i INSTUIF „DE ROSCAM" töe kRAntentuin t ook VOOR JOU UIT DE SCHOOL GEKLAPT voor teeners en twens met eisten stijl CORRESPONDENTIE Cursisten wilden feestje bouwen Leidse Top-10 ZATERDAG 30 SEPTEMBER 199 „De Rosc&m", instuif voor jongeren rond de twintig uit Leiden, is de levende ontkenning van een vaak gehoorde bewering, dat de jeugd ner gens meer warm gemaakt voor kan worden tenzij het een avondje „beat" is in een cola-kelder. Een eigen geluid dus en er was moed voor nodig een weg te gaan, die niet door mode-verschijnse len wordt bepaald. De Roscam de naam is afkomstig van een zekere Guido Roscam, die in het duistere verleden de roem op zich laadde als Vlaming Hollanders het feesten te leren recruteert de leden voornamelijk uit scholieren en studenten. Domicilie: eens in de drie weken Het Honk aan de Rooseveltstraat en om de veer tien dagen Parochiehuis St.-Leonardus aan de Haagweg. Activiteiten: filmavonden, dansen, biljarten, tafeltennis en zo af en toe een probleem bij de kop pakken en daarover 'n boom opzetten. Wij schrijven: Amerika Westcoast, begin 1967 om aan te duiden waar en wanneer de love-in werkelijk begon. Hoe het ontstaan is, weet niemand, maar een feit is, dat het er op een ge geven ogenblik was en dat is het voor naamste. Er werden daar grote fes tijnen gehouden waar iedereen fraai uitgedost verscheen en elkander ka- dootjes gaf en zichzelf met bloe men of Indiase gebedskettingen op smukte. Er speelden Westcoast groe pen als Byrds, Jefferson Airplane, maar ook Electric Prunes, Mothers of Invention en andere freak-out groe pen. Deze hele stroming, die zich ook sterk in de pop-music uitte, zwaaide er elke zondagmiddag een Vondelpark love-in gehouden wordt (waar uw re dactie beslist eens een kijkje gaat ne men), dat de oudere generatie (zo heet dat) niet veel voor de liefde voelt. Pano rama b.v. vindt hier gretig stof in om opzienbarende artikelen als „de ontucht van deze eeuw" te schreven. Zelfs Leiden heeft z'n love-Ins (2) ge had! In Hitweek aangekondigd als „lo ve-in met bloemen, kop van jut, suiker spin, popgroepen, comedy capers, licht effecten", enz. BtJ het binnenkomen kreeg Je een bloem in Je handen gedrukt en werd er van je verwacht om op commando „lief te zijn", hetgeen sommige lieden niet Door Hans Luyendijk uit de „Roskam" de schoolkrant van het Rijnlands Lyce um te Oegstgeest. over naar Engeland. Daar maakte de love-in evenveel furore als in Ame rika, alleen lijkt ons het succes in Engeland groter, omdat het dichter bij ons was. Gezegd moet worden, dat zowel in Amerika als in Engeland de love-in of be-in grote successen boekte. En wat in Engeland succes heeft, moet persé ook bU ons komen, en in een mum van tijd is iedereen, vooral door toedoen van Hit week in de greep van de love-in. Het is echter heel jammer dat, ondanks gro te love-lns als „Hai in de Ral", die een groot succes was en ondanks het feit, dat .BLACK-OUT? meeviel. Er waren inderdaad wat ge kleurde lampjes, vrolijk gekleurd, die af en toe wat aarzelend aan en uit gin gen, maar naar de rest kon Je fluiten. Het enige wat niet tegenviel waren de Clungels, die, naast de weinig fascine rende en nog minder schokkende (zoals ze zichzelf immer aankondigen) Keysto nes, een uitstekende show maakten en goede muziek produceerden. Op het tentdoek erachter werden wat dia's met bewegende vloeistof geprojecteerd. Alle maal erg leuk, hoor, maar love-ln. Hans. Ook toen de soos begin januari van het Petruszaaltje verhuisde naar Het Honk, dat om verschillende redenen, on der andere de mogelijkheid