c IN DE KRANTENTUIN DE MATER AMABILISSCHOOL Het knutselhoekj e HET lÖFifWl Ei Waardevolle vondst in wrak van „Batavia" ZATERDAG 29 AUGUSTUS 1964 DE LEIDSE COURANT PAGINA 13 Een noodlottig schot Door het dichte dennenbos liep met vlugge, haastige, maar voorzich tige stappen een man met iets ang stigs, zenuwachtigs in heel zijn hou ding. Hij vermeed zoveel mogelijk het pad en zette zijn voeten op 't mos en de dennennaalden om zo wei nig geluid te maken als hij maar kon. Af en toe stopt hij 'n moment om te luisteren. Blijkbaar wordt hij achter volgd. Eindelijk komt hij hijgend aan 'n huisje aan de rand van 't bos Door de keukenruit ziet de vluchteling 'n oudachtig vrouwtje, dat aandachtig over een pan gebogen staat Eerst wil hij proberen het raam open te duwen, maar dan bedenkt hij zich en klopt aan de «achterdeur. Zonder te wachten stapt hij naar binnen Zijn stap horend, keert het vrouwtje zich verrast om. „Wel, Wilhelm, je doei me schrikken, wat is er toch gebeurd, je doet zo gejaagd?" „Ik heb op iemand geschoten". „Toch niet dood geschoten?" „Ik weet 't niet, vrouw Thun, maar in ieder geval word ik achterna ge zeten door de boswachters, omdat ik aan 't stropen was. Zij verrasten mij en toen heb ik van schrik gescho- ten". „En wat wou je nu van mij Wil helm?" „Ja, ik dacht, omdat uw zoon Jo- hann een vroegere vriend van me was, zal u me misschien wel willen helpen en me verstoppen tot mijn vervolgers weg zijn". „Ja, je bent wel een vriend van mijn zoon geweest, maar geen beste. Hij heeft je altijd meer vriendschap bewezen dan je verdiende Maar weet je wat? Je mag hier blijven tot Jo- hann van zijn werk terug is, dan zullen we wel verder zien. Ga maar in ons schuurtje, dan kun je daar bedenken, wat je verder zult doen. Daar zullen ze je wel niet zoeken, als ik hun zeg, dat ik je niet gezien heb". „U bent een goed mens, vrouw Thun, u behandelt mij beter, dan ik verdien. Als ik zo'n goede moeder had gehad als Johann, zou ik ook een beier en nuttiger mens geworden zijn". Zonder hierop te antwoorden, open de zij het schuurtje, liet hem bin nen gaan en sloot het daarop weer af. 's Was maar een kleine, half don kere ruimte en, nog vermoeid van zijn haastige vlucht, was stroper Wil helm al gauw bijna in slaap gesoesd. Maar toen 't haast zo ver was. hoorde hij het geluid van voetstappen op het pad. Het waren de boswachters, die terecht verondersteld hadden, dat de gezochte zich stellig naar 't huis van zijn oude vriend had begeven. „Nu kan ik mijn hoop om nog te kunnen ontvluchten wel opgeven" mompelde hij in z'n eigen. Hoe kon ik ook zo dom zijn om net in dit huis aan hun opsporing te hopen ont komen". Maar vrouw Thun was iemand, die woord hield. Daar ze de mannen nog niet zag en zij ook haar niet, haastte ze zich weer naar het schuurtje, ont sloot het en zei tot Wilhelm: „Kom er gauw uit en verlaat 't huis door 't deurtje in de zijgevel. Dan hol je naar 't station, waar over 10 minuten een trein vertrekt naar München". „Ja, dat zou net nog kunnen, maar ik heb geen reisgeld" De goede vrouw haastte zich naar de keuken en grabbelde uit een lade 2 thalers en reikte hem die over. „Hier heb je voor de eerste dag wel genoeg mee". „Oh, ik Neen, je behoeft mij niet te bedanken, ik doe dit voor Jo hann, die altijd zo op je gesteld is geweest, al begrijp ik niet goed waar om". Zij hield de deur al voor hem open, toen ze de voetstappen veel dichterbij hoorden, maar nu van een andere zijde van 't huis. „Misschien is 't Johann, want die kan ieder ogenblik van zijn werk thuis komen". „Neen 't zijn er meer, want ik hoor stemmen". „Wacht daD liever, tot ze voorbij zijn". Hij schoof weer terug in het schuur tje en de vrouw sloot de deur weer. (wordt vervolgd) NIEUWE RAADSELS I Wat voor haar heeft het paard van Sinterklaas? II Wie heeft geen haren en draagt toch een kam bij