ook KINDERHOEKJE In de Krantentuin SIEGFRIED VOOR JOU FELLOW-FANCLUB: 220 LEDEN LOPEND VUURTJE Beat hoort bij atoomtijdperk DE LEIDSE COURANT ZATERDAG 26 FEBRUARI m Ik mag de lijst van de Rijnsagen ze ker niet afsluiten, zonder dat ik jullie het beroemde verhaal van de held Sieg*- fried gedaan heb. Geen der ridderlijke figuren, waarmee jullie kennis gemaakt hebben is zoveel bezongen in woord en muziek als Siegfried. Het meest be. roemd is wel het beroemde ..Nibelungen- lied". De geschiedenis is echter zo vaag en onduidelijk, dat ze ons nog steeds in het onzekere laat, welke persoon we nu eigenlijk voor Siegfried (of Sigurd) moeten houden. Maar in een sage kan en mag van alles en nog wat. In elk geval maakt het stadje Xanten, dat dicht bij de Rijn tegenover Wezel ligt, er aanspraak op, dat het met de sage van Siegfried te maken heeft. Daar moet omstreeks de 5e eeuw in een ko ninklijk slot Siegmund en vrouwe Sieg- linde met hun zoon gewoond hebben. Deze heette Siegfried, in noordelijke landen ook wel Sigurd genaamd. Reeds op jeugdige leeftijd was hij al haast een volgroeide jongeman, zowel geeste lijk als lichamelijk. Daarom is het ver klaarbaar, dat hij op 13-jarige leeftijd reeds zoveel moed en vrijheidszin aan de dag legde, dat hij het ouderlijke slot vaarwel zegde om een avontuurlijk leven te gaan leiden. Waarschijnlijk is het strijdgewoel, dat in die tijd moet ge heerst hebben in de buurt van Xanten en waarin veel heldendaden moeten hebben plaatsgehad, zo vroeg in hem de lust tot dergelijke belevenissen hebben wakker geroepen. Nadat hij het koninklijk slot verlaten had. trok hij de Rijn langs naar het zuiden. Aan de voet van het Zevenge bergte kwam hij reeds tot zijn eerste avontuur. Daar woonde nl. een beroemde wapensmid, die tot ver in de omtrek grote bekendheid had gekregen om de prachtige klingeD en zwaarden, die hij vervaardigde. Daar schiep de jonge rid der een groot behagen in en hij ver zocht in zijn werkplaats te worden op genomen om de edele wapensmeedkunst van die meester te leren. Nou, die krachtige knaap beviel hem onmiddel lijk en hij nam hem aan. Maar al spoedig waren er leerlingen, die het niet konden zetten, dat de mees ter hem z\jn kracht en toewijding met bijzondere onderscheiding behandelde en meermalen ontstonden daardoor vechtpartijen, waarin ze stuk voor stuk steeds het onderspit moesten delven. In zijn overmoed greep hij soms een zijner belagers beet, hief hem tot boven zijn hoofd omhoog en smeet hem dan als een bal van zich af. Bij werk aan het aambeeld sloeg hij er eens zo ge weldig met een zware hamer op los, dat het bijna geheel in de bodem van de smidse wegzakte. Dat''vond zijn meester echter wat te erg; zo'n knecht kon in een overmoedige bui wel eens al te gevaarlijk worden. Daarom zond hij hem op een dag naar een kolen, brander om een zak houtskool te halen. Hij had hiermee de bedoeling hem voor goed kwijt te raken, want in het woud waar hij op die tocht door moest trek ken, leefde een vreselijk hoogst ge vaarlijk monster. Al heel wat wande laars waren door het beest overvallen en verslonden. Siegfried had een flam bouw aangestoken om zich voor te lichten en het ondier, als het zich zou vertonen, af te weren. Inderdaad kwam het onder gedreun van zijn logge, van grote nagels voorziene poten aanhollen. Begerig om deze mens te bespringen, kromt het zijn beschubde rug. Zijn rode tong lekt van verlangen om het bloed van dit slachtoffer op te slurpen. Maar met wakend oog en onbevreesd wacht Siegfried de aanval van het monster af. Als het eindelijk met gapende muil toe zal springen, treedt de jonge held blik semsnel op het ondier toe en ploft het de vlammende flambouw in de wijdopen muil. Brullend van pijn werpt het zich op de grond, terwijl het nog tracht door slagen met z'n