c IN DE KRANTENTUIN
Het knutselhoekje
1
een SIERK
STAALTJE
13,75
ZATERDAG 8 MEI 1965
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 13
ZOEK DE Z0MLoJ
(VOORZICHTIG) OPH'iW
TIPS VOOR VERSTANDIG ZONNEBADEN
EEN VAKANTIE
met spanning
Inderdaad hoorden zii na een paar
minuten spannend wachten de dpur
van de auto open en dicht gaan. De
motor be<*on te snorren en even Ja-
ter, terwijl de jongens ineendoken
achter het struikgewas, gleed de auto
voorbij.
„Hét was vreemd", zei Piet, „daar
net zagen we maar één man en nu
zaten er vier mannen in de auto.
Waar zijn die drie nieuwe ineens
vandaan gekomen? Zouden ze door
die deur in de muur gekomen zijn?
Misschien hebben ze wel eetbare pad
destoelen gezocht. Was het de auto
van Sir George soms?"
Jan schudde zijn hoofd. „Ik durf
het niet te zeggen, wel meende ik
te zien. dat het een Renault was".
„Ja, het nieuwste model", zei Sjaak
vlug.
„Het nummer was B.D. 546" voeg
de Lex eraan toe en de achterban
den waren van een verschillend
merk, één was 'n Dunlop en de ander
een Michelin".
„Goed zo, Lex, ie opmerkingsgave
is geweldig, misschien steekt er wel
een reuzen detective in je. Maar met
dat al, weet ik toch niet. of het zijn
auto was, want ik heb Sir G. niet
herkend in één der vier mannen.
Wel kwam één der gezichten mij
enigszins bekend voor. 't leek me, dat
ik het vrij kort geleden ook al eens
gezien heb. Even stond hij met ge
fronst voorhoofd na te denken, doch
dan schudde hij het hoofd en zei:
„Nee, ik weet 't niet meer. Laten
we maar gaan, we hebben al te veel
tjjd verloren".
Piet en Joost liepen even de weg
af om het terrein te verkennen, maar
keerden al gauw terug om te "mel
den, dat alles veilig was. „Boven
dien hebben we nog een meevallertje:
we behoeven niet te klimmen, want
de heren hebben de deur open laten
staan", vertelde Piet. „Maar je zult
de mast moeten neerbalen, want de
doorgang is niet erg hoog".
„O, dat is in een wip gebeurd.
Laten "we gaan".
Vijf minuten later stonden ze op
de hoek van Sir Georges golfterrein.
Hier en daar wapperden rode vlag
getjes vrolijk in de wind. Je kon,
naar het zuiden kijkend, de schoor
stenen van zijn huis boven de bomen
zien uitsteken, maar het terrein lag
verder stil en verlaten.
Jans handen beefden, toen hij de
mast weer opzette en het zeil begon
te hijsen. Tot nu toe had hij een
absoluut vertrouwen gehad in de
„Rode Renner", maar nu het kri
tieke ogenblik aangebroken was. do
ken twijfels in hem op. Verbeeld je,
als de wagen eens omsloeg bij de
eerste sterke windstoot! Of, als hij
eens weigerde in beweging te ko
men! En er waren nog meer moge
lijkheden.
De vier vrienden van Jan waren
verrast, toen zij de wagen daar za
gen staan met het trotse witte. zeil.
Hun eerste indruk was toch wel
enigszins en wel gelukkig ver
keerd geweest. De „Rode Renner"
leek hun nu toch een fijne wagen toe.
Dadelijk ontstond er een wedijver,
wie Jan zou begeleiden op de eerste
tocht. Maar die wedijver was voor
lopig voorbarig, want. Jan vond het
beter dat hij hem eerst alleen zou
proberen. „Niet omdat ik zo'n ge
weldig zeiler ben, maar om eerst
even uit te zoeken, wat hij kan. 't Is
beter om nog geen risico's te nemen.
Houdt het touw maar vast, tot ik
wegga. Ik geef wel het sein, wanneer
jullie los moeten laten".
Toen het zeil bol ging staan door
de wind, werd de wagen al omhoog
getrokken. Maar de vier jongens
hielden goed vast, terwijl Jan zijn
plaats innam in de stuurcabine. Zijn
ogen glinsterden van opwinding, toen
hij het stuurwiel greep. Zijn twijfels
van zoëven waren als nevels ver
dwenen, toen hij de wagen voelde
bewegen onder zich, rukkend als een
hond aan zijn riem om weg te mo
gen. De rode wimpel flapperde al in
de wind.
„Ben je klaar?" riep Piet enigs
zins ongeduldig.
