken moet een humojisering beteke nen van het insplratief vermogen van de oude Hellenen. Maar humor en cliché-uitdrukkingen zijn, tenzij in zeer geraffineerde toepassing, natuur lijke vijanden van elkaar. Als klap op de vuurpijl komt dan die „eerste klap die nog een paar drachmen waard Een kater in Istanboel Het zou veel tc ver voeren als Ik meer van dergelijke niet zelden voorkomen de leuklgheden citeerde. Maar aan Werner moet toch worden nagegeven, dat hij een sfeer dikwijls raak weet tv treffen. In zijn verhaal „Een kater In Istunboel" geeft hij bijvoorbeeld een grappige typering van een Amerl- kauns echtpaar op huwelijksreis, dat eindelijk ln Istnnbool is aangekomen. Het verhaal begint met een zin, die te kenend is voor de rest: „Wie zijn hu welijksreis te lang rekt loopt kans dat het wittebrood verzuurt tot kuch". Het paar maakt een wereldreis. Onderweg logeren ze in jeugdherbergen. De i tt twee liefhebbe rijen: geschiedenis en' sociologie: „twee wetenschappen, die apart il niet mis zijn maar door dit puntlg> •»••- je geklutst werden ze hot el v„. «,v- lumbus met dubbele dooier." De man, Frankle, is eer beetje een sukkel, die het liefst Gods wutertje over Gods ak kertje laat lopen Hij ergert zich meer en meer aan zijn vrouw, die overal het hoogste woord voert, dat wil zeggen: zij moet haar mond roeren. Dc pointe van het verhoa) zit In de verschijning op een caféterras van een reusachtige kater, een kater als een vorst Het Interessantst zijn Werners anekdo ten over hot leven op een schip. Komt er bij de lezing van zijn anekdoti sche schetsen over belevenissen ln di verse landen op de duur een gevoel van verveling bij je op, zijn scheops- crvarlngen zijn weer ervaringen vol leven. In tegenstelling tot De Smet, die zelf met ironie in zijn verhalen ver borgen zit, blijft Werner bulten zijn anekdoten staan: hij typeert alleen maar en, zoals al gezegd, dikwijls voor treffelijk. Een enkele keer lijkt het er op, alsof hij verder wil gaan dan al leen maar typering, moor onmiddel lijk maakt hij dan weer een ontwijken de beweging en stelt hij zich tevreden met het uittekenen. Het Is zijn kracht en zijn zwakheid. D. OUWCNDUK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 9