klauwen en z'n krachtige staart zijn tegenstander te treffen. Maar deze ontwijkt handig de slagen en als het gemartelde ondier even tot rust pro beert te komen, grijpt Siegfried een groot brok rotssteen, dat in de buurt ligt en verpletterd hem daarmee de kop. zodat het beest rochelend zijn laatste adem uitblaast. Haastig raapt de overwinnaar een stapel dorre takken bij elkaar, steekt er de brand in en slingert het dode lichaam daarop. Sissend begint terstond i j Monster te smelten en i te vloeien. OP KOSTSCHOOL (II) Tot half acht hebben ze zitten lezen, totdat de bel ging. Vlug wipten alle meisjes uit bed om zich aan te kleden, maar Paulien had niets gehoord en sliep rustig door. Saskia was het eerst klaar. Ze maakte haar washandje drijf nat. Op haar tenen liep ze naar de lang- slaapster en wrong het washandje boven j Paulien uit. Het ijskoude water droop langs haar slaperig gezicht. „Brrrwillen jullie nu wel eens ophouden! Als ik uit wil slapen, dan doe ik dat" „Je moet het zelf weten hoor, maar de bel is allang gegaan!", lachtte Ada en de twee meisjes gleden achter 'elkaar van de trapleuning. Ze j holden naar de eetzaal en zonder uit te kijken botste Ada bij de hoek tegen Anneke de Mei op. „Kun je niet een beetje uitkijken, apekop!" „Ook al niet j in goede stemming", bromde Saskia. De meisjes zaten aan de ontbijttafel. De zuster keek eens rond. Eén plaats was onbezet. „No 34 is afwezig", zei ze. i Yvonne van Staatburg, no 35. nep: „O 1 Paulien Stelman". Saskia en Ada grin nikten tegen elkaar. Toen 't ontbijt aan de gang was kwam eindelijk Paulien j aansukkelen. Met een kleur als vuur ging ze naar haar plaats. Toen de kin- deren gebeden hadden, mochten ze 20 j minuten vrij, de een ging naar de speel plaats, de ander naar het eikenbos, al- leen Paulien moest 20 minuten op de strafstoel. Ada en Saskia gingen naar zuster Rudolfa, die de vaat deed. Drie meisjes van de zesde klas hadden de beurt van afdrogen. De zuster keek op toen ze de twee vlcgeltjes zag. „Zuster, was u van ochtend niet kwaad?" vroeg Saskia: met een bescheiden gezicht. „Nee hoor, want Paulien heeft echt last van och. tendziekte, dat weet iedere zuster, maar j praat er verder niet meer over en ga i maar gauw spelen". De zuster schudde i haar hoofd toen het tweetal de keuken 1 weer uithuppelde. Die morgen op school ging het met de vriendinnen goed. Maar Paulien kreeg een uitbrander omdat ze zat te j suffen. Om 4 uur moest ze schoolblijven, j Juffrouw Blsschops en Paulien hadden nog geen 5 minuten gesproken of er j werd op de deur geklopt. De ondeugen- 1 de krullebol van Saskia stak door een kier van de deur. „Juf. 't is mijn schuld dat Paulien moet blijven, want Ada en ik hebben haar met water gegooid". Ze schoot bijna weer in de lach, maar nog net deed Saskia haar hand voor de mond. Juffrouw Bisschops riep haar binnen, Saskia moest alles vertellen. De juffrouw waarschuwde; „Nu in het vervolg niet zo gauw meer driftig wor- den, hoor Paulien!" Deze schudde ver- legen van „nee". Daarna was alles weer vergeten en vergeven. Lenneke Egberts, Leiden, maakte voor WAT ZAL JANNEKE KRIJGEN? „Moeder als ik jarig ben" „Wat dan mijn lieve kind?" „Dan wil ik pannekoeken aan het spit, En sinaasappelen zonder pit." „Moeder als ik jarig ben, Dan wil ik taartjes en wat plaatjes, Een fiets met zilveren bellen Waarmee je lekker voort kunt snellen." „Moeder als ik jarig ben, Dan wil ik al mijn vrienden en vriendinnen Dan laat u ze maar binnen Dan gaan we spelen en ons niet „Moeder als ik jarig ben geweest, Dan is hat voor mij nog een feest Want ik heb zoveel gehad, Wat ik echt niet had gedacht." KLEIN DUIMPJE Klein duimpje Klein duimpje Strooi nog eens een kruimpje, Dan komen de vogeltjes; piep-piep-piep Dan komen de merels: tjiep-tjiep-tjiep, Dan komen de