1
ZALIG KERSTFEEST met de
BENTLEY SISTERS
öe )f kRAntentuin
Haarlemse producer verwacht
van Zilkse zusjes grote dingen
I si
m&M
mai&hmm
CORRESPONDENTIE
De Drie op vakantie
PAGINA 4
DE LEIDSE COURANT
ZATERDAG 23 DECEMBER 1967
mmvol asxm n
mam s
SS
Fris en helder klinken de stemmen van vier in mini jurken,
die afgezet zijn met gouden biesjes, en witte laarsjes gestoken
meisjes in de in kerstsfeer getooide kantine van de v.v. v. Nis
pen in De Zilk. Een romantisch geheel dat wordt omlijst door
de orgelmuziek van Paul Jonsen en het geluid van ukelele
en gitaar, die de beide oudsten van het viertal met verve
bespelen. Enkele eigen kerstliedjes, aangevuld met het be
kende kerstrepertoire, zijn daardoor duidelijk verstaanbaar,
zoals dat de avond tevoren ook het geval was in de St.-Aga-
thakerk te Lisse, waar de 12-jarige Winny Oorthuyzen met
haar zusjes Elly (14), Mary (16) en Lia (18) met volle
overgave het grote gebouw met hun klanken vulden. Vlot
en spontaan volgen de liedjes elkaar op zonder dat de geest
drift vermindert en zonder ook dat de toeschouwer er door
vermoeid raakt. Het lijkt ons dan ook niet overdreven te stel
len dat hun zang een oase van rust en ontspanning betekent
in de wereld van de lichte muze. Want ook wanneer zij zich
zo nu en dan eens op de beattoer begeven blijven de teksten
goed te volgen. Zij hebben dan ook één groot voordeel op
diverse beatbandjes: hun stemmengeluid is van goed gehalte
en behoeft niet door begeleidende instrumenten naar de ach
tergrond verdrongen te worden.
Zusjes Oorthuyzen
„De zusjes Oorthuyzen", onder
welke naam zij aanvankelijk een
weg zochten ln de muziekwereld, zijn
vaak present op dergeiyke gelegen
heden. Zoals vorige week ln IJmuiden
waar de voetballers van Telstar de
Zilkse meisjes met toejuichingen over
laadden. Het was misschien al de
vijftigste keer dat zij in deze Noord-
Hollandse plaat3 optraden, maar het
succes leek dat van de vorige malen
weer te overtreffen. Het begin van
al deze triomfen ligt ln 1962 toen
Henk Schrama, verbonden aan de
muziekschool v. Munsteren, besloot
de vier zusjes tezamen te laten op
treden. ZIJ hadden zich onderscheiden
van de andere leerlingen, die toch
ook wel degelijk iets in hun mars
hadden. Vader Oorthuysen, zelf een
eerzaam arbeider, vond het allemaal
wat overdreven dat er zoveel heisa
werd gemaakt om zijn dochters, in
wie de onderwijzeres toch immers
ook maar middelmatige zangeresjes
zag. De heer Schrama wist van geen
wijken en tegen beter weten in leid
de htj zijn pupillen op. In '64 schreef
hij in voor het Kaagconcours en in
juli volgde de grote finale in War
mond, waarin zij het tot de derde
plaats wisten te brengen. Het eerste
Henk Schrama ging op het Ingesla
gen pad voort en zocht contact met
platenmaatschappij Bovema ln Heem
stede. Inmiddels had W. v d. Burg,
voorzitter van de Noordwjjkerhoutse
carnavalsvereniging het manager-
schap op zich genomen. Eind '64 was
het dan zover. De eerste plaat van
de zusjes Oorthuyzen kon over de
toonbank worden gereikt Beatle
pak", met aan de flipslde het ver
haal van de twee kleine Mexicanen,
die geïnspireerd door de Beatles hun
bananen op yeah-yeah-muziek verko-
Te jong voor t.v.
