DE LANDBOUWSITUATIE VOOR DE
LAATSTE KEER ONDER DE LOUPE
Nieuwe uitgaven
DONDERDAG 31 OKTOBER 1963
DE LEIDSE COURANT
WEDERWOORD VAN DE HEER P.
Met deze foto van een hert heeft de heer F. P. B. J. Roosendaal uit Dieren, de eerste prijs van groep II,
groot 500 gewonnen, in de Nationale Foto- en Smalfilm wedstrijd „Lens en Dier", welke is georganiseerd door
„Artis" in Amsterdam in samenwerking met de Stichting ter Bevordering van de Amateurfotografie.
Geachte redactie.
Dezerzijds wordt aangenomen, dat nu
alle reacties op mijn ingezonden stuk
binnen zijn en gepubliceerd. Dan wil
ondergetekende hierbij de heren Verte
gaal uit Hazerswoude, Langeslag uit
Rijnsaterwoude en Van der Hulst uit
Zevenhoven tezamen antwoorden, hen
dankend voor de genomen moeite.
Aan de heer Vertegaal wil ik ant
woorden, dat een redelijke kritiek op
de voormannen, die men gekozen heeft,
aannemelijk is. Als u het niet erg vindt,
dat er met stenen naar hen gegooid
wordt, mag dezerzijds toch wel volge
houden worden, dat het beneden peil is.
Door mij is niet gesteld, dat de heer
Koot de heer Kolfschoten door het slijk
gehaald heeft; leest u mijn stuk nog
maar eens na, alleen is door mij ge
schreven, dat mèn dit gedaan heeft, al
eerder namelijk. Als de heer V. mij tart
het landverraderlijke in de actie Koe
koek aan te tonen, is het antwoord, dat
my bij de vergelijking met de beweging
van Mussert en de Landstand die kant
van de zaak niet voor ogen heeft ge
staan. Ik heb bedoeld te zeggen, dat het
achtena lopen van Koekoek tot niets
vruchtbaars leiden kan, evenmin als die
andere bewegingen. Koekoek, Harmsen
en de hunnen hebben niets positiefs ten
doel, doch alleen maar negatiefs. Dat
deze lieden tweeslachtig in hun optre
den zijn, blijkt duidelijk uit het feit, dat
zij wel ageren tegen het Landbouw
schap, maar de toeslaggelden van de
melk en de granen, welke het Land
bouwschap voor hen bewerkt heeft,
steeds dankbaar in hun beurs laten
glijden.
De heer V. (evenals de heren L. en
v. d. H.) zegt, dat de heer Koot en
anderen niet achter Koekoek aanlopen.
Ik weet dat zo net niet. Waarom heeft
men dan een actie-comité tot ontbin
ding van het Landbouwschap.
De kermisexploitant en de aannemer
verkrijgen hun inkomen stellig niet zo
gemakkelijk als de heer V. denkt; zij
moeten heus hun ondernemerschap wel
waar maken. Zij leveren kritiek op een
ondernemerschap, dat met grote rijks
bijdragen in stand wordt gehouden; een
gedachte, die buiten de landbouw leeft.
Het was mijn bedoeling deze meningen
eens te laten horen om aan te tonen, dat
men in de landbouw geen overdreven
eisen dient te stellen. Tevens werd door
mij geschreven, dat men buiten de land
bouw veelal niet diep op de boerenzaak
ingaat In deze kringen zal men moeten
begrijpen, dat de bedoelde situatie in de
landbouw niet in één slag, maar van
lieverlede verbeterd kan worden.
Dat een boer volgens de heer V. niet
zonder auto kan en er zelfs subsidie
voor moest hebben, is wel een zeer pro
gressieve gedachte. In het algemeen ziet
men deze noodzaak niet in. Ik heb
alleen gesteld, dat een tweedehands
auto rijden niet zo veel kost
De heer V. voert behalve de land
bouworganisaties en het Landbouwschap
ook de Landbouwvoorlichtingsdienst als
zondebok ten tonele. Dat deze dienst bij
de boeren meer en goedkoper produ
ceren gepropageerd heeft is bekend.
