SHE
ZELFS DODEN
WACHTEN IN
MOETEN
RUSLAND
RADICAAL KABINET VAN KVP EN AR VOOR VERKIEZINGEN
itórliceti?
57 DONDERDAG 18 MEI1967 DE LEIDSE COURANT PAGINA T
Eind vorige maand publiceerde Ken
neth Kaunda, de president van de
Afrikaanse staat Zambia, een rapport
over politieke vernieuwing in zijn
land, getiteld „Medemenselijkheid in
Zambia". Het motto voor deze ver
nieuwing is: „Het volk boven de ideo
logie, de mens boven de instellin
gen". Gulden woorden, die ook in
Nederland het streven naar politieke
vernieuwing zouden kunnen leiden.
Als er iets is wat wij uit de verkie
zingsuitslagen van de laatste tijd en
uit de alom heersende onrust kunnen
afleiden, dan is het dit: de mensen
willen weer als mens serieus geno
men worden. Als kiezer en voor het
loket; dat is de les van D '66 en de
Boerenpartij. Misschien berust de
neiging de grote partijen als één pot
nat te beschouwen wel op de indruk
dat zij allen de eigen ideologie en de
bestaande instellingen belangrijker
vinden dan het welzijn van de
mensen. Helaas betekent de alge
mene wens naar politieke vernieu
wing nog niet dat allen ook het ideo
logisch denken willen afschaffen. Zo
horen wij nog steeds dat er een
socialistische partij moet blijven, al
was het alleen maar om lid te kun
nen blijven van de socialistische
internationale, een instelling waar
van de voornaamste functie schijnt
te zijn, het vergemakkelijken van
telefonisch contact tussen socia
listische leiders. Anderen stellen dat
in elk geval de christelijke partij
vorming moet worden behouden, als
of die een doel was in zichzelf.
Niet kiezerskorps, maar
partijkader zit vastgeroest
in bestaand stelsel
Voor mij staat dit niet vast. Ik geloof
dat het evangelie alles met de politiek
te maken heeft en juist in deze tijd van
grote betekenis is, omdat het ons wijst
op onze verantwoordelijkheid voor het
geluk van andere mensen. Hoopgevend
is de wijze waarop thans de encycliek
„Populorum Progressio" in de Neder
landse politiek functioneert. Alleen:
helaas niet bij de KVP. Wél bij de
PSP. de PvdA en D'66, die de lijn
van de encycliek doortrokken in de
vorm van 'n motie waarin zij voorstel
den de omvang van de ontwikkelings
hulp te baseren op de bestedingsmoge
lijkheden in de ontwikkelingslanden en
niet op de bestaande ruimte in onze
begroting.
Dit punt een radicale aanpak van de
armoede in de wereld of kijken wat
we weg kunnen geven is één van de
punten waarop zich nu een scheiding
der geesten voltrekt. Voor deze schei
ding der geesten blijkt het wel- of niet-
christen-zijn niet doorslaggevend te
zijn. Dit betekent voor mij, dat wij van
christelijke partijvorming (in de zin
politieke organisatie op basis van 't
gemeenschappelijke christen-zijn) geen
dogma moeten maken. Er zijn er al die
over twee grote chnstelijke partijen
preken, een progressieve en een con-
(I strvatieve. Anderen menen dat dit het
ff «inde zou betekenen van christelijke
P partijvorming zoals wij die nu kennen.
Ik geloof dat de laatsten gelijk hebben.
M.iar, hebben wij op dit moment niet
eigenlijk al twee verschillende soorten
christelijke politiek, die van degenen
die de visie van het kabinet-Cals deel
den en die van hen die zich ver
want voelen met de visie-Zijlstra-De
Jong? Ik meen dat we het niet kun
nen ontkennen. De geesten scheiden
zich met name waar het gaat om een
visie op de politieke problemen van de
ze tijd.
LIBERALISTISCHE VISIE
Sommigen menen dat het christen
dom een belangrijke bijdrage heeft ge-
leverd aan de westerse cultuur, een bij
drage die zij thans op velerlei terrein
in gevaar achten. Zij vrezen een aan
tasting van gezag en orde en begrijpen
niet waarom er zo nodig gedemon
streerd moet worden. Over hun ideolo-
I gische denkbeelden zal ik niet uitwei
den. zij zijn de mijne niet en het is in
deze moeilijk om objectief te zijn.