tot versieren, veel geschikter bleek. Het werd een ge zellig ontmoetingscentrum, waar vrien den elkaar ontmoetten en nieuwe vriend schappen werden gesloten, een echte In stuif. Landelijk Roscammers ln een uitbundige carnavalsstemming De sociëteit gaat nu het derde seizoen In en telt op het ogenblik ruim honderd leden. Dat Is anders geweest. Het be gon met een groepje van vier: Mini Beekman, Els van der Meer, Frans van I Iden en Wllbert Hettlnga. ZU maak ten deel uit van de achttienjarigencur- sus, die destijds ln het Petruszaaltje ge houden werd. Tijdens de gespreksavonden bleken de tongen maar heel moeilijk los te komen en omdat iedereen er van overtuigd was. dat daar verandering In zou komen, als de deelnemers elkaar op een onderling feest wat beter hadden leren kennen, wilden enkelen een feestje bouwen. Maar, hoe merkwaardig het ook klin ken mag, het bestuur van de cursus wees het plan van de hand. Vaag hadden de bestuursleden wel een plan over een soort instuif in gedachten, maar men meende, dat de tijd er nog niet rflp voor Viertal De teleurstelling bleek echter niet zo groot, dat men b(j de pakken ging neer zitten. Het genoemde viertal richtte op advies van kapelaan C. J. HelJnen een sociëteit op, waarvan de activiteiten ln het begin beperkt bleven tot sjoelen, le zen en praten in het Petruszaaltje. Hoe wel de meeste bezoekers van het eerste uur 126 november 1965) tegelijkertijd aan de 18-J.-cursus deelnamen, stond de „soos" van de oprichting af open voor iedereen die belangstelling toonde. Wie platen had bracht die mee en al gauw werd er zo nu en dan een dansje gemaakt. De initiatiefnemers meenden terecht dat door deze vorm van ontspan ning wat meer uitgaansmogelijkheden ln de stad zouden ontstaan. Want veel ver tier is er bepaald niet in de Sleutelstad. De tijd was rijp om aansluiting aan te vragen bU d grote landelijke Instuif, die maandelijks een eigen blad uitgeeft. Tijdsein, waarin De Roskam alle aan kondigingen voor de ontmoetingsavon den zou kunnen publiceren. De aanslui ting, die in Juli 1966 plaats vond, leverde bovendien het voordeel op, dat de Leid- se Instuif niets meer te maken had met de vervelende Buma-rechten, die de in komsten voor een groot deel naar de belasting deden vloeien. Nu is deze zaak centraal geregeld. Overigens neemt De Roskam ln de nationale instuif een aparte plaats in. De verschillen ten opzichte van de zus- terafdelingen zjjn o.m.: de leden zijn meest scholieren i.p.v. werkende Jonge ren; er worden platen gedraald, hetgeen doorgaans uit den boze Is, men wO een band in levenden Hjve; het ledental is overzichtelijk en zal nooit zo groot wor den, dat er een enorme zaal nodig is. Nieuwe leden van de Roscam krijgen na betaling van 4,- een lnstulfkaart, ze een pasfoto moeten lnleve- Dlsc-Jockey Sam Hartwjjk: altijd de nieuwste platen. Het honk Een sociëteit is geen bouwwerk, waar van je op zeker ogenblik kunt zeggen: nu valt er niet meer aan te verbeteren, het gebouw is klaar. De leden zelf vor men haar naar de steeds wisselende be hoeften. Sam Hartwljk had thuis ©en den. Die bracht hjj mee naar de soos en geluidsinstallatie om Jaloers op te wor- hü had er zo'n succes mee. dat het plaat jes draalen en dansen alle andere activi teiten verdrong. En dat Is lang zo ge bleven. ren. Op vertoon van de kaart heeft men toegang tot alle bij de Centrale Katho lieke Instuif aangesloten instuiven. Voor de dansavonden in het Honk wordt een bijdrage gevraagd van 1,25. Niet veel, als men bedenkt dat de drank jes er tegen concurrerende prijzen wor den aangeboden. Een vermeldenswaar dige bijkomstigheid, die de Roscam te vens enigszins karakteriseert: we hebben in het Honk nog nooit een langharige aangetroffen. Cultuur De Roscam 1967 wint steeds meer aan populariteit. De traditionele Honkavon- den eens in de drie weken, geleid door disk-jockey zonder weerga Sam Hart wljk, die steeds de nieuwste hits ln voorraad heeft, zijn druk bezocht. Om de week is het bovendien op vrijdag avond „soos" in parochiehuis St.