Er moest nog heel wat „gesleuteld"
worden, maar manager v. d. Burg en
tekstschrijver Schrama waren gedul
dig, evenals de meisjes zelf die avond
aan avond de ukelele en gitaar te
voorschijn haalden om het repertoire
uit te breiden en de stemmen verder
te scholen. Dat al deze tijd niet ver
spild is bewijst het plakboek dat is
aangelegd en waarin o.m. kranten
verslagen en vaantjes getuigen van
hun stijgende populariteit. Daarin
zijn ook foto's, voorzien van hand
tekening uiteraard, van favoriete
collega's, die de top reeds bereikt
hebben en waarmee de Bentley Sis-
lers al eens opgetreden zijn. Zo
als Willy Alberti, „de kleine Itali
aanse Mokummer", die met enkele
zinnetjes de kleine Winny dolgelukkig
maakte: „Ga zo door, misschien kun
jij dan later iets voor mij doen". De
Amsterdammer heeft grote bewon
dering voor de meisjes, die drie jaar
geleden in de Kersttijd in het Hille-
gomse Treslong als redsters in de
nood optraden. Toen namelijk Wille-
ke Alberti tijdens een van haar num
mers plotseling ontdekte dat de mi
crofoon alle medewerking weigerde
zag zij geen mogelijkheid om met
haar lichte stemmetje haar lied ver
der te zingen. Wel de Bentley Sisters
die zonder versterking het slot van
de avond vulden.
Het valt dan ook niet te verwonde
ren dat brieven met invitaties aan de
lopende band by manager v. d. Burg
bezorgd worden. Een verzoek van
Willem O. Duys, die het viertal graag
in zyn vuistprogramma wilde hebben,
van Gert Timmerman en andere
prominenten. Nooit echter kon aan
deze fantastische verzoeken worden
voldaan. De meisjes waren te jong en
evenmin als Heintje verschenen de
Bentley Sisters op de beeldbuis. Byna
zouden zty toch voor dit medium zyn
opgetreden, ware het niet dat twee
uur voordat de NCRV vanuit Tres
long een programma rond hen de
ether zou Insturen, de Arbeidsinspec
tie roet ln het eten gooide. De Zilkse
misjes, lang tevoren al vervuld van
het grote gebeuren, werden naar huls
gestuurd.
Domper op
de kerstvreugde
De tegenslagen, die de Bentley Sis
ters ontmoeten zijn nog lang niet van
de baan. Enkele weken geleden ver
scheen de derde single, spciaal aan
gepast aan de naderende kerstdagen
en de jaarwisseling. „Kerstboom" en
„Brandende kaarsjes", twee fijne
nummers, die het jaar grandioos zou
den besluiten. Niet op de eerste plaats
ut financieel oogpunt gezien. Talloze
malen zijn ze „pro deo" opgetreden
en kregen ze na afloop van de heer
v. d. Burg een grote ijscoupe. Maar
ze zouden het wel leuk vinden wan
neer zij ook eens op de hitparade
zouden komen. Het zat er wel in. De
stemmen waren „voller" geworden
ten opzichte van vroeger. Des te gro
ter kwam dan ook de klap aan. De
platenzaken toonden geen belangstel
ling en ook de disc-jockeys voelden
ar niets voor om.een plaat, uitgege
ven door een kleine maatschappij (de
Bentley Sisters waren van Bovema
overgestapt naar Tania) op de draai
schijf te leggen. De eigen platen ge
noten de voorkeur en de kerstplaat
van de zusjes Oorthuyzen moest wij-
Een domper op het enthousiasme
van de meisjes, die ook met hun twee
de plaatje, geïnspireerd door het „top
of flop"-programma van Herman Stok
„Johnny, Johnny" en „Juffrouw Ma
rion" al evenmin tot de verwachte
verkoop cijfeis kwamen. Een t.v .-op
treden zou de weg naar succes voor
de Zllksen in één keer kunnen effe
nen. Er zit niets anders op dan dat
zij drie jaar geduldig wachten. Dan
is Winy 15 en mogen zij voor het
Nederlandse publiek hun kunnen to
nen. Tot dusver moeten zij zich te
vreden stellen met enkele radio-uit
zendingen. Ondanks dat geloven wij
dat de Bentley Sisters de weg naar
succes wel zullen weten te vinden.
Ook al komen zij dan ook uit zo'n
klein dorpje.
Volwassener
,JIt geloof dat het feit dat zy
uit een klein plaatsje komen juist een
voordeel is. Nu worden zy in ieder
geval niet over het paard getild",
zegt de Haarlemse producer G. Grit
van „Tania", die in maart van 1968
het volgende plaatje wil uitbrengen
van de Bentley Sisters. „De tekst er
van is al klaar. Dit maal komt er
geen orgel aan te pas, maar een
heel orkestje. Het wordt meer vol
wassen. Ze moeten nu van dat kinder
lijke vlak af", aldus de Haarlem
mer die heel wat ln het werk heeft
gesteld om het viertal voor de t.v. te
brengen, maar niemand voelde er iets
voor en zeker niet Willem O. Duys,
die zich met de familie Salvatori
(Adamo) al genoeg moeilijkheden op
de hals gehaald heeft. De heer Grit
zegt desalniettemin: „De Bentley Sis
ters gaan iets groots doen in de Ne
derlandse platenbU8iness".