zich? in Wie loopt zonder rusten en slaat zonder pijn? Onder de goede oplossingen wordt een mooi boek verloot. De oplossin gen insturen aan: Tante Jo en oom Toon van de Krantentuin Leidse Cou rant, Papengracht, Leiden. Correspondentie Hallo jongens en meisjes! Alweer hard aan het leren? De meeste van jullie zeker wel, alleen de groteren hebben nog tot 1 sept. vakantie. Wat hebben we toch een mooie vakantie gehad, tenminste wat het zonnige weer betreft. Die paar regendagen tellen we niet. Ook wel eens leuk heerliik thuis met je speelgoed te spelen of een knutselwerkje te doen. Ik zou jullie bruine toeten, armen en benen wel eens willen zien, fijn hoorl Maar nu is het weer werken ge blazen. We zijn of gaan vol goede moed beginnen. Jullie weten het: een goed begin is het halve werk. En tot de nieuwe eerste-klassertj es zeg ik: goed naar de juffrouw luiste ren, dan kunnen jullie over een hall jaartje zelf de verhaaltjes uit de krant lezen en over een jaartje er zelf eentje maken. EEN VERRASSING! Toen wij na drie vakantie weken weer thuis kwamen, kwam er een grote verrassing. Daar lag in onze brievenbus een heel dikke envellop „Wat zou daar wel in zitten?" dach ten we. Dat kunnen jullie nooit ra den, ik zal het dus maar gauw zeg gen: Van de derde klas van de Anto- niusschool, van alle kinderen een verhaaltje. Is dat niet leuk! We gaan ze aandachtig doorlezen en de beste verhaaltjes krijgen een plaatsje in de krant. Jullie hebben allemaal reuze je best gedaan, dus de meeste verhaaltjes komen wel in de krant We verloten ook een mooi boek on der die kinderen. En dan nog iets Wat is er keurig geschreven! I De vlag uit voor die derde klas van de Sint Antoniusschool, die inmiddels al vierde geworden is. Dag kinders de groetjes aan jullie juffrouw De Leeuw. Hanneke? Leiden. Daar is Hanneke het eerst aan de beurt. Maar waar om heb je je achternaam er niet bij geschreven. Zeker vergeten! DE GROTE VAKANTIE Met de grote vakantie gaan we met ons vijven naar de provincie Utrecht. We gaan daar kamperen en we blijven er drie weken. Er zijn daar veel bossen, heerlijk is het daar; dat zegt mijn moeder tenminste Daar is een zwembad, heuvels, bossen en ook een strand. Je kunt er auto's huren. Je kunt er allés. Daar is ook een speeltuin enz. O, zo fijn is het er, zó fijn, zó mooi. Ik wou maar dat ik nu al op vakantie ging, maar over een weekje is het zo ver; tenminste voor mij, want ik heb een week eer der vrij. Heerlijk fijn is dat! De zesde klas krijgt ook een week eerder vrij. Zeg Hanneke horen we nu ook eens hoe jullie het daar gehad hebben? (tante Jo). Robbie Knooren, Leiden AAN HET STRAND Het was zaterdag en het zou een warme dag worden. Vader zei: „mooi weertje voor Noordwijk" en het was nog maar half tien, toen we op weg waren naar de zee. We hebben ge lachen jó. Dat zal ik vertellen. Mijn zusje en ik gingen dadelijk naar het water. Mijn zusje ging er eerst in en toen ze er in was begon ze te huilen. Ik ging haar halen, maar brr, brr, wat was het water koud. Ik vond het ook niks fijn. We Later vonden we een vlot, daar mee gingen we vlotje varen. De hele middag hebben we fijn gespeeld tot vader ons kwam roepen om mee te gaan. We bleven nog wat in het huisje en om 8 uur gingen we weg. Wilma v. d. Westen, Leiden DE TWEELING Moeder konijn was druk bezig met twee kleine bedjes op te maken. Een rood bedje en een blauw bedje met snoezige lakentjes en groen met witte dekentjes. Zij ging ook een zuigfles kopen en vader konijn was op voed- liepen bibberend naar vader en moe- sel uit. Moeder konijn moest ook nog der. kleertjes naaien. Ik zei: „Vader het water is te koud „Waar was dat allemaal voor no- hoor", maar vader geloofde er niets dig?" zou je vragen, van. Wel ze kregen een tweeling. Sneb- „Nou probeer u eens, om d'r in te belijntje piekerde over twee leuke gaan", zei ik. En