-Leo- nardus aan de Haagweg. Er staat een uitstekend biljart en ook de tafeltennis- liefhebbers kunnen hier aan hun trek ken komen. Aan de Haagweg beschikt de Instuif over verschillende zalen, die in de praktijk allemaal een eigen func tie kunnen krijgen. De bedoeling Is, dat er te zijner tijd ook wat aan cultuur wordt gedaan. Bekwame mensen heb ben hun medewerking al toegezegd. Nog even het adres voor belangstellen den: Wllbert Hettlnga (voorzitter), De Sltterlaan 43, Lelden (tel. 20008); ook de nieuwe secretaresse neemt nieuwe leden aan: Kea van der Poel, Van Bem- melenstraat 5, Lelden (tel. 21440). En dan nog Iets om niet te vergeten: Roe- camleden genieten een speciale korting ep de MdmaatschepsprQs van K. M O. en baar orgaan. Ja, ja 't begint weer verhaaltjes te regenen. Zo net kwam Antoon Blokhuizen me een envelop verhaal tjes brengen van de derde klas. Wat hebben ze weer hun best gedaan. Bovenop vond ik een gedicht „Samen gemaakt," schreef de juffrouw. Ik wed dat dit gedichtje vooraan in 't klasse-plakboek komt, net als de andere verhaaltjes. Leontien Zwetsloot wil 'n vervolg verhaal maken en ze stuurde alvast het eerste deel. Dat komt ook van daag in de krant, maar nu eerst het gedicht: Pas In de derde klas 'n Maandje nu in de derde klas En hoe 't daar wel was? Nu dat gaan we u vertellen Met een vaart, 'n hele snelle. We leerden er al heel wat Over dit en over dat Het lezen is heel leuk Het aapje had erge jeuk We rekenen al over de honderd Jullie denken zeker, dat 't dondert Hele moeilijke sommen al Soms wel 4 cijfers in één getal Bij taal doen we ook dictee Dat valt soms niet mee We krijgen het haast elke dag Denkt u soms dat dat niet mag? Aardrijkskunde over een bol Jongens \yat hadden we een lol Geschiedenis, dat is ook wat Want dat hadden we nog niet gehad Natuurkunde, al 't Hollandse fruit Het is een hele volle schuit Zo tante Jo, u ziet wel 't Is al een heel vol vel Volgende keer vertellen we meer Dan iets over het verkeer U ziet we zijn al heel knap Maar met't mondje soms wat rap. DE DERDE KLAS. deed hij samen met de knechten. Eerst kreeg Reintje de vos, zijn eten en dan Appie, de aap met zijn kleintje, Slingertje. Daarna kreeg Bruno, de leeuw en Langnek, de giraf. Zo gingen ze alle dieren af. Toen ze allemaal him portie gehad hadden, kreeg als laatste Olli, de oli fant zijn eten. Weet je waarom hij het laatste kreeg? Zijn hok stond helemaal achter in de tuin. Je moest wel een half uur lopen, voor je er was. Ja, zo groot was die dierentuin. Eindelijk toen de directeur en zyn knechten bij het hok van Ollie kwa men, zagen ze, dat Ollie nog niet buiten was. Dat was raar! Elke och tend was hij al lang buiten. De directeur begon te roepen: „Ollie, Ollie, Ollie, kom naar buiten!" Ook de knechten riepen dapper mee. „Wacht," zei Kees, „misschien slaapt hij nog, want het was gister avond zo laat eer de laatste mensen weggingen." Toen begonnen ze nog harder te roepen: „Ollie, Ollie!, heb je nog geen honger, hier is je eten." „Nou snap ik er geen sikkepit meer van. Komt hij nou nog niet?" mop