Maar men zal toch niet mogen beweren,
dat deze dienst gezegd heeft de veesta
pel uit te breiden tot een omvang, die
niet meer in goede harmonie is met de
veevoederpositie in de stalperiode. Bo
vendien heeft de overheid verscheidene
jaren een melkregeling gehad, waarbij
de garantieprijs alleen gold voor een
beperkt quantum melk per jaar. Dit was
een duidelijke vingerwijzing om de
melkproduktie, dus ook de melkveesta
pel niet verder uit te breiden.
De overheid had deze regeling in het
leven geroepen vanwege onvoldoende
afzet van de melk en zuivelprodukten
en de financiële consequenties daaraan
voor de schatkist verbonden. Het is trou
wens bekend, dat ook in de kringen
der boeren in de Rijnstreek meermalen
stemmen opgegaan zijn om de melkpro
duktie te beperken. Met een machtige
organisatie als de CHC had men dit
best kunnen bereiken, maar de bedoelde
boeren werd de mond gesnoerd, want
men wilde dat eenmaal niet Jammer
genoeg is men het onder de boeren zelf
niet eens. CMC-boeren onder elkaar niet
en CMC-boeren met de overige boeren
niet. Hadden de veehouders hetzij par
ticulier hetzij gezamenlijk, geluisterd
naar de minister van Landbouw of naar
die m.i. wijze boeren, die de melkpro
duktie wilden beperken, dan was de
afgelopen winter nooit zo hard aange
komen. Zoals ik in mijn eerste stuk ge
schreven heb, hebben verschillende boe
ren deze winter met glans kunnen door
staan.
De heer V. haalt de kwestie aan van
de overproduktie aan melk, een punt,
dat ik nog niet eens genoemd heb. Een
feit is, dat een produkt, waarvan een
teveel is, in prijs gedrukt wordt. En
muet men de schatkist en tenslotte de
belastingbetalers hiervoor dan laten
opdraaien?
Dat de boeren pLm. 28 cent per kg.
melk beuren en de consumenten pl.m.
50 ct. betalen per kg. gestandariseerde
melk, is een heel oude kwestie, waar
blijkbaar niets aan te doen valt. Een
machtige organisatie als de CMC en alle
andere coöperatieve zuivelfabrieken in
het land weten hier met zijn allen ook
geen raad op. Te betreuren is dat voor
de boeren, maar ook voor de consumen
ten. De laatsten betalen de kostprijs van
de melk plus allerlei marges voor stan
daardisatie, vervoer, verwerking, detail
handel etc. Op 1 novemer gaat de con
sument weer 2 cent per liter meer be
talen. De heer V. wekt ten onrechte de
indruk, dat de consument met 6 ct. per
kg. melk gesubsidieerd wordt. Deze toe
slag, die vanaf 1 november 8 cent wordt,
is een zuivere toeslag voor de produ
cent. Als de heer V. dus stelt, dat de re
gering een hogere prijs voor de melk
moet vaststellen, houdt dit in, dat hij nog
hogere subsidies verlangt dan de ƒ300
ƒ400 miljoen van thans.
Heeft de boer werkelijk geen redelijk
Inkomen?
Op de door de heer Koot bedoelde be
drijven van 17 ha„ waar in het laatste
boekjaar een gemiddeld inkomen van
ƒ3350.gehaald werd, had men in vo
rige jaren de volgende gemiddelde in
komens. Het is namelijk eenzijdig alleen
te kijken naar het cijfer over 1962-1963,
dat verband houdt met een minder juis
te bedrijfsvoering. Het overzicht over
jaren is aldus:
1957-1958 8.800.—
1958-1959 ƒ10.850
1959-1960 ƒ11.150.—
1960-1961 9.500.—
1961-1962 6.300.—
1962-1963 3.350.—
Wat de lange arbeidstijden betreft,
waar de heer V. over spreekt, och het
is toch met de ondernemers in andere
vakken ook zo, dat ze lange dagen ma
ken. Ik ben ook van 's morgens 7 uur
tot 's avonds 7 uur in de weer, zonder
middagrust en met nauwelijks tijd om
rustig te eten. Ziet men daar tegen op,
dan heeft men de mogelijkheid om
werknemer te worden met een kortere
werktijd en veel minder zorg en verant
woordelijkheid en beslist geen slechte
verdiensten. Maar vergis u niet, ook
daar is het niet alles rozegeur en mane
schijn. Wat zal de heer V. denken van
de werknemers met nachtdiensten in de
continu-bedrijven; hij zal vast niet wil
len ruilen.