vader ging hoor! jongensnamen. Hij kwam met kippevel terug en De volgende dag was Snebbelijntje zei: „jullie hebben gelijk". het eerste wakker. Zij vroeg: „Moe- Nu weten jullie waarom we toen der hebben we, snuf, snuf, al een gelachen hebben. tweeling, snuf, snuf?" „Nee, snuf, snuf ga maar weer in Bert v. Heugten, Leiden je bed, snuf, snuf'zei moeder. De volgende dag. KABOUTER WIPNEUS Toen de zon op was, lag moeder nog in bed. Ze hadden de tweeling Kabouter Wipneus is een kleine nu immers, kabouter, niet groter dan je pink. Snebbelijntje zei tegen moeder: Ook had hij een wipneusje, daarom „Nu weet ik hoe ze heten!" Snebbel- heette hij zo. tje en Snabbeltje. Kabouter Wipneus wou eens een „Goed zo", zei vader „echte twee- avontuur beleven, een groot avon- ling namen". tuur. Snebbelijntje gaf de tweeling elk Hij maakte een bootje en ging va- een kus en zei: „Dag Snebbeltje, dag ren. Hij had zes kabouterbroodjes bij Snabbeltje". zich en een trommel vol kabouter- is indus zorgt dat je erbij komt Laatste gelegenheid Mater Amabilisschool koek Maar het werd nacht en toen bedacht hij dat hij een lampje ver geten had. Toen ging hij maar sla pen. Hij trok zijn jasje uit, rolde het op en gebruikte dat als kussen. Hij Corry Montagne, Leiden NAAR NOORDW1JKERHOUT Wim Duiverkerk, Leiden KABOUTER SPILLEBEEN wKennen jullie kabouter Spillebeen sliep al gauw heel vast maar toen al? Ja? Nou dan begin ik maar met- kwam er opeens een storm opzetten een. Kabouter Wipneus werd er wakker Er was nieuws van de kabouter van, hij keek eens rond en zag vlak koning gekomen. Een wedstrijd. Wie voor zich een eiland De storm hield de langste en mooiste baard had, op en de kabouter voer er heen. kreeg een gouden kam en borstel. Maar wat was dat? Het was zijn eigen Kabouter Spillebeen dacht: „Nou land. O, wat was hij toen blij, zó blij ik zal mijn baard maar eens netjes dat hij een paar dagen achter elkaar kammen, want hij zit zo in de war. feest vierde. Hij wou nooit meer een Misschien win ik wel de gouden kam avontuur beleven. en borstel, want ik heb, denk ik, de mooiste baard. Maar kabouter Miepie had ook een mooie lange baard. Kabouter Spillebeen dacht: „Mie- pie weet nog vast nergens van. Hij Het was zaterdagmorgen 8 uur. Al- heeft er zich niet op voorbereid, dus les was al klaar om weg te gaan. Ze haast ik me naar de koning", stonden buiten al op ons te wachten Kabouter Miepie wist het echter We gingen samen naar het huisje te allang en was al op weg naar de Noord wij kerhout. koning. Kabouter Spillebeen vond Tante Ko was er ook. Ze had de een speelgoedautotje, stapte er in en koffie al klaar toen we er kwamen was binnen een paar minuten bij de Na het koffiedrinken gingen we naar koning. Nu kwamen ze allebei ge- de zee We hadden onze badpakken lijk aan. al aan. Daar renden we de zee in en De koning ging nu loten, onder de gingen zwemmen. Ton kon niet voor- tien. De koning zei: „weet je wat? uit komen en toen trokken we hem Spillebeen de kam en Miepie de bor- mee. We liepen al verder en verder stel", tot we niet meer konden staan. Dat was te gevaarlijk en vader riep ons Volgende week verder met de ver terug. haaltjes. De andere kinderen moeten „Komen jullie wat dichter bij" riep even geduld hebben, hij. Dag allemaal. Wat was het water nog koud. TANTE JO en OOM TOON WATER- EN STRANDSPEL Kan gespeeld worden, waar men pootje kan baden of ook wel zo ver in zee, dat 't water slechts tot aan je buik komt. Eèn is de reuzevis, al de anderen zijn sardientjes. Deze laatsten stel len zich op een rij, waarbij elke sar dien degene, die voor hem staat, bij de heupen vasthoudt. De voorste sar dien mag door de reuzevis niet aan geraakt worden, maar wel al de an deren. Deze echter trachten hem te ontwijken, waarbij zij door de voor ste geholpen worden. Deze tracht zijn school (zwerm) te verdedigen