DE LANDBOUWSITUATIE VOOR DE LAATSTE KEER ONDER DE LOUPE Nieuwe uitgaven DONDERDAG 31 OKTOBER 1963 DE LEIDSE COURANT WEDERWOORD VAN DE HEER P. Met deze foto van een hert heeft de heer F. P. B. J. Roosendaal uit Dieren, de eerste prijs van groep II, groot 500 gewonnen, in de Nationale Foto- en Smalfilm wedstrijd „Lens en Dier", welke is georganiseerd door „Artis" in Amsterdam in samenwerking met de Stichting ter Bevordering van de Amateurfotografie. Geachte redactie. Dezerzijds wordt aangenomen, dat nu alle reacties op mijn ingezonden stuk binnen zijn en gepubliceerd. Dan wil ondergetekende hierbij de heren Verte gaal uit Hazerswoude, Langeslag uit Rijnsaterwoude en Van der Hulst uit Zevenhoven tezamen antwoorden, hen dankend voor de genomen moeite. Aan de heer Vertegaal wil ik ant woorden, dat een redelijke kritiek op de voormannen, die men gekozen heeft, aannemelijk is. Als u het niet erg vindt, dat er met stenen naar hen gegooid wordt, mag dezerzijds toch wel volge houden worden, dat het beneden peil is. Door mij is niet gesteld, dat de heer Koot de heer Kolfschoten door het slijk gehaald heeft; leest u mijn stuk nog maar eens na, alleen is door mij ge schreven, dat mèn dit gedaan heeft, al eerder namelijk. Als de heer V. mij tart het landverraderlijke in de actie Koe koek aan te tonen, is het antwoord, dat my bij de vergelijking met de beweging van Mussert en de Landstand die kant van de zaak niet voor ogen heeft ge staan. Ik heb bedoeld te zeggen, dat het achtena lopen van Koekoek tot niets vruchtbaars leiden kan, evenmin als die andere bewegingen. Koekoek, Harmsen en de hunnen hebben niets positiefs ten doel, doch alleen maar negatiefs. Dat deze lieden tweeslachtig in hun optre den zijn, blijkt duidelijk uit het feit, dat zij wel ageren tegen het Landbouw schap, maar de toeslaggelden van de melk en de granen, welke het Land bouwschap voor hen bewerkt heeft, steeds dankbaar in hun beurs laten glijden. De heer V. (evenals de heren L. en v. d. H.) zegt, dat de heer Koot en anderen niet achter Koekoek aanlopen. Ik weet dat zo net niet. Waarom heeft men dan een actie-comité tot ontbin ding van het Landbouwschap. De kermisexploitant en de aannemer verkrijgen hun inkomen stellig niet zo gemakkelijk als de heer V. denkt; zij moeten heus hun ondernemerschap wel waar maken. Zij leveren kritiek op een ondernemerschap, dat met grote rijks bijdragen in stand wordt gehouden; een gedachte, die buiten de landbouw leeft. Het was mijn bedoeling deze meningen eens te laten horen om aan te tonen, dat men in de landbouw geen overdreven eisen dient te stellen. Tevens werd door mij geschreven, dat men buiten de land bouw veelal niet diep op de boerenzaak ingaat In deze kringen zal men moeten begrijpen, dat de bedoelde situatie in de landbouw niet in één slag, maar van lieverlede verbeterd kan worden. Dat een boer volgens de heer V. niet zonder auto kan en er zelfs subsidie voor moest hebben, is wel een zeer pro gressieve gedachte. In het algemeen ziet men deze noodzaak niet in. Ik heb alleen gesteld, dat een tweedehands auto rijden niet zo veel kost De heer V. voert behalve de land bouworganisaties en het Landbouwschap ook de Landbouwvoorlichtingsdienst als zondebok ten tonele. Dat deze dienst bij de boeren meer en goedkoper produ ceren gepropageerd heeft is bekend. Maar men zal toch niet mogen beweren, dat deze dienst gezegd heeft de veesta pel uit te breiden tot een omvang, die niet meer in goede harmonie is met de veevoederpositie in de stalperiode. Bo vendien heeft de overheid verscheidene jaren een melkregeling gehad, waarbij de garantieprijs alleen gold voor een beperkt quantum melk per jaar. Dit was een duidelijke vingerwijzing om de melkproduktie, dus ook de melkveesta pel niet verder uit te breiden. De overheid had deze regeling in het leven geroepen vanwege onvoldoende afzet van de melk en zuivelprodukten en de financiële consequenties daaraan voor de schatkist verbonden. Het is trou wens bekend, dat ook in de kringen der boeren in de Rijnstreek meermalen stemmen opgegaan zijn om de melkpro duktie te beperken. Met een machtige organisatie als de CHC had men dit best kunnen bereiken, maar de bedoelde boeren werd de mond gesnoerd, want men wilde dat eenmaal niet Jammer genoeg is men het onder de boeren zelf niet eens. CMC-boeren onder elkaar niet en CMC-boeren met de overige boeren niet. Hadden de veehouders hetzij par ticulier hetzij gezamenlijk, geluisterd naar de minister van Landbouw of naar die m.i. wijze boeren, die de melkpro duktie wilden beperken, dan was de afgelopen winter nooit zo hard aange komen. Zoals ik in mijn eerste stuk ge schreven