ook VOOR JOU LOPEND VUURTJE ONS KNUTSELHOEKJE LEIDSE SLEUTELTJES DE LEIDSE COURANT ZATERDAG 4 JUNI 1966 Kom eens kijken, daar vliegt Blbi! i Dat gaat ook nog niet zo goed. Maar hoe moet zo'n heel klein bijtje Ook weten, hoe het vliegen moet? 1 Een grote bij zal het nu voordoen. Steeds maar vliegen ze heen en weer. j Dadi en Bibi gaan het nadoen. En dan vallen ze niet meer! i Dadi en Bibi, de twee bijtjes vliegen in de zonneschijn. De bijen staan hen na te kijken j En roepen: Dag hoor. vlieg maar fijn! Willy v. d. Laos, Voorhout. BESTE .JONGENS EN MEISJES Ter afwisseling van verhaaltjes, sa gen en spelletjes, ga ik nu eens enkele keren een praatje met jullie houden over allerlei gewassen waar jullie de naam wel eens van gehoord hebben in de aardrijkskunde-lcssen, maar waarvan jullie meestal heel weinig of niets be kend is. Het zullen meestal gewassen zijn. waarvan sommige nog in Neder- I land geteeld worden, terwijl andere door nieuwe verdrongen zijn. Tarwe, rogge, gerst en haver zijn aan de meesten van jullie bekend. Die wor den allemaal nog in ons land verbouwd, omdat ze voedingsgewassen zijn voor mens en dier. Tarwe en gerst worden vooral verbouwd op de kleigronden, terwijl rogge, haver en ook wel gerst op de schrale zandgrond geteeld werden. Maar sinds de kun.stbemesting zo'n hoge vlucht genomen heeft, verbouwt men tegenwoordig op zandgronden wel alle vier van deze graansoorten. Tarwe en rogge en in sommige delen van het land ook wel gerst leveren het meel voor het brood. Maar in sommigs streken, vooral op de lichte, schrale zand- en veengronden werd vroeger in ons land ook nog een vijfde graansoort nl. de boekweit ver bouwd. Deze leverde een zaad, dat vol komen op kleine beukenootjes geleek. De naam herinnert daarom ook aan beuk en weit, in sommige delen van ons i land de naam voor tarwe, dus boekweit is te vertalen door beuketarwe. Het is een gewas met groenbruine stengel, wordt zowat 60 70 cm hoog en vormt in de bloeitijd een smetteloos witte sprei van allemaal schermvormige takjes bloesems. De bloempjes bevatten blijk baar ook honing, want in de bloeitijd krioelt het boven een boekweitveld van vlinders, bijen en hommels. De boek. weit rijpt iets later dan de andere gra nen, wordt meestal nog met de zicht gemaaid en dan met bosjes ongebonden op kleine hoopjes tegen elkaar gezet om te drogen. In mijn jeugd heb ik daar altijd aan meegenolpen. Meest was de boekweit op het laatst van augustus rijp. Dan was het kermis op mijn geboorte dorp en wel 5 dagen. Nu werd er de eerste drie dagen niet gewerkt, omdat we dan altijd gasten hadden. Bij ker missen loopt nl. in Limburg zowat de hele familie bij elkaar. En wij hadden een grote familie. Die wat veraf woon den, kwamen dan met gewone karren of huifkarren. Soms hadden we de eer ste dag wel eens 25 tot 30 gasten. Maar gelukkig liepen die getallen naar het einde van de kermis terug, 's Woensdag was er vaak al niemand meer dan ëen of andere plakpieister, die toch niets om handen had. Dat waren meestal studiegenoten van mij van de kweek school. Welnu op die woensda g was het, ge woonlijk boekweitdag. als het dan ten- piinste droog was. Dat. werd dan een dag, dat we graag werkten, want als de kermis al zover gevorderd was, wa ren de porlemonnaies dan gewoonlijk al heel of zo goed als leeg. Ik hoor mijn vader nog zeggen: „Jongens, als jullie vandaag goed aanpakken en de hele boekweitoogst aan kant krijgen, zal ik zorgen dat jullie donderdag nog eens flink kermis kunnen houden". Nou, en dan ging 't erop hoor: met twee wagens binnenhalen