M-brigadier uit Oosterhout kampioen in 100.000-literklasse Pater vond het verantwoord om met jongelui oversteek over de Noordzee te maken ^0 Na urenlang worstelen gered Koosje Vijf: zestien keer moeder en nog steeds vitaal „Let op haar uier die hangt er zeldzaam mooi en vierkant onder' WOENSDAG 24 AUGUSTUS 1960 DE LEIDSE COURANT PAGINA 5 Op een drassige wei o%ider Oudewater heeft Koosje Vijf de afgelopen dagen staande receptie gehouden voor foto grafen, veehouders en schrij vende pers. Temidden van haar kinderen en kindskinde ren nam ze daar de schouder klopjes in ontvangst en hief ze behulpzaam haar linker achterbeen teneinde de aan wezigen 'een onbelemmerd uit* zicht te geven op haar rim pelige, roomkleurige uier. En terwijl de camera's klikten herkauwde ze dromerig de grandioze triomf, die ze in 17 landerige jaren behaald heeft. Honderdduizend liter vólle melk heeft ze in die periode geproduceerd en daartussen door zag ze ook nog kans om zestien keer als een gelukkige moeder uit het kraambed op te staan. Die slome bij de sloot is één van haar taaie dochters: Koosje 12, der tien jaar oud en zwijgend op weg naar de 80.000 liter. Of ze ooit de 100.000 haalt, wordt door boer Kars- bergen ten zeerste betwjjfeld. Ter wijl hij zich bukt om tezamen met de tepels van Koosje Vijf te worden vereeuwigd, mompelt hij stug: „De dochter staat er niet meer zo best voor. Die is al knap versleten. Stflf ln de voorpoten, begrijpt u. Een voetbal- knietje. En met de melk wil het ook niet zo best meer lukken. Dat is een kwestie van gezondheid. Als ze straks in de winterstal gaat lig gen, breng ik haar naar het abat toir". Koosje Twaalf, die Icrzyde heeft meegeluisterd, ontbloot een zeldzaam onregelmatig gebit fen gaapt bard- grondig. Onwetend van het grote slagersmes, dat boven haar hoofd hangt, staart ze met I ïtroverte ogen naar haar moeder, die koket het hoofd ln de nek vleit voor een twee- koloms plaat. Delftsblauw bord Men is het er over eens, dat Koosje Vijf een dekselse meid is. Kars- bergen wil zelfs nog verder gaan. Koosje Vijf ten vitalen voete uit: 17 jaar M-brigadier. Mooi vierkant Terecht vraagt boer Karsbergen Karsbergen was er niet kapot van. dan ook om speciale aandacht voor de uier van Koo6je, die btj de laatste keuring nog met 18 punten is gehonoreerd. „Ook daarin slaat ze alle andere koeien", zegt KfirsbejggQ t£r%ijde,_^kijk maar om je heen, dat is geen vergelijk. Bij lUMnjMiii I i Boer Karsbergen uit Oude water heeft tot nog toe 100.000 liter volle melk van Koosje Vijf afgetapt. „Vroeger ging dat met de handjes", zegt hij, „maar de laatste zes jaar doen we alles elektrisch". „Koosje is een ouwe taaie", roept hij, „in maart heeft ze nog een pracht kalf ter wereld gebracht en nu zit ze alweer aan de 22 liter. Die koe is gewoon niet kapot te krijRen. Moet je zien. hoe ze nog op d'r benen staat. Dat verbetert een koe van twee jaar haar niet eens. Er mankeert geen gewrichtje aan. Het is allemaal gaaf. Als ze zo vitaal blijft, kan ze zeker nog vier, vijf jaar mee". Trotse Karsbergen heeft Koosje Vijf vorige week in triomf naar de Utrechtse Margriethal gebracht, waar het zwart-witte fenomeen uit gebreid werd gehuldigd. De hoog bejaarde M-brigadiere kreeg een fraai oranje lint en een handbe schilderd Delftsblauw bord voor de kop. De gezamenlijke Utrechtse fokkers deden er vervolgent nog een feestschep bovenop en verrasten koe en eigenaar op een zilveren