Bovendien heeft de heer Van Riel ze al
j in ons blad uiteengezet. Hij meerit,
dat deze ideologie op het sociaal-eono-
j misch vlak vaak gepaard gaat met 'n
I liberalistische visie. Dat lijkt mij niet
onwaarschijnlijk, de genoemde denk
beelden vormen in elk geval geen be-
I dreiging voor het liberalisme. De band
met het liberalisme betekent, dat voor
de groep die er deze visie op na houdt
een belangrijke toekomst in de Neder
landse politiek moet zijn weggelegd.
D '66
STOK
ACHTER
DEUR
POLITICI OVER PARTIJVERNIEUWING
r de leefbaarheid van het
land ie achterop geraakt bij de parti
culiere welvaart. Zo komen er bijvoor
beeld ateeda meer auto's, maar cr zijn
te weinig aangepaste wegen. Radicale
politiek wil ook zeggen, offers brengen
om dit verstoorde evenwicht te her
stellen.
zij zich aandient. Wat v<
de mens, iedere groep m
de gehele mensheid toe"
citaat met 't motto van 1
Het liberalisme heeft te lang ingevre
ten in onze samenleving dan dat het
zijn appèl 'nog zou kunnen verliezen.
Het biedt de sterke, zo schreef Taw-
ney indertijd in zijn „The acquisitive
society" de mogelijkheid tot vrije uit
oefening van zijn macht en het geeft
de zwakke hoop eens ook sterk te mo
gen zijn. Het maakt de enkeling tot
centrum van zijn eigen wereld. De ge
schiedenis heeft wel in het licht gesteld
welk een aantrekkingskracht hiervan
uitgaat.
Het belangrijkste onderdeel van onze
politiek dat voor een radicale verande
ring in aanmerking komt is wellicht de
buitenlandse politiek. Daarin moet het
gaan om verzekering van het voortbe
staan van de mensheid en om een
menswaardig bestaan voor de gehele
wereldbevolking. Vrede kan niet geba-
pens, maar moet berusten op weder
zijds vertrouwen. Thans is een actieve
vredespolitiek vereist. Van ons land
zou onder meer verwacht mogen wor
den, dat het initiatieven ontwikkelt
om de NAVO om te vormen tot orga
nisatie voor westelijk overleg over wa
penbeheersing en ontwapening, dat het
de bondgenootschappelijke verhouding
met Amerika benut om dit land te wij
zen op zijn verantwoordelijkheid voor
het voortduren van de oorlog in Viet
nam zolang het de verschrikkelijke
bombardementen op Noord-Vietnam
niet heeft gestaakt en dat het in de
EEG en vooral nu in de Kennedyronde
aandacht vraagt voor de belangen van
de ontwikkelingslanden die bij gebrek
aan pressie ten onder dreigen te gaan.
Mij is gebleken, dat bij doorpraten
over deze punten 'n duidelijke schei
ding aan 't licht treedt tussen radica
len en traditionelen, 'n scheiding die
dwars door de bestaande politieke par
tijen heenloopt (ook door de PvdA).
MOSKOU (Rtr.) De Kus
sen, die beweren dat zij een
groot deel van hun leven in
queues doorbrengen, moeien
ook na hun dood in de ry
als zy gecremeerd willen
worden. Deze en andere mis
standen worden aangehaald
in het weekblad Economische
Gazet. In een kritiek op het
gebrek aan piëteit by de door
de staat georganiseerde uit
vaartdiensten.
Een van de medewerkers
van loet blad, A. Goedimov,
Putte uit eigen ervaring, die
hij liad opgedaan by het
overlijden van een vriend.
De naaste verwanten van de
overledenen moesten, on
danks hun verslagenheid,
och van het ene departe
ment naar het andere spoe
den en voor de uitvoering
van de nodige formaliteiten
vaak dezelfde zaak aan ver
schillende ambtenaren uit
leggen. Op de dag van de
crematie verscheen een oude,
omgebouwde autobus voor de
rouwkamer, waarna de kist
door familieleden en vrien
den moest worden ingeladen.
De rouwenden persten zich
naast de kist in het voertuig,
dat zich met een vaart van
60 km/h de maximum
snelheid in Moskou naar
het crematorium begaf.
Volgens Goedimov was de
bestuurder eerder op markt
bezoek dan voor een uit
vaartdienst gekleed en was
de „Itykauto geschikter voor
het vervoer van brandhout
dan van doden.
