een jaar dat
niet af is
DE WERELD GAAT NIEUWE JAAR
IN MET VELE POLITIEKE VRAGEN
ONZEKERHEDEN VAN OOST TOT WEST
Bs NIEMöLER BEVREESD VOOR
DICTATUUR IN WEST-DUITSLAND
DONDERDAG 31 DECEMBER 1964
DE LEIDSE COURANT
IV GlN.
1/
sympathie verdienen, maar omdat
een communistische overwinning
hier vooral omdat dat nu een over
winning ook op Amerika zou beteke
nen een enorme psychologische
invloed zou hebben op tal van lan
den in Azië en Afrika, die China on
ophoudelijk poogt voor zijn kamp te
werven.
t
GEEL EN ZWART
IJOE ACTIEF de Chinezen daarbij
zijn, was vooral in Kongo te zien,
waar ze de rebellen van Gbenje en
Soemialot uitgebreid bijstaan, zij het
voorlopig voornamelijk met woorden.
Dat die toch veel invloed hebben,
werden de Belgen en Amerikanen
gewaar na de parachutistenactie om
te voorkomen, dat blanke gijzelaars
in massa werden afgeslacht. Prompt
werd alom in Afrika en Azië dit in
grijpen uitgelegd als een nieuw te
ken van imperialisme. Veel goodwill
heeft het Westen daar kennelijk
niet.
Kongo heeft indirect ook bijgedra
gen tot een enorme crisis in de or
ganisatie der Verenigde Naties. De
weigering van de U.S.S.R. om bijdra
gen te leveren voor de acties der
blauwhelmen daar en op Cyprus
heeft ertoe geleid, dat de Russische
contributieschuld zo groot is, dat het
land het stemrecht kan worden ont
nomen. Een teer punt, dat de alge
mene vergadering voorlopig zoveel
mogelijk uit de weg is gegaan. Im
mers de contributieschuld tolereren
zou een funeste invloed hebben op
anderen die net zo lief hun centen
in hun zak houden terwijl omge
keerd de Russen hun stemrecht ont
nemen dat wil zeggen buiten de
Ver. Naties zetten de volkeren
organisaties juist zijn belangrijkste
aspect van confrontatieplaats tussen
Oost en West zou ontnemen. Weer
zo'n knellende vraag, waarvoor nu
een compromis gevonden moet wor
den. Maar ook in de toekomst kan
zich iets dergelijks herhalen en het
blijft een zwak punt in de V.N.
LIET JAAR waarin de Russen Chroesjtsjow het
Kremlin uitsmeten en de Chinezen hun eerste
kernbom lieten ontploffen, kan men moeilijk een
saai jaar noemen/ Maar hoeveel opzienbarends
ook gebeurde; het was ook typisch een jaar dat
niet af is. Vrijwel ieder opmerkelijk feit ken
merkte zich doordat de (vaak al weer vergeten)
vraag hoe het nu verder moet, weer actueel werd.
Een aantal zekerheden, waarmee we in januari
begonnen, zijn weer twijfelachtig geworden. Het
sterkst spreekt dat in het geval van Chroesjtsjow.
Tussen hem en vooral president Kennedy leek
een soort gentleman's agreement aan het groei
en. Het fel tegenover elkaar staan werd meer en
meer vervangen door een besef dat geen van
beiden het erg met de ander eens was, maar dat
ze nu eenmaal samen op de wereld zaten en er
het beste maar van moesten proberen te maken.
Deze „détente" was sterk gebonden aan de per
sonen van de twee machtigsten der aarde. Toen
vorig jaar Kennedy wegviel, veranderde er wei
nig, want Johnson ging op de zelfde voet verder.
En nu dit jaar de rode premier de laan is uitge
stuurd, komen uit het Kremlin nog steeds de
zelfde klanken die wijzen op een bereidheid door
te gaan met de „détente".
pR IS ECHTER EEN groot verschil: in de V.S.
wist men wie het roer overnam en in de Sow-
j et-Unie is dat geenszins zeker. Brezjnew en
Kosygin zijn nominaal samen de nieuwe macht
hebbers. Maar blijven ze dat? Het lijkt wel zeker,
dat het huidige bewind, dat zo de nadruk legt op
het collectieve leiderschap, op een dag zal wor
den vervangen door of wellicht zal overgaan
in de oude, vertrouwde toestand van één man
die de toon aangeeft. De vraag is nu wie dat zal
wezen. Een van het tweetal, dat nu op de voor
grond staat, of zal net als na Stalin uit de ach
terhoede iemand komen opzetten: Podgorny bij
voorbeeld of Schelepin? In de voornaamste tegen
stelling in de wereld is een groot element van
onzekerheid geslopen dat er een half jaar geleden
nog niet was. En hoe staat het met de tweede
tegenstelling van wereldbelang, die tussen de
Sowjet-Unie en communistisch China? Voor zo
ver we nu kunnen beoordelen, is daarin alles zo
ongeveer bij het oude gebleven, maar ook hier
hangt veel af van de uitkomst in de machtstrijd
achter de muren van het Kremlin.