hazen: tap-tap-tap. Dan komen de konijnen: trap-trap-trap. Klein duimpje, klein duimpje Strooi nog eens een kruimpje. Rinus v. d. Poel, Leiden IN DEZE TIJD Op een zondag in januari was het ijs al behoorlijk dik. Ik ging met Ma rianne op het ijs glijden. Eerst gingen we op het eerste slootje, toen op het tweede. Toen we op het tweede gin gen, hoorde ik krrrraaak, krraak! Op eens ploeps!. daar ging ik naar bene den. „Wa! Wa! Wa!", schreeuwde ik. Gelukkig was Marianne bij me. Ze trok me er uit. Druipnat liep ik naar huis. Toen ik thuis kwam. bromden ze alle maal op me, vooral mama en papa. Ik mocht toch nog naar de Jetsons kijken en naar Het geheim van de oude molen. Tineke Bollcboom, Stompwijk Zeg Tineke, voor ik aan je verhaal tje begin, moet ik je eerst even zeg gen, dat er geen postzegel op je brief zat. Dat kostte 36 cent strafport. Voort aan beter opletten, meiske! IJSVRIJ 't Was woensdagmdidag. De V.G.L.O. had om 1 uur vrij; de lagere school al om 12 uur. Er zouden die middag wedstrijden zijn op de Nieuwe Vaart. We gingen er met ons viertjes heen: Cobie, Tineke, Ria en ik. We hadden ons opgegeven voor de priksleewed strijden. Het was die middag erg koud. We moesten lang op onze beurt wach ten want eerst gingen de 1ste en 2de klas schaatsenrijden, daarna de 3de klas hardlopen met de slee en toen de overige klassen priksleeën. Cobie won de 3de prijs. Na de wedstrijden gingen we nog even bij een vriendin netje langs, daar hebben we ook nog pret gehad. Toen gingen we naar huis. Het was een leuke middag geweest. Gerrie en Bennie Baak, Sassenheim, Hans Brugman, Lisse. en Wim Vink, Oud-Ade, stuurden ook nog goede op lossingen in, maar ze waren, jammer genoeg, te laat. Ze hebben dus niet meegeloot. Yvonne Ementzy, Leiden MIJN LEVENTJE Ik ben geboren in 1957 op 5 septem- ber. Mijn vader en moeder waren heel erg blij met mij. Ik was een baby t 7vj pond. Mijn moeder gaf me elke dag de fles en wat later kreeg ik lange vinger. Toen ik vier jaar v. ging ik naar de kleuterschool, n juffrouw Verbrugge. Dat was een a dige juffrouw. Later ging ik naar juf- frouw Cras. Die was wel streng, maar ook heel aardig. Op die school een poppenkamer en een grote blok- I kendoos. Het was wel fijn. daar op de kleuterschool, maar in de eerste klas was het veel leuker, daar gingen echt leren lezen, schrijven en rekenen. In de vakantie ging ik naar de bos- sen. We hadden een huisje in de bos- I sen. Op een keer, toen we de ra hadden openstaan, sprong er een eek- I hoorntje op het raam. Dat vonden we allemaal zo leuk. Op de grote school zat ik bij juf frouw van Velzen. Ze was heel dig en we leerden daar veel versjes. Ik ging over naar de tweede klas i nu zit ik in de derde klas bij juffrouw I de Leeuw. Daar vind ik het ook heel j René Zonneveld, Leiden SCHAATSEN LEREN Op een dag lag er een dik pak t sneeuw en op de sloten lag een dikke I laag ijs, wel 8 cm dik. Die middag mijn vader: „We gaan naar het ijs. Je f moet leren schaatsen." Ik had geen zin. „Een echte Hollandse jongen moet f kunnen schaatsen", zei mijn vader binnen 5 minuten stonden we bij het ijs. Vader bond m'n schaatsen onder f en toen maar proberen. Hij hield me stevig vast. Eerst ging het niet goed. maar het ging steeds beter. Nu kan ik het bijna. Iedere dag ging ik I opnieuw schaatsen. Jammer dat het ijs nu weg is. Volgend jaar ga ik verder, tot ik het net zo goed kan, als I mijn vader. Voor vandaag is het wéér genoeg. Wie stuurt me nog eens eera verhaaltje over: „Mijn leventje"? Het is toch zo leuk om dat uitgeknipte verhaaltje i\ I je plakboek te plakken. Dag allemaal! TANT JO en OOM TOON. 