SOEKARNO: VADER DES VADERLANDS GAF VOLK VAN INDONESIË NATIONAAL BEWUSTZIJN bezeten van revolutie la» httJDAG 24 FEBRUARI 1067 DE LEIDSE COURANT PAGINA 7 Soekarno: bracht eenheid tot stand. PRESIDENT Soekarno van Indonesië heeft evenveel gezichten als zijn land eilanden heeft. Hij is afgeschilderd als roverhoofdman, als hysterische schreeuwer, als louche conspirator en als infame en ijdele Don Juan. Met hetzelfde gemak was hij een charmant gastheer, een belezen causeur vol milde humor, een politicus zonder weerga en een redenaar die zijns gelijke niet had. Zelf verklaarde hij zich „bezeten van de revolutie". Dat was hij ook. De revolutie was voor hem het veelzijdige instrument, welks snaren spel en klaroenstoten hij tot in de finesses beheerste. Hij was er zo aan verknocht, dat hij er geen afstand van kon doen, ook niet toen het instrument verouderd en een sta-in-de-weg was geworden. Soekarno, zoals hij zich het beste wist, als bezielend reden onafzienbare volksmenigte. LS kind heette Soekarno Koesno; de naam Soekarno reeg hij pas later. Dat ia heel ewoon in Indonesië; na bijzon- ere gebeurtenissen hebben vaak aamsveranderingen plaats. Koes no alias Soekarno heeft als kind en opgroeiende jongeman vele in vloeden ondergaan. De invloed van zyn moeder, die uit de voor- Ballnese Brahmakaste ge- toten werd toen zij de Javaanse nderwijzer van lage adel Raden loekemi huwde, invloed van de lystieke Javaanse wereld van oden en helden, juist in het ge- van Kediri (Toeloeng Lgoeng), dat eens een groot rijk Was en waar eens hofdignitaris Djojobojo zijn befaamde, sterk eschatologisch getinte voorspel-. Hngen deed. Invloeden van de la- ort-gere Nederlandse school In Modjo- indfkerto, waar een Javaanse leer- nie^ling nog tamelijk zeldzaam was me tn waar de feodale verhoudingen, nen xoals altijd in een klein stadje, 3rij> Scherp waren. Voorts zijn studie- me- tijd aan de Nederlandse hbs in frci, Boerabaja, waar de feodale ver- viejdBöudingen minder scherp waren [0. en waar zyn Nederlandse leraar Duits, Hartogh genaamd, hem de iwe«eginselen van het marxisme bij- Van bracht. Deze beginselen heeft hij weg|6eProbeerd pasklaar te maken ;ooD voor Indonesië. Deze leer noemde 1032Pij marhaenisme (Marhaen was 'de naam van een boer die hy eens nneöntmoettewaarin de kleine zelf- raoritandige de rol van de marxisti- ïw'siche proletariër overneemt. In- 148,|Vloeden vooral van de eerste gro- L167|te Indonesische politieke groepe- ring, de Sarekat Islam onder Tjo- 'aas kroaminoto, bij wie hij kind aan eenhuis was en wiens dochter hij '°S-huwde (scheiding na twee jaar). °°i; Politiek trad hij toen nog niet bij- sis-ronder op de voorgrond. Dat was ïrsecok niet 't geval als student aan ien- de pas geopende technische hoge- ter.Bchool in Bandoeng waar hij na tot vijf jaar studie (1925) afstudeer- 657 de op een havenproject en zijn adellijke titel Raden kon verwis- spelen voor de wetenschappelijke len titel ir- [S*rediker eenheid u "Pas nadien trad hij, met zjjn ver bluffend retorisch talent op als de grote prediker van Indonesiës aPJ eenheid en vrijheid. Zo 'groot was de macht van zijn woord dat een tjdgenoot van hem getuigt: „Hy sprak over vrijheid op een wijze, re dachten reeds vrij te Tweemaal is hij ge- 'angen genomen. Dat was niets "ijzonders in een land waar het koord vrijheid alleen al politieel optreden rechtvaardigde. De eer- ite maal onder de progressieve gouverneur-generaal De Graeff. Hy werd toen tot vier jaar ver oordeeld maar reeds na een jaar begenadigd. De tweede maal on der ultra-koloniale gouverneur- generaal De Jonge, die hem ver bande naar Flores en later naar Benkoelen, waar hy nog was, tóen de oorlog uitbrak en Japan Indonesië bezette. Van Nederlandse zijde Is Soekar- no's in zee gaan met Japan vaak vergeleken met de collaboratie van Mussert en zijn NSB met de Duitsers. Dit is natuurlijk een vergelijking, die niet opgaat. Soekarno was geen Nederlander, maar een Indonesiër en 'n Aziaat. De" Japanners waren mede-Azia ten en stonden alszodanlg dichter bij de Indonesiërs dan de Euro peanen. Ze stootten de heerschap pij van de Nederlanders om en verbrijzelden het