KORPS MARINIERS wil weer geschiedenis maken diepzeevissen geweld voorkomen 11 1M ZATERDAG 23 OKTOBER 1965 DE LEIDSE COURANT PAGINA 9 (Van een onzer verslaggevers) ROTTERDAM „Ik hou niet van die hoera-toon over jezelf, over je korps: ik ben er trots op. Op ons zelf, het korps mariniers, omdat het van het begin af aan een zuiver Nederlands korps geweest is en als zodanig steeds trouw aan de regering". Dat is het commentaar van de commandant van het korps ma riniers, generaal-majoor J. G. M. Nass, op de viering van het driehonderdjarig bestaan van de eenheid, die aan zijn leiding is toevertrouwd. „We moeten niet te lang herdenken. We moeten vieren. Niet teveel stilstaan bij de geschiedenis. Het korps moet weer geschiedenis maken!" NIEUWE TAAK LUIDT: landing: de mortieren in aanslag. ROTTERDAM Op het Oostplein te Rotterdam staat ,,de Marinier". Hij is ge goten in brons om de eeuwen te tarten: een symbool. Een eerbetoon van de stad Rotterdam aan het korps, dat het zoveel I verschuldigd is. Het korps ook, dat de Ne- Iderlandse regering dezer dagen met trots I aan de wereld presenteert. Er is een tijd geweest, waarin echte heldendaden op het slagveld verricht wer den. Maar onder invloed van twee wereld oorlogen binnen een generatie, heeft het denkbeeld terrein gewonnen dat de echte heldendaden, die zijn, waardoor geweld wordt voorkomen of ingedamd. Aan de vooravond van zijn derde eeuwfeest heeft het korps mariniers een nieuwe, vredelie vende taak gekregen. Het stelt zeshon derd man ter beschikking van de Verenig de Naties voor het handhaven van de vrede, waar ook ter wereld. Daarom is dat standbeeld in Rotterdam nog niet zonder zin. heit Niet lang stilstaan bij 300 jaar Het overschakelen naar de nieuwe op dracht vergt aanpassingsvermogen en zelf beheersing van het korps. Maar dat zijn juist twee van de eigenschappen, waar- Dans i" het driehonderd jaar lang heeft ge bitterd. Op 10 december 1665 werd het als „Re- r ■pnent de Marine" opgelicht en in zijn feste levensjaar nog schreef het met 1600 18. 8 cht .trijd. het eerste hoofdstuk van zijn lichte geschiedenis in de .Vierdaagse. Zeeslag. Onder kolonel Joseph Willem baron Van Ghent trok het een jaar later Chatham en Sheemess c gante Britten mores te leren. In het „Rampjaar" 1672 en in 1673 vochten mariniers aan boord van 's lands vloot in drie grote gevechten: op zee Solebay waar Van Ghent het leven liet Sohooneveldt en Kijkduin op de schaats in de Waterlinde tegen' de troepen van de Zonnekoning. En on danks de numerieke overmacht vijand, bereikten ze steeds het hun ge stelde strategische doel Samen met hun Engelse collega' de v veroverden ze tijdens de Spaanse Sue cessieoorlog de rots van Gibraltar. Na de vrede van Utrecht in 1713 zwierven com pagnieën mariniers aan boord van Staat- ,0D se schepen over de hele wereld om deel te nemen aan wat thans gezien wordt als „koloniale oorlogvoering". Ze demp- narkt ten een slavenopstand in de moordende noerassen van Suriname. Mariniers maakten, opnieuw samen met de Engel- eind aan de activiteiten Algerijnse zeerovers. In de negentiende eeuw weiden last met de pacificatie van Oost-Indië deel aan de strijd tegen op standig België. Toen de twintigste eeuw enkele jaren roud was. kwam er een eind aan de ko- 'loniale oorlogen. De mariniers traden toen op als gerzantechapswaoht te Peking tijdens de Boxeropstand. In '1934 een onderdeel van de internatio nale troepenmacht van de Volkenbond tijdens de volksstemming in Saarland. Vers in het geheugen ligt de heldhaf tige weerstand die mariniers in mei '40 bij de Rotterdamse Maasbruggen boden aan de Duitse troepen, hun deelname aan 8-30 (je sjag ,n je Javazee en de verdediding Oost-Java tegen de Japanse over' macht. Militaire deugden De mariniers, die oorspronkelijk „mooh 8.45 {ten meevaren" op de vloot, zijn thans op grond van ervaring en traditie van eeuwen