perde de directeur. „Klaas en Piet gaan jullie eens in 't hok kijken." Opeens riep Piet vanuit het hok: „Hij is er niet." „Is hij er niet?" zei de directeur en hij ging zelf ook kijken. Maar hij was er niet De volgende dag stond er in de krant: „In de dierentuin is Ollie, de olifant weggelopen. Wie hem te rugbrengt krijgt een hoge beloning." Een week daarna kwam er een man met een olifant achter zich aan, de dierentuin ingelopen. „Ik kom de olifant terugbrengen," zei de man, „ik liep in de stad en opeens zag ik een olifant lopen. Hij liep rustig winkels te kijken." De directeur was dolblij en de man niet minder, want hij had immers de beloning gekregen. Het was een heleboel geld en daar kocht hij een N.V PHONOGRAM (ADVERTENTIE) Dat was lekker. We bleven daar nog even spelen, maar toch gingen we weer naar het strand terug. Daar lag warempel de rondvaartboot klaar. Ik vroeg aan mjjn vader of ik mee mocht varen en dat mocht. We gin gen heel ver de zee op. Wat een golven! TANTE JO en OOM TOON Trekvogels Ja, terwfll ik zat te schrijven, hoorde ik een gekwaak en geklepper, dat lk niet iedere dag te horen krijg. Ik haastte me naar buiten en daar zag ik nog net een grote vlucht wilde ganzen in een V-vorm, de spits naar het zuiden gericht. Het leek wel een gezellig babbelende troep, zo krachtig de vleu gels boven de rug tegen elkaar slaande, dat 't wel leek of dat geklepper hun geanater moest begeleiden. Dat ge snater en gebabbel, zoals je 't maar noemen wil, had Iets vrolijks, iets dat voortkwam uit een gevoel van blijheid. Het deed me weer denken aan de grote zwermen kraanvogels - kroenekranen in 't Limburgs - die tegen het najaar ook naar het zuiden trokken, ook in een V-vorm. Maar zij maakten een eentonig en triestig geluid, dat de in druk maakte alsof het voortkwam uit een gevoel van heimwee, vurig ver langen. En eigenaardig, als je zo'n vlucht hoorde en zag, ontkwam je zelf ook niet aan dat gevoel. Eén onzer dichters uit de vorige eeuw heeft dat gevoel zo mooi beschreven in een ge dicht dat heet: „Op het gezicht van trekkende kraanvogels". Wat nog nooit door mensen in mijn geboortestreek is waargenomen, is een paar jaar geleden gebeurd, n.l. dat een stelletje wilde Leontien Zwetsloot vertelt ons het eerste stukje van haar vervolgver haal: Een avontuur met de zon Het was een prachtige avond en volle maan. „Laten we wat gaan vliegen," zei de elfenkonigin. Daar hadden ze allemaal wel zin in. Ze gingen dus vliegen, de koningin voorop. Ze vlogen steeds hoger en hoger tot ze op 't laatst bij de wol ken waren. En voor ze het wisten waren ze vlak bij de zon. De zon groette de elfjes vriende lijk toe. De elfjes schrokken eerst wel van die stem vlak naast zich, maar al gauw begonnen ze er aan te wennen en praatten over allerlei dingen met de zon. Jullie zullen nu wel denken: hoe kunnen ze nu bij de zon komen als het avond is? Nou heel gewoon. Ter wijl de elfjes vlogen was het onder tussen dag geworden. Ze spraken nog verder met de zon, maar op eens begon de zon heel treurig te doen. „Wat is er?" vroeg de koningin bang. „O! O!