Heren J kapper een uitstervend beroep: MACLINE BELEMMERT CONTROLE OP VOEDSEL Aantrekken jongeren een eerste vereiste Nieuw recreatief GAASTERLAND IS BOEIEND....BIJ MOOI WEER -xoiNA 6 DE LEIDSE COURANT VRIJDAG i juui KAPPERS. HO.\ll 75 JAAR Onlangs bestond de Neder landse Kappersbond 75 jaar. Het is de oudste van de kappersbonden. Ongeveer de helft van de 11.000 Neder landse kappers is lid. In de 75 jaar van zijn bestaan heeft de bond al veel bereikt. Zo werd het kappersvak alge meen erkend als een vol waardig beroep, werd bereikt dat de kappers normale werktijden maakten (in 1891 werd 's avonds tot elf uur en ook op zondag gewerkt) en er kwamen opleiding voor de jeugd. Het optrekken van salarissen, het aantrekke lijker maken van de arbeids voorwaarden en het aantrek ken van meer jongeren zijn nu eerste vereisten wil men niet voor moeilijkheden komen te staan. Nederland heeft twee herenkappers- scholen. in Amsterdam en Rotterdam. In Den Haag, Leiden en Delft kunnen aspi rant-kappers cursussen vol gen, die weliswaar per week minder tijd in beslag nemen, maar veel langer duren. De klantenkring van de heren- kapschool bestaat voornamelijk uit studenten. Zij worden voor een zacht prijsje door de leerlingen onder handen genomen. (Van een onzer verslaggevers) AMSTERDAM „De herenkappers vakschool in Amsterdam heeft helemaal geen leerlingen meer." Deze noodkreet, die ons met schrik deed denken aan de schare Nederlandse mannen die nu op groeit en aan allen die daarna komen, spoorde ons aan zelf eens een kijkje te gaan nemen. De kappersdagschool voor dames en heren is geves tigd in een historisch pand aan het Singel. Met name Britse toeristen, die in de rondvaartboten door de gracht voorbij tuffen worden er met iets van leedvermaak op gewezen dat ,.on number 36 the great seafaring hero, Maarten Tromp, used te live". De entree, de hoge stoep en de marmeren gang hebben weinig verandering ondergaan. De grote Maarten zou zich echter in zijn zeemansgraf omdraaien als hij wist wat er van de rest van zijn patriciërshuis was geworden. Door de glazen tochtdeur komen wij in het trappehuis. Een paar treden naar beneden en we laten Maarten Tromp definitief achter ons. Hij zal hier eens wellicht in het zonnetje hebben gezeten. De voormalige achtertuin is nu echter de „best geoutilleerde kappersschool van Europa", zoals de directeur, de heer Lammers met gepaste trots beweert. Het lijkt op het eerste gezicht niet meer dan een super-de-luxe-kapsalon. De luxe facade blijkt schone schijn. Erachter de damesachool: een immen se kale ruimte vol spiegels, droogkap- pen (200!) en dames wier kapsels zich in alle mogelijke fazen van ontwikke ling bevinden: vuil, vet, nat, met rol lers, onder kappen en scharen. Over al jongens en meisjes de meesten nog zéér jong die zich bekwamen in het dameskappen. „Het damesvak" heet dat hier. Een meisje zit middenin de schijnbare cha os huiswerk te maken. Een ander oe fent op een houten hoofd. „De prettig- Bezorgdheid Toch zijn we niet helemaal voor niets naar Amsterdam getogen. Er heerst wel degelijk een zekere bezorgdheid. Steeds meer mensen, steeds minder kap pers, die kant lijkt het zeker op te gaan. Het aantal zaken is sinds 1949 met 2000 afgenomen! De ouderen houden ermee op; de belangstelling van de jongeren is onbevredigend. De oorzaak is niet zo moeilijk aan te wijzen: de jongens (en meisjes) die in de industrie 60 A 70 gul den per week kunnen verdienen begin nen in de kapsalon met niet meer dan 25 a 30 gulden. En om hier even op door te gaan: na zes jaar verdient een bediende met alle vereiste diploma's 130 h 135 gulden. Dat is maar juist boven het pas vast gestelde minimumloon. Om rijk te wor den hoeft men dus niet in het kappers vak te gaan: in 1960 nog verdienden 60 procent van alle herenkappers minder dan 6000 gulden. (Bij de dameskappers 28 procent). Het optrekken van salaris sen en het aantrekkelijker maken van de arbeidsvoorwaarden (vrije dag in aansluiting op het weekend) is een ven de belangrijkste taken van de 75-ja- rige Nederlandse Kappersbond en ziin