„Ja, ja, laat hem maar los!" En
weg was hij!
De eerste honderd meter werkte
alles prachtig. De wielen gleden ge
makkelijk en zonder stoten over het
korte gras. Wat 'n gezicht, dat rode
geraamte, waarop dat sneeuwwitte
trotse zeil. De jongens holden er
achter aan, hem moed toeroepend en
met hoge stemmen adviezen gevend.
„Hup Jan!" Ha, goeie ouwe „Rode
Renner!"
„Goed gedaan!" aldus de stem van
Joost, die gewoon oversloeg van en
thousiasme, terwijl de wagen op de
vleugels van de wind verder ging.
Wat Jan betreft, hij had zich nog
nooit zo trots en gelukkig gevoeld
als op dit ogenblik. Als vader hem
zo eens kon zien! De grond vloog
onder hem voorbij; terwijl boven
zijn hoofd het zeil lustig flapperde
en 't groene veld voor hem een wel
kom leek toe te wenken. Ja, dat was
leven, werkelijk leven!
De jongens bleven stukken achter
hem. Plotseling echter nam de wind
af en begon de snelheid te minderen.
Jan draaidezijn hoofd om en wilde
hen iets toeroepen. Op dat ogenblik
echter gebeurde de ramp. De wind
begon eensklaps met hernieuwde
kracht over het terrein te jagen en
deed de wagen op twee wielen over
hellen. Daardoor schoot hij in de
richting van de rode vlag, die voor
het achterste holletje van het golf-
veld ter waarschuwing stond. Onmid-
delijk gooide Jan het stuur om, maar
voordat hij wist, wat er gebeurde,
schoof hij hard met zijn rechter
schouder over het grasveld.
Dadelijk stond hij weer overeind.
Een snelle blik op de wagen over
tuigde hem, dat er gelukkig geen
grote schade was toegebracht.
(wordt vervolgd).
UITSLAG TEKENWEDSTRIJD
O, o, wat was dat moeilijk om de
mooiste tekeningen er uit te zoeken.
We hebben geloot en zie hier de
uitslag: Wim van Zijp, Leo van der
Westen, Lia Koree (allen derde klas
Sint-Antoniusschool)Greet je Zwet
sloot, Van Klaverweydeweg 3 Hoog-
made; Hansje Kraayevanger Pieter
Bothstraat 11 Leiden; Emmy v. d.
Zant Hoge Rijndijk 134 Zoeterwoude;
Marlies Moerkerk Julianastraat 14
Warmond; Irma Barendse Mulder-
straat 11 Leiden; Jolanda Pieplen-
bosch Hoflaan 297 Leiden.
Hier komen ook nog de namen van
de kinderen die toch o zo erg hun
best gedaan hebben:
Dicky de Wilde, Leiden; Els van
Rijn, Zoeterwoude; Ingrid Lelyveld,
Leiden; Mary Zonneveld, Oegstgeest;
Cobi van Zanten, Nieuwkoop; Marian
Buters, Warmond; Piet Weijers, War
mond; Leonie Bakker, Roelofarends-
veen; Walter Huyg, Leiden; Marga
Maurits, Koudekerk; Willy Olykoek,
Stompwijk; Corry v. d. Vlugt, Lisse;
Paul Kraayenvanger, Leiden; Sjohn
ny Olykoek, Stompwijk; Ada Keyzer,
Leimuiden; Mieke Ammerlaan, Leg
den; Willy Olykoek, Stompwijk; Wil
ly v. d. Lans, Voorhout; Lineke Scha-
kenbosch, Koudekerk; Lenie van Vel-
zen, Zoeterwoude; Maria Bunnik, Aar.
landerveen; Greetje v. d. Zalm, Zoe
terwoude; Bennie Baak, Sassenheim;
Leny Elstgeest, Hoogmade; Ria Baak,
Sassenheim; Reggy Douwes, Leo van
Cleef, Ria Jans, Greetje v. d. Poel,
Thekla van Heugten, Pieter Tuyt-
hof, Jenny Dubbelaar, Els van Kal
keren, Ans Righart van Gelder, Pe-
W van Amsterdam, Kees Seriier,
Heidi Bosman, Theo Luykx, Marjo
Berendse, Joop Vorst, Rino Beugels-
dijk, Armand Verhagen, Yvonne van
Mourik, Babs Lebens, Henneke Wes-
sendorp, Lenneke Tielmich, Marian
Verhoogt, Jos de Heiden, Bram Ba-
velaar en Monique Post. Deze laatste
kinderen allen te Leiden.
Wen uw lichaam aan de zon. door vanaf
de lente elke zonnige dag een kwartier
te zonnebaden.
