oude Japanse volksambacht TRADITIONELE VOLKSKUNST BEHEERST DOOR MAGIE DAG JEROEN ZATERDAG JANUARI 19«S De wintertentoonstelling van Ja panse volkskunst, die thans in het Rijksmuseum voor Volken kunde te Leiden is ingericht, is in meer dan één opzicht een merkwaardige expositie. En dan denken we niet aan het feit dat deze volkskunst nog bijna nim mer althans niet in een derge lijke hoeveelheid in Europa is getoond. Dat raakt trouwens niet het wezen van deze tentoonstel ling, al kunnen we er als Neder landers trots op zijn dat de collectie van het Rijksmuseum voor Volkenkunde zelf (oorspron kelijk een stichting van de grote kenner van het Verre Oosten, Von Siebold) 130 jaar geleden reeds de basis van deze mogelijk heid heeft gelegd. Courtisane met parasol, Otsuschildering, 18de Het grote belang van deze expositie is gelegen in de mogelijkheid die ze biedt kennis te nemen van een artistiek hoogbegaafde volkscultuur, vele eeuwen oud, maar ondanks tijden van neer gang en verval, ook daar (voor hoe lang?) nog steeds springlevend. De Japanse volkskunst getuigt van een oeroude, doch verfijnde beschaving, merkwaardig, omdat het in wezen een boerenkunst is, gemaakt door mensen, die sterk gebonden zijn aan huis en grond, met geheel eigen en aparte ge bruiken, aan de boer waar ook ter wereld eigen. Daarnaast is het ook een volkskunst, die voor een groot deel tevens stoelt in een aristocratische beschaving en geestelijk-aristocratische levensbe schouwing en -houding. Daardoor was de (anonieme) kunstenaar voor een groot deel debet aan de herleving van deze in wezen boerenkunst Ondanks de stormachtige ontwikkeling van Ja pan op industrieel gebied, geheel westers gericht, die het oerwezen van Katoenen tijk voor een gewatteerde deken (futon), yuzentechniek, huwelijks geschenk, Kyoto, begin 19de eeuw. de Japanse geest en de Japanse kunst zo goed als niet heeft kunnen aan tasten, zij het incidenteel wellicht wel heeft kunnen beïnvloeden. Vroeg© betrekkingen De belangstelling voor de Japanse (en Chinese) kunst is niet nieuw in Europa en zeker niet in Nederland, dat zo lang als enig westers land en reeds vroeg handelsbetrekkingen met het Land van de Rijzende Zon onderhield. Die belangstelling gold echter lange tijd vrijwel alleen die objecten, die men aan de eigen heersende smaak kon en wilde aanpassen. Men denke aan het Delftse aardewerk als industrie en de dikwijls kostbare porseleinverzamelin gen, die onze voorouderlijke handels lieden en koopvaarders in de achttiende eeuw aanlegden. De invloed van de Ja panse vormgeving en decoreerkunst doet zich zelfs nog in onze dagen gel- De specifieke Japanse volkskunst bleef echter lange tijd onbekend en merk waardig genoeg heeft ook Japan zelf deze kunst, die nog hoofdzakelijk wordt beoefend op de kleinere eilanden, in grote lijnen pas enkele decenniën ge leden ontdekt. En het is nog pas een tiental jaren geleden, dat in Nederland de eerste kleine exposities van die kunst werden ingericht. Wij herinneren ons in dit verband nog de tentoonstel ling „Netsuke", eveneens in het Leidse museum, die voor velen een openbaring betekende. Van de Netsuka, niet meer en niet minder dan gordelknopen, heeft de cineast Nico Crama destijds een educatieve film gemaakt. Zij, die Nederland in kennis brachten met de volkskunst van Japan, waren o.a. Felis Tikotin en de in Castricum wonende Jaap Langewis, verzamelaar van en expert op het gebied van oos terse textiel. Tot hen moet thans ook gerekend worden de conservator van de Japanse afdeling van het Museum voor Volkenkunde, de heer C. Ouwe hand en zijn jonge Japanse vrouw, mevr. Ouwehand-Kusunoki. Doelmatig en schooii Het voornaamste kenmerk van de Ja panse volkskunst