en de rest op de schuur dorsen: klip, klap. klip klap. Oh. dat geluid, volkomen rithmisch van drie of vier dorsvlegels klinkt me vaak nog in mijn oren verbeelding natuurlijk! Als het daarbij warm was, nou dan lipt je heel wat zweetdruppeltjes. Tot troost verscheen echter op tijd telkens een tuit (kan) bier. want voor de kermis was er een flink vat ingeslagen. Geluk kig hoefde je daarbij niet zo erg hard te slaan, want de boekweitkorrels laten veel makkelijker los dan die van andere granen. Als het dan tegen het einde van de inhaal- en dorspartij liep, lag er voor de schuur een pnorrpe stapel boek weithalmen en kaf. Dat werd dan in een afzonderlijk schuur ondergebracht. Een deel van het kaf werd apart -gehouden, want dat was een pracht vulling voor bedden en kussens. En ,de kippen, die kans zagen in die schuur te komën, vonden dat kaf een heerlijk spul om er nesten in te maken om hun eitjes in te leggen en daar latei zachtjes op zitten te broeden. Menigmaal Is het gebeurd, dat op een goede dag een hen, die we een tijdje gemist hadden, heel parman tig met een talrijk kroost naar buiten kwam stappen. Het meel van de boekweit wordt niet althans voor zover ik weet broodbereiding gebruikt, maar wel voor allerlei doeleinden b.v. bij de worstma kerij. zowel voor bloed- als leverworst. Verder wordt er heerlijke pannekoek van gebakken. lief3C met spek erin. Du was een kostje, dat in ons gezin min stens drie maal per week 's morgens of 's middags op tafel kwam. En dan, niet te vergeten, wordt in het zuiden van het land nog steeds de overheerlijke balkebrei gemaakt uit boekweitmeel, bloed, kruiden en kleine krabbetjes spek. Hij wordt meest gegeten met roggebrood, gewoon verrukkelijk en voedzaam! De verbouw van boekweit is echter ln ons land danig teruggelopen. Wat wij gebruiken van dat heerlijke graan, komt tegenwoordig zowat allemaal van het buitenland. Oja van het boekweit, kaf moet ik nog iets vertellen. Het lijkt nl. heel veel op kortgesneden tabak. Dat bracht ons jongens op het idee om het daarvoor te gebruiken. We maakten dan van papier een soort sigarenpijpje, vulden die met dat boekweitkaf en rook ten er dan stiekem lustig op los. Maai het resultaat was niet altijd prettig! CORRESPONDENTIE HET DOMME INDIAANTJE Er waren eens drie Indiaantjes, Plet. Hans en Dick. Jullie horen het wel aan de namen, dat hot geen echte Indianen waren, maar drie Hollandse jongens, die Indiaantje aan het spelen waren. Dick had een grote indianentooi op zijn hoofd. Hans had een dolk en Piet een geweer. Ze waren heerlijk in het bos aan het spelen. Langs liet bos liep een grote drukke weg. Opeens zei Hans: „Laten we naar de overkant lopen". Dat de den ze. Sluipend langs de struiken kwa- ian de weg. Hans en Dick voor op. Ze hadden geluk, want ze keken niet uil en kwamen zonder ongeluk aan de overkant. Piet kwam er achter aan. Ook hij keek niet uit en toen hij halverwege de weg was. kwam er een auto aan. De auto kon nog net op tijd stoppen. De remmen knarsten en Piet liep vlug naar zijn vriendjes. „Dat was net op het nippertje", zei Hans. Geluk- kig maar dat hot zc goed afgelopen MIJN LEVENTJE 29 April 1955 werd ik geboren in Nieuwveen. Een dag daarna werd lk gedoopt in de kerk van de H. Nicolaas. Toen ik geboren was, had ik al drie zusjes. Ik kon met m'n negende maand al lopen. Toen ik -twee jaar was, kreeg ik een broertje en later, toen ik op de kleuterschool zat kreeg ik er een zusje bij. Op de kleuterschool zat ik bij juf- frouw Speet, dat was een erg aardige juffrouw. Met mijn zesde jaar ging ik naar de