plaquette met inscriptie. want Koosje Vijf heeft al een prij- zenkast vol bekers en medailles bij- eengegraasd. In de boerderij deelt haar foto de ereplaats met een foto van de Beatles en hangen de linten als een permanente feestversiering aan de wanden. „Koosje is een geweldig beest", zegt Karsbergen dromerig, „mijn vader heeft hem in 1949 zelf opgefokt cn vanaf de eerste dag was het al duidelijk, dat er iets bijzonders met Koosje aan de hand was. Dat zie je als vakman meteen. Het is een ty pische platte melkkoe met een hoop adel. U moet eens letten op de fraai gevormde kop en de geweldige ho rens. Je zou niet zeggen, dat het een oud wijf is. maar toch is ze met haar zeventien jaar al drie maal zo oud als een gemiddelde koe. Als je geluk hebt, houd je een normale koe zes jaar. Dan zakt haar melk- produktie en eet ze meer dan ze pro duceert. Bij Kooaje is daar nooit sprake van geweest. Die bleef maar groeien en vQf jaar terug kwam ze nog aan de 37 liter per dag. Schoon Koosje hangt ie er mooi vierkant onder. Alles zit op zijn plaats en aan welke kant je ook gaat staan: hij is overal even gaaf'. Een sterke vrouw Koosje Vijf, die terzijde heeft mee geluisterd, laat er geen gras over groeien en stelt zich nogmaals voor de camera's op. ditmaal in 'n uiterst gewaagde houding, waarbij de on derkant van de uier de grond raakt. De andere koeien wenden demon stratief het hoofd af en negeren Koosje. Ze kunnen het succes van hun oude vriendin maar moeilijk Koosje zelf onthoudt zich wijselijk van commentaar. Met die 100.000 liter zit ze immers voorgoed op flu- En in maart wordt ze weer moeder. Dank z)j de K.I. „Als alle koeien zo waren als Koos je", zegt Karsbergen, „zat ik nou al jaren te rentenieren". Maar Karsbergen kent ook de bijbel, waarin staat: „Een sterke vrouw, wie zal haar vinden". Hij is al blij, dat hij er één heeft gevonden. AMSTERDAM Voor Hoek van Holland, iets ten westen van de zuiderpier, rust op twintig meter diepte de kotter „Morning Star". Het werd op het nippertje geen ontijdig zeemansgraf voor de 70- jarige Salesiaan, pater Charles Dury en de minia- Kerste vraag' Hoe komt een pater aan 'n zeewaar dige kottei- en wat doet hij op een leeftijd, waarop andere A.O.W -potverteer - Jers in hun verzorgingsflat zitten, temidden van de woelige baren? Het blijkt dan. dat de hoogbejaarde pater (die genoeg met de tijd is meegegaan om het stijve boordje verwis seld te hebben voor een stropdas van bescheiden dessin) in Amsterdam al sinds 1951 de stichting „Jongensstad" leidt. „Ons doel is de jeugd op te voe den". zegt hij. „vooral door een zinvolle vrije tijdsbesteding. Wij hou den contact met zo n 500 jongelui Wij kamperen met -re in het buitenland, wij hebben een ponnyclub en wij hadden ook al lang een stalen jacht, waarmee wij onder meer op het IJssclmeer voeren. Die hebben wij weg gedaan, toen op de helling bleek, dat er roestplekken ln de bodem zaten, en daarna hebben wij van een Ant werpse scharrelaar die kotter gekocht. Rijke wel doeners? Ja. die hebben wij inderdaad, maar an derzijds laten wij de Jon gelui rustig betalen. Dat kan tegenwoordig toch iedereen? Zoals gezegd, dat tripje naar Engeland k06tte de man 75 gulden. Op die manier kwamen de kosten er precies uit". Vraag twee: Waren schip en schipper zeewaardig? Met andere woorden: was het avontuur, om met vijf jongelui de oversteek naar Engeland te maken, hele maal verantwoord? „Ja", zegt de