Bij aankomst bij het crema
torium het enige in de
hele Sovjet-Unie bemerkte
het gezelschap dat z(j zich
met de dode moesten aan
sluiten in een rfl met zes
andere kisten. De eerste
rouwstoet bevond zich in het
crematorium, de tweede ln
de vestibule, terwijl de an
dere bulten moesten wach
ten. Toen het gezelschap
van Goedimov aan de beurt
was om de zaal te betreden,
waarschuwde de directeur
van het crematorium dat
men een kwartier de t(jd had
voor toespraken, zang en af
scheid nemen. De journalist
tekende daarbij aan dat aan
deze limiet streng de hand
wordt gehouden en dat de
directeur bij overschrijding
van de toegestane tijd de
plechtigheid kan afbreken.
In Moskou worden vier van
de vijf overledenen op
staatsbegraaf plaatsen ter
aarde besteld, maar er be
staat weinig gelegenheid om
een waardig afscheid van de
overledene - te nemen. Vol
gens Goedimov houdt de
dienstverlening van de staat
op met het verschaffen van
een kist. een graf en een
ltjkwagen. Het gevolg hier
van is dat vele door een
sterfgeval getroffen families
ondanks hun onkerkelijkheid
zich tot de Kerk wenden
voor de verzorging van de
begrafenis, omdat zij zorgt
voor een opbaring, een uit
vaartplechtigheid en een re-
quienxlienst.
Officieel bestaat de mogelijk
heid om een overledene op
te baren in een arbeiders
club, waarbij de wacht wordt
betrokken door vroegere col
lega's van de dode en een
orkest ter beschikking staat
voor het spelen van treur
marsen. Volgens Goedimov
gebeurt dit muar zelden, om
dat de clubhuizen niet alle
maal zijn Ingericht voor het
houden van zulke plechtig
heden en het Moskous begra
fenisbureau maar over één
orkest beschikt
Een ander probleem is het
vinden van geschikte graf
stenen en ijzeren hekken,
waarmee de graven worden
afgezet. De produkten van
de staatsondernemingen zijn
slecht afgewerkt en de vraag
ernaar is groter dan het
aanbod, zodat de markt
openstaat voor particuliere
ondernemers, die buitenge
woon hoge prijzen vragen,
aldus de economische spec-
Een actuele kwestie waarin de geesten
uiteengaan, is de levering van duikbo
ten aan Zuid-Afrika. Hierbij gaat het
erom of het ons echt iets interesseert
of op dat andere deel van de wereld
politieke rechten en economische mo
gelijkheden aan alle mensen gelijkelijk
zullen worden toegekend, of niet. Als het
kabinet De Jong mocht besluiten de
exportvergunning voor de duikboten
te verlenen, zal dit naar mijn mening
'n politieke hergroepering in ons land
aanzienlijk bespoedigen.
LEEFBAARHEID
Wat een radicale vernieuwing voor de
binnenlandse politiek zal moeten inhou
den. werd al aangekondigd in de troon
rede voor het kabinet Cals in 1965
Sinds de tweede wereldoorlog is de par
ticuliere welvaart in ons land enorm
toegenomen. De zorg voor de leefbaar
heid van het land is daarbij achterop
geraakt. Wij krijgen steeds meer auto's
maar beschikken over te weinig aan de
omvang van het moderne verkeer aan
gepaste wegen. In de grote steden heeft
de toename van het particuliere ver
keer de binnenstad onleefbaar ge
maakt. Er zijn te weinig recreatie
voorzieningen om een creatieve vrije
tijdsbesteding mogelijk te maken. Men
sen die willen trouwen kunnen wel vol
doende duurzame consumptiegoederen
(ijskasten, wasmachines en dergelijke)
kopen, maar er staat voor hen geen
woning klaar. Met andere woorden: er
ontbreekt iets aan het sociaal even
wicht tussen de voorzieningen in parti
culiere behoeften en die in gemeen
schapsbehoeften. In de komende jaren
zal het niet zozeer moeten gaan om
vergroting van de particuliere bestedin
gen als wel om de zorg voor het ge
meenschappelijk welzijn. We raken
hier echter een teer punt. Economischc
groei geldt bij ons nog steeds als een
onschendbare norm.
Merkwaardig is, dat we wel overtuigd
zijn van de sociale kosten van een on
gebreidelde economische groei als het
gaat om ontwikkelingslanden.