voetstuk, dat dezen in de loop der eeuwen on der zich hadden opgebouwd. Er lagen, zo dacht een grote groep, waaronder Soekarno, meer kan sen voor de Indonesische vrijheid in de nieuwe situatie dan er in de oude ooit geweest waren. Er wa ren ook groepen, die anders dach ten, zoals de „westerling" Sjah- rir, die zich van meet af aan te gen de Japanners gekeerd heeft. Deze heide groepen stonden niet vijandig tegenover elkaar; waar schijnlijk speelden zij in het ge heim samen. Ze hadden immers hetzelfde doel voor ogen. Strijd Toen de Japanners in 1945 capi tuleerden werd na enige aarzeling op 17 augustus 1945 de republiek Indonesia uitgeroepen met Soe karno als president. Het doel was bijna bereikt. Het heeft weinig zin om heel de lijdensweg van de conferenties van Den Pasar en Malino, het akkoord van Lingga- djati. de eerste politiële actie en de Renvilleovereenkomst en de opstand van Moeso in Madioen en Ponorogo in' details uit de doe ken te doen. De tweede politiële actie eind 1948 was beslissend voor de officiële onafhankelijk heid van de nieuwe republiek. Deze actie was militair-technisch een meesterstuk, maar diende het politieke doel niet. Na Renville lagen de Nederlandse en Indone sische troepen ieder op hun eigen gebied, enkele infiltraties daarge laten. De Indonesische troepen kregen geen kans om hun sterk ste troef uit te spelen namelijk de guerrilla. Dc onderhandelingen tussen Nederland en de republiek bewogen zich om de positie van de gewapende macht van de repu- Moh. Hatta (links), Soekarno Profeet van eenheid in verscheidenheid bliek. Nederland wenste die uitge schakeld te zien; de republiek weigerde dit. De tweede actie was bedoeld het republikeinse leger te vernietigen. De bliksemactie, waarbij wel zeer snel Djokja, en tal van andere steden bezet wer den en bovendien de regering van de republiek (Soekarno incluis) gevangen werd genomen, stelde het republikeinse leger in staat •uit te wyken naar de bergen, waarvoor de plannen overigens al gereed lagen, en de guerilla te beginnen. Bovendien keerde de gehele publieke wereldopinie zich gevangenneming bij de tweede politieke tegen Nederland. Er is een foto waarin men de gevangen Soekar no lachend in een Nederlandse jeep ziet. Hij had alle .reden om te lachen. De Van Royen-Roem-overeen- komst resulteerde in een federale onafhankelijke Indonesische repu bliek, een onding in de ogen van iedere oprechte republikein, die slechts een oplossing zag: de gro te eenheidsstaat Indonesië. Het eerste politieke succes dat Soe karno behaalde was deze een heidsstaat tot stand te brengen, waartegen de „Ratoe Adü"-actie van Westerling noch het verzet van Andji Aziz noch de grimmige strijd op Ambon bestand bleken: het zorgvuldige kaartenhuis dat RIS heette, stortte bij de eerste zucht in elkaar. Soekarno was een briljante, maar ook een eenzijdige politicus. In economie had hij geen interesse; de deskundigen moesten de eco nomische noodzaken maar aan passen aan de politiek die hij uit stippelde. Bovendien was hy ma teloos ijdel en wenste geen rol, waarbij hij op het tweede plan stond. „Ik wens geen handteke ningenmachine te zijn", zei hy bij voorkomende gelegenheden, doe lend op zijn constitutioneel presi dentschap. Na het vestigen van de eenheidsstaat waren zijn voor naamste politieke doelen: vrij- making van alle werkelyke en vermeende afhankelijkheid van Nederland, het scheppen van een Indonesisch nationaal besef, de te rugkeer van Nieuw-Guinea in het „vaderhuis" een politieke constel latie, waarin hy zelf de allesbe heersende rol speelde, zodat hij in een eeuwigdurende revolutie, het Indonesische volk kon opstu wen tot een volk dat het lot van de wereld bepaalde of op zyn minst mede bepaalde Verzet Veel van deze doelen heeft hij bereikt, maar aan ieder succes ging een crisis vooraf, die hy telkenmale tegemoet trad met een zeer fijn gevoel voor situatie en voor wat onder de omstandighe den mogeiyk was. Het eerste ge vaarlijke verzet tegen de groeien de macht van Soekarno was in 1952 toen een groep officieren en politici (Nasoetion, sultan Ha- mengkoe Boewono, secretaris-ge neraal voor Defensie Boediardjo