confessionele evenknieën. wachten, voor ons uit of hij zo onder de watergolfkap vandaan komt. Overigens, watergolven gebeurt niet, wel permanenten, föhnen (model dro gen), verven, spoelen, blonderen etc. etc. Als we commentaar hebben op een man met geverfde haren worden we door de directeur van de school zacht verwijtend aangekeken „Ach ja. waar om ook niet?" mompelen we dan maar gauw verontschuldigend. „In de natuur Ineens zien we achteraan twee dames. Bevrijd stevenen we erop af. Hier geen gegiechel van „wat moet die hier nou". Koel en zakelijk wordt er doorgewerkt. Het blijkt niet ongewoon. Ieder jaar zijn er twee of drie dames die het herenvak Knippen, goed model knippen, is wel (Van een onzer verslag gevers ENKHUTZEN/STA VE REN „Fietsen is zwaar der dan u denkt". Dat heeft een gezelschap van N.S.- functionarissen, aanver wante belanghebbenden en enkele journalisten onder vonden toen zij dezer dagen op uitnodiging van de Spoorwegen door een nu werd voor het eerst de een oude aftandse boot, „De en voorzichtige rondje® op de Waalstroom", om definitief van fietsen werden gedraaid, deze bootdienst af te komen. Wel werd er een bustocht door ..Lekker licht hè, die dingen, het mooie Gaasterland aan ver. en zo makkelijk". Ja, maar we bonden. Plotseling kwam er hadden zo heerlijk wind mee zó'n grote golf „westerlingen", en h<?t regende nog niet en dus vooral uit de vier grote steden, was Gaasterland met zijn glooi- op af dat „De Waalstroom" ende polderlandschap en afwis- soms bijna werd overspoeld en seling van baspartijen inder- de rijksverkeersinspectie zelf £aad prachtig om doorheen te moest ingrijpen. stormachtig stukje Fries land trapten. Hiermee heb ben de Spoorwegen een recreatief hapje aan hun uitgebreid toeristisch ge recht van dagtochten en fietsen. En zo stil. Zo rustig. De enkele autochtone bewoners die de moeite namen van hun noeste arbeid op te kijken, vroegen zich af wat die dwaze Hollanders nu weer van plan waren. Maar voor het overige fietsen, vlugger en veilig. Oyer werd trappende peletS„ „J. H. D. Koppe" ingezet, vaartuig met heel wat komfort en heel wat n, kinderen e bieden heeft, een kopje thee drinken en genieten van al het schoons enzovoorts. Het klein ste stadje van Nederland, Sloten, is inderdaad volop de moeite waard om eens door heen te wandelen. Dans op de pedalen Het Gaasterlandse landschap is bijzonder boeiend, maar gek... als de regen blijft vallen zie je al dat moois niet meer zo. Gelukkig wae de stevige bries gaan stormen, waardoor de Twaalf barre kilometers langs het IJsselmeer zijn het gewor den. bovenop de dijken en met de storm pal tegen. Trappen maar, mensen, vooral doortrap pen, dan» op de pedalen Wiel tje pakken is het beste en je niet laten „afvallen", want dan ben je verkocht. Nou ja, u begrijpt, we zijn er gekomen en de boot lag er zelfs nog, maar Gaasterland? Sorry hoor, maar voor ons hoeft het voorlopig niet meer. Toch raden a voordelig praten we maar niet Ook de rondrit per bus Na met rust gelaten. een tiental kilometers ging vakantiereizen op de etaat we€r °P het programma. het gezelschap eten onder des- eerste plaats per trein maar daarnaast ook per bus, per boot en zelfs te voet toegevoegd. Vliegen met de N.S. bleek niet zo gewild, zodat men dat spoe dig weer als te exclusief van de menukaart had afgevoerd, maar het gretig onthaal dat het wandelen en varen met de N.S. ondervond heeft ertoe geleid dat men 'via de Spoor wegen ontspanning en recrea tie voor de mens nu ook op het rijwielpad wil zetten. Denk nu niet dat het zomaar 'n stevige huis-tuin-of-keuken- fiets met of zonder stang is al naar gelang de mannelijke of vrouwelijke kunne, nee, het is een echt professional velo- cypède, met een overigens ver draaid hoog stuur, maar met lage wieltjes en frame, en een met enkele handgrepen verstel baar zadel Honderd daarvan staan al sinds 15 mei op het station in Hulshorst de toeris tische Vehiwegenieter op te wachten en vijftig zijn er vo rige week in het Friese Stave ren neergezet om de Hollander te verleiden eerst met de trein naar Enkhuizen