is, dat het gewone dagelijkse gebrulks- of cultusvoorwer- pen zijn, waarin doelmatigheid gepaard gaat aan schone vorm en versiering en eenvoud van materiaal. Deze kunst werd uit noodzaak geboren, de voor werpen werden niet gemaakt met het doel „kunst" te zijn. De grote „kunde" is echter onmiskenbaar, alsook een „grote liefde voor het voorwerp", dat groeide onder de handen van zijn on bekende maker. Als „lamst" is deze volkskunst eerst laat ontdekt door de kunsthistoricus Yanagi Sóetsu (18891961). Hij hoor de tot een groep jonge schrijvers en beeldende kunstenaars. Yanagi werd de stimulator van een volkskunst beweging, die het oude hand werk wilde behoeden voor een dreigende ondergang door de storm achtige industrialisatie van het Japan se rijk. Met de ervaring van het Wes ten voor ogen was dit gevaar naar het inzicht van Yanagi niet denkbeeldig. Maar niettegenstaande dit loffelijk streven, succes kon hij niet boeken. Het was onmogelijk na een eeuw in dustrialisatie en een daarmee gepaard gaande verbreking van het eeuwen lange isolement der Japanse boeren bevolking en daardoor wijziging van het oude levenspatroon en de vroegere behoeften, de oude volkskunst tot nieuw leven te brengen. „De tijd van werkelijke volkskunst is definitief voorbij" (Ouwehand). Wat Yanagi Sóetsu wél heeft bereikt is de herontdekking van het oude volks ambacht en de waardering daarvoor. Tegen de houding van de officiële kunstwereld in, die in het begin er zijn schouders voor ophaalde. Toch ontbrak het hem niet aan steun, want anderen stelden Yanagi in staat zijn verzame ling onder te brengen in een volks kunstmuseum, dat hij tot een centrum van de volkskunstbeweging wist te maken. Na zijn dood in 1961 werd hij als directeur van het museum opge volgd door de pottenbakker Hamadu Shóji. Yanagi moet echter gezien worden als de man, die de wereld van Japan en daarbuiten de ogen opende voor de grote kwaliteiten van een kunst door onbekende mensen uit het volk voor dat volk, dragers van de tradities ener volkscultuur als het meest eigene van de oude Japanse cultuur. Hij gaf deze volkskunst haar plaats naast de „of ficiële" Japanse kunst. Prachtige voorbeelden De door conservator Ouwehand (met hulp van zijn Japanse echtgenote) in gerichte tentoonstelling toont vele prachtige voorbeelden van deze in het dagelijkse leven van een boerenbevol king gewortelde kunst. Maar ook illu streert ze de beschouwende aard van dat volk, die het zelfs uit in het dage lijkse werk en de ceremoniële gebrui ken, zoals de theeceremonie en het ikebana, de Japanse bloemschikkunst. Veel ia voor ons westerlingen onbegrij pelijk en onduidelijk, omdat zelfs in het volkskunstige voorwerp veelal ge bruik wordt gemaakt van levensbe schouwelijke symbolen. Zelfs in de kimono's, het beddegoed en de nacht kleding ontbreken die niet: de kraan vogel, symbool van een duizendjarig leven, de gestaarte schildpad (een achtduizendjarig levenen het teken van de rijst, dat merkwaardigerwijze hetzelfde is als het teken voor het ge tal 88, door de Japanners beschouwd als de gezegende leeftijd. Prachtige voorbeelden van oude weef kunst en -technieken, het verven van handgesponnen garens, de rijke ver siering op de prachtige kimono's, zowel als de eenvoudige doch markante de coratie van de kleding der boeren, met als algemeen gebruikte en voornaamste kleur het indigoblauw in velerlei scha keringen. Men ziet er edele vormen van potten bakkerskunst, schalen en borden, rijst wijnvazen en watervaten voor dage lijks gebruik. Dikwijls versierd met het dne-eenheidsmotief: de pijnboom, de bamboe en de pruimebloesem. Magisch Geraffineerd weet de Japanse am bachtsman de vorm aan te passen aan het gebruiksdoel, zoals