ERFSTUK UIT DE OERTIJD TROUWE HULP VAN HUISVROUW Nieuwe bezems, bezemstuiver en een bezem in de mast DE T.KTDSE COUKANT De bezem Is door alle tijden heen een middel tot en een symbool van reinheid geweest. Hij is dat thans nog, maar hij is bovendien een industrie- prodnkt, dat tienduizenden mensen werk en brood verschaft. f Stofzuiger-offensief verdreef bezem niet PAAH, een jagersman uit het oudste stenen tijdperk, keerde tevreden terug naar zijn grotwoning. De jacht was met succes bekroond. Hij droeg een jong hert over de schouder, zodat er dus weer voor een paar dagen vlees op de plank zou zijn. Paah ging de grot binnen en stiet bij wijze van groet een paar klanken uit tegen zijn vrouw Maah. Hij wierp het hert op de grond en wilde zich neervleien in zijn hoekje van het 'woon vertrek'. Eensklaps echter begon hij boos te grommen tegen Maah. Hij pakte zijn gade stevig bij haar schou ders en dwong haar te kijken naar zijn hurk- en lig- hoek Wat toch was het geval? In Paah's hoekje lagen nog enige botten en ander afval van een vorige maal tijd. Maah gromde onderdanig terug en ging naar een der wanden van de grotkamer. Daar pakte zij een be- bladerde tak en hiermede veegde zij Paah's hoekje schoon. Paah kon zich toen neervleien en uitrusten. Enige tijd later kreeg Maah een helder idee. Zij ging het bos in, brak daar een paar takken af en bond die samen met een stuk boombast De eerste bezem ont stond aldus. Het zou kunnen zijn, dat dit relaas van de uitvinding van de bezem een beetje romantisch en simplistisch is. Dit neemt echter niet weg, dat de kern juist is. De bezem dankt namelijk zijn ontstaan aan twee mense lijke verlangens: 1. Het verlangen (vooral van de man) naar een gezellig en schoon 'thuis'; 2. De natuurlijke wens van de vrouw om het leven van haar man en kinderen zo prettig mogelijk te maken en hun een schoon en gezellig 'thuis' te bieden. De bezem treft men daarom (in een of andere vorm) in alle tijden en bij alle volken aan. Het is een oeroud stuk 'huishoudgereedschap', dat zich van de vroegste tijden af tot op de huidige dag heeft kunnen hand haven. De vervaardiging van bezems, nu zeggen wij: de bezemindustrie, is derhalve een der oudste takken van nijverheid op aarde. Bezems moeten op tijd vernieuwd worden, want afge sleten bezems kunnen geen goede diensten bewijzen als het geldt 'huis en hof te keren'. 'Keren' is een oud- vaderlands woord, dat in samenstelling met bezem gebruikt betekent „reinigen', 'schoonmaken'. Wij ken nen allen het spreekwoord 'Nieuwe bezems vegen schoon'. Gebruiken doen wij dit spreekwoord eigen lijk nog slechts in symbolische zin. Vroeger, in de vorige eeuw nog, was dit anders. Toen beschikten veel huisvrouwen nog over dagelijkse hulp in huis, over 'dienstboden'. Toen was dat spreekwoord er een (zoals een woordenboek uit 1843 het formuleerde), 'hetwelk men in de gemeenzame verkeering gebruikt ten aan zien van dienstboden, die, in het begin van hunne dienst, hunnen pligt wel waarnemen'. De bezem als symbool van reinheid kenden onze zee vaarders in vroeger eeuwen ook. 'Dan voert hij op den mast den bezem tot een wapen', dichtte Vondel. Hij Dedoelde hiermede: Dan keerde de zeeman huiswaarts met een bezem (instede van de vlag) in top, ten teken, dat hij de zee van vijanden had schoongeveegd. Ja, maar als dan zo'n zeventiende-eeuwse kapitein met een bezem in de mast en een buitgemaakt schip in de thuishaven binnenliep, dan had hij denkt u maar aan de vermaarde Spaanse zilvervloten! een heel wat kostbaarder buit bij zich dan een handvol „bezem- stuivers"! Nu vraagt u natuurlijk: Wat is eigenlijk een 'bezem stuiver'? Het antwoord luidt: Een stuiver, die met bezems niets te maken