en PSI-leider Soetan Sjahrir) zo wel Soekarno als het toenmalige parlement wilde intomen. De sul tan was toen minister van Veilig heid en met All Boediardjo secre taris-generaal voor Defensie. Bei den zaten op de aangewezen plaatsen om de pionnen te ver schuiven. Dat gebeurde dan ook door onwillige commandanten erebaantjes te geven als militair attaché en eigen mannen de opengevallen plaatsen te laten be zetten. Op het hoogtepunt van 't conflict liet Nasoetion troepen opmarcheren tegen parlement en paleis. Soekarno's meestertegen- zet was een beroep op de lagere commandanten, die toen het mi litaire initiatief in handen namen. De dreigende staatsgreep was gesmoord. De tweede grote poging had enige jaren later plaats, toen de buitengewesten, met name Suma tra en Soelawesi (Celebes) de autoriteit van de regering op Java aantastten. Ditmaal bleef de legerleiding in het algemeen soli dair. De opstand werd vastbera den neergeslagen met een mini mum aan slachtoffers. Het pleit voor het inzicht van Soekarno en de zijnen, dat zij geen bloedoffers geëist hebben. Van die tyd af wa de macht van Soekarno groeien de. De verovering van Westelijk Nieuw-Guinea was meer een poli tiek dan een militair succes. Deze politieke strijd was een gerede aanleiding om de oude banden met Nederland definitief te ver breken. Het laatste doel: de to tale macht moest nog geconsoli deerd worden. Daartoe had Soekarno de inge nieuze, maar weinig stabiele Na- salcomgedachte uitgebroed; het wankele evenwicht van NASional Agama en KOMmunis: de natio nale gedachte, de godsdienst (tij dens zyn verbanning op Flores had hij de islam nauwlettend be studeerd en veel bewondering ge kregen voor het werk van de ka tholieke missionarissen. Mogelijk ook uit die tijd stammen zijn ideeën die gestalte gaven aan de Pantjasila, de vijf zuilen waarop de Indonesische samenleving zou moeten berusten) en het commu nisme, dat een macht van belang was geworden en stoelde op het communisme van Mao Tse Toeng: de revolutie van de boeren, wat de ideale revolutie voor de ont wikkelingslanden was. Na sa kom Geleide democratie en Nasakom en nog een aantal slagzinnen waren de motieven die geregeld in Soekarno's redevoeringen te rugkwamen. De „vlam van de re volutie" hield hij brandende door de ietwat kunstmatige kwestie Maleisië. Nieuw-Guinea was al thans een zaak geweest. Met Ma leisië was dit niet het geval. Het handhaven van het uiterst moei lijke Nasakomevenwicht is. hoe ingenieus ook uitgevoerd, de aan- - -loop -tot zijn ondergang, geworden. De vrees dat de onberekenbare -factor/-het leger, het- wankele evenwicht zou verstoren, heeft hem er waarschijnlijk toe ge bracht passief deelgenoot te zijn aan het komplot. dat met één slag de kop van de gewapende macht moest verpletteren. Hij moet gedacht hebben, dat hy ook nadien de extreme zyde van Aidits communisme in bedwang zou kunnen hebben; anders ge zegd: hij zag de gewapende macht als een groter gevaar dan de massa's van Aidit. Het mislukken van de staatsgreep is zyn onder gang geworden. Zyn weigering, zich te voegen deed het hare Het moet voor hem een bittere erva ring zyn geweest dat hy de op komende jeugd niet meer ver mocht te boeien, zoals hij deed als pas afgestudeerd ingenieur en als nieuwe president. Soekarno was oud geworden en uit de tyd ge raakt. Zyn idee van eeuwige re volutie onder Boeng Karno strook te niet met de positie van grand old man. Er ligt hier een stuk menselijke tragedie. Koesno alias Soekarno is voor Indonesië geweest, wat Willem de Zwyger voor de Neder- Soekarno is altijd uiterst ontvankelijk geweest voor vrouwelijk schoon. Fatmawati, de schone uit Benkoelen hij maakte met haar kennis tijdens zijn ballingschap daar is officieel zijn derde vrouw, maar officieel first lady". landen was. Zijn verdiensten zyn heeft daar niets mee te maken, geweldig geweest. Hy maakte van Zyn val is diep tragisch, maar hy Indonesië een natie en gaf de heeft die zelf teweeggebracht, bevolking zelfbewustzyn. Dat zyn omdat hy zyn eigen tyd niet meer amoureuze avonturen legio waren verstond.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1967 | | pagina 7