door zich steeds tegenover de reuzevis te stellen. De anderen mogen zich wen den, wegduiken enz. mits ze hun voorman niet loslaten. Gebeurt dit wel, dan is hij buitenspel, evenzo de gene, die door de reuzevis gevangen wordt. Heeft deze tenslotte 6 sardie nen gevangen, dan moet hij van plaats verwisselen met nr 2 uit de rij, waarna 't spel opnieuw begint. „TIEN WORPEN" Voor dit spel zijn nodig 'n grote waterbal en 2 ploegen spelers. Men kan het spelen te land of in 't water. Hoewel het in 't water meer lol geeft, is 't toch raadzaam op 't droge te blijven, als er èèn of meer „niet zwemmers" meedoen. Het gaat er nu om, dat in elke ploeg tien balworpen worden gedaan van èèn speler naar een tweede, een derde enz. zonder Ongetwijfeld zullen er veel meisjes zijn, die zich nu al afvragen: hoe zal ik in de komende wintermaanden mijn vrije tijd gaan besteden? Welnu, ooit van de Mater Amabi lisschool gehoord? Ten onrechte „school" genoemd, er zijn immers geen examens, huiswerk e.d. aan ver bonden. Men kan het eerder een vormingscursus noemen, daar de doelstelling is, het werkende meisje van 17 jaar en ouder, opleiding en vorming voor haar toekomstige taak in gezin en maatschappij te geven. De lessen worden gegeven in een gezellige sfeer en ieder is in de ge legenheid om zijn mening naar vo ren te brengen en bepaalde proble men met docenten en leeftijdgenoten te bespreken. Het programma is zeer veelzijdig en biedt lessen in: Opvoedkunde, medische raad, kin derverzorging, ziekenverpleging, ge zondheidszorg, smaakontwikkeling, woninginrichting, maatschappelijke vorming, godsdienst, handenarbeid, sport, toneel, naaien en koken, dek ken en dienen, gasten ontvangen enz Hiernaast is er nog een ontspan ningsprogramma waaronder feestjes, dansavonden, excursies en gedurende de zomeravonden vrije clubs. Het cursusgeld bedraagt 55.— per jaar, plus f 5 inschrijfgeld. Naast deze 3-jarige avondcursus, welke 2 avonden per week gegeven wordt, nl dinsdag- en donderdag avond. is er ook nog een mlddagcur- sus, 2 lesmiddagen per week, voor meisjes tussen 14 en 16 jaar. Dit programma is geheel aangepast Astrolabium van honderdduizend gulden In het wrak van de in 1629 bij de westkust van Australië gezonken Ne derlandse koopvaarder „Batavia" heb- ben duikers van een Australische ex peditie voor de tweede maal een astro- labium gevonden, waarvan de waarde op ruim 100.000 gulden wordt geschat. Een astrolabium is een hoekmeter, een oud instrument voor graadmeting aan de hemel en op het land, dat vroe ger door zeelieden werd gebruikt. Voor zover bekend zijn er op de hele wereld slechts negen astrolabia in mu sea te vinden. aan de leeftijd: het 14, 15 en 16 jarige meisje, dat net de lagere school heeft verlaten en meestal in haar eerste betrekking is. Het is derhalve nog wat speels. Naast de algemene vorming die de docenten en leidster de meisjes trach ten mede te geven, zijn er nog kook- en naailessen. Verder handenarbeid, sport, muziek, verbale expressie enz. Ook deze lessen worden in een ge zellige sfeer gegeven en ieder is in de gelegenheid om bepaalde proble men met docenten en leeftijdgenoten te bespreken. Wilt u wat meer weten omtrent deze cursussen, informeert u dan eens bij de leidster, mej E. Kerck- hoffs, op het adres: Hogewoerd 57 te Leiden (tel 01710—30494) en wel op de navolgende dagen en uren: woensdagavond 2 sept. a.s. tussen 18.00 en 20.00 uur; donderdagavond 3 september a.s. tussen 18.00 en 20 00 uur. Ook zijn de meisjes, evenals hun ouders, van harte welkom op onze propaganda-avond, vrijdag 4 sept. a.s. in het Antonius Clubhuis, Mare 43, Leiden. Aanvang half 8, toegang vrij. De leerlingen van de Mater Ama bilisschool zullen deze avond opluis teren met toneel en pantomine, een en ander onder leidng van de heer Joop Koevoets. Er is dan tevens nog een laatste gelegenheid