** riepen de elfjes. „Och," zei de zon, „hier iets verder vandaan woont de maan en die is zo jaloers op mij. Dat komt omdat de mensen beneden op de aarde, mij fijner vinden dan de maan en dat maakt de maan jaloers. Ook heb ik zulke mooie kleuren." De koningin en de elfjes luisterden naar de treurige woorden van de zon. „Weet je wat?" riep een elfje, „we gaan de maan een standje geven, dat hij niet meer jaloers mag zijn." „Goed," zei de zon en weg vlogen de koningin en de elfjes naar de maan. (Wordt vervolgd). Ada van Schie, Warmond. Ik heb je verhaaltje met plezier gelezen en vandaag krijgt het een plaatsje in onze krant, Wat fijn, dat er in je klas nog meer van die „verhalen schrijfsters" zitten. Ze moeten hun opstelletjes maar opsturen dan ko men ze ook in de krant en kunnen de andere kinderen er ook van ge nieten. Hebben jullie een klasse plakboek? Dan zouden ze daar goed ingeplakt kunnen worden. En nu vertelt Ada over: De stoute Ollie- olifant Ergens in een ver land stond een dierentuin. De directeur was erg rijk, want er kwamen veel toeristen, die allemaal entree moesten betalen. Elke ochtend om zeven uur kwam de directeur uit zyn bed, kleedde zich aan en ging naar de dierentuin. Daar ging hij de dieren voeren. Dat nieuwe auto voor. Ollie werd weer in zijn hok gestopt en alles ging weer zijn gewone gang. Op zekere dag kwam één van de knechten hard aangelopen en hij riep al van verre: „Ollie heeft een kleintje!" „Wat?" riep de directeur, „heeft Ollie een jong? Nu is hij niet meer zo alleen." Allemaal gingen ze kij ken. Het werd een hele rij. De direc teur voorop. „Hoe zullen we hem noemen?" riep één van de knechten. Toen be gonnen ze te denken, te denken en nog eens te denken. „Ik weet wat!" riep de directeur. „We noemen hem Oli, dat lijkt een beetje op Ollie." Allemaal vonden ze het een leuke naam en dat was het ook. Zo was er weer een nieuwe olifant bij. Hij groeide en groeide en na een paar jaar was hy net zo groot als zijn moeder. Zodoende zijn er nu twee olifanten in de dierentuin. Ze hebben het er erg gezellig, zo met z'n tweeën. Af en toe dartelen ze in het rond. Er komen nu veel meer toeristen naar de dierentuin en de directeur wordt weer rijker. Hij zou Ollie en Oli niet meer willen missen. Wat ik In de vakantie deed Ik ben dikwijls gaan zeilen. Dat was leuk hoor! Elke keer ging je van links naar rechts en van rechts naar links. Soms viel je bijna het water in en dat was niet leuk hoor. Toch is het niet zó erg, want als je gaat zeilen, moet je ook kunnen zwemmen. En altijd is er wel iemand, die je helpt. Je gaat dan kletsnat naar huis toe en doet 'n andere broek aan. Als je dan weer droge en schone kle ren aan hebt, dan is het net of er niets gebeurd is. Robert Jordens komt met: Mijn vakantie Met mijn vader en moeder ging ik naar Bennebroek. Daar heb ik in de speeltuin gespeeld. Er was ook een trein; daar heb ik ingezeten. Op een andere dag zijn we naar het strand geweest. Ik kreeg een schep en een emmertje, ook een harkje en een zeef. Ik ging eerst scheppen en na een uurtje had ik een diepe kuil gegraven. Toen het twaalf uur was, gingen we naar de duinen. Mijn moe der had onderweg brood gekocht en toen gingen we in de duinen eten. ganzen op één door overstroming der Maas ontstane plas heeft overwinterd en er zelfs een heel Jaar gebleven zijn en er ook gebroed hebben, wat al heel ongewoon was. Op de Waddenzee en het restant van de Zuiderzee zie Je 's winters soms zeer veel wilde gansen, die daar blijkbaar alles ook vinden, wat ze in het hoge noorden van Europa hebben achtergelaten. Ook ooievaars behoren tot de grote trekvogels, die in vóór en najaar langs vaste wegen over ons land hun Jaarlijkse trek maken. i1 1. We love yon Rolling Stones. 2. Itchycoo park Small Faces. 8. Timeselier Spencer Davis Group. 4. San Franciscan Nights Eric Burdon 8e The Animals. 5. Brow-eyed girl Van Morrison. 6. San Francisco Scott Mckenzie. I 9. I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1967 | | pagina 10