belast met de militaire en fysieke vor- ning van het overige marinepersoneel, -t is een keurkorps, waarvan de toen- ilige staatssecretaris P. J. S. de Jong de Tweede Kamer getuigde: „dat militaire deugden In de hoogste graad en „de ïuggegraat van de vloot te veohten zowel te water te land en op de overgang daarvan" Hij noemde het „over de hele wereld te gebruiken en gereed, overal Ingezet te vorden". Daarom werd het korps mari- tot dusver buiten de NAVO-sterkte gehouden. Maar daardoor ook, leek het na het tot stand komen van de nieuwe verhoudingen met Indonesië en het daar uit voortvloeiend afstoten van Nieuw- Guinea, minder dan ooit een taak te heb ben. :t was het oude liedje: in tijden voorspoed raakte het korps mariniers yl||| steeds in de vergeethoek om bij calamitei j'lMl ten met de geringste middelen de kas tanjes uit het vuur te halen. Het is daar- om, dat het korps, van de generaal tot 510 aan de jongste marinier 3 ZM, uiterst ingenomen is met het aanbod dat minis ter Luns voor de Algemene Vergadering de Verenigde Naties heeft gedaan: -Binnen 24 uur een contingent honderd man. het bevoorradingsschip Poolster" met helikopters en landings vaartuigen. gereed om op te treden, w: ook ter wereld". ■KE^jNO_|egsen Dat Is geen loze belofte: Nederland SOllheeft drie QPO-compagnieën*, wi da Antillen bevindt. Deze nis «en- compagnieën bestaan voor de helft uit beroeps- voor de helft uit dienstplichtige mariniers. Behalve aan het vechten het be dwingen van relletjes zowel als het tem men van een aanvaller, „waar je u tegen zegt" besteden de „QPO"-jongens mo menteel veel aandacht aan de studie. Ze krijgen Engelse les, maatschappijleer, UNO-zaken en land- en volkenkunde. Inmiddels staan op het ministerie van Marine hun naanen op de alarmrol, lig gen op het bureau commandement hun paspoorten klaar en in de MDAP-barak- ken twintig ton munitie, gereed voor transport wanneer de V.N. om steun vraagt en de Nederlandse regeling be sluit die steun te geven. Dan maken de mariniers waar, dat het standbeeld in Rotterdam niet zonder zin is. Tweemaal zo oud Met trots hebben verschillende wapens en dienstvakken van de Nederlandse landmacht in het jaar 19641965 hun 150-jarig bestaan herdacht. Zij werden opgericht nadat op 30 mei 1814 by de Vrede van Parijs Nederland als onaf hankelijke. souvereine staat werd erkend. Verscheidene van die onderdelen schre ven hun eerste wapenfeiten neer na de slag bij Waterloo, in 1815. die voor Na poleon de genadeslag betekende. Het korps mariniers Is precies tweemaal zo oud als alle andere Nederlandse eenheden. Reeds vóór de Tachtigjarige Oorlog, die in 1568 begon, bestond de bemanning van een „bequaero schip van oorloge" uit bootsgezellen en soldaten. De eersten zorgden voor de navigatie, de laatsten hanteerden de wapenen. De Zeeuwse wa tergeuzen hadden zeelieden in dienst, die allen konden omgaan met de haakbus. Weid een oorlogsschip zeilree gemaakt, dan weiden Infanteristen van het Staatse leger aan boord geplaatst om de beman ningen voltallig te maken. Was de vaart ten einde, dan zwierven de mannen bedelend en zonder middelen van bestaan.door het land. totdat ze a! of niet bij hun compagnieën terecht kwa men. Het spreekt voor zich, dat de krijgs tucht onder deze zeesoldaten veel te wen sen overliet. Na de voor ons land zo rampspoedige zeeslag voor Lowestoft schreef luitenant-admiraal Johan Evert- sen aajn de Staten - Genei-aal„dat de Soldaten de Marine soo gansch slecht be vonden wierden. dat het niet om seggen ls, ei.de dat in al haer doen, kruypende bij vijf en twinttche en meer weg wan neer wij voor den vijand quamen". Onder toezicht Deze lafheid, die oorzaak was van onze nederlaag, moet wel indruk gemaakt heb ben. In 1659 al had de Raad van State bij de Staten-Generaal een advies inge diend om, behalve 6.000 bootsgezellen, enige compagnieën van de militie te lande