In eigen land stuit echter een pleidou
voor ..temporisering" van de groei van
particuliere investeringen en particu
Here consumptie terwille van meer ge
meenschapsvoorzieningen op grotr
weerstanden. De Paus trapte bepaald
geen open deur in met zijn stelling in
..Populorura Progressio", dat de econo
mie in dienst moet staan van de mens.
Al te zeer staat bij ons de mens in
dienst van de economie.
Met instemming citeert de Paus een
prachtige opmerking van pater Lebret:
„Wij menen bet niet dat de economie
gescheiden wordt van het menszijn, de
ontwikkeling van de beschaving waar
dit artikel begon).
MISVERSTANDEN
Ook hier scheiden zich de geesten tus
sen traditionelen en radicalen. De tra
ditionelen willen op zijn minst aanpas
sing van de belastingtarieven aan de in
flatie en liefst nog verdergaande belas
tingverlaging. De leuze „offers bren
gen voor een beter leefbare toekomst"
irriteert hen. De radicalen daarentegen
vinden de belastingverlaging die wij
straks per 1 juli zullen krijgen, onver
antwoord zolang wij nog maar zo wei
nig aan ontwikkelingshulp besteden en
er een groot tekort is aan goede ge
meenschapsvoorzieningen. Voor ik de
ze scheiding der geesten ga confronte
ren met de huidige partijverhoudingen,
wil ik hier eerst trachten twee misver
standen uit de weg te ruimen.
Ten eerste: bij de scheiding tussen ra
dicalen en traditionelen gaat het niet
om de vraag of de overheid al of niet
efficiënt moet optreden. Ook de radica
len zijn voor een zo doelmatig moge
lijke besteding van de belastinggel
den. Een onderzoek naar de doelmatig
heid van het overheidsapparaat en
naar de vraag of alle thans door de
overheid uitgevoerde taken ook in de
toekomst door haar moeten worden ver
richt. zou in Nederland bij geen één
burger op verzet stuiten. Een tweede
punt dat bij de scheiding der geesten
geen rol speelt is de Inflatie. Beide
groeperingen willen die zo goed moge
lijk bestrijden, de traditionelen door
de beperking van de overheidsbestedin
gen en de radicalen door beperking van
de particuliere bestedingen, dat wil
zeggen door verhoging van de belastin
gen. In dit verband kan nog worden
opgemerkt, dat het overheidsaandeel
in de inflatie niet zozeer wordt veroor
zaakt door het opstellen van foute be
grotingen als wel door te slechte be
waking van op zichzelf juiste begrotin
gen. Wat dit betreft doet de herbenoe
ming van minister Witteveen het erg
ste vrezen.
RADICAAL KABINET
Hoe zal nu de genoemde scheiding
tussen traditionelen en radicalen zich
in onze partijverhoudingen gaan door
zetten? Het initiatief zal voorlopig wel
blijven komen uit de christelijke par-
tijen.De radicalen uit die partijen
zien zich nu immers geplaatst voor
een traditioneel kabinet dat door hun
eigen partijen wordt gesteund. Het
lijkt onvermijdelijk dat de confessio
nele partijen in de komende ja
ren voor een andere politieke lijn gaan
kiezen, of dat er 'n breuk zal komen.
Als AR-spijtstemmers hebben wij con
tact gekregen met gelljkdenkende ka
tholieken. Zo spoedig mogelijk zal 'n
werkgroep worden gevormd bestaande
uit zowel jongere als oudere christe
lijke radicalen.
liet eerste doel zal zijn de AR en de
KVP te winnen voor een nieuwe po
litieke lijn, die bij de eerstkomende
verkiezingen op zijn minst tot uitdruk
king zou moeten komen in de forma
tie van een rudicaal kabinet vóór die
verkiezingen. De kiezers zouden zo'n
kabinet dan een meerderheid in het
parlement kunnen bezorgen door te
stemmen op de partijen waaruit het
is samengesteld. Dit is voor ons het
absolute minimum; wij willen niet nog
een keer gaan afwachten wat de poli
tieke leiders met onze stem gaan doen.
ttfen Dr I
angen van het
ir U geworden,
irlman kan ze-
Er zijn er onder ons, die formatis van
een radicaal kabinet vóór de verkie
zingen té minimaal vinden. Deze ge
dachte gaat, zo menen zij, ten onrech
te uit van het voortbestaan van AR,
KVP en PvdA. Met vernieuwing van
die drie partijen komen wij er naar
hun mening niet; zij zijn voor een to
tale politieke hergroepering.