Overmatig zonnebaden
'n Zwerver viert het voorjaar op
de landweg, waarlangs hij trekt met
al zijn hebben en houwen. Zou zijn
schoeisel het wel houden tot aan zijn
einddoel? Waar wil hij eigenlijk
heen? Verschuif de letters op de fi
guur maar, dan vind je het antwoord
zelf.
sy
Corres pondentie
Connie v. d. Boog, Rijpwetering.
Dat heb je knapjes gedaan Connie.
Je zit toch pas in de eerste klas en
dan al zo'n aardig verhaaltje. En
weet je wat nu zo leuk is? Je oma
en tante Riet in Leiden lezen het
ook. Je knipt je eerste verhaaltje
zeker uit en dan inplakken in je
.plakboek. Groetjes aan vader en
moeder.
SYLVIA EN PIET
Sylvia en Piet zijn twee grote
mensen en ze zijn samen getrouwd.
Sylvia is ziek. Er is nu een zuster.
Piet is naar zijn werk. Daar komen
oma en tante Riet op bezoek. De
zuster vraagt: „Blieft u een kopje
thee?"
,;Alstublieft zuster", zegt oma.
Later gaat oma weer weg. „Dag!
dag!" roept oma en de kinderen
zwaaien allemaal.
Het wordt al avond en Piet komt
thuis. Ze hebben een baby gekre
gen. Het is een zoon en hij heet
Pietje, maar Pietje huilt altijd bijna.
Het wordt al gauw Pasen. Piet heeft
vrij, want hij heeft paasvakantie. Als
het Pasen is krijgen de kinderen wat
lekkers van vader en moeder en van
oma en tante Riet ook. Dag allemaal!
Moeder had eens een oude kuip
en die had ze aan gegeven, want
moeder had er niets meer aan. Maar
Henk had er wel wat aan. Henk
had een vriendje, die Teun heette.
Henk en Teun waren beste maatjes.
Ze speelden met en in de kuip en
hadden veel plezier.
Op een keer zouden ze met de
kuip gaan varen. Dat hadden ze nog
nooit gedaan en toch hadden ze al
veel uitgehaald. Ze zeiden het na
tuurlijk niet tegen moeder, want als
moeder het geweten had, dan had ze
de kuip met de vuilnisman meege
geven.
Nu waren ze aan het varen op het
kanaal. Het was er nogal druk en
achter hen aan kwam een schip met
kolen. De twee jongens waren zó
verdiept in het varen, dat ze de
kolenschuit niet zagen. Het water
schommelde, de kuip ging op en neer
en sloeg op het laatst om. Henk en
Teun konden niet zwemmen. Ze wa
ren pas zes jaar. Ze durfden niet
naar het zwembad en daardoor kon
den ze niet zwemmen.
Ze lagen te spartelen en ze zouden
vast verdronken zijn, als er niet juist
een schipper was langsgekomen, die
ze allebei oppikte. Hij bracht ze aan
wal. Toen de druipnatte jongens thuis
kwamen, kregen ze voor hun broek.
Ze riepen: „au! au! au! Hou toch op
moeder. We zullen het nooit meer
dan, heus niet nooit meer!"
Theo Baas Noorden heeft ons iets
te vertellen over:
MIJN LEVENTJE
Ik heet Theo Baas en ben geboren
op 30 oktober 1955. Ik woog toen 7
pond. De eerste stappen deed ik toen
ik 9 maanden oud was en mijn eerste
tandjes kreeg ik op 1 mei 1956. Toen
ik vier jaar was, ging ik naar de
kleuterschool bij juffrouw Nellie en
later bij juffrouw Pieterse. Op de
grote school zat ik in de eerste klas
bij juffrouw Van de Elzen, in de
tweede klas bij juffrouw Hoogen-
boom. Nu zit ik in de derde klas bij
meester Van de Kley. Ik voetbal
graag. Iedere avond ga ik voetbal
len met Jan Capel, Piet Hoogervorst.
Kees v. d. Wereld en nog meer jon
gens. Ik haal dikwijls natte benen.
Zondagsmorgens ga ik naar de wel
pen. Ik ben de vorige zomer in Zeist
op kamp geweest. Ik ben ook mis
dienaar.
Gé van Harteveld Leiden. Met
plezier heb ik je lange verhaal ge
lezen. Jongen wat heb je daar een
werk aan gehad en dan zo mooi ge
typt Ik maak er een vervolgverhaal
van, maar dan moet je nog een paar
weekjes wachten. Intussen hartelijk
bedankt.
Reggie Douwes Leiden
MIJN LEVENTJE
Ik ben geboren 10 oktober 1955.