uitsluitend voor de dienst op 's Lands oorlogsschepen te bestemmen. In 1664 werd bepaald, dat van elk der compag nieën van de provinciën Holland, Zee land, Friesland en van de Generaliteits landen 25 zeesoldaten zouden worden aangeworven. Maar pas na Lowestoft wer den eindelijk enkele officieren speciaal met het toezicht op de soldaten aan boord belast. De Staten van Holland, voorgelicht door Johan de Witt, achtten deze maat regel onvoldoende. De raadpensionaris had op 23 juni 1664 een brief ontvangen van Herman Ghijsen. die voor zaken naar Engeland was gereisd. Deze Ghijsen ver geleek de vlootbemanningen van Enge land en van de Republiek der Zeven Ver enigde Nederlanden en kwam tot de slot som dat. „mits onsen Staet nochtans on- feylbaer de Engelschen gedurig te boven ofte ten minsten gelfjck behoren te we- sen, soo hebbe ick. naer mijne kennisse een concept ontworpen, hoe men alleen in de provincie van Hollandt seer fatsoe- neljjck een regiment maritime soude ton nen oprechten, waarbij ick aanwijse boe men gestaedlch 4.000 mannen soude con- nen in dienst hebben, bequam om te lande voor soldaat en ter zee voor ma- Ver jaardag Na advies van de luitenant -admiraal van Holland en West-Friesland, Mich iel Adriaensz. de Ruyter te hebben ingewon nen, lokte De Witt een besluit van de Staten van Holland uit. houdende dat een „Regiment de Marine" met eigen officieren, verdeeld in 19 compagnieën, zou worden opgericht, dat de plaats zmi innemen van het contingent „Soldaten de Marine". Dit besluit werd op 10 de- oember 1665 afgekondigd. Deze datum is voortaan beschouwd als de „Korpsverjaardag", die nog ieder als de ..korpsverjaardag", die nog ieder de Koninklijke Marine wordt hei-dacht. Het korps, dat overigens pas op 2 de cember 1817 de naam ..Korps Mariniers- kreeg. bleef sedert zijn oprichting een echt-Nederlandse eenheid, steeds de wetti ge regering trouw. Het vocht, 6.000 man sterk, onder barre omstandigheden in de waterlinie tegen de troepen van Lodewijk XIV. Het nam niet aan de Napoleontische veldtoohten deel. En tijdens de Belgische opstand, toen het Koninkrijk der Nederlanden nog maar vijftien jaar over eigen strijdkrach ten beschikte, heeft het door zijn optre den bij Dendermonde, langs de Schelde en in Zeeuws Vlaanderen volgens zijn traditie van 165 jaar „den muitelingen een blij venden schrik ingeboezemd en voor zichzelven eene blijvende reputatie „Effies weg" Een van de overlevenden van de Slag in de Javazee vertelt: ,Jïet sclup maakte zwaar slagzij. Het .sein: *8cliip verlaten" was gegeven. Ik liep naar 't hoogste punt en gooide m'njas uit. Toen zag ik op het hellende dek langs de railing, waar juist een paar mariniers naar beneden gesprongen waren, een rijtje schoenen staan, keu rig: paar bij paar. In een ervan stak een briefje: ..Ben effies weg"." Hij uus er. Toen het Korps binnen achttien uur 600 man moest leveren voor uitzen ding naar Nieuw-Guinea, werd de mannen de tijd gegeven om thuis af scheid te gaan nemen, 's Morgens bij baksgewijs ontbrak er één- De coni- in and a nt van het Korps zed: „Die man ontbreekt niet. Hij is op Schip* hol". Inderdaad hij bleek op eigen kosten een taxi genomen te hebben om op tijd op de luchthaven te kun nen zijn. Voorbeeld... Een officier der Mariniers, voor drie jaar op Nieuw-Guinea geplaatst, was zo bevoorrecht, vrouw en kinderen in zijn nabijheid te hebben. In de periode van zijn detachering is hij deson danks niet één keer ..met de feest dagen" thuis geweest. Hij wilde de ongemakken van de jongens delen en ze het voorbeeld geven. Een foto... De man, die model stond voor het standbeeld ,,de Marinier" in Rotter dam, bestaat in levende lijve. Het is een korporaal, die enige weken na de onthulling aan de dienstplichtigen, die hij de eerste militaire vorming moest geven, foto's van het beeld uit- reikte met de sarcastische opmer- king: „Jongelui, dit is een foto van je! baksmeester. Wees er zuining op. Neem een voorbeeld aan hem". Zo doen we dat.,. Tijdens een oefening van de QPO- compagnie met de Engelse marine- commando's, werd een afdaling langs een kalkrots gemaakt. De troep ging langs een kabel naar beneden, waar van de ankerpaal getuid was met een veel steiler aflopende draad. Een van de Jannen, die voelde dat hij tegen over die 'Engelsen te chauvinistisch was geweest, wilde de waarheid van zijn woorden bewijzen. Hij greep de tuikabel en sprong. Beneden sloeg hij enkele malen over de kop. En terwijl iedereen dacht „Die heeft het gehad", stond de branieschopper op, schudde zich en zei:,,Zo doen we dat in Hol- Zien zonder gezien te worden. NEDERLANDER INTERNATIONAAL KAMPIOEN Arts ving in vier dagen 378 pond het i ien op de Waddcnzet <Van onze correspondent) ANDIJK Dokter L. H. Ubbink (49) uit Andijk mag graag aan de uispuf in zijn gemeente op een karpertje of wil- i'is staan hengelen met evenveel ge noegen wil hij ook nog wel eens de Wadden opgaan, maar sinds een j'iar vindt hij het eigenlijk maar „klein" werk. Nee. dokter Ubbink heeft vorig jaar een andere vorm van echte sport- visserij ontdekt waarbij ook inderdaad felle strijd wordt geleverd tussen man en vis. Kerelswerk tegen een vis die sterker is dan de man. maar die je te slim af moet zien te zijn. Dokter Ubbink is onmiddellijk voor het bodemvissen, het vissen op haaien en congers (een soort zeepaling) harts tochtelijk in vuur en vlam geslagen en heeft vorig jaar twee keer twee weken lang elke dag intensief strijd geleverd. Als een van de zeer weinige Neder- landers die deze sport beoefent, heeft hij begin deze maand bij de Engelse plaats Looe in Zuidwest-En geland deel genomen aan de internationale kam pioenschappen. En hij heeft er vriend en vijand, debutant en oude rot ver baasd doen staan van zijn enorme fee ling voor deze sport. Hij behaalde enkele eerste en tweede prijzen en had derhalve ook een groot aandeel in het veroveren van de teamprijs. Twee meter Het heeft weinig zin om precies te vermelden welke prijzen dokter Ubbink allemaal bij deze internationale kam pioenschappen, waaraan hij toch pas de eerste keer meedeed, wegsleepte. Meer ^egt dat hij gedurende de vier dagen dat er kon worden uitgevaren, niet minder dan 378 pond vis naar boven haalde. Op één dag bracht hij het totaal zelfs op 184 pond. Daar waren „joekels" onder van tussen de 25 en 30 pond en met eiyi lengte van bijna twee meter, maar het zou hem ook nog nog eens kunnen gebeuren dat hij een bak beest van 70—80 pond aan de haak slaat. Behalve een zware- is het diepzee- vissen ook een dure sport, die uiteraard niet zomaar met de gewone hengeluit- rusting kan worden bedreven. Er wordt gevist met zeer zwaar materiaal en met een lijn van 500 tot 1000 meter lengte aan het eind waarvan vrij dikke staaldraad is bevestigd. Waarschijnlijk zal ieder deze sport wel eens op film of t.v. hebben zien beoefenen en een indruk hebben gekregen die een lange en taaie trijd van geven en nemen moet worden geleverd voor de via is binnengehaald of met lijn en al in de diepte verdwenen. Twintig mijl Behalve echter het dure materiaal, waarvoor vele honderden guldens moe ten worden neergeteld, komen er nog de kosten bij voor logies én voor het huren van een boot. waarmee men vier vissers .tegelijk twintig mijl de zee op gaat De huur van zo n boot met bemanning bedraagt tien po.id per dag 120,hetgeen dan uiteraard wel met zijn vieren wordt gedeeld. Voorlopig moet dokter Ubbink zich weer tevreden stellen met het „kleine" werk in de visput of op de Wadden, maar volgend jaar brengt hij zeker zijn vakantie weer door in Looe, Hij is het trouwens als internationaal individueel kampioen diepzeevisser wel verplicht zijn grote wisselbeker te verdedigen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1965 | | pagina 9