De ingezonden stukken van de heren
Langeslag en Van der Hulst vertonen in
grote lijnen dezelfde gedachtengang als
dat van de heer Vertegaal. Een aantal
opmerkingen zijn dus boven al beant
woord. Toch is het goed, geachte redac
teur, om hun moeite ook recht te doen
wedervaren door op hun eigen opmer
kingen te reageren.
De heer Langeslag stelt, dat de ker
misexploitant en de aannemer zelf hun
prijzen kunnen bepalen. Inderdaad is
dit het geval, maar toch kunnen zij ook
niet maken wat zij willen; ze zijn ook
van de „markt" afhankelijk, te weten
van wat het publiek geven wil Met de
veehouder ligt dat voor melk, varkens,
slachtvee precies eender. Hij tracht de
hoogste prijs te bedingen, die te maken
valt; dat geldt ook voor de melk. Een
andere zaak is, dat die opbrengst bene
den de kostprijs ligt op vele bedrijven
en dat de overheid daarom 6 ct. en
vanaf 1 november 8 ct. per kg. melk
toeslag aan de boer bijpast. Er is daarbij
geen sprake van consumentenbescher
ming. Zoals gezegd, betaalt de consu
ment de kostprijs plus vele marges er
op en wordt de prijs voor hem op 1
nov. weer 2 ct per liter duurder.
De heer L. ziet in tegenstelling tot
de heer V. niet in, dat de melkvee
stapel te sterk uitgebreid was ten op
zichte van de wintervoerpositie. Dat dit
een feit is, blijkt evenwel duidelijk uit
het LEI-rapport, waaraan de heer Koot
zijn cijfers ontleende. Dat het netto
overschot zo laag was, is praktisch al
leen te danken aan de verkoop van vee
tegen lage prijzen en het bijkopen van
veel voederprodukten in het boekjaar
1962-1963. De LEI-gegevens wijzen dit
gewoon uit. Eerst dus een dergelijk rap
port lezen en dan pas in de krant gaan
schrijven!
Zeker, de agrarische bevolking heeft
veel bijgedragen tot het naoorlogs her
stel door grote produktie en als gevolg
daarvan sterke export Als boven ge
zegd, zijn er echter grenzen aan de bin
nen- en buitenlandse afzet. Grenzen,
die niet straffeloos overschreden kunnen
worden. Als boer dient men daarmee
rekening te houden.
De heer L. stelt, dat men een melk
koe niet hals over kop naar de slager
brengt Natuurlijk niet! Maar de zaak
is, dat men te veel kalveren tot melkvee
opgefokt heeft L. weet wel, dat van
een kalf ook een vet kalf of een fijn
jong slachtrund gemaakt kan worden.
Dit is door de boeren ook veel gedaan
met goede financiële uitkomsten.
Als er de laatste tijd telkens woorden
van mgr. Bekkers aangehaald worden,
geloof ik te kunnen stellen, dat een gees
telijke leider niet in staat is alle kanten
van de zaak technisch te bezien en daar
om goed doet zich voorzichtig uit te la
ten en misschien zich meer tot de ziel
zorg te bepalen. Als het zo is, dat mgr.
Bekkers op de melkprijs gedoeld heeft
wat ik betwijfel dan is Zijne Ex
cellentie er in elk geval naast; met alle
respect voor deze vooruitstrevende, sym
pathieke bisschop.