'N KRAANVOGEL het vet wordt rvolgd i CORRESPONDENTIE Vandaag komt eerst het vervolg van het verhaal van Mary v. d. Mey aan de beurt. Zeg, Mary, heb je dat zelf mee gemaakt op de kostschool Of is hel. pure fantasie? Mag allebei hoor! Ik ben zelf ook op een kostschool geweest en kan altijd nog genieten van die bele venissen. Wanneer je nog eens iets wil vertellen, stuur het ons gerust. De kin deren zullen het ook best leuk vinden. j Hier is een recept, j afkomstig uit Japan, waar men al sedert I vele jaren bijzonder I mooie papierfiguren vouwt. Als je de aan- j wijzingen nauwkeu rig opvolgt, zal het resultaat 'n vliegen- de kraanvogel wor den, die zacht aan een draad zweeft, I Als je er alleen moeilijk mee klaar kunt komen, wel, laat "t dan een spel- letje worden voor 't hele gezin; misschien wordt 't wel 'n wed- strijd, wie de mooiste figuur bouwt. 1 Je hebt nodig een i vierkant niet te stijf papier. Leg het dub bel. eerst in de ene richting, dan in de andere. Open het (fig. li. De vouw boven leggen, terwijl men de rechterkant langs de stippellijn I Dan draait men het j geheel om en her baalt 't voorgaande weer met de rechter kant (2). Met de lin kerhand pakt men nu de punten A en I rechterhand C er trekt d en B (3) en met de zodat zij er als D op de andere zijde Alle hoeken, zo' vierkant ont- op de rugzijde, vi staat (4). Draai 't papier om, zodat de i 4 hoeken strijkt voren wijzen en buig j wordt hoog opgetrokken tot en draak uitziet (6weer naar boven gekeerd en 't v< el op de voor- als gaande herhaald, uwt men heel scherp Aan de nu ontstane figuur buigt r glad. De hoek X twee hoeken langs de stippellijn i midden om. voor en achter (10 bovenste der 4 hoeken (x) langs de I holle ruimte ontstaat. Stryk ze weer; 11). Vervolgens vouwt men de vle gestippelde lijn om (5). Draai het pa- glad, zodat de vorm ontstaat, zoals op j gels naar buiten, de hals wordt oi pier weer om en herhaal '1 voorgaan- de tekening nr. 8. De rugzijde wordt gebogen, zodat de kop zich vormt, de. De rechter- en linkerhoek (8) van het bovenste vel, worden langs de stippellijn naar 't midden gevouwen; evenzo weer de rugzijde der figuur. HANS EN DE REEBOK Hans stelt veel belang in een reebok, die hij I al dikwijls in 't bos ont- moet heeft. Maar hij merkt op. dat zijn ho- j rens veranderd zijn „Hoe komt dat?", vraagt Hans aan z'n va- j „Het zijn geen ho rens, jongen, het is een gewei. Ieder jaar krijgt de reebok een nieuw. In november verliest hij 't oude en in maart-april schuurt hij de beschut- tende huid van 't nieu we. Een jonge reebok heeft slechts één end i (tak). In het volgende! jaar krijgt hij er twee. Hij heet daarom in het eerste jaar spiesbok, in het tweede gaffelbok, j In het jaar daarop krijgt hij eindelijk drie enden 1 <2x drie!) en normaal: blijft 't daarbij, alleen wordt zijn gewei van jaar tot jaar groter en krachtiger. Op 15 januari jongstleden trad de fanclub van Leidens beatgroep The Fellows voor het eerst naar buiten op. In clubhuis „De Zevensprong" aan de Bernhardkade had het feest plaats en natuurlijk waren de favorieten van de club zelf aanwezig, benevens zangeresje Sandra en de War- mondse akrobaten de Stanley's. Velen voelden zich „happy" of „high" en meldden zich aan als lid van de fanclub, waarop we in deze Ook Voor Jou de schijnwerper richten. Mogen we daarnaast ook even je aandacht voor wat Leids muziekleraar J. J. Nederlof zoal voor mening heeft over de hedendaagse muziek, waarin elektronica zo'n belangrijke rol speelt. De Leidse beatgroep „The Fellows kan in woonplaats Leiden rekenen op een grote aanhang. Liefst twee honderdtwintig jongelui zijn aangesloten bij de Fellow-fanclub, die één keer in de maand een perio diekje uitgeeft en zich daarnaast ten doei stelt vrij frequent dansavonden te organiseren, waarbij, indien mogelijk, de eigen Fellows optreden. Favoriet bij oosterburen Indien mogelijk, zo schreven we zo net, want slag- werker Ben Steenbergen (18). slaggitarist neef Johan