te gaan en daarna met de boot naar Sta veren over te steken. Want, u wist het al. de boot vaart weer en gaat nu zelfs drie keer per dag heen en wtïer. Twee jaar geleden zag nie mand bij de N.S. er meer brood in en vorig jaar stuurde men Maar daarnaast zijn er dus de kundige leiding, met rust ge- fietsen gekomen, waarbij uiter. aard de A.N.W.B. weer de van ouds bekende instantie was, die een tweetal routes had uit gewerkt en beschreven. Voor de nooit-fietsers lijkt 28 kilo meter meer dan voldoende, ter wijl de soepele spiertjes de 44 km. wel aankunnen Slechte zit Dezer dagen dus werd het spul door een officieel gezelschap beproefd, terwijl ook de new- fashion vehikels geducht wer den getest. Om maar meteen met de deur in huis te vallen: het is „dank zij" storm en regen, die ook het Friese land schap op zijn Hollands teister den, een barre en boze tocht geworden, waarbij natuurlijk ook enkelen hun onmacht wilden botvieren op die ,rot" fietsen met de „malle" 'hoge sturen en de „slechte zit". Ach, en de dag begon zo mooi. De Haagse en Utrechtse deel nemers waren verfrissend vroeg uit de veren gekomen om al tegen half acht in de trein weer weg te doezelen en om half negen In Amsterdam over te schuifelen op de trein naar Enkhuizen. De bekende stijve bries op het IJsselmeer begon al omstreeks kwart voor tien door de gestaag wakker wordende rij te blazen, waar na om elf uur onder enige hilariteit de eerste aarzelende regen werd verdreven en dus gaan fietsen. Met de N.S. En werd met een zekere gretig- door Gaasterland. Maar doe 1 dat passieve zitten het dan wel op een mooie zon nige dag, en niet met een heel gezelschap. Lekker in uw een tje of met z'n beidjes is het leukste. En laat gerust de route voor wat hij is, als u maar niet de boot mist. heid i de terugtocht met de fiets f vaard Rustig aan mensen we hebben nog ruim een uur de' tijd voor de boot overigens wel de laatste vandaag en het is maar twaalf kilometer. dan erop los: fietsen! het belangrijkste onderdeel van het he renvak. De techniek wordt de leerlingen voorzichtig bijgebracht. Er zijn geen De leerling-kapsters mogen rerst oefenen op een zeer geduldige klant: een houten kop. alleen het haar echt ste klanten" vindt de directeur. De leer linge geeft het volmondig toe. Kappen en praten over koetjes en kalfjes kan ln het begin wel eens te veel gevergd z<jn! We rukken ons los van het verleide lijke schouwspel en beginnen na een laatste blik in de spiegel op onze eigen verwaaide haardos aan de klim naar boven. De trappen van oude Maarten zijn smal en hoog en kronkelig. We ha len het echter en dan wacht ons een kleine teleurstelling. Geen lege ruimte, er zijn wel degeiyk leerlingen, al zijn het er dan maar een stuk of zestien. (Op de damesschool zijn er tachtig!) Het visioen van toekomstige mannen, Volle bank Mijnheer is het zo goed?" Docent in het herenkappen is de heer W. H. Wem- iners. zelf herenkapper en sinds drie jaar leraar aan de school. In die drie jaar ls de belangstelling vrij constant gebleven. Hij buigt zich vol aandacht over een klaargekomen hoofd. „Prima", is het commentaar en de volgende klant kan plaats nemen. Er is belangstelling ge noeg. De ruimte van de herenschool is niet groot. Langs de muur staat een nu geheel volle -- bank. waarop 'n zeer gemengd gezelschap zit te wachten op Er zit een pure Amsterdammer, die zich hier al zeven jaar (zo lang als de school bestaat) laat knippen. „Se hebbe hier meer aondacht foor je", vertelt hij maar al te graag „Ieder mens heb eenmaal verschillend haar, maar as ze het hier fout doen, zegt de leraar er wat fan"... Het overgrote deel van de clientèle bestaat uit studenten. Zij komen vooral omdat het goedkoop Is (tot 1 maart ging het zelfs helemaal voor niets), maar ook omdat 't goed gebeurt. „Ik deed het eerst altijd zelf, maar ja, dan zit het niet zo goed". De jongeman die ons dit vertelt, ziet er zelfs op dit mo ment als hij op zijn wasbeurt zit te houten koppen voor, zoals heneden bij de dames. Knippen moet „in de natuur" gebeuren. Als het fout is kan het moei lijk over. Daarom