„Of de boeren zelf de schuld hebben?"
aldus haalt de heer L. een vraag van de
heer Zwetsloot uit Hoogmade aan.
Schuld is 'n dik woord, maar boven
meen ik te hebben aangetoond, dat vele
boeren ondanks waarschuwingen van
de overheid en collega-boeren te veel
risico genomen hebben met de uitbrei
ding van de veestapel.
Uit de bovenvermelde cijfers en in
komens over een aantal jaren moge de
heer L. blijken, dat de veehouders ook
goede jaren gehad hebben. De veehou
ders, die hun veestapel met voorzichtig
heid uitgebreid hebben, hadden ook in
het laatste boekjaar geen malaise. Vol
gens het bedoelde LEI-rapport heeft een
flink aantal weidebedrijven in dit boek
jaar een inkomen boven 8000.be
reikt
Als men door het nemen van te grote
risico's schade ondervindt, is het dan
juist om de gevolgen af te wentelen op
de landbouworganisaties, 't Landbouw
schap en de Voorlichtingsdienst en
deze als zondebokken te behandelen.
Neen, de hand in eigen boezem steken!
De heer Van der Hulst merkt op, dat
na de oorlog met de veehouderijproduk-
ten de industrie opgebouwd is. Inder
daad, als dat niet gebeurd was, dan had
het er voor de producenten niet zo best
uitgezien. Ook de CMC- dat zijn de
boeren zelf bezit een groot deel van
zuivelindustrie.
Evenals de heer V. raakt ook de heer
v. d. H. het moeilijke punt van de over
produktie aan. Dit punt is al door mij
beantwoord.
Toen er in het najaar van 1962 veel
vee opgeruimd moest worden, kwam er
blijkbaar eerst nog wel buitenlands vlees
binnen. Dat kon niet anders, als ik goed
ingelicht ben, omdat vlees uit Argen
tinië steeds circa 3 maanden tevoren
aangekocht moet worden. Op dit vlees
is echter een zeer hoge heffing van pl.m.
1.— per kg. gelegd bij invoer.
Met de beste wil van de wereld kan ik
niet inzien dat er van een' schandaal
sprake is bij de melkprijs, als er toe-
uitgekeerd worden aan de melkveehou
ders tot een totaal-bedrag van pLm.
ƒ350.000.000 per jaar.
De heer v. d. H. beticht mij ervan bij
de hier gehouden meting van de LTB
naar het aantal auto's te zijn gaan kij
ken. Ik ben op die avond de deur niet
uitgeweest. In mijn ingezonden stuk is
alleen een opmerking vermeld van
iemand, die zeide eens op Schenkelweg
naar de auto's te hebben gekeken.
Van mij is dus de uitspraak niet. dat
een boer geen auto zou mogen rijden.
Maar tenslotte achten velen het blijk
baar een luxe.
De heer V. heeft mij op de man af ge
vraagd duidelijk uiteen te zetten, wat 't
Landbouwschap voor de boeren gedaan
heeft Ook de heren L en v. d. H, ko
men telkens op dit Landbouwschap te
rug. Dit is eigenlijk een onderwerp op
zich zelf (dat veel te uitvoerig zou wor
den. Red.)
Het is mijn overtuiging, dat de boeren
zullen blijven mopperen over de melk
prijs. En daar hebben zij gelijk in.
Ik weet, dat een deel der boeren van
wege de slechte positie van hun bedrij
ven nu terecht klagen. Daarmee moeten
we begaan zijn. Laat men mij goed be
grijpen.
Dezerzijds is slechts betoogd, dat niet
valt in te zien, dat, bij zulk een ruime
overheidssteun, aan de minister(s) van
Landbouw en aan de eigen landbouw-
voormannen zoveel verwijten werden
gemaakt. Hier is tevredenheid op zijn
plaats.
Het lijkt passend, dat de veehouders
hun voormannen in landbouworganisa
ties en Landbouwschap anders tegemoet
treden; en met name ook de Kamerle
den Kolfschoten en Brouwer. Deze goe
de, sympathieke leiders zijn dit ten vol
le waard.