grote school. In de eerste klas vond lk het heel fijn. In dat jaar deed ik mijn eerste H. Communie. Dat was een heel mooi feest. Ik kreeg veel ca deaus en ook veel geld. Dat eerste jaar op de grote school ging erg vlug voor bij. Ik ging over naar de tweede klas i en ik kwam bij een meester te zitten. HU heette meester Van der Heiden en was nog al aardig. Toen dat jaar om was ging ik naar de derde klas en kwam weer bij een meester te zitten, bij meneer Engels en ook die was nogal aardig. We kregen van hem aardige en leuke lessen. In de vierde klas kwam ik bij mees ter v. d. Loo. Toen ik in die klas zat mochten de vierde, vijfde en zesde klas mee met het schoolreisje, dus ging ik voor de eerste keer mee. We gingen naar de Efteling, dat is een sprookjes bos. Wat hebben we daar genoten. Je zag de sprookjes, die we al zo dikwijls hadden gehoord of gelezen, daar echt bewegen. Het was allemaal even prach tig. Lang hebben we staan kijken bij de grote reus. die lag te slapen, bij Sneeuwwitje en de zeven dwergen, bij Roodkapje en de wolf en bij Hans en Grietje zagen we de heks in het luikje van de deur staan kijken. De Efteling ligt vlak bij Kaatsheuvel. In augustus kreeg ik er nog een broertje bij. Peter. Hij is hardstikke lief en wordt door ons allemaal heel erg verwend. Hij Is nu al negen maanden en kan al kruipen en staan en langs de muur lopen. Ook kan hij al de trap op klimmen. Toen dat jaar voorbij was ging ik over naar de vijfde klas en zat ik weer bij meester v. d. Loo. Wij zijn alweer met het schoolreisje mee ge weest. Dit jaar gingen we naar Schip hol, het Muiderslot en Oud-Valkenveen. Dat was ook leuk. De afgelopen winter heb ik mijn vader geholpen in de stal. Ik moest de kalveren, kippen en geiten voeren. Ik moest ook nog de gangen schoonmaken, de koeien afvegen en de melk legen. Dat was allemaal lekker werk voor mij. Nu woon ik nog in Nieuwveen. Ik ben elf jaar geworden en lk hoop later schooljuffrouw te wor- Annemlcke Jacobs, Lelden. Van jou ligt er nog een verhaaltje over: Het was de laatste dag voor onze kerstvakantie. We moesten die dag nog hard werken voor de juffrouw. Einde lijk waS het dan 4 uur. We kregen de rapporten én we gingen naar huis. Die avond kwamen mijn opa en oma. We hadden zelf een cadeautje vóór opa en oma ingepakt. Voor opa hadden we een foppakje. HQ heeft een kaal hoofd en om hem een beetje te plagen, hadden we een tube shampo ingepakt. We moesten de dag vóór Kerstmis hee'. vroeg naar bed. om zeven uur. want we moesten op Kerstmis al om 4 uur op. De H. Mis begon om vijf uur. Toen we uit de kerk kwamen lagen de cadeautjes al onder de kerstboom. Van mijn oma kreeg ik een leuk tasje van plastiek en van mijn moeder een heel mooi pakje met bont en voor Petra zo'r niodepopje. 's Avonds mochten blijven tot na negen uur. De tweede kerstdag kwam m'n andere oma ook, toen was het heel gezellig. Ik heb die nacht niet kunnen slapen. De derde kerstdag gingen we naar een feest in het Volkshuis, daar moesten we een glide uitbeelden. Ik zat in het bakkers- gilde. We hadden een bakkersschort aan en een muts op. We hadden ook een stijfseltaart gemaakt. Juffrouw Koosje had er gele verf in gedaan, toen leek het net pudding. Met oude jaar ging ik naar mijn tante en daar mocht ik 's nachts blijven slapen. Die nacht heb ik een hele tijd met mijn zusje An toinette liggen praten. De volgende dag gingen we naar huls en toen kwam weer gauw de dag, dat we weer naai school moesten. MIJN LEVENTJE Freddy Meyer, Lelden. Hli schrijft er mooi bij: Ik zit in de derde klas juffrouw De