Lizzy Pauls stuurde ons:
Voor het eerst
een Kerstman
Loops tad is een stadje in Amerika.
Het is het kleinste en vervelendste
stadje, wat je je maar kan indenken.
Je mag er niet eens met je fiets,
brommer, motor, auto of een ander
voertuig inkomen. Dat is al jaren zo,
de mensen zijn niet anders gewend,
dan dat ze moeten lopen. De bakker
sjouwt z'n mandje brood mee door
de stad, de slager z'n mand vlees en
de meubelfabrikant z'n meubelen.
De melkman is wijzer, hij laat de
mensen naar z'n winkel komen, want
er braken veel te veel flessen. In dat
stadje woont Marleentje Diepvriesvis.
Ze heeft een zusje Ria en een heel
klein broertje.
Door Marleen en Ria is het geko
men, dat voortaan elk jaar de Kerst
man zal komen, want twee jaar ge
leden kwamen ze uit school en liepen
door de sneeuw naar huis.
„Over een paar weekjes is het
Kerstmis," zei Marleen.
„Ja leuk. Ik hoop dat wij de kerst
spullen mogen kopen voor de boom"
en Ria sprong verheugd in een be
vroren plas.
„Dat hoop ik ook," vond Marleen.
„Kijk daar eens! Wat zou d&t zijn?"
„Ja," zei Ria, „wat zou dat zijn?
Het ly'kt wel erg op eenhihi
dat is een
„Ja, dat is het!" zei Marleen en
ze knikte ernstig.
„Zou het carnaval zijn?" vroeg
Ria. „Of zou het een gek mannetje
zijn? Wat is dat nou, om je als ka
bouter te verkleden!"
„Ik geloof dat hy staat te wachten.
Kom dan gaan we naar hem toe".
Ze liepen naar de man toe. De man
keek recht voor zich uit, pas toen Ria
zei: „Dag meneer", keek hy naar de
meisjes.
„Dag meisjes. Hoe heet dit dorp?"
vroeg hij.
„Loopstad, meneer", zei Marleen.
„Zeg, ik ben geen meneeer. Ik ben
de Kerstman. Daar heb ik nog nooit
van gehoord".
„Van een Kerstman niet?" vroeg
Marleen. „Wij ook niet, hè, Ria?"
„Och nee, domme kinderen, van
Loopstad niet".
„Wat is dan een Kerstman?" wou
Ria weten.
„Ik ben de Kerstman. Ik geef ca
deautjes aan alle kinderen in Amerika
als ze lief zijn geweest. Ik kom uit
Scandinavië en dit zijn myn vrienden
en reisgenoten".
Hij wees op zijn rendieren, die voor
de slee gespannen waren.
„Heeft u dan zoveel geld om ieder
een 'n cadeautje te geven?" vroeg Ria.
„Dat moet je niet vragen, maar
ieder kind krijgt een cadeau in zyn
„Wy ook?" vroeg Marleen en keek
al heel blij.
„Ja natuurlijk. Maar waarom staat
er op dit bord, dat voertuigen er niet
in mogen?"
„Nee", zei Marleen, „dat mag ook
niet. U zou het aan de burgemeester
kunnen vragen!"
En met z'n drieën liepen ze naar het
huis van de burgemeester. Even later
kwamen ze terug en liepen naar de
'rendieren en de slee.
„Zeg", vroeg de Kerstman, „zyn we
niet verkeerd gelopen?"
„Nee, waarom?".
„Omdat. de rendieren zijn er niet
„O nee", schrok Ria, „kyk de sporen
zijn er nog".
„Ja, laten we nadenken", vond de
Kerstman. „Hebben jullie geen auto
thuis of een paard, waarmee we de
sporen kunnen volgen?"
Ze knikten allebei: „nee".
„Hoe kunnen we er dan achteraan?"
„Nou, gewoon, lopend", zei Marleen
en ze begon alvast te lopen.
„Hé, wacht even. Hoe weten Jullie
ouders nu, waar Jullie zyn?"
„O, lk weet al iets". Vlug scheurde
Marleen een blaadje uit haar schrift en
Lieve mama en papa,
wy zitten erg in nood. Voor ons is
het niet erg, maar wel voor de
Kerstman. We gaan hem helpen en
hopen weer vlug thuis te zyn.
Marleen en Ria.