Vriendelijk dankend voor de plaats
ruimte in uw blad.
P.
Zoeterwoude, 28 okt. 1963.
(Discussie gesloten Red. L. C.).
Isackers korte roman „De reis naar
Ispahan", welke titel hij ontleende
aan een gelijknamig gedicht van P.
N. van Eyck. Het is een zeer gevoe
lig geschreven romance van huwe
lijksgeluk, dat getemperd wordt door
de angst van de man voor een vroeg
tijdige dood. Wanneer echter de
vrouw door een ongeluk sterft ont
waakt uit zijn verdriet de wil tot le
ven. We kunnen gerust zeggen dat
het boek behoort tot de kleine juwe
len der Vlaams-Nederlandse littera
tuur.
Inzicht: Een gedachtenbundel
van Max Croiset. Uitg. Nijgh
en van Ditmar, Den Haag-Rot
terdam.
In poëtische proza geeft Croiset in
deze bundel een aantal gedachten
weer, die hier en daar kleine gedich
ten worden over dikwijls zeer reële
onderwerpen. Vele stemmingen wor-
der weergegeven, ook de bitterste,
getuige: 6.000.000. „Al viel er maar
1 jood minder, hoe onmenselijk dan
de Nazi's te beschuldigen van een
moord".
Harteklop in driekwartsmaat.
Door Rosamond Lehmann.
Uitg. Zd. Holl. Uitg. My., Den
Haag.
Deze roman handelt over het wel
en wee van een rond 20-jarig meisje
uit verarmde Engelse aristocratie,
die zich nog steeds gebonden acht aan
de in die kringen gangbare conven
tie. De stijl is soms wat houterig
het voegwoord „en" schijnt de schrijf
ster (of is het de vertaler?) niet
graag te gebruiken. Overigens een
charmant boek voor lezers, die niet
te hoge eisen stellen aan problema
tiek.
Het masker van Dimitrios door
Eric Ambler. Uitg. Het Spec
trum, Utrecht.
Een schrijver van detectiveverha
len is op vakantie in Turkije. Hier
wordt hij door de Turkse geheime
politie opgebeld met de mededeling,
dat Dimitrios, een notoire misdadiger
en handelaar in blanke slavinnen,
dood is aangespoeld. De schrijver
gaat zelf op onderzoek uit en dan
gebeuren er de meest geheimzinnige
dingen.
De gestolen plot door Andrew
Garve. Uitg. Het Spectrum.
Utrecht.
Er verdwijnt een meisje. Een da
der wordt al gauw aangewezen, maar
Peter Rennie is helemaal niet zo
zeker ervan, dat deze man de schuldi
ge is. Hij raakt tenslotte ervan over
tuigd, dat de man die wegens moord
tot levenslang is veroordeeld, hele
maal ten onrechte veroordeeld is,
Een verschrikkelijk avontuur eindigt
in een opwindende climax.
De Grote vier Omnibus. M. J
Brusse, H. Heijermans, Gerard
Walschap, Joop Masereel. Uitg.
Arbeidspers, Amsterdam.
Een omnibus die nauwelijks ver
dere aanbeveling behoeft. De namen
van de auteurs staan garant voor
een bijzonder werk. Van Jan Brusse
het ontroerende „Boefje', het mee
slepende „Duczika" van Heijermans
en het zeer knappe „Houtekiet" van
Gerard Walschap, Het geheel wordt
verlucht door de bekende, maar in
Nederland nog niet eerder versche
nen beeldroman in houtsnede „De
Stad" van Joop Masereel.
Uw tuin een lusthof, door J
F. Ch. Dix Uitg. Kosmos,
Amsterdam-Antwerpen.
Dit is de vijfde, geheel door B. J.
Galjaard opnieuw bewerkte druk
van het bekende boek van Dix, een
man, die in de bloemkwekerswereld
in het algemeen en in de bollenwe-
reld in het bijzonder meer dan natio
nale faam geniet. Een mooi en rijk
uitgevoerd bezit voor iedere tuin-
liefhebber.