had. Het was vroeger de klein ste Nederlandse zilveren munt ter waarde van vijf centen of twee vierduiten. Waarom hij dan 'bezem- stuiver' heette? Omdat er zeven pijlen op waren afge beeld, het symbool der Zeven Verenigde Provinciën! De bezem, erfstuk uit de oertijd, werd in de loop der tijden geperfectioneerd. Stellig, hij kreeg concurrentie, zware concurrentie zelfs. De stofzuiger scheen zijn grootste belager te worden, doch het offensief der stofzuigers liep dood op de veerkracht, de gedegenheid en de werkkracht van de bezem. Dat dit inderdaad het geval is, kan men in vele landen zien, ook in Neder land. Op het erf en in de stal, op de deel en in den hof is de bezem nog steeds onmisbaar. Dat de bezem zich handhaafde, blijkt ook uit de produktiecijfers der bezemindustrie. Industrie? Ja, er zijn tal van fabrie ken op aarde, die enkel en alleen bezems fabriceren. De waarde hunner jaarlijkse produktie loopt in de honderden miljoenen guldens. In Canada zijn ruim negentig bezemfabrieken, die jaarlijks voor meer dan zeventig miljoen gulden aan bezems maken. Wij noemen hier Canada speciaal, omdat wij de beschik king kregen over enige foto's, gemaakt in een der grootste bezemf abrieken ter wereld (en de grootste van het Britse Gemenebest), gelegen in de plaats Nor wich (Provincie Ontario). Hoe het 'oerprodukt' bezem thans aan de lopende band wordt gefabriceerd, daar van geven de foto's een beeld. Foto rechtsboven: De bezemstelen moeten recht zijn, sterk en zonder splinters. Zij worden, na gedroogd te zijn, machinaal gevernist. Foto linksboven: Een machine bevestigt de bezems aan de stelen. De lange 'vezels' aan de buitenkant, naar binnen toe steeds kortere. Een werkman zorgt voor de afwerking door een gekleurde band van metaal of katoenfluweel te leggen ter plaatse, waar de bezem aan de steel is vast gemaakt. Het oog wil ook wat! Foto linksonder: Jong geleerd, oud gedaan. Dit vindt de moeder van Elly ook en daarom heeft zij haar dochter een kin derbezempje gegeven. „Elly en ik hebben veel pret met die bezem, maar veel huishoudelijke hulp kan Elly mij toch nog niet bieden", zei Elly's moeder. Voor veel dames is „ruimte" een groot probleem. De heren der schepping hebben het in dat op zicht heel wat gemakkelijker dan wij. In hun kleding bevin den zich op diverse plaatsen zakken, waarin ze alles en nog wat kunnen opbergen, maar in onze kledingstukken is dat niet het geval. Alles wat de vrouw moet meenemen, dient zij in haar tasje bij zich te dragen. Daarom is voor een vrouw haar tas van bijzonder belang, het is haar bergplaats, maar daarnaast ook een deel van haar totale ver schijning, dus aan mode onderhevig Wanneer als mode geldt, dat een tas klein en fijn moet zijn, dan is de vrouw wat haar berg ruimte betreft ernstig gehandi capt. Gelukkig is dit in het hui dige modebeeld niet het geval, we kunnen over tassen beschik ken met een redelijke bergruim- Maar wanneer we onze bood schappen gaan doen, dan willen we toch wel graag een tas met een behoorlijke capaciteit mee nemen. Maar uit een oogpunt van draagbaarheid willen we het onmogelijke. De tas moet klein zijn, zo weinig mogelijk wegen en toch veel ruimte bie den. Aan dit wonder voldoet een leu ke city-bag, die wij op een le- derwarenshow zagen. Deze tas, in normale vorm niet onhandel baar groot, heeft een harmonica- bodem, die met twee riempjes omhoog wordt gehouden. Hebt u eens veel mee te nemen, dan kunnen de riempjes worden los gemaakt, de bodem vouwt zich uit en ziet, we hebben ongeveer de dubbele bergruimte Een dergelijke tas is zeker voor de winkelende vrouw een ware uitkomst. ELLY MARTINS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1964 | | pagina 8