VELE KNOPEN
rVE LIJST is nog lang niet uitge-
put. India zoekt zijn vorm na de
dood van Nehroe; Cyprus zit nog
steeds in zijn dilemma; Rhodesië ligt
haast onontwarbaar in de knoop met
zijn wens onafhankelijk een nieuwe
-apartheidsstaat te worden en de ge
volgen die het daarvan ducht; Zuid-
Afrika ziet door de Britse weigering
wapens te leveren zijn isolement ver
groot en zijn weerbaarheid bedreigd;
in het Nabije Oosten zijn weer aller
lei ontwikkelingen aan de gang om
meer één lijn te gaan trekken onder
leiding van Nasser, waarbij het een
netelige vraag is hoe men van het
conflict in Jemen afkomt; enzovoort.
En over vragen gesproken: de
M.L.F., de door vele naties bemande
kernvloot, waartegen vooral De
Gaulle zich verzet omdat hij daar
door zijn Europese ideeën ziet be
dreigd en Oost-Europa, omdat het de
Duitse vinger aan de trekker ducht.
Het oorspronkelijke plan is wel defi
nitief van de baan. En het zoeken is
nog naar de oplossing voor de vraag
hoe toch zoiets op touw kan worden
gezet met deelneming van Groot-
Brittannië.
RAADSELS
\7AN DE GAULLE is het geen ver-
rassing, dat hij de wereld raad
sels opgeeft: hij houdt er van voor
mysterieuse figuur te spelen. Wil hij
de NAVO boycotten als de M.L.F.
op de een of andere manier door
gaat? Zal hij de E.E.G. laten afster
ven als hij zijn zin niet krijgt? Wat
zijn de konsekwenties als Bonn toch
de band met Washington van groter
belang blijft vinden dan die met Pa
rijs?
Zijn woorden zijn niet duidelijk,
niet over deze punten, maar ook niet
over wat hem dan wel voor ogen
staat inzake politiek en militaire sa
menwerking. Italië, West-Duitsland
en ook de Beneluxheren Luns en
Spaak doen hun uiterste best om een
weg te vinden om de Europese sa
menwerking toch het élan te laten
behouden, maar helaas zijn die po
gingen zo mogelijk nog minder dui
delijk dan de verlangens van De
Gaulle. De Europese toekomst dat
is haast een traditie geworden
ziet er in december altijd al wat
zwart uit, waarna lang praten tot
over twaalven toch weer wat licht
pleegt te brengen. Maar al hebben
de Duitsers op het netelige punt van
NIKITA CHROESJTSJOW
„Eindelijk tijd voor mijn hobbies"
de graanprijs dan uiteindelijk toch
wat toegegeven, over allerlei vormen
van Europese samenwerking bestaat
thans minder zekerheid dan ooit te
voren.
Zelfs in het stabielste land van de
Westerse wereld, de Verenigde Sta
ten, is thans onzekerder geworden
hoe het zijn buitenlandse politiek zal
voeren. Johnson, de glorieuze over
winnaar van de aartsconservatieve
volgelingen van Goldwater, be
schouwde zich tot dusver verplicht
te werken als de voortzetter van wat
de vermoorde Kennedy aan plannen
uiteen had gezet. Nu is hij president,
niet door toeval, maar door een
uiterst krachtige uitspraak van de
kiezers. Nu ook heeft hij de gelegen
heid en zelfs de opdracht om een
eigen politiek op te zetten en uit te
voeren. Waarschijnlijk minder idea
listisch dan zijn voorganger en veel
zakelijker. Maar hoe precies, dat is
weer zo'n vraag waar we 1965 mee
ingaan. Zij het, dat we wel zeker
zijn, dat van alle antwoorden dat op
déze vraag het minst is voorbestemd
om de wereld te laten schrikken.
MET BOM MEER MANS
Ï^E ONTPLOFFING van de eerste
Chinese kernbom is in dit ver
band zeer belangrijk. Indertijd trok
Chroesjtsjow zijn hulp aan China in,
ten dele waarschijnlijk om te "voor
komen, dat Peking een kernmacht
werd. Mao Tse-toeng heeft het des
ondanks toch klaar gespeeld en dat
heeft zijn prestige in deze interne
communistische tweekamp belangrijk
verhoogd. Een zelfde prestigewinst
heeft hij met die knal geboekt in de
onderontwikkelde landen van Azië
en vooral Afrika en niemand hoeft
van de Chinezen te verwachten, dat
ze daar geen dankbaar gebruik van
zullen maken.