Marleen rende vlug het dorp in en
vroeg aan haar klasgenootje of ze dit
briefje bij haar moeder wilde bezorgen.
Het meisje liep vlug naar mevrouw
Diepvriesvis, want misschien kreeg ze
wel een snoepje.
Intussen waren de Kerstman, Mar
leen en Ria al aan de opsporing bezig.
De Kerstman liep in het midden.
„Ik hoop niet dat het gaat sneeuwen
of stormen, want dan zijn de sporen
foetsie", hoopte Marleen.
„Ja", zei Ria en ze liepen zwygend
door. Het zou niets geen toeval zyn,
als het ging sneeuwen, het sneeuwt
toch al zo vaak. Ze kwamen langs een
stad, die Nou-bos heette. Daar kocht
de Kerstman wat eten. Achter Nou-
bos kwam een groot donker bos, waar
de sporen door heen gingen. Voorzich
tig liepen Marleen en Ria naast de
Kerstman.
„Sssssttt!" riep ineens de Kerstman
en de meisjes schrokken zich een hoed
je.
„We zyn nu gauw in Boomdorp,
daar kunnen we wachten tot de storm
voorbij is",'zei de Kerstman.
Ze kwamen in Boomdorp en zagen
een kerk. Runner moest in het portiek
biyven en zij gingen de kerk binnen.
Ze vroegen aan God of Hy de sneeuw
op wilde laten houden en of ze de die
ren gauw terug zouden vinden. Wat
bleef de Kerstman lang bidden. De
vielen in slaap.
„Hé", riep de koster, toen hy de
kaarsen by de kerststal aanstak. „H4,
pastoor, komt u eens kyken, daar zit
warempel de Kerstman".
„Warempel", zei de pastoor, liep
terug naar de pastorie en belde de do-
miné. Nog geen vyf minuten later was
de dominé aanwezig. Hy had zyn vrouw
ook meegenomen en de huishoudster
van de pastoor was er ook.
De Kerstman werd het eerste wak
ker en hy vertelde zyn belevenissen.
Ja, dat was een moeiiyk geval. De pas
toor belde het politiebureau. Vlug wer
den er troepen uitgestuurd om te zoe
ken. Intussen mochten de Kerstman en
de meisjes op de pastorie logeren.
Daar werd gebeld. De pastoor luls-
„Waar is de Kerstman?" vroeg hy.
„Op z'n kamer", zei Marleen.
Even later kwam de Kerstman ver
heugd naar beneden.
„Jongens, de politie heeft de rendie
ren en de sle§ gevonden".
De grootste detective van de wereld hy die gevonden heeft weet hij wie de
heeft een vergrootglas nodig, om de 2 inbreker is! Help hem een beetje,
gelijke vingerafdrukken te vinden. Als -apjiazjq uftz n na 9 uu :3ujssoido
Kerstman. Ze hoorden het ook: gerit
sel in de struiken. De Kerstman ging
kyken en toen hij hen wenkte, kwamen
ze h^m achterna.
„Kyk eens, dat is Runner, m'n ren
dier dat niet zo hard kan lopen", zei
hy.
Runner trok zich nergens wat van
aan en hapte nog eens aan de struik.
De Kerstman vroeg of de meisjes
moe waren, dan konden, ze op Runners
rug uitrusten. Dus klommen Marleen
en Riq op Runner en de Kerstman ver
volgde de sporen. De meisjes vielen in
slaap en toen ze de andere morgen
wakker werden, mocht de Kerstman
op Runner, want ook hy was moe.
Twee dagen lang gebeurde er niets
en volgde het drietal de sporen. Maar
de andere dag was het hopeloos. Het
was al vroeg gaan sneeuwen en zó
erg, dat ze geen hand voor de ogbn
konden zien. Ze liepen nog wat door
en begonnen nu gauw de moed te ver
liezen.
Daar waren de rendieren, maar daar
waren ook de dieven die de dieren ge
stolen hadden.
De Kerstman was zó blij, dat hij
vroeg de dieven niet te straffen. Het
was immers gauw Kerstmis en dan
moest je goed zijn voor iedereen.
De meisjes zyn weer thuis. Het is
kerstmorgen. Marleen zag 'n cadeau in
haar kous zitten.
„Ria, Ria. opstaan!". Ook Ria had
een cadeau en „Kyk, een brief!"
„Met heel veel dank voor het helpen
zoeken. Ik mag voortaan van de bur
gemeester elk jaar met de slee in
Loopstad komen. Hierbij sluit ik een
foto in van de rendieren en van my.
