Raadsleden van U/oubrugge op excursie naar de Braassem Lady Crichton ontmoet in R'dam Nederlander, die haar leven redde alles e kan met cetalhMir Reünie na eenentwintig jaar OEVERBESCHERMING NOODZAKELIJK DINSDAG 15 JUNI 1965 DE LEIDSE COURANT Naar aanleiding ran de felle dis cussie, gehouden op de jongste raads vergadering: over het wetsvoorstel tot bescherming van de rietkragen langs de Wijde Aa en het Braasse- mermeer, hielden enkele raadsleden zaterdagmorgen een excursie naar deze gebieden. Namens Staatsbosbeheer gaf de vo- gellkuinidige medewerker J. J. SLig- man iin „Het Oudle Raedthuys" voor af een uiteen zetting aan de hand van kaarten en piaiten. Nadat Staatsbos beheer in 1915 dit unieke moerasge bied aan de zuidelijke oever van het Bra assemerm eer had aangekocht, heeft men niets nagelaten om de be schermende rietkragen en de begroei de eilandjes te onderhouden. Ook de flora en de fauna (ruim 250 planten soorten en 90 vogelsoorten) worden beschermd onder meer door 't plaat sen van broedihokken en manden. Helaas ontzien vele watersport-toe risten zich niet, met hun boten tot diep in deze rietkragen te varen of de vogels te verschrikken in dit ide ale en rustige natuurgebied. Ook opperwachtmeester J. Bil zette het belang uiteen van maatregelen tegen verdere vernielingen van de rietkralgen, zoals door de gemeente Rijinsaterwoude reeds genomen zijn. Ook de tegen het riet aanliggende bootjes kunnen schade aanbrengen, hetgeen diverse raadsleden destijds meenden te moeten betwijfelen. Een overzicht van bet beschoeide haventje OEVERBESCHERMING Staatsbosbeheer gaat nu op alle opengevallen, onbeschermde oevers puin storten, teneinde verdere afkal ving door stormen te voorkomen. Hierdoor wordt dit stuk natuurschoon niet bepaald verfraaid. Tot nog toe gaf Staatsbosbeheer voor onderhoud, verbetering, beplanting, beschoeiing e.d. reeds 450.000 uit, waaronder 250.000 voor het unieke recreatie- Zo kalven de oevers af zonder afdoende bescherming eiland Grote Hem, waar ieder vrij mag verblijven. Dit is nog een deel van de in de 18e eeuw hier doorge broken dijk van de Viefraimibachispol- der. Ook een ander eilandje, de Klei ne Hem, hoopt men eens als recrea- trieij eilandje in te richten, compleet met aanlegsteigers, beplanting, vuil nisvaten, enz. Alles bijeen zullen alle voorzieningen in dlit natuurreservaat rood één miljoen gulden vergen. Het grootste déél dient, ondier meer onge rept (dus ontoegankelijk) te blijven, uitgezonderd de tussen liggende wa teren. Aan de hand van een kaart konden de raadsleden zien, hoeveel eilandjes 'reeds verloren gingen de «laatste eeuw door stormen, bafeer - wérk en onvoldoende onderhoud. ONNODIGE VERNIELINGEN De oprichters, in dienst van Staats bosbeheer, de heren G. Hoogeveen en J. Slingerland waarschuwen regelma tig de watersporttoeristen voor onno dige vernielingen, vaak met succes. Door het overbrengen uit de Biesbos van rietpollen, trachten zij de riet stand hier op peil te houden. Doch dat kan alleen, als de bezoekers de aanplamiimg spanen. RONDVAART 'Hierna ging het gezelschap per boot, onder leiding van de beide op zichters naar dit prachtige natuur reservaat, om zalf de situatie op te nemen. Vooral het eiland Grote Hem is iets bijzonders op het gebied van recreatie, alleen per boot bereikbaar. Ook werden nog enkele eilandjes be zocht, waar men vogels van diverse pluimage, waaronder ransuilen, van dichtbij waar kon nemen. Tenslotte werden nog de rietoevers van de stil le Wijde Aa bezocht. Ongetwijfeld zijn de raadsleden nu wel goed geïnformeerd over de drin gende noodzaak van maatregelen ter bescherming van dlit prachtige na tuurgebied midden in de overvolle Randstad Holland. Dit mag niet meer (Advertentie) Op 29 juni 1944, 's avonds om kwart voor twaalf kwam het Aus tralische passagiersschip „Nellore" op volle zee in een hel van vuur en rook terecht. Midscheeps had zich even tevoren een Japanse torpedo door de stalen huid geboord en nauwelijks tien minuten later dook een tweede monster als een bruin vis hoog uit het water om daarna de reeds overhellende boeg op een halve meter te missen. Terwijl pas sagiers en bemanning zonder een spoor van paniek het schip verlie ten, kwam de grijsgroene onder zeeboot plotseling briesend boven drijven en enige seconden later be gon een wilde beschieting van het stuurloze wrak, dat waggelend een spoor van olie in de golven trok. De reddingsboten hadden zich toen reeds in het halfduister opgelost, maar toen de „Nellore" om kwart voor drie steigerend uit de zee scheen op te springen en daarna omkranst door metershoge vlam men door de golven werd verzwol gen was de zee in een omtrek van honderden meters hel verlicht, als of het midden op de dag was. Toen de nacht weer bezit van de oceaan had genomen, begon voor de hon derden schipbreukelingen in de sloepen het bittere en slopende gevecht tegen de uitputting. De Nederlandse K.P.M.