heupflessen van aardewerk, de reusachtige, uit hout gesneden ketelhaken, waaraan de kookpotten boven het open keuken vuur werden gehangen, de spanners voor het hangwerk van die potten, veelal in de symbolische vormen van water: de vis of het gestyleerde letter teken voor water, bekroond met de chrysant. Zelfs in het kinderspeelgoed worden magische motieven terugge vonden, zoals trouwens deze hele kunst doordesemd is van shintoïstische magie Zo biedt deze tentoonstelling een beeld van een kunst, die sterk gebonden is aan de traditie van een oud en ar- tistiek-begaafd volk. Een traditie van vele eeuwen, die helaas door de ont wikkeling van het moderne Japan In haar algemeenheid gedoemd is te ver» dwijnen en nog slechts leeft in de be perkte gebieden van de kleinere eilanden. Misschien zal men nog trachten dsre kunst „kunstmatig" in het leven te houden, dan echter mot het gevaar van verstarring en bloedeloosheid. De tentoonstelling is tot 12 maart ge opend. Op werkdagen van 105 uu», 's zondags van 15 uur. In Den Bosch is men nog lang niet uitgepraat over Jeroen Bosch. De tentoonstelling die vooraf door deskundigen ..onmogelijk te organiseren" werd genoemd en die achteraf door dezelfde des kundigen is uitgeroepen tot de belangrijkste ten toonstelling waar ter wereld ook gehouden in de laatste tientallen jaren. De tentoonstelling die meer bezoekers trok dan welke expositie ook die sinds de oorlog In ons land te zien was. De schil derijen en tekeningen zijn weer terug naar de oorspronkelijke eigenaars. Wat overbleef voor de honderdduizenden die zijn wezen kijken is de herinnering aan iets wat zij hun leven lang waar schijnlijk niet meer bijeen zullen zien. epiloog van een tentoonstelling als pocketuitgave Ongeveer 275.ÜUU mensen zijn er geweest. Enorm veel meer dan de 50.000 die aanvankelijk ver wacht werden. Door dat enorme aantal hebben zij het zichzelf moeilijk gemaakt, want rustig kij ken was er voor de meesten niet bij. Het was wél zo dat er in de weken dat Bosch in Den Bosch terug was er in het museumgebouw een sfeer heerste die anders was dan op welke ande re tentoonstelling ook. Iets van die sfeer is terug te vinden in een pocket van Carole Vos en Anton van Oirschot, Dag Jeroen (Uitgeverij Helmond) De samenstellers hebben het vooral gezocht in de citaten. Van wetenschapsmensen. journalisten gewone bezoekers, kinderen. Die citaten zijn met een zekere willekeur gekozen, maar ze verraden toch wel iets van het geheim waarom juist deze tentoonstelling «o'n enorm succes ls geworden. Het is begonnen op 8 oktober 1905. Citaat (Eind- hovens Dagblad): Enkels mensen staan bij elkaar met een glas sherry. Plaats Van handeling: het Jeroen oschhu is bij de officiële ingebruikne ming als tzï+mvzei aedifcT tjs ë- oktober 1965. Verza< hoofdstad op i standighedende sherry. Een vraag: ..Waarom luer geen Jeroen Boschtentoonstelling?" Con clusie: ,,Weet je wat? We gaan het gewoon doen". Wat sherry al geen wonderen kan verrichten. Maar in januari 1966 /.egt Boymansdirecteur Ebinge Wubben nog dat het uitgesloten is om op korte termijn een tentoonstelling van enige om vang te organiseren en hij ziet helemaal niets in zo'n tentoonstelling in Den Bosch. Toch lukte het. al heeft organisator Ton Frenken er verschrikke lijk hard voor moeten werken. Het Prado in Ma drid kwam het eerst over de brug. Boston volg de, er kwamen meer toezeggingen en toen het Louvre over de brug kwam volgden andere musea vrijwel meteen. Waf zagen de bezoekers in Bosch' werk Philips-employe: ,,Die man moet alle seksuele afwijkingen hebben gehad, die er bestaan, en nog Jongen van 17 jaarr ïls hij >.r.T-»»rd«- Timesi „Mensen, die beweren, dat ze gedroomd hebben zoals Bosch