ONBETEKENEND VOOR ONZE TIJD? STRANGE EFFECT ETHERJUBILEUM OVERHEID EN KUNST OTDBJAAR 11W5 PAGINA E TACI/ftMCTMII7IEIf be,an9r'jkste muziek van 1965 werd in Rotterdam gemaakt: toekomst- I wCl\wiwlfc9 I fVlULlLlV muziek. In de Doelen-in-aanbouw. werden geluids- en concertproeven genomen voor wat in 1966 een van Nederlands belangrijkste muziekcentra kan worden, Hopelijk zal deze kunsttempel In de naaste toekomst aan de hoogste akoestische verwachtingen beantwoorden. JU|ElLlC AIC RIED De kunst van Karei Appel is rn een fflkilj ALJ 1/1 tijd van op-, pop- en andere -art nauwe- lljks geavanceerd meer. Toch trok de Appeltentoonstelling in het-Amsterdamse „Stedelijk" de volle aandacht. |J|TT Tri T JUICC De Nederandee jazzmuziek krijgt steeds meer Jir\lLlL I ELI IvlEE erkenning. Die kwam niet alleen tot uitdruk- king in prijzen, Edison voor Louis van Dijk (foto), llckenprijs voor Piet Noordijk en een reissubsidie voor Boys Big Band. De tienermuze moet het steeds weer van „nieuwe geluiden" hebben. Het nieuwste geluld in 1965 leverde de Engelsman Dave Berry (ex-lasser), die met een geheel eigen lijzige voordracht zowel tieners als bootwerkers in opgetogenheid bracht Deze ster van het Knokke-festlval kreeg voor zijn „This Strange Effect" onlangs een gouden plaat aangeboden. Hoogtepunten van wat radio en t.v. te bieden hadden bood de K.R.O. met knal programma's bij zijn 40-Jarlg bestaan. Spectaculair was het protest van de Amsterdamse beeldhouwer Jutte, die zich in jute hulde om Op de Jubileumdag werden de kijkers van heel vroeg af bezig gehouden. te pleiten voor de „Houtwerker" van een Joego-Slavische kunstbroeder. „Ik ervaar kunst als onbetekenend voor onze tijd Met onbetekenend bedoel ik dat kunst niet meer de macht en de mogelijkheid bezit om de ontplooiing van ons leven te beïnvloeden". Deze uitspraak is van een man, die door velen gezien wordt als een der belangrijkste kunstenaars van onze tijd: filmer Ingmar Bergman. Hij deed ze bij gelegenheid van de erkenning van zijn kunstenaarschap dit jaar, toen hem de Erasmusprijs werd toegekend. Dat lijkt een sombere uitspraak, maar men kan er toch wel vele kanten mee op. De functie van de kunst lijkt meer dan ooit tevoren een verpozende geworden te zijn. Toch is zè dat niet alleen. Vast staat dat bij voorbeeld door de tejevisie de kunst een massagoed is geworden en wie zal het de massa kwalijk nemen dat zij haar op de eerate plaats als verpozing ondergaat. Het belang ervan vermindert niet en als vastgesteld kan worden dat de KRO-jubileum-Carmen door meer mensen is gezien dan alle Carmenvoorstellingen in Nederlandse zalen in de loop der jaren, kan men dit niet als van geen belang afdoen. Natuurlijk is het wel zo dat die massale kunst een ondergrond moet hebben die steunt op een perfecte kunstbeoefening die de mogelijkheid van experiment niet uit de weg gaat. Daarom is het goed dat onze musea moedig voortgaan met het „nieuwste" te tonen, ook al gaat dat tegen de smaak van een groot publiek in. Daarom is het ook goed dat Jongere schrijvers waardering ondervinden. En het is van belang dat de 6lepende operakwestie voorlopig werd opgelost. Al zal de definitieve oplossing nog op zich laten wachten. H Die komt pas als de Nederlandse Operastichting de Hl beschikking heeft over zalen waar het goed is om een jj opera te spelen en een opera te zien. Om dezelfde reden zijn we blij met de bijna voltooide jjjj Rotterdamse Doelen, omdat Rotterdam Immers ln f§| de Flipse-traditie muzikaal de naam heeft het tal experiment niet te schuwen. En we zijn huiverig over jj de aandrang om verder te gaan met de toneelapreiding. jg Omdat dit een „uitkammen" van de twee voornaam- H ste gezelschappen zou betekenen en daardoor minder jj hoog niveau. En hoog niveau is nodig om als maatstaf ffl te dienen bij alle andere toneel. Inclusief het mlljoe- Ijl nentoneel dat televisie biedt. De opmerkelijke toneel- SB figuur van 1965, Peter Weiss (Marat - Het onderzoek) ji vereist voor zijn stukken een bezetting, die zelfs onze =1 grootste gezelschappen maar met moeite kunnen op- gj| brengen. Verdere spreiding zouden opvoeringen als ij deze onmogelijk maken. En dat zou een verarming Bi betekenen, waai-van het belang ook in breder verband Ij niet te overzien is. ril JUICH CC D® Nederlandse staatsprijs voor de film en een Berlijnse Zilveren Beer kreeg de ge- NLfvOUVvCj speelde documentaire „Een zondag op het eiland van de Grande Jatte", gemaakt door Duitser Fr. Welsz ter gelegenheid van de Boekenweek 1965. Deze film toont enkele fragmenten in een originele verwerking van de Franse Nouvelle Vague-beweging, d.w.z. een Irreèle realiteft

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1965 | | pagina 17