Leeuw. Wil je van ons groeten doen aan de juffrouw en de hele derde klas En horen we weer eens iets van de kinderen? Maa.r nu komt Freddy met: Dadi en Bibi zijn twee bijtjes. Die nog maar pas geboren zijn. Vandaag begonnen ze te vliegen. Dadi valt, maar 't doet geen pijn. Mijn leventje begon op 18 oktober 1956. Ik hod drie zusjes en twee broer tjes. Ik huiide niet veel. Ik had mooie krulletjes, maar die heb ik nu niet meer. Ik wilde toen graag in de box en speel de het liefst met het kleine beertje, dal ik van mijn oma gekregen had. Toen ik een jaar was. had ik mijn eerst- tandje. Ik was drie jaar. toen we er eer. tweeling bijkregen. Op mijn gierde ver jaardag kreeg ik van mijn oma weer i een beer, maar dan nog groter dan ik zelf was. Toen mijn. opa ziek was. had hij altijd bij zijn bed een zakje schuim pjes voor als ik kwam, want ik hield veel van snoep. Met mijn vierde jaar ging ik naar de kleuterschool. Ik kwam bij juffrouw Thea. een heel aardige juffrouw. Het tweede jaar zat ik weer 1 I bij juffrouw Thea. In de eerste klas zal r lk bij juffrouw v. Loon en ook dat was een aardige juffrouw. In de tweede klas zat ik bij zuster Edeibertha. Op een i keer, toen ik op de fiets naar school 3 I ging. kon ik mijn stuur niet houden en 3 j reed de sloot in. Gelukkig kwam mqn I vader net langs, toen hij naar zijn baas 3 ging en hij haalde me er uit. Ik huilde 3 wel. want mijn voeten kleefden zo ln i mijn natte schoenen. Ik zit nu in de i derde klas bij juffrouw Knijnenburg. Ze i gaat 31 mei trouwen. Dat vind ik fijn, want dan hebben we feest. Dag kinders! Wie nog een verhaaltje I over. „Mijn leventje" weet, moet da? gauw insturen, want over twee weken j verloten we de prachtige plakboeken. TANTE JO EN OOM TOON. angc tijd hebben we niets van hem gehoord althans van zijn acti- viteiten als platenster. Nu is hij weer hard van plan zich in de belangstelling te zingen. Leidse Tony Light. Na „Heb je alles ver geten?" ziet het er naar uit, dat Tony's Christientje" het een eind gaat schoppen. eidens Accordeon Orkest „Neerlandia" heeft onlangs in het Duitse Offenburg een enorm onthaal geoogst tijdens een" Muziekfestival in die stad. „Neerlandia" staat onder directie van Lauw Boellaard. Deatgroep „Nou eerste concours, heeft onlangs e Delta. IJet Leids Jeugdkamerorkest kun je dinsdagavond beluisteren in de 1 Stadsgehoorzaal, wanneer het daar onder leiding van Henk Brier concerteert, samen met het Toonkunstorkest. Op het programma staan onder meer werken van Handel en Mozart. |"V luciferhouderactie „Scouting '67", uitgaande van de Nederlandse Padvinders en de Katholieke Verkenners, is in Leiden gestart op woensdag jl. Doel van de actie is fondsen te vormen voor bijzondere gelegenheden. We noemen slechts de vertegenwoordiging van Neder land tijdens de wereldjamboree in 1967 in Idaho (V.S.I. Het zweefvliegen, ook HET ZWEEFVLIEGEN wel zeilvliegen genoemd, laat zich het best met de zeilsport vergelijken. Het zweefvliegtuig heeft geen motor, maar is uit zulk licht materiaal ge bouwd. dat het wind en luchtstromingen als „motor" kan gebruiken De start geschiedt mees tal met behulp van klei ne sportvliegtuigen. die het lichte zweefvliegtuig met behulp van een mo- torspil als een vlieger de lucht ln trekt. Op een hoogte van enkele hon derden meters gekomen, dan kan' men bij rustigë windstand door de luch' glijden en daarna weei landen. Maar bij op waartse wind zoals dat in de vaktaal luidt kan het zweefvlieg tuig soms zeer lans vliegen, soms zelfs hon derden k.m. Het wereld record staat zelfs dicht bij de 