schilderde, bluffen ongeloof lijk". Max Friadldndert „In zijn droom ls iedereen *n Jeroen Bosch". Waarom wilde iedereen Jeroen Bosch zien? Textielhandelaar Amsterdam: ,,Ik ben speciaal naar de tentoonstelling gekomen om eens te zien wat voor kleren de mensen in die tijd droegen, maar bij de „Laatste oordelen" van hem heb ik er niet veel van kunnen zien, ha, ha". Kapster Nijmegen: „Volgens mij gaan er zoveel mensen naar Jeroen Bosch omdat ze dan rustig naar al dat bloot kunnen kijken, en dan mag 't". Scholiere (18 jaar) Amsterdam: „Dit was voor mij een unieke kans omdat we in klasverband gingen, maar ik vond de tentoonstelling afgrijse lijk". Priester, Hilversum lk geloof dat het bij de opvoeding hoort Jeroen Bosch gezien te hebben, en dat er daarom zoveel publiek op afkomt". Veehandelaar, Tiet: „Kijk, ik was toch in Den Bosch, voor de Veemarkt en toen hoorde ik dat er nog meer te doen was hier, en toen dacht ik, och, laat ik ook eens gaan kijken". Kunstenaar, Den Haag: „Het komt allemaal door de sensatie van televisie en kranten, dat er hier zoveel mensen zijn. Voor de televisie hebben ze het zo voorgeschoteld, dat de mensen hier blo te billen willen zien. Het is net zoiets als een griezelfilm. Er zijn hier veel mensen die er ei genlijk niet thuishoren. Omdat het zo vol was hadden vooral de suppoos ten het moeilijk, maar zij verloren er hun gevoel voor humor niet bij. Een bezoeker die met zijn nagel op het glas van een paneel tikte kreeg toe gevoegd: „Meneer, wilt u alstublieft aan deze kant van het glas blijven en een andere bezoe ker, die te dicht met zijn vingers bij een schil derij kwam werd aangeraden dat niet te doen „omdat dc verf nog nat was". De bewakings dienst heeft overigens goed gefunctioneerd. Er ls niets onregelmatigs gebeurd; er was eigenlijk maar één incidentje: bezoeker die zich niet wilde moeazm. --MT oat <a*ncnllngaverkeer «o toer. sla ien paal bleef 9taan. De De pocket bevat tal van reacties van b«zoeker», We citeren tveer; Voorzitster van boerinnenbond; „Ja, het was wel mooi. En we hebben ook wel gelachen". Jongen (12 jaar): „Neen, we hebben er niet so erg om gelachen. Er zijn wel gekke dingen te zien en monsters en zo. Maar ik vond het toch niet zo erg gek". Volwassen bezoeker: „Vreemd, de jeugd rea geert hier zo volwassen. Er wordt amper ge lachen of gegiecheld om eigenaardige taferelen". Andere volwassen bezoeker: „Je lacht Ja dood. Wat een rare boel. Ambtenaar, Den Haag: „Het la voor ons geen kleinigheid om helemaal uit Den Haag naar Den Bosch te komen. Als groepen krijgen wel wel re ductie, maar kunnen we niet meer hebbent We komen immers helemaal uit Den Haag". Leuke reacties kwamen van kinderent Annemarie (8): ..Op de schilderijen van Jeroen Bosch staan heel veel mensen. Op één wel dui zend. Hij heeft ze alleman! geschilderd, meestal heel klein en dikwijls bloot. De mensen zijn nlei lief. Ze pesten elkaar. Dat kun Je goed zien. Ze maken ruzie. Ze doen van alles. Het is een fijne dag geweest". Janine (10): „Ik vond dc tentoonstelling leuk. En de tekeningen ook. En de foto's ook. En de op passers waren leuk". Margootje (10): „Ik ben ook in de film geweest Dat kostte niks en je kon er Iets zien over Je roen Bosch. Het was een mooie film. Ik ben er twee keer In geweest. We hebben in de koffieka mer chocomel op, ik vond dot er overal veel mensen waren, maar het was wel gezellig". In de pocket staan veel meer van zulke citaten, Ook heel wat meer zakelijke gegevens uiteraard en een aantal foto's van Geert Hiisstege, die on» der meer laten zien hoe verschrikkelijk druk h*4 wel was. Als u tot de 27S.OOO behoorde zal heg rfcje s saMcr h#v&Cev

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1968 | | pagina 9