hoogbejaarde pater, die het fitte dauw trappers uiterlijk heeft van een agrariër uit de Flevo-i*>lder en die je geen Jaar ouder dan vijftig zou geven, tot je zijn onvaste vermoeide handdruk hebt gevoeld. „Ja. het was verant woord. Wat mijzelf betreft: lk heb vijf jaar geleden ik was toen 65 de cursus navigatie van de ANWB gevolgd voor zeezellers. De kotter was natuurlijk geen zeilboot, maar de navigatie is het zelfde. En lk heb tijdens tochtjes bui tengaats naar Den Helder en zo de no dige zeeërvaring opgedaan. Wat de boot betreft: die hebben wij zekerheidshalve voor de trip laten hellingen, hij was goed. In Rotterdam heb Ik speciaal een monteur laten komen om de motor te controleren, en ln Hoek van Holland heb lk nog de pompen laten testen. Het was namelijk een houten boot. Die ma ken altijd water. Daar heb je nu een maal je automatische Lenspompen voor. En die pompen waren goed. dat blijkt ook wel, want anders hadden wij Harwich nooit gehaald. Toedracht Derde (meest vitale) vraag: Wat Is er dan misgegaan? De pater zegt: „Ik zal u de hele toedracht eerlijk uit de doeken doen. Als lk iets terug houd, denken de mensen toch maar, dat het wel geen zuivere koffie zal zijn geweest. Het weerbericht klopte niet. Begrijp mij tuur-kudde van vijf jongelui, die hun leven een week lang a raison van 75 gulden per stuk aan zijn stuur manskunst hadden toevertrouwd. Maar hoe weinig het scheelde mag blijken uit het feit, dat have en goed mee naar de diepte gingen slechts de vege, druipnatte lijven konden uit de 15-urige strijd tegen de Noordzee-elementen worden gered. ook stuk. Daar begrijp Ik hclcmkal niet* van. Ik had er Joint een nieuw mem- hraam In laten zetten om helemaal Be ker te zijn. Iloe dan ook: we maakten veel water. Albert probeerde nog, te lo zen met een emmer, maar hij verwond de zijn hand, toen hij de schroefas raakte. Om 4 uur nacht* uu dat, en we konden niet* meer doen. Een kwar tier later vielen de motor en de lichten uit, omdat de machinekamer helemaal onder water Mtond. Ik probeerde MOS te geven, maar de gaffel, die bij een ruk wind waa afgebroken, bleek de antenne te hebben vernield, zodat we niet om hulp konden vragen". Stuurloos, zonder boordllchten of ra dio, op de NoordzeeWas hij niet bang „Ik niet", zegt de pater, „we hadden allemaal een deugdelijk zwem vest aan, en er was een reddingsvlot aan boord. Bovendien kende lk het echtp, 'C zou zeker nog een paar uur «IJn blijven drijven. Wel hebben we drie van de vier vuurpijlen afgeschoten, waarover wij beschikten (de laatste wilde Ik bewa ren voor het uiterste geval) en toen dat niet hielp, hebben wij aandacht probe ren te trekken door op het dek wat kle ren van Marijke d. Bruin te verbranden, BIJ de andere spullen konden we niet kotnen. want die lagen ln de kajuit We zagen de boordllchten van een ander schip, en heb ik de laatste vuurpijl ge bruikt, dat hielp meteen, al duurde het daarna door de ruwe zee, wel een uur voordat de „lie of Ely", een kustvaar der van de Harwich-Rotterdam, ons aan boord kon nemen. Onze eigen kotter hadden we toen al lang opgegeven. U moet zich Indenken, hoe uitgeput we waren. We konden niet meer redeneren. Alles hebben we verlo ren. persoonlijke bezittingen, maar ook maritieme gidsen, hydrografische kaar ten, Instrumenten, een filmcamera, al les, maar de bemanning van de „Ile of Ely" dacht er anders over. Ze hebben de kotter proberen te redden door hem op sleeptouw