Prisma-Schaakboek 4 door
H. Bouwmeester Spec
trum (prismareeks 899).
Het sukses van de schaakboeken in
de Prismaserie blijkt wel duidelijk
uit het feit, dat nummer 4 het dag
licht heeft gezien. Het boekje bevat
partijen van alle wereldkampioenen
en hun belangrijkste rivalen en
schildert dus in het kort de levens
der allergrootsten uit de schaakge-
schiedeniS.'Voor de beginnende scha
ker of voor de schaker, die met een
schaakbibliotheek wenst te beginnen
een bijzonder aantrekkelijk werkje,
want hij komt zodoende in het bezit
van een groot aantal onsterfelijke en
historische partijen.
De wereld a la carte, door
G. Willinski Uitg. Kos
mos.
De wereld a la carte levert in vro
lijke verteltrant een aantal aantrek
kelijke recepten uit vele delen van
de wereld. Het boekje staat vol met
leuke receptjes voor mensen, die iets
aparts willen hebben zonder al te
grote uitgaven.
Van eten en drinken weten
door Dr. J. M. Fuchs Uitg.
Broekman en de Meris.
De classicus dr. Fuchs blijkt zich ook
op andere gebieden een degelijke
kennis te hebben aangemeten en met
name op het gebied van de moge
lijkheden tot „gastronomische ge
neugten in eigen land", zoals het op
de buitenkant van dit aardige werk
je wordt geformuleerd. In een vro
lijke en gemoedelijke stijl voert de
schrijver ons langs vertrouwde
adressen in ons land, waarmee men
wil men lekker eten, echt eens ken
nis moet gaan maken.
De moderne keuken, door J.
Straatsma Uitg. Prisma-
serie 885.
Ondanks de af en toe wel handige
tips, die dit boekje vermeldt, moes
ten wij toch onwillekeurig denken
aan de keuken uit de film van Tati
„Mon oncle". Wil men inderdaad aan
de in dit boekje genoemde idealen
voldoen, dan zal de keuken langza
merhand de omvang moeten krij
gen, die op het ogenblik de gewone
huizen in Nederland nog niet heb
ben.
Verenigen en vergaderen,
door J. Boer en mr. A. Hij-
mans Uitg. Nijgh en Van
Ditmar, Den Haag-Rotter
dam.
Een nuttig boekje met brief- en do
cument-voorbeelden en uitvoerige
toelichting op het leiden van ver
gaderingen en verenigingen.
Das elektronische Foto-
Blitzgerat, door Gerd Ben
der Uitg. Franzis-Verlag
(In Nederland: De Muider-
kring N.V. Bussum).
De Muiderkring N.V. te Bussum
geeft belangrijke buitenlandse wer
ken op het gebied van de electroni-
ca opnieuw in ons land uit. Daar
mede komt zij tegemoet aan de grote
vraag in vak- en amateurkring naar
naslagwerken op dit gebied. Een van
de boeken handelt over de blitz-ap-
paraten, die de fotografen gebruiken
en die een ingewikkeld samenstel
van onderdelen vormen. Bij dezelfde
uitgever verschenen ook „Leitfaden
der Elektronik" en „Fernsehntechnlk
ohne Ballast". Grondige werken met
veel tabellen en foto's, die onge
twijfeld de betrokkenen uitstekende
diensten kunnen bewijzen.
Steffie wordt volwassen,
door Cita von Cetto
Uitg. Castrum reeks, Gent,
België.
Het verhaal van een eigenwijs en
koppig weesmeisje, dat samen met
haar twee broers woont en een on
geloofwaardige liefde opvat voor een
getrouwde man. Deze ziet haar
slechts als kind. Steffi veroorzaakt
echter heel wat ellende. Uiteindelijk
vindt ze toch haar grote geluk Een
bijzonder onsympathiek verhaal.
De onbekende van Parijs,
dooi Lo Marx-Lindner
Uitg. Castrum reeks, Gent,
België.