Toen ik 9 maanden was, deed ik al
een paar stappen en met 8 maanden
had ik al een tandje. Ik woog bij
mijn geboorte 6'/j pond. Soms was
ik een stoute en soms een lieve baby.
Als mijn moeder naar de bioscoop
ging lag ik altijd te huilen. Als kleu
ter was ik ook wel eens stout. Mijn
vader dronk eens een glaasje bier.
Ik dach dat zal wel lekker zijn en
toen mijn vader even weg was, dronk
ik 't hele glas leeg. Ik noemde het
limonadebier. Ook heb ik eens het
glas wijn van mijn oom leeggedron
ken. Toen ik drie jaar was, viel ik
eens in een kuil met prikkeldraad
en dat deed heel zeer. Ik begon te
huilen en moeder, die niet tegen
huilen kan, gaf me nog een pak slaag.
Ik begon nog hardere huilen en toen
zag mijn moeder pas, dat het bloed
over mijn benen stroomde. Ze haal
de gauw de buurman, vertelde alles
en vlug haalde hij zijn auto en bracht
me naar het ziekenhuis.
Lia Koree Leiden
IN DE PAASVAKANTIE
Het was de eerste donderdag in de
vakantie. Ik mocht een dagje naar
mijn tante. Dat vond ik fijn hoor!
Ik ging al om negen uur weg, maar
ik moest lang op de bus wachten.
Na een tijdje wachten kwam de bus
eindelijk. Het was de bus Kooipark.
Ik nam een kaartje, zocht een bank
en ging zitten. Het werd druk in de
bus; ik ging staan en gaf aan een
mevrouw mijn plaats. De bus stopte
op de Bernardkade en ik ging er uit.
Ik zag mijn nichtje al buiten en
holde naar haar toe. Maar ze was
iets aan het doen. Dat was wel leuk.
Ze deed een heitje voor een kar
weitje. Ik vroeg of ik daar ook aan
mee mocht doen. Ze zei: „ja" en ik
ging met haar mee. We deden er
samen één en toen gingen we naar
huis om te eten.
Na het eten gingen we fietsen, heel
ver, maar het ging fijn. Toen het vijf
uur was, moest ik weer met de bus
terug. Ik ging thuis nog even buiten
springen. Het was een leuke dag ge
weest. Na het eten mocht ik nog tot
acht uur buiten spelen en toen ging
ik naar bed.
Arnoud Verhagen Leiden
IN DE VAKANTIE
We fietsten langs boerderijen
En daar lagen grote keien
We sprongen ook over slootjes
Met onze kleine pootjes
Eerst gingen we naar de koeien
Die begonnen dadelijk te loeien
We kregen ook een koek
Maar verder heus geen snoep
We zongen verder een liedje
Dat ging niet over Pietje
We gingen een poosje roeien
Nog steeds loeiden de koeien
We gingen onder twee bruggen
Geen één begon te kuchen
Toen we terug gingen pakten we
de kant
En stapten voorzichtig over de rand
Het was een mooie lucht
Je hoorde geen enkele zucht
We kregen ergens limonade
Ik nam lekkere priklimonade.
De andere kinderen moeten nog
even geduld hebben. Als hun ver
haaltje goed is. krijgt het zeker een
plaatsje in de krant. Kom jongens,
wie weet er nog wat leuks in je „le
ventje?" Dag allemaal.
TANTE JO EN OOM TOON.
WEVEN GEEFT GENOEGEN
'n Kleine mat
Knutselagrs kunnen nu eens een
eenvoudige weefstoel van karton
maken. Het model is 6 cm breed en
41/* cm hoog.
Knip het karton, zoals in fig. 1 is
aangegeven, dan kunnen jullie kleine
karpetjes voor de poppenkamer we
ven. Bevestig de draad, waarover
je weeft, met een stuk hechtpleister
aan de rugzijde van het karton dicht
bij de ene getande kant. Trek dan de
draad door een tandinsnijding naar
voren en leid hem dan naar beneden
om een tand van de onderzijde. Van
daar gaat 't weer naar boven. Het
aantal draden moet oneven zijn. Be
vestig het laatste draadeinde weer
met een hechtpleister op de rugzijde.
Steek garen of kunstvezel in een
lange, grove stopnaald en stop daar
mee, over de eerste draad, onder de
tweede door, weer over de derde
enz. Ga er mee door (zie fig. 2) tot
er helemaal geen plaats meer is voor
horizontale draden. Trek dan de
kleine mat van de „weefstoel" en
maak alle draadeinden vast (fig. 3).