voor het verkrijgen van inlichtingen en aanmelding nieuwe cursisten. _/\/W I D n werkt ook met 2 naaldei VOORWAARDELIJKE STRAF VOOR DIAMANT VERDUISTERING De 33-jarige A. K. uit Amsterdam, die twee jaar geleden als conducteur bij de Nederlandse Spoorwegen een pakje met twee diamanten (waarde 40.000,-) achterhield, is vanochtend door de rechtbank te Amsterdam we gens verduistering veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van vijf maanden met een proeftijd van drie jaar. De officier van justitie had een voorwaardelijke gevangenis straf van drie maanden met een proeftijd van drie jaar en een boete van 500,- of zestig dagen geëist. De conducteur is inmiddels door de N.S. ontslagen. dat daarbij een speler van de andere ploeg zich van de bal meester maakt. Als men de bal opvangt, telt men daarbij hardop verder. Steeds, als èèn der beide ploegen de bal overmees tert, begint het spel weer van voor af aan. Niemand mag 'n ander de bal af grijpen. Valt hij in 't water of op de grond, dan is hij voor degene, die hem 't eerst aanraakt. Het spel moet zeer vlot (vlug) gespeeld wor den. Wie maakt er nu 10 worpen in èèn beurt? De volgende speler doet net zo, maar als hij b.v. al een mooi aantal heeft, zegt hij „stop" en dan worden de behaalde punten genoteerd. Heeft iemand de 100 behaald of zelfs over schreden, dan is 't nog niet zeker, dat hij gewonnen heeft. Zegt hij b.v. bij 102 „stop", dan is er nog een kans voor de anderen om hem in te halen of te overtreffen. Komen er twee b.v. gelijk in punten, dan zijn er twee overwinnaars. Vindt men dat niet leuk, dan kan degene, die 't eerst de 100 gepasseerd is, nog een worp doen, als hij dat wenst maar dan is er de dreigende „1-worp", die hem nood lottig kan worden en hem alles ont nemen. 't Is een spel, waarbij je de „durvers" en de voorzichtigen leert kennen. Er is natuurlijk een prijsje aan te verbinden. Voor dit spel heb je alleen maar een dobbelsteen, een stuk papier en 'n potlood nodig. Op het papier schrijf men de na men der medespelers op èèn lijn naast elkaar. Het gaat erom als eer ste de 100 punten te bereiken. De Natuurlijk mag je hengelaartje spe- eerste speler werpt zo vaak hij zelf len als je papaatje maar niel wil, maar zodra hij een 1 werpt, ver- wakker maakt! liest hij alle behaalde punten weer. T<Un. üiMii {ffvw fótwA. 4/ 2 2 5" 3 4 X 5 X t> 3 i 0 i IN C 2 2 0 'f (f// V* Een vervolgverhaal van Suske en Wiske Spion voor Napoleon 17. Ongeveer dezelfde dag, dat Napoleon Wenen binnentrok, gelukte het Schulmeister als de beste vriend eri helper van de Oostenrijkers op te treden Met zijn vlotte omgang, zijn leugens en zijn sluwe streken wist hij de Oostenrijkers te doen geloven, dat hij aan hun zijde streed. Toen ze hem tenslotte doorkregen, was het te laat. Ze konden hem niet meer te pakken krijgen; hij wist uit Wenen te komen om met Napoleon samen terug te keren naar Frank rijk. 18. Toen Napoleon heel Oosten rijk in zijn macht had, werd Schul meister op een heel belangrijke post benoemd. Het was een zeer eervol ambt. Hij diende de keizer nog ver scheiden jaren in verschillende amb ten, maar meestal als èèn van zijn voornaamste spionnen. Om zijn mees ter te believen heeft hij hele legers de dood ingedreven en daarbij alle mogelijke leugens en listen gebruikt Maar èèn ding heeft hij niet be reikt. In zijn eerzucht hoopte hij van Napoleon het „kruis van het erele- gioen" te verwerven. Dat weigerde de keizer evenwel met de woorden: „Die zijn voor mijn generaals, niet voor 'n spion". Na de val van Napoleon, viel Schul meister natuurlijk in ongenade, kwam er echter met 'n vrij lichte gevange nisstraf af. Hij heeft zijn leven op 83-jarige leeftijd beëindigd als siga renwinkelier. Einde Hou,dat iaat je een /time mmmnt hosten! j—

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1964 | | pagina 13