Steenbergen (20). sologitarist Jes Zwaan (20) en basgilarist Ton- de Hollander (22) opereren vrij vaak in Duitsland. Steden als Duisburg en Ober- hausen kennen deze Leidse beatgroup evengoed als de bezoekers van clubhuis „De Zevensprong", waar pater De Ponti van de Hartebrugkerk de jeugd van Leiden-Noord bezig houdt. Op de grammofoonplaat hebben deze Leidenaars hun kunnen nog niet gede monstreerd, maar zegt fanclub-secretaresse Ada Elfe- ring (18): „Er is destijds in Duitsland een reclame film opgenomen, waarop The Fellows hun muziekje doen. Die film is naar Amerika en Moskou verstuurd Wat de grammofoonplatenbusiness nog betreft: „Mis schien dat net er in Duitsland nog eens van komt. Er is al een verzoek hieromtrent binnengekomen". Ontstaan uit accordeonband De stad Leiden herbergde in 1961 de accordeonband „De Ribendi's", waarin Ben Steenbergen onder meer speelde. Omzetting in gitaarcombo kreeg in dat jaar haar beslag en de geboorte van The Fellows was een feit. Zangeressen in de loop van de afgelopen vier jaar bij de groep waren onder anderen Yvonne Petit, Corrie Vincourt en Duifje Gout (Daniëlla), die zich overigens terugtrok, toen The Fellows meer en meer in Duitsland hun emplooi gingen zoeken tijdens de weekends. Op het repertoire van de Leidse „Ke rels" staan overigens, behalve al het beatwerk dat „in" is, zes nummers van Johan Steenbergen. „Mo nique". „Waiting in the rain" en „Girl" zijn er een (leen F\F-lid hl"-r G Sternbergen de grond V7CC,t m. ii*. z-zcf- uitgestampt. „De heer Steenbergen vond dat wel leuk. en toen zijn we Cecretaresse Ada Elfering en even- dus doorgegaan. Nee, we zijn niet eens achttenjarige tweede secre- aangesloten bij de Federatie van taresse Ellv den Winter hebben de Nederlandse Fanclubs. Het kost nogal fanclub, mede dank zij de bemoeie- j wat, dacht ik. Nou ja, wellicht kom1 nissen van drummer Bens vader, de het er in de toekomst nog wel eens Een kale The Fellows, in genoemde bezetting sinds juli 1965 in de kijker vallend, worden momenteel wat geremd in hun aktiviteiten, doordat slaggitarist Johan Steenbergen het militaire pak heeft moeten aantrekken. Jes Zwaan staat hiervoor binnenkort ook op de nominatie. „We hebben nu een beat groep, waarin een „KALE" werk zaam is", zegt de fanciubsecretaresse, die de activiteiten wat wil uitgebreid Fellow-time I~\e activiteiten van The Fellows, U langharige dus op (nu nog) één na, worden allemaal opgetekend in „Fellow-time". Kleur haar, gewicht, enfin, de jongens staan helemaal uitgetekend in drt maandelijks ver schijnend periodiekje. Hilversum en Veronica haalden deze Leidse en één Oegstgeestse jonge beat-minnaars al Hl voor de radio-ether. Pop-art („Nee. in hun kleding niet") is ook wel „in" bij hen, zoals Ada Elfering zegt, want: „Ze doen echt wel eens goed gek!"| Voor belangstellenden: Bert Eradus is eerste voorzitter van deze groeien de fanclub en het adres van de secre taresse luidt: Kooilaan 69. ZATERDAG 5 MAART gaan de leden van de Margie Ball-fanclub in het Oegstgeestse patronaatsgebouw hun tweede officiële bijéén komst houden. Uiteraard is de Voorschotense zelf dan ook van de CABARETIER HENK ELSINK. vorig jaar in samenwerking met De Leidse Courant in de Stadsgehoorzaal een plaatopname makend, is doende zich te ontpoppen als Neerlands handtekeningenjager num mer een. In de bistro-café-chantant „Koopermoolen". die komend najaar in de hoofdstad wordt geopend, gaan belangrijke figuren uit toneel- en cabaretwereld hun handtekeningen in een „erewand" vast leggen. Henk stuurt in aanmerking komende artiesten een tegel, waarop zij met een speciale stift hun handtekening moeten zetten. LEIDENS SOCIËTEIT voor jongens en meisjes van vijftien tot acht tien jaar, The Rocking Society, houdt voortaan weer iedere zondag van vier tot zeven