1000 km. Het is toch maar. knap voor 'n vliegtuig, zonder motor Er zijn natuurlijk voor de zweefvlucht 50 schoolvluchten zich reeds alleen in bewonderaars, klubs en Verenigingen, de lucht wagen, mits ze de landings- Vooral zij. die kennis hebben van weers. vaardigheid ook al goed onder de knie B U-66 üirigeint enzovoort „INDERDAAD, wij willen ver strooiing brengen". Dit zegt de leider van het ter plaatse en ook elders welbekende kinderkoor „De Leidse Sleuteltjes", Henk Franke. Er zijn vorige week heel wat felicitaties, al of niet verge zeld van een bloemstuk, binnen- j gekomen op Kanaalweg 91, toen bekend was geworden, dat hei dens bekendste kinderkoor met cabaretier Cees van Oyen in aan merking zou komen voor een Edison, die op 1 oktober zou wor den uitgereikt. Dat de uitreiking van de beeltenis van de uitvinder nu toch weer niet doorgaat is in feite niet zó belangrijk feit is, dat de kinderliedjes van Danny Kaye in een Nederlandse versie behalve tot de kinderen ook tot de verbeelding van de juryleden van de Commissie Collectieve Grammofoonplaten Campagne hebben gesproken, zoals uit de nu weer geen doorgang hebben de Edison-toekenning in het „lichte" vlak is gebleken Henk Franke, emplooi vindend in het onderwijs in Den Haag, is niet alleen dirigent van het in 1948 op gerichte kinderkoor. „Inderdaad, ik dirigeer, maar ben daarnaast ook de begeleider, de arrangeur en de com ponist." Zo'n zes-en-dertig kinderen van de leeftijdsgroep tussen negen en twaalf jaar staan onder zijn hoe de, en onder hen spelen de meisjes de eerste viool. „Er zitten maar een stuk of zes jongens in het koor", al dus de heer Franke, die er nog eens de aandacht op vestigt, dat iedereen in zijn koor welkom is. „De meeste kinderen komen uit de stad hier. dat wel, maar we hebben er toch ook uit Oegstgeest en zelfs Oude Wetering. Nee. ik betrek de Sleuteltjes niet uit een of andere bepaalde school of vereniging:" taal sprak niet aan Zoals gezegd startte Henk Fran- ke in 1948 met zijn „Leidse Sleu- i teltjes". „Waarom, zegt u? Och, j na de tweede wereldoorlog bra ken allerlei vernieuwingsver schijnselen op-noem-maar-op- welk-gebied door. En dat ge beurde ook op cultureel gebied. Kijk nu eens naar het kinder liederenrepertoire van die tijd: die taal sprak de kinderen toch niet aan. Toen kwam ik op een gegeven moment in contact met teksten, die Annie M. G. Schmidt „Heerlijk duurt het langst" had geschreven. Dat vind ik het sum mum, zoals zij schrijft zij is geestig en durft te zeggen." Als voorbeeld haalt de Sleutel tjes-directeur het liedje „De kraai in de zilveren kooi" aan. j „Een geweldige samenspraak j en waarom zou je dan die ult- drukkine „kale kak" verzwiieen, die in dit liedje voorkomt?" gouden plaat In de, jaren 1957-1958 vielen de pres-1 talies van „Dg Leidse Sleuteltjes" op bij de grammofoonplatenmaatschap- j pijen. „Er zijn er in de loop van de jaren zo'n twee-en-tw.intig uitge-1 bracht. Met „Dikkertje Dap" scho ten we midden in de roos we mochten er zes jaar geleden een gou- den plaat voor in ontvangst nemen." i Behalve de plaatopnamen zijn en waren er dan natuurlijk nog de ver scheidene optredens voor radio („Fiin werken is dat") en televisie. „We hebben met allerlei orkesten en pia- Schutte en Karekieten-leider Willv Francois" Op de tv-ampex staan de HENK FRANKE: willen verstrooiing brengen voor jong en oud ,,Het is mijn bedoeling, om met de Leidse Sleutel tjes verstrooiing te bieden. Niet alleen aan kin deren, maar ook aan ouderen. Mijn doel is via dit koor kinderen het genoegen te verschaffen zich