'n INKOOPTAS VOOR DE POP
Deze kan men op een stuk karton
weven, dat slechts één getande kant
heeft. Model: 7x/s cm breed, 5 cm
hoog. Leg dik garen of dun bind
touw van links naar rechts langs de
getande zijde (fig. 1). Trek het garen
dan over de laatste tand naar be
neden op de rugzijde en dan weer
van boven op de voorzijde.
Van hier brengt (voert) men het
garen naar de horizontale draad
voor men het weer onder en om de
rugzijde en weer van voren onder de
horizontale draad legt. Zo gaat men
door en vormt daardoor bij elke tand
twee draden op de voorzijde en twee
op de rugzijde.
Als men bovenaan ophoudt zou 't
aantal draden oneven zijn; daarom
leidt men de draad nog eens naar
onderen naar de andere zijde, waar
het weven of stoppen begint. De pijl
in fig. 2 wijst op de draad, die aan
de onderzijde van de weefdraad wordt
geknoopt. Als je met kunstvezel
werkt, kun je over twee draden in
eens weven, omdat kunstvezel stijver
is dan katoengaren. Je kunt ook ver
schillende kleuren gebruiken, dan
krijg je een gestreepte tas als op
model III. Is de tas klaar, dan trekt
men de horizontale draad, waarmee
men 't werkje begonnen is, eruit.
Daarna trekt men het karton eruit,
bevestigt de draadeinden en voorziet
de tas van twee handgrepen (hand
vaten).
Nederlandse choreograaf
werkt mede aan
herdenking van Dante
De Nederlandse danser en choreo
graaf Pieter van der Sloot, die te
Rome het balletgezelschap „Teatro
del baletto" leidt, is uitgenodigd de
choreografieën te verzorgen voor de
balletten, die in jimj worden uitge
voerd tijdens de leesten ter gelegen
heid van de 700ste geboortedag van
Dante.
Op 9 en 10 mei treedt Pieter v. d.
Sloot met zijn groep op in Argento
(Sicilië) in het dan juist geopende
nieuwe openlucht-theater.
104-JARIGE IN ZEIST
Een van Nederlands oudste in
woonsters, mej. Henriëtte J. Kropff
uit Zeist, vierde gisteren in betrek
kelijk goede gezondheid haar 104de
verjaardag. De hoogbejaarde dame
woont sedert 1927 aan de Joost van
den Vondellaan in Zeist. Voordien
was ze jarenlang hoofd van de huis
houding van een meisjeskostschool in
Apeldoorn. Tijdens haar lange leven
heeft mej. Kropff veel gedaan voor
de Suriname-zending.
WOLLEN AABEE
GORDUNSTOFFEN
moderne kleurstellingen
ALLE VITRAGE EN
OVERGORDIJNEN IN ONZE
JNEN-SHOP
PETER EN KLECKS
Peter en Klecks zijn naar de bios
coop geweest en hebben een grieze
lige film gezien met veel spookach
tigs. Maar ze zijn niet zo dom, dat
ze aan zo wat geloven. Maar erger is
't, dat zij dan te laat thuis komen.
Dan is het: direkt naar bed! en
wel zonder avondeten. Peter's moe
der had wel medelijden met hen
beiden; maar de vader is onverbid
delijk.
'n TRUCJE
Men zou zo denken, dat men een
lucifersdoosje gemakkelijk met 'n ge
balde vuist plat kan slaan. Maar dat
gaat toch niet altijd en zeker niet,
als men het neerzet, zoals de teke
ning aanwijst. Dan is het namelijk
haa9t onmogelijk, zelfs als de sterkste
man zijn kracht erop zet. Probeer
het maar eens.
HAARLEMMERSTRAAT 179
(hoek Hooglandse Kerksteeg).
MIDZA
Advertentie)
BOSKOOP
Geboren: Clasina J. d.v. M. J. v.
Gemeren en van J. C. v. Ofwegen;
Fredericus C. z.v. G. C. J. Stolwijk
en M. J. H. Husken; Charlotte L.
d.v. M. Blanken en L. Nobel; Dirk
J. z.v. D. C. P. v. Elswijk en D. A.
Noppen; José G. d.v. J. M. v Ooi
en G v.d. Berg.
Ondertrouwd: Cornelis den Ouden
en Eveline R. M. v. Leeuwen; Adri-
anus H. M. Geers en Elisabeth M. v
d. Nieuwendijk; Johannes Westdijk
en Riena Bakhuijzen.
Getrouwd: Martinus de Horde en
Johanna Cornelia Hendrika Maria
v. Doorn.
Overleden: Lidewij Pellekooren,
wv.. P. van Duiken, 74 jaar; Willem
Adrianus v. Gelderen, 88 jaar.