haar clubbijeenkomsten- Leidse muziekleraar J. J. Neder hof: Goeie ouwe tijd In de Ook Voor Jou-aflevering van vorige week stelden we je voor aan de Keystones, drie Leidse en een Scheveningse jongen, die slechts één doel voor ogen houden: echte beat vertolken. Waar ze «■ok optreden: overal volgt hen leider Jans vader, de heer J. J Nederlof (58) Jongeren: eigen ideeën „Hij behartigt onze zaken", aldus jonge Jan Nederlof, waarop vader herneemt: „Soms kan ik ook nog wel eens muzikale adviezen geven. Maar ja, de jongeren hebben ook wel hun eigen ideeën." Wat hij van de beat denkt? „Och. toen Jan met de eerste plaat van de Beatles thuiskwam, stond ik even vreemd te kijken. Na derhand ben ik er aan gaan wennen. Ik zie het zo: die pop-muziek hoort bij dit atoomtijdperk, enfin al die elektronische muziek. Hoewel: ik vind lang niet alles mooi hoor." De dirigent wacht op zijn muzikan-1 onderzoeken of ze er allemaal zijn. I ten. De instrumenten liggen door el-Willen jullie hem helpen tellen? Wie j kaar en hij probeert ze te tellen en te I 't goed doet, komt tot 't getal 15. LEIDSE TOPTIEN Michelle The Beatles. That day The Golden Earrings. As tears go by The Rolling Stone.- Bald headed woman The Jay Jay's. Een glaasje Sladeira m'deai Ted de Braak. These boobs are made for walking Nancy Sinatra Midnight to six men The Pretty Things. To whom it concerns -- Chris Andrews. This golden ring The Fortunes Till the end of the day The Kinks. Wader en enige zoon hebben nog wel eens een woordenstrijd, wan neer de beat ter sprake komt. hoe wel ze er beiden wél van overtuigd zijn. dat je die muziek moet spelen voor een bepaald publiek, dat het mooi vindt. De heer Nederlof sr., destijds in Den Haag wonend en als invaller van de Nederlandse Toon kunst Bond vaak in actie in Resi dentie en omgeving, weet daar uit vroeger jaren van mee te praten. Hij heeft vanaf zijn zestiende jaar én muziekles (aanvankelijk alleen pianoi gegeven én her en der op de planken gestaan. Her ruïneringen Een paar herinneringen: hij maakte onder meer deel uit van The Gold Star Band (met o.m. Lou Hermans en (ook) Leids muziekleraar John Boelee) en The Melody Makers. Te vens speelde hij eertijds in Scheve- ningen in hel Pierpaviljoen. vanwaar de NCRV rechtstreekse uitzendingen verzorgde, ging met de VARA-toer- nee door ons land met Peter Pech, of was te vinden langs de Belgische kust met o.a. Olga Lowina. De Ame rikanen zagen hem vlak na de twee de wereldoorlog ook pianospelen in Frankfort en Nancy. Op weg helpen ^ederlof sr. beperkt zich nu alleen tot lessen geven op muziekschool1 Zwaag. „Je kunt zeggen, van Beet hoven tot Rolling Stones". Om ons te beperken tot het laatste genre: met behulp van zijn zoon helpt hij groups op weg. zoals hij het zelf noemt. Als Kaagconcours-jurylid werd hij eertijds ook eens aange zocht en hij heeft over talenten jachten inderdaad ook een bepaalde mening; ..Specialisatie in diverse ca tegorieën is wel gewenst. Je kunt een beatgroep moeilijk met een zanger vergelijken." Crisistijd Of hij zelf temidden van zijn drukke besognes als directeur van de mu ziekschool nog optreedt? „Nee. die lijd is voorbij. Het was een mooie lijd, ondanks de crisisjaren, waarin wij óók optraden. Maar goed, nee. optreden doe ik niet meer. O. ja, pas één keertje Dat was op 'n avond dat The Keystones ergens optraden en de elektriciteit uitviel. Ja, dan kun je met hun instrumenten niets beginnen. Goed. toen ben ik achter de piano gaan zitten en heb de tijd van de stroomuitval gedood door enkele nummers op de piano weg te gevenToen kwam dus weer eens naar voren, dat artiesten uit die „goeie ouwe tijd" echte duvelstoe jagers waren. Bleek dus. dat dat zelfs in 1966 nog van pas kwam!!!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1966 | | pagina 10