Desiré woont eenzaam met haar
moeder. Ondanks het feit, dat haar
verloofde haar bedrogen heeft,
trouwt ze toch met hem Hij wordt
blind en ze gaan uit elkaar Wanneer
ze elkaar na jaren haar man heeft
inmiddels een nieuw meisje weer
ontmoeten, springt Desiré in het wa
ter. Een dom verhaal, dat nauwe
lijks uit te lezen was.
Hier isJan Klaassen,
door Erika Schepelmann-
Rieder. Uitg. Cantecleer, De
Bilt.
Voor ouders, wier kinderen in het
gelukkig bezit van een heuse pop
penkast zijn is dit aardige boekje
met vrolijke poppenkaststukjes een
ware uitkomst. Doch niet alleen de
ouders hebben er een handleiding
aan, ook de oudere kinderen kun
nen een mooie voorstelling puren
uit deze poppenkastmaterie.
Cinny en Mia in sterke ar
men, door Jannie Hageman
Uitg. door uitg. Helmond.
(Helmpocket).
Cinny en Mia, twee levendige jonge
meisjes trekken naar het zuiden op
vacantie. De fraaie omgeving maakt
van hen geheel andere meisjes. Na
een heerlijke tijd keren ze naar Ne
derland terug in prettig gezelschap,
want ver van huis vinden zij de ware
liefde. Een verloving volgt spoedig
daarop. Een vlot boek voor oudere
meisjes, die van een romantisch ver
haal houden.
Paniek inkluis door Patrick
Quentin. Uitg. Prisma-pocket,
Utrecht.
Enkele bijzonder spannende thril
lers bijeengebracht in deze pocket.
In knappe verteltrant schotelt de
schrijver ons de nare soms huivering
wekkende aspecten van het leven in
de 20ste eeuw voor. Een boeiend
boek.
Raadsels om een dode. door
Noel Streatfeild. Uitg. Prisma-
pocket, Utrecht.
Dit boek van de bekende schrijfster
is een merkwaardige combinatie van
detectiveverhaal en psychologische
roman. Een weefsels van geheimzin
nigheid is geweven om de zelfmoord
van een ogenschijnlijk gelukkige
vrouw. De karakters in dit boek wor
den op uitstekende wijze weergege
ven, waarbij het zeker niet aan de
nodige spanning ontbreekt.
Mens en grondspoor door L.
Th. Lehmann en Bert Schier-
beek. Silhouetten der Neder
landse prehistorie. Uitg. Heynis
N.V. te Amsterdam.
De ondertitel van dit boek geeft
precies aan, duidelijker nog dan de
hoofdtitel, wat de inhoud van het
boek is: silhouetten van de Neder
landse prehistorie, omdat de gege
vens om tot gestalten te komen de
huidige wetenschap ten enenmale ont
breken. Onder supervicie van prof
Glasbergen hebben de schrijvers voor
een interessant werk voor beginners
op dit gebied gezorgd, goed gedoku-
menteerd, fraai geïllustreerd en bij
zonder verzorgd uitgevoerd. Dit duidt
tevens op het bezwaar van het ver
der voortrefelijke boek; een beginner
zal de eerste beginselen liever uit
een goedkopere pocket te weten ko
men en dit was gezien de omvang
van het boek uitstekend mogelijk
geweest. Een korte inleiding in de
vorm van een klein handboek heeft
altijd dit bezwaar, nu de pocket-se
ries een dergelijke hoge vlucht ma
ken.
Een onbekende door Elisabeth
Bekius. Uitg. Nijgh en Van Dit-
Het debuut van de ons onbekende
Elisabeth Bekius verdient met ere te
worden genoemd. In een heldere en
uitstekend verzorgde taal verhaalt
zij van het leven van een jonge
vrouw. Henriet genaamd, in een aan
tal schetsen die de hoofdDersoon tel
kens tonen in haar verhouding tot
andere mensen Een boeiend boek
van een schrijfster, waarvan wij ze
ker nog meer zullen horen.
Pater Eymard. Uitg. Brakke-
stein.