-kapi- teins K. H. Vos en P. Jansonius hadden in die chaotische minuten vlak na de ramp spontaan het commando op zich genomen van één der reddingsboten de SB2. Beide gezagvoerders hadden hun. eigen schip reeds aan de golven prijs moeten geven en waren aan boord van de Nellore gegaan om in Sydney het commando van een nieuw vrachtschip op zich te nemen. Met behulp van een inderhaast meege nomen sextant probeerden ze na de ramp de open sloep in de richting van het eiland Diego Garcia te manoeuvreren. Onder de tientallen opvarenden, die schouder aan schouder op het kleine schip zaten, bevond zich één vrouw, de tegenwoordige lady Chrichton, echtge note van Sir Andrew Chrichton, direc teur van de Engelse scheepvaartmaat schappij P. O. Steam Navigation Com pany. Op haar verzoek vond, na 21 jaar, aan boord van de Rotterdamse Pieter Caland een feestelijke reünie plaats, waar zij één der mannen ontmoette, die in die afschuwelijke ogenblikken in juni 1944 de moed opbrachten om voor het leven van haar en de anderen te vech ten. Oud-gezagvoerder Jansonius, die door ziekte niet op deze historische reünie aanwezig kon zijn, heeft de her inneringen aan die barre tocht in zijn logboek geconserveerd. „De eerste 24 uur", noteerde hij, „werden alleen wat biscuits en chocolade uitgedeeld. Water werd niet verstrekt. Watervoorraad wordt geschat op 25 gallons. Met 40 per sonen in de boot betekent dit, dat we het twaalf dagen kunnen uitzingen". ALS SCHILDPAD De volgende dag kijkt men reikhalzend uit naar het verlossende eiland in de on metelijke zeewoestijn, maar als de avond valt blijkt, dat het doel gemist is. Be sloten wordt om op goed geluk door te zeilen, maar tegen tien uur 's avonds gaat opeens de wind liggen en kruipt de logge boot als een schildpad verder. Op vier juli schrijft kapitein Jansonius: „zijn ontdekt door een Catalina, hebben rood licht aangestoken om aandacht te trekken. Vliegtuig ls lang boven onze boot blijven cirkelen. Wij verwachten nu elk ogenblik de redding van onze groep. Wij nemen twee maal per dag een zout- waterbad in de boot en hebben van het bootkleed een zonnetent gemaakt. Tegen de avond heeft het vliegtuig een koker uitgegooid met de boodschap, dat we voor anker moesten gaan en dat hulp gehaald zou worden in Diego Garcia. Feestelijke reünie op de Rotterdamse Pieter Caland: na eenentwintig jaar zagen de overlevenden van de schipbreuk in juni 19 kU elkaar terug. Van links naar rechts kapitein Vos, lady Crichton, mevrouw Jansonius en aan het stuurwiel van Spido's vlaggeschip Sir Andrew Crichton, directeur van de Engelse rederij P. Co. Achter hem kapitein V. d. Vaart van de Pieter Caland. Onmiddellijk maakte zich een hoera- stemmlng van ons meester. Extra-siga retten uitgedeeld". STUURLOOS SCHIP De dag daarna komt echter de afschu welijke domper. De toegezegde hulp Veertig schip breukelingen dreven elf dagen hulpeloos op oceaan blijft uit en de dag brengt men door in deprimerend nietsdoen. Ook de volgende dag komt het vliegtuig niet terug. Tot overmaat van ramp breekt ook het roer, waardoor het schip volkomen stuurloos wordt. Tegen de avond steekt een hevige storm op, die de sloep als een bal over en door de metershoge golven jaagt. De boot loopt half onder water, maar door tijdig hozen met emmers kunnen Jan sonius en Vos de reddingsboot drijvend houden. Zo wordt het 8 juli, negen dagen na de schipbreuk. Een tropische regenbui wordt als een verloren zoon binnenge haald in alle beschikbare dekzeilen. Dat betekent dr^e dagen langer leven. Op 9 juni komt men tot de ontdekking, dat Diego Garcia voor de derde maal een spookbeeld achter de horizon zal blij ven. Er is hoge zee en de schipbreukelin gen worden onophoudelijk overspoeld met buiswater. In zijn logboek schrijft Jansonius: „Alle Europeanen zjjn vol goede moed en behouden een nauwge zette plichtsbetrachting. De enige vrouw aan boord is zichtbaar vermoeid, maar ook zij houdt zich voorbeeldig". CIRKEL IS ROND De vrouw, die kapitein Jansonius in zijn logboek een pluim op de kletsnatte hoed steekt, is Lady Crichton, die samen met de veertig anderen op 10 juli door het fregat „Lossie" aan boord wordt genomen. De reddingsplaats ligt 100 mijl ten zuidwesten van de Danger- eilanden. Véle duizenden kilometers ver der ziet de enige vrouw, die de ontberin gen aan boord van de SB2 heeft door staan, na 21 jaar de commandant van de reddingsboot terug. Het is weer een dag in Juni. Net als toen. Weer spelen water en een schip mee in die hernieuwde ont moeting. Alleen de entourage is nu an ders: de verschrikkingen hebben allang plaats gemaakt voor een gevoel van feestelijke opluchting. De cirkel ls rond. Voor de Nederlan ders Vos en Jansonius wegens hun dap perheid door koning George van Enge land onderscheiden met de hoogste Brit se dapperheidsonderscheiding, de Silver Laurel Leaf Emblem, is deze dag In juni, evenals die junidagen in 1944, onver getelijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1965 | | pagina 10