te nemen. En het was bij na gelukt ook. Bij het lichtschip Goeree zijn we van boord gegaan en pas vlak voor Hoek van Holland zonk de boot We hebben er tien minuten naar staan kijken. Ik heb nog foto's gemaakt. Jam mer, Ja, maar dat voelden we toen zo niet. We voelden alleen dankbaarheid, omdat we het er levend van af hadden gebracht". Dit alles Is nauwelijks een etmaal geleden, maar de pater denkt ln zijn huurflatje, propvol met Jeugdwerkattri buten ln het fantasieloze nieuw-west van Amsterdam vooral aan de toe komst. Hij wil een nieuwe boot, dit zij voorop gesteld. „De kotter was voor twintigduizend gulden verzekerd", mij mert hij hardop, „maar ik weet niet, of ik dat geld wel zal krijgen. In de polls staat, dat het ongeluk binnen 15 mijl van de kust moet zijn gebeurd. Wat zouden ze bedoelen? Het moment, waarop Je averij krijgt, het ogenblik, waarop je het schip verlaten hebt, of de plaats, waar de boot gezonken Is? Daar moet lk eens over gaan praten. Maar als ik weer een schip krijg, probeer ik de oversteek op nieuw. Na een auto-ongeluk ga je toch ook niet fietsen? Oh nee, de ouders zijn niet boos. Vader De Bruin is ons zelf met zijn auto in Hoek van Holland op komen halen. De trip was menselijker wijs helemaal verantwoord. We hebben alleen alle pech tegelijk gehad goed, lk maak de heren van De Bilt geen enkel verwijt, ledereen kan zich vergis sen, maar ze hadden windkracht 2 tot 4 voorspeld, toen wij terug wilde varen, en het was 5. Nu kan zo'n kotter daar wel tegen, dat Is 'n vissersboot, moet u denken. Maar ze stampte verschrikke lijk en dat was te veel voor de Jonge lui. Zeeziek dat ze werden! Ik had er vijf aan boord te weten de 14-jarige Fred de Bruin, Gerard van der Laan. Jacques Kunst, die allebei 15 zijn, de 16-jarlge Marijke de Bruin en tenslotte Albert Broks, die 21 Is en bij de mari ne dient. Op Fred en Albert na lagen ze voor Pampus op het achterdek. Dat was 's middags om 2 uur. Het schip ging zo te keer, dat we niet meer ln de kajuit konden komen om het eten te halen, dat er klaar lag. Wij hebben dus van 's middags 2 uur tot 's nachts 5 toen we gered werden, niets naar binnen ge had zelfs geen kopje koffie. Daar kwam bij, dat om twee uur 'a nachts de Lenspompen uitvielen, hoe dat kwam weet ik niet. Misschien was de v-anaar gaan slippen. Ik zelf moest aan het roer blijven, dus schoten er alleen Albert en Fred over om de handpomp te bedienen. Tot overmaat van ramp ging de handpomp GEMEENTE LEIDEN Bij de hoofdafdeling civiele werken B van de Dienst van Gemeentewerken kunnen voor, het onderhoud van de gemheentelijke plantsoenen worden geplaatst: a. VOORWERKER TUINMAN (vereist: diploma bezit) toongroep V. b. TUINLIEDEN ln toongroep IV c. MOTORMAAIERS in loongroep IV d. PLANTSOENWERKERS in loongroep III Bruto talaris per loongroep III 24 Jaar ei loongroep IV 25 Jaar e: loongroep V 26 Jaar ei ouder 583,11 ouder 616,37 ouder 065.51 Bovendien vakantietoelage 6%: premiespaarregeling: ziektekostenregeling (I.Z.A.). veratrekkli* werkkle ding; premie A.O.W/R.W.W. voor rekening van de gemeente; pensioenpremie 7.9%. Schriftelijke sollicitaties te zenden aan Burgemeester en Wethouders van Lelden. Desgewenst kan men sich ook persoonlijk aanmelden elke middag van 3 tot 5.30 uur op de afdeling perso neelszaken van de dienst van gemeentewerken, kamer 415, vierde verdieping, stadhuis.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1966 | | pagina 5