In dit boek wordt het leven van de
heilige pater Pierre Julien Eymard.
die leefde van 1811-1868, beschreven
door broeder Stefanus, die zijn onder
werp terdege bestudeerd heeft zoa's
uit het in een zeer leesbare stijl ge
schreven werk- herhaaldelijk blijkt
Het is de bedoeling klaarblijkelijk
het leven van deze grote heilige, die
in onze dagen nauwelijks bekend is.
ten voorbeeld te stellen aan de he
dendaagse mens, omdat het zoveel
bevat, wat hem tot lering kan strek
ken.
Viermaal J en Janus door Hans
Andreas; Kinderboekenweek
1963
Hans Andreus heeft bij gelegen
heid van de Kinderboekenweek 1963
voor een alleraardigst boekenweek
geschenk gezorgd. Het is het koste
lijke verhaal van Janus en de 4 -
Club: drie Jannen en een Jeannèt-
je. De vakantie is bijna achter de
rug en de club heeft nog geen grote
daad verricht. Dat deze daad er
komt zal niemand wel verbazen.
Het spook van de ruïne, door
Margot Naumann, Helm-Poc
ket, Uitg. Helmond.
Drie vriendinnen vormen het kla
verblad, dat samen de vakantie bij
een oom doorbrengt. De oom woont
in de buurt van een oude ruïne,
waarover de wildste verhalen de ron
de doen. Een grote broer van een
der meisjes wil er het zijne van we
ten en gaat bij de ruïne wonen. In
derdaad zijn er geen spoken, maar
wel worden er duistere praktijken
uitgeoefend. Spannende lectuur voor
meisjes van 12 tot 15 jaar.
Diana kwam in mijn leven
door R. F. Delderfield. Uitg
Ad. M. C. Stok, Den Haag
Een liefdesroman, uitgekomen in
de bekende, verzorgde Cultuurserie,
De idylle, die gelijk mooi en tragisch
is, begint als Diana een eenvoudige
volksjongen, John. van de dood redt
Het realisme maakt voorbehoud voor
rijpere lezers noodzakelijk.
Het meisje dat je trouwt. Uit.
het Amerikaanse vertaald
Uitg. Broekman en De Meris
te Amsterdam.
Er zijn tientallen boeken over het
huwelijk. Zij bereiken geregeld onze
redactie. Zelden echter hebben wij
met zoveel plezier een nieuw boek
over dit onderwerp geïntroduceerd
als dit. De schrijvers hebben n.l. de
kwestie van „hoe kun je de liefde in
het huwelijk houden" op practische
wijze benaderd. Weinig begrip bij de
man voor het wezen van zijn huwe
lijkspartner is dikwijls het begin van
veel narigheid. In een leesbare stijl
beschrijven de auteurs de eigenaar
digheden van de vrouw, die als je het
goed begrijot, evenzovele aardighe
den zijn. Dit boek is Ppen geh-niks-
aanwijzing. Het huwelijk is gelukkig
geen automaat. Maar het werkje
helpt de echtliede (inspe) op de goe
de weg. En dat is alles waard. Aan
bevolen dus voor verliefden, ver
loofden en getrouwden, die het nog
niét begrepen hebben.
Dank u mr. Moto door John
P. Marquard (Uitgeverij Het
Spectrum. Prisma-boek.
Mr. Moto, de Glimme Chinees, is
een bekende figuur van film en tele
visie. Het is de onverstoorbare, die
een excuus mompelt vóór hij zijn
aartsvijand een hoofdje kleiner
maakt. Moeilijke raadsels weet hij
ook in deze prisma-pocket zo op te
lossen, dat je ervan staat te kijken.
De blunder van Nero Wolfe
door Rex Stout. Uitgeverij het
Spectrum, Utrecht. Prisma-
boek
Een sensationeel móórdverhaal, dat
begint met een blunder van de titel
held, welke blunder van zulk een
omvang is, dat zij ook in de titel ver
meld werd.
De reis naar Ispahan door
Frans van Isacker. Uitg. van
Nygh en v. Ditmar, Den Haag-
Rotterdam
Verschenen is de tweede druk van