doet de heer Wem- mers het in het begin uitgebreid voor. Pas na enkele weken kijken worden de1 jongens onder toezicht op de hoof den van de klanten losgelaten. Meer betalen In de middag zitten we in een ander groot herenhuis aan de Stadhouderska de nu tegenover een vertegenwoordiger van de jubilerende Nederlandse Kap persbond. Hoe ziet men hier de ontwikkeling van het herenvak Niet al te somber, al vreest men wel dat het aantal zaken nog kleiner zal worden. De ontwikkeling is naar hele grote of heel exclusieve zaakjes. Wel is men van mening dat ook de Nederland se man zijn kapper beter zal moeten gaan betalen. De verheffing van het vak is hier éen facet van. De tijd dat ieder een die een keukentafeltje en een pot met scheerzeep had zich als „barbier" kon vestigen ligt nog niet zo heel erg lang achter ons. De Nederlandse man zal dus in de toekomst niet zonder kapper komen te zitten. Wel zal hij er meer voor moeten gaan betalen. En dan denken we Ineens aan de woorden van de heer Wemmers, vanmorgen aan het Singel. „Er komen steeds minder kappers en meer men sen". Ik heb mezelf al wijs laten maken dat er kleine gemeenten zijn. waar de burgemeester de grootste moeite doet om een herenkapper in zijn gemeente te krijgen. De Nederlandse man van mor gen zal er dus niet alleen meer voor moeten betalen, maar er misschien ook wel wat verder voor moeten rijden. Behalve muizen ook legers van bacteriën Het is niet verwonderlijk, dat van tyd tot tijd stukken glas of muizen worden aangetroffen in flessen met melkproduk- ten. De hele verwerking van grondstof tot cindprodukt wordt steeds verder ge mechaniseerd. Het resultaat is dat de controle op ongerechtigheden moeilijker wordt. Dit komt sprekend naar voren by de zuivelindustrie. Bij een tempo van drie- tot vijfduizend flessen per uur is een mens niet meer in slaat iedere melk fles. die naar de vulmachlne gaat. te be kijken. Men tracht dit weliswaar te on dervangen met een zogenaamd elektrisch oog. maar dit heeft het nadeel dat hel slechts een klein stukje van de bodem van de fles aftast en op het glas niet rea geert. Dit verschijnsel signaleert de keurings dienst van waren in zyn jaarverslag. De dienst keurde een groot aantal melkpro- dukten af, die niet meer goed waren als gevolg van te lang bewaren. Voorts werd een groot gebrek aan warenkennis ge constateerd bij verkopers. Steeds weer blijkt dat de verkopers niet de moeite nemen om aan de hand van de produk- tiecodering na te gaan welke flessen de oudste zijn. Dikwijls weten ze niet eens dat er een cijfercode op de fles staat, meldt het rapport. In een gepasteuriseerde chocoladevla werden vijf miljard kweekbare bacteriën per millimeter gevonden, terwijl het maximaal toegestane aantal slechts 25.000 is. Voorts werden tien monsters niet eens meer onderzocht, omdat ze al beschim meld of bedorven op de ventwagen of in de winkel waren aangetroffen. Meer dan de helft van het gecontroleerde aantal monsters roomsoorten werd afgekeurd. Een op de vier consumptieijsjes was bacteriologisch niet in orde. De dienst vindt het one kwalijke zaak. dat een groot aantal ijsbereiders weinig zorg be steedt aan de bacteriologische kwaliteit van het consumptieijs. De dienst constateert dat steeds meer Dakkers hun oven sluiten en hun brood betrekken van een fabriek. Van tijd tot tijd worden in bakkerijprodukten mui zenlijkjes aangetroffen. De dienst schrijft ook dat toe aan de grotere mechanisatie die de controle moeilijker maakt. Zelfs bij de zorgvuldigste bestrijding kan een muis ergens in een machine druipen om dood te gaan. Een bakker-kruidenier werd bekeurd omdat hij rauwe eendeëieren in huis had. Bij een andere bakker werd geconsta teerd dat bruinbrood pindaschaafsel be vatte. De bakker bleek de gewoonte te hebben gebroken koekjes door het deeg te doen. Voorts werd een bakker betrapt, die zijn waren bedekte met gebruikte kle dingstukken. Een flink aant'l bakker» werd bekeurd omdat hun bakkerijen niet aan de hygiënische voorschriften vol-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1966 | | pagina 6