FRANCO:
ook lid van de Tros?
Hoe dat zal uitpakken is weer zo'n
vraag waarmee de wereld nu nog
klemmender zit opgescheept dan toen
1964 begon. En bovendien met de
ongewisheid of nu China het Rus
sische-Westers monopolie der kern
wapens heeft doorbroken niet ook
anderen zullen pogen een A-bom of
een H-bom te construeren. Egypte
werkt er aan, India heeft het al laten
doorschemeren en merkwaardiger
wijs ook Indonesië, al neemt nie
mand dat laatste voorlopig erg se
rieus.
Wat men wel serieus dient te ne
men, is de Indonesische poging om
Maleisië' te verpletteren. Wanneer
dit alleen een zaak was van die twee
landen, dan was dit al een onaan
genaam geval. Maar de Chinezen
doen al hun best om het vuurtje nog
wat hoger op te stoken, wat zonder
meer al hun invloed op Djakarta
moet versterken. En bovendien is het
Westen door allerlei banden zo sterk
verbonden aan Maleisië, dat een echt
oplaaien van het conflict Engeland
en wellicht de V.S. er bij betrekt. En
dan heeft men een echt warm front
gekregen in de koude oorlog.
DE 45 OORLOGEN
IS HET nog een vraag of het zover
komt: een ander front tussen de
westerse wereld en Pekings commu
nisme vindt men daar in de buurt,
in Zuid-Vietnam. Een zwak regiem
voert daar, om de Amerikaanse am
bassadeur generaal Maxwell Taylor
te citeren „op zijn minst een 45 oor
logen", tegen de Vietcong en verder
onderling tussen allerlei groepen.
Een beslissing kan haast niet val
len, wanneer men op de huidige
voet doorgaat. En er zijn al vele
stemmen opgegaan om de strijd naar
Noord-Vietnam over te brengen. Hoe
dan ook: iets moet gebeuren. Niet
omdat de Zuidvietnamezen met hun
ontelbare onderlinge twisten aller
Daar vierde de al bij zijn leven
legendarisch geworden Sir Winston
Churchill zijn negentigste verjaardag
midden in de honderd dagen van
Wilson, de termijn waarbinnen de
nieuwe socialistische premier aan
kondigde de voornaamste grondsla
gen voor een nieuw Engeland gelegd
te hebben. Voorlopig mondde dat uit
in een versoberingsactie die door een
extra-heffing op de importen alle
andere naties tegen de Britten in het
harnas joeg en hen tevens nood
zaakte de Labour-regering met mil
jarden te helpen uit een formidabele
vertrouwenscrisis om het pond.
Avonturen die de vraag doen rijzen,
hoe Labour onder zo moeilijke om
standigheden met een zo geringe
meerderheid in het Lagerhuis ooit
veel tot stand kan brengen.
Oproep tot
ongeldig stemmen
In een artikel in het in Frankfort
verschijnende weekblad „Stem der
gemeenschap" wekt ds Martin Nie-
möler, de bekende predikant en oud-
onderzeebootcommandant de West
duitsers op bij de in oktober a.s. te
houden algemene verkiezingen on
geldige stemmen uit te brengen en
aldus hun wantrouwen in de huidige
politieke partijen in de bondsrepu
bliek tot uitdrukking te brengen.
Ds Niemöler schrijft, dat de demo
cratie in West-Duitsl'and alfleen maar
in naam een democratie is. Er be
staat geen echte oppositiepartij en de
democratie moet wel tot corruptie
ontaarden. „Deze corruptie kan al
leen maar tot dictatuur leiden en
Hitler was vergeleken met yvrat ons
te wachten staat, maar een onschul
dig weesjonigetje', al/dus ds Niemöl-
ler. Geen land ter wereld gelooft in
een verlangen naar vrede bij West-
DuitsiLamd, zo schrijft hij verder. De
ontwikkelingshulp lijkt alleen maar
te bestaan uit het zenden van wa
pens naar onderontwikkelde landen
en het leveren van huurlingen voor
oorlogen in Afrika en het Verre
Oosten.
Door ongeldige stemmen uit te
brengen, moeten de kiezers aan de
machtshebbers duidelijk maken, dat
tenminste een deel der Duitse bevol
king naar vrede haakt en in dit op
zicht geen vertrouwen heeft in de
bestaande partijen, aldus ds Nie-
möl er.