Met de groeten van de Kerstman".
We wensen jullie allemaal Zalig
Kerstmis en prettige vakantie.
Tante Jo en Neef Ton.
A. We zouden graag een cadeautje
voor vader hebben. iets wat hy leuk
vindt.
n het moet goedkoop zyn
1 wij moeten het ook leuk vin-
In de enveloppe bleken drie brie
ven te zitten van de ouders van de
jongens. Wat er in stond laat zich
raden. Zij maakten zich erg be
zorgd en vonden dat de jongens
wanneer de boot niet binnen een
week was teruggevonden naar huis
moesten komen. De jongens von
den het maar vreemd, dat de brie
ven niet bij de ouders van George
konden worden afgegeven. De
dienstdoende politieagent zei, dat
dit de gewoonte was, net zoiets
als post-restante, en daar moesten
ze het maar mee doen. Intussen had
iedereen een geweldige honger ge
kregen en dus gingen ze naar huis.
Ze aten iets echt Frans: slakken.
Het klinkt een Hollander misschien
wel vreemd in de oren slakken te
krijgen voorgeschoteld, maar het
is werkelijk een delicatesse. Dat
vonden de jongens, nadat ze met
enige weerzin aan tafel waren ge
gaan, na afloop ook. Het was ont
zettend lekker, maar als je ze in
je mond stak, moest jé eerst je
ogen dicht doen, zeiden ze. 's Avonds
gingen ze naar de opera, waar de
„Barbier de Seville", een beroem
de opera, werd opgevoerd.
Er verliepen zo vier dagen, zon
der dat er bericht kwam van de
politie, dat er wat gevonden was.
De jongens banjerden wat door de
stad, bezochten musea, keken naar
standbeelden en andere monumen
ten en maakten een tochtje naar
buiten. Zo brak de dag aan, dat ze
naar huis moesten en ze wilden
juist afscheid gaan nemen van me
neer en mevrouw Dupond, George
en alle andere kennissen, die ze in
de loop van die week gemaakt
hadden, toen er een telefoontje van
het politiebureau kwam, of de jon
gens onmiddellijk naar het hoofd
bureau wilden komen. Toen de jon
gens het bericht hoorden, sloeg hun
hart een keer over, want zo'n be
richt kon bijna niets anders bete
kenen, dan dat de boot terugge
vonden was. In uitgelaten stemming
toog het hele gezelschap, ze waren
met zestien mensen, in vier auto's
naar het politiebureau. Wat een
teleurstelling! Het bleek, dat de
boot nog niet gevonden was. Ons
bewezen kon worden, zeiden de
gendarmes niets over de verdwenen
boot en deden net of het een nor
male inspectie was. De jongens
moesten nu mee om te kijken, of
de boot inderdaad die van hen was.
De rest van het gezelschap kon ech
ter niet mee.
Zo stapten Jean-Luc, Paul en
Karei vijf minuten later in een
patrouillewagen en reden samen
met de commissaris en twee in
specteurs, na door de rest van het
gezelschap veel succes te zijn toe-
door neef Ton (12)
gewenst, w^g. Even buiten Parijs,
in één van de voorsteden, reden ze I
een haventje, waar een politieboot
drietal was weer helemaal down,
en van het optimisme van zoëven I
was niets meer te merken. Geluk
kig echter was de commissaris nog I
niet uitgepraat, want dat wat hij I
nu ging zeggen gaf weer een beetje
hoop. In een botenhuis aan de Seine I
bij Èvry ongeveer dertig km stroom- g
opwaarts was tegen drie uur 's mor
gens licht gezien en omdat het I
helemaal niet de gewoonte is in
Frankrijk om 's nachts om 3 uur
in een botenloods aan het werk te I
zijn, ging de bemanning een kijkje
nemen. Zes man waren er hard
aan het werk. Ze hadden een boot, I
die helemaal voldeed aan de be-
schrijving, die de jongens hadden
gegeven, uit elkaar gehaald en wa- I
ren bijna klaar met hem weer in
elkaar te zetten. Omdat er niets
op hen lag te wachten. Vlug stapten I
ze over op de boot en vertrokken
onmiddellijk. De kapitein van het
bootje vertelde, dat het ongeveer I
een half uur varen was en dus I
moesten de jongens de kwelling
van het wachten lijdelijk ondergaan. I
Maar eindelijk kwam de loods dan I
in zicht. Do deuren waren open-
geklapt en toen ze naar binnen ke-
ken was er niets, maar dan ook I
totaal niets te
(Word vervolgd)
gdbj