Ik geloof, dat het weinig zin heeft
hierover te theoretiseren. Met name
in de KVP zijn er hoopgevende teke
nen die erop wijzen dat men liever
zelf tot politieke vernieuwing wil over
gaan dan af te wachten tot de Tweede-
Kamerfractie is afgebrokkeld tot vijf
tien zetels. Wel meen ik dat zij die een
totale hergroepering wensen, terecht
uitgaan van de noodzaak dat er ook
bij de PvdA iets moet gebeuren. Als
christelijke rsdicalen hebben wij mis
schien te veel de neiging te menen,
dat een menselijke, bewogen politiek
in Nederland mogelijk zal worden als
de AR en KVP zich maar vernieuwen.
Veel zal echter afhangen van de ont
wikkelingen ln de Partij van de Ar
beid.
STOK ACHTER DEUR
Men zal gemerkt hebben dat ik behoor
tot degenen die veranderingen ln het
partijwezen belangrijker achten das
veranderingen in het kiesstelsel. Ik
zie D '66 echter als een onmisbare
stok achter de deur. D '66 heeft ons
laten zien, dat het argument dat „on
ze mensen" nog niet rijp zijn voor ver
nieuwingen, vals is. Niet het kiezers
korps. maar het partijkader ztt vastge
roest in het bestaande stelsel. Wie
meent dat ccn radicale poUtleke ver
nieuwing in ons land zich nog geheel
buiten D '66 om zal kunnen voltrekken
vergist zich. Wij zullen met deze groe
pering ln nauw contact moeten blij
ven. Hun eerste optreden ln de Twee
de Kamer maakt benieuwd naar hun
gedachten over hun eigen rol in de
partijpolitieke vernieuwing. Het lijkt
erop dat hun pragmatisme bepaald
niet betekent dat deze groep geen be
wogenheid kent of wil kennen.
DOODSBENAUWD
Tot slot van dit artikel wtl lk graag
nog Iets zeggen over het onuitputte
lijke onderwerp van de „deconfeszl-
nslisering". In de kring van de AR-
spljtstcmmers zijn wij doodsbenauwd
voor de soort van deconfessionalise
ring. die wordt voorgestaan In de
KV P-jongerenorganlsatle. WIJ hebben
begrepen dat men daar de K wtl
schrappen maar de VP behouden. Het
omgekeerde sagen wij liever.
Ons bezwaar tegen de ARP is niot dat
zij zich wil baseren op evangelische
radicaliteit, maar dat zij deze leuze
- naar onze mening niet waarmaakt
Met ccn beroep op de verplichtingen
van het christen-zijn kunnen AR en
KVP misschien nog worden meegetrok
ken in de richting van een radicale
politiek die offers wil brengen voor een
rechtvaardige verdelTng van de wel
vaart In de wereld en 't gemeenschap
pelijk welzijn ln eigen land. Gedecon-
fessionuliscerd zullen deze partijen
ontaarden in één grote botsing van be
langen.
Een andere vraag is of het christen
zijn de primaire basis van politieke
organisatie zal moeten blijven wan
neer het lot een politieke hergroepe
ring zou komen. Ik zou zoals ik
hierboven al schreef noch van
christelijke partijvorming noch van
per-se-n iet-christelijke partijvorming
een dogma willen maken. Degenen die
een radicale politiek voorstaan doen er
mijns Inziens verstandig ann, eerst te
trachten het over een politiek program
ma eens te worden. WIJ mogen als
hristenen niet 'n samenwerking uit
sluiten met mensen met wie wij het
ooi it lek geheel eens zijn. maar die
zich geen christen willen noemen.
BEWOGENHEID
Het belangrijkste lijkt mij dat er een
sfeer geschapen wordt waarin encyclie
ken als „Pacem in Terrls" en „Popu
lorum Progressio" volop kunnen func
tioneren. De Kerk moet de wereld van
de politiek een spiegel kunnen voorhou
den; het moet niet zo zijn, dat de po
litieke partijen al menen voor eens en
voor al te weten wat christelijks poli
tiek betekent.
Het moet gaan. om met da. Buskes
te spreken, om een voortdurend op
nieuw geïnspireerd pragmatisme. Of.
om het te houden bij de woorden van
KVP'ers als Jurgens en Bogasrs, om
een Partij van de Bewogenheid.