te uiten door zang. Daarom selecteer ik niet immers, het gaat om het plezier van het zingen." staansrecht hebben, is er repertoire opgebouwd van tweehonderd liedjes. „Dat wil natuurlijk niet zeggen, dat we die nu allemaal nog uitvoeren. Een ding staat vast: we probe ren steeds onze naam hoog te houden en beschouwen bijvoor beeld een optreden voor de ra dio telkens weer als een soort promotiewedstrijd bij voetbal len. Daarom worden er twee re petities per week gehouden." Zo als bijvoorbeeld woensdag jl„ toen er weer hard aan getrokken werd in dansinstituut Van Wijk aan de Hogewoerd, want op 27 juni maakt de AVRO weer een opname voor radio-uitzending. „Bij de NCRV gaan we live de lucht in, het programma „Jeugd land"." DE LEIDSE SLEUTELTJES promotiewedstrijden fanmail! Niet alleen in Leiden, waar ze on langs nog optraden tijdens een uit voering van „Werkmans Wilskracht" in de Stadsgehoorzaal, of in ons land via radio en televisie zijn „De Leidse Sleuteltjes" een bekende klank ge worden in de loop der jaren. „We waren een keer in Krefeld en kre gen daar meteen een verzoek oi Berlijn te komen zingen. Ja. daar zongen we in het Nederlands; het programma was geheel in het Duit: gesteld." Maar niet alleen bij onzi oosterburen, want ook elders is Henk Frankes koor „in": er komt aan de Kanaalweg ook post binnen uit Bor neo. West-Afrika. Canada en Zuid- Amerika. „Dat is weer te danken aan de uitzendingen via Radio Ni derland Wereldomroep!" cees van oyen en de sleuteltjes Hoe die samenwerking tussen Leidens cabaretier Cees v. Oyen en „De Leidse Sleuteltjes" eigen lijk tot stand is gekomen? „Wel, Cees nam deel aan de NRU-ca- baretcursus en bestudeerde met mij eén facet'van deze studie: solfège. We spraken toen af. dat we samen mettertijd met de kinderen iets zouden doen. Dat is er uitgekomen met de door Hans Andreus vertaalde liedjes van Danny Kaye." in het vak Duifje Gout, in artiestenwereld be kend onder de naam Daniella, heeft eertijds ook deel uitgemaakt var Leidse Sleuteltjes". Deze Zoeter- woudse, die zoals bekend medew king verleende aan de Nederlandse film „10.32". is tot nu toe. vooi ver de heer Franke bekend, het ge oud-lid, dat min of meer „het vak" is ingegaan. Wellicht volgt binnenkort weer een. nu de Leid: Janneke Lichte leerlinge is aan c kleinkunstacademie van Johan Ver- doner in Amsterdam. Maar zei Henk Franke, die de kinderen alle liedjes instudeert èn daarbij ook de begelei ding voor zijn rekening neemt, al niet eerder: „Mijn bedoeling is'het, de kinderen genoegen te verschaf fen door zich via de zang te uiten' HENK FRANKE verstrooiing LEIDSE TOPTIEN i i 1. Sloop John B. The Beach I I I I Boys Paint it black The Rolling Stones Take it or leave it The Searchers .Monday, Monday The I Papa's and the Mama's Why don't you take it - The Motions Pied piper The Jets Dedicated follower of fashion The Kinks You were on my mind Chrispian St. Peters Woman Peter and Gor don. FRANSE PROTESTZANGER ANT0INE Een meter dric-en-tachtig lange, op Madagascar geboren Antoine is in Frankrijk, België, Marokko en Egypte „in". De twintigjarige (althans, zo meent men juist vandaag zou hij twintig ge worden zijn...) kun je niet kwader krijgen dan je hem vraagt, of de kapper in de rouw isDoet er niet toe, maar gehoord heb je hem vast en zeker wel eens. Zijn hit: „Les Elucubra- tions d'Antoine". En \oor wie het interesseert: Antoine (familienaam een vraagteken) Is gek op autowegen (en daarop racen mag je wel aan nemen) en Bob Dylan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1966 | | pagina 10