heb, hebben verschillende boe ren deze winter met glans kunnen door staan. De heer V. haalt de kwestie aan van de overproduktie aan melk, een punt, dat ik nog niet eens genoemd heb. Een feit is, dat een produkt, waarvan een teveel is, in prijs gedrukt wordt. En muet men de schatkist en tenslotte de belastingbetalers hiervoor dan laten opdraaien? Dat de boeren pLm. 28 cent per kg. melk beuren en de consumenten pl.m. 50 ct. betalen per kg. gestandariseerde melk, is een heel oude kwestie, waar blijkbaar niets aan te doen valt. Een machtige organisatie als de CMC en alle andere coöperatieve zuivelfabrieken in het land weten hier met zijn allen ook geen raad op. Te betreuren is dat voor de boeren, maar ook voor de consumen ten. De laatsten betalen de kostprijs van de melk plus allerlei marges voor stan daardisatie, vervoer, verwerking, detail handel etc. Op 1 novemer gaat de con sument weer 2 cent per liter meer be talen. De heer V. wekt ten onrechte de indruk, dat de consument met 6 ct. per kg. melk gesubsidieerd wordt. Deze toe slag, die vanaf 1 november 8 cent wordt, is een zuivere toeslag voor de produ cent. Als de heer V. dus stelt, dat de re gering een hogere prijs voor de melk moet vaststellen, houdt dit in, dat hij nog hogere subsidies verlangt dan de ƒ300 ƒ400 miljoen van thans. Heeft de boer werkelijk geen redelijk Inkomen? Op de door de heer Koot bedoelde be drijven van 17 ha„ waar in het laatste boekjaar een gemiddeld inkomen van ƒ3350.gehaald werd, had men in vo rige jaren de volgende gemiddelde in komens. Het is namelijk eenzijdig alleen te kijken naar het cijfer over 1962-1963, dat verband houdt met een minder juis te bedrijfsvoering. Het overzicht over jaren is aldus: 1957-1958 8.800.— 1958-1959 ƒ10.850 1959-1960 ƒ11.150.— 1960-1961 9.500.— 1961-1962 6.300.— 1962-1963 3.350.— Wat de lange arbeidstijden betreft, waar de heer V. over spreekt, och het is toch met de ondernemers in andere vakken ook zo, dat ze lange dagen ma ken. Ik ben ook van 's morgens 7 uur tot 's avonds 7 uur in de weer, zonder middagrust en met nauwelijks tijd om rustig te eten. Ziet men daar tegen op, dan heeft men de mogelijkheid om werknemer te worden met een kortere werktijd en veel minder zorg en verant woordelijkheid en beslist geen slechte verdiensten. Maar vergis u niet, ook daar is het niet alles rozegeur en mane schijn. Wat zal de heer V. denken van de werknemers met nachtdiensten in de continu-bedrijven; hij zal vast niet wil len ruilen. De ingezonden stukken van de heren Langeslag en Van der Hulst vertonen in grote lijnen dezelfde gedachtengang als dat van de heer Vertegaal. Een aantal opmerkingen zijn dus boven al beant woord. Toch is het goed, geachte redac teur, om hun moeite ook recht te doen wedervaren door op hun eigen opmer kingen te reageren. De heer Langeslag stelt, dat de ker misexploitant en de aannemer zelf hun prijzen kunnen bepalen. Inderdaad is dit het geval, maar toch kunnen zij ook niet maken wat zij willen; ze zijn ook van de „markt" afhankelijk, te weten van wat het publiek geven wil Met de veehouder ligt dat voor melk, varkens, slachtvee precies eender. Hij tracht de hoogste prijs te bedingen, die te maken valt; dat geldt ook voor de melk. Een andere zaak is, dat die opbrengst bene den de kostprijs ligt op vele bedrijven en dat de overheid daarom 6 ct. en vanaf 1 november 8 ct. per kg. melk toeslag aan de boer bijpast. Er is daarbij geen sprake van consumentenbescher ming. Zoals gezegd, betaalt de consu ment de kostprijs plus vele marges er op en wordt de prijs voor hem op 1 nov. weer 2 ct per liter duurder. De heer L. ziet in tegenstelling tot de heer V. niet in, dat de melkvee stapel te sterk uitgebreid was ten op zichte van de wintervoerpositie. Dat dit een feit is, blijkt evenwel duidelijk uit het LEI-rapport, waaraan de heer Koot zijn cijfers ontleende. Dat het netto overschot zo laag was, is praktisch al leen te danken aan de verkoop van vee tegen lage prijzen en het bijkopen van veel voederprodukten in het boekjaar 1962-1963. De LEI-gegevens wijzen dit gewoon uit. Eerst dus een dergelijk rap port lezen en dan pas in de krant gaan schrijven! Zeker, de agrarische bevolking heeft veel bijgedragen tot het naoorlogs her stel door grote produktie en als gevolg daarvan sterke export Als boven ge zegd, zijn er echter grenzen aan de bin nen- en buitenlandse afzet. Grenzen, die niet straffeloos overschreden kunnen worden. Als boer dient men daarmee rekening te houden. De heer L. stelt, dat men een melk koe niet hals over kop naar de slager brengt Natuurlijk niet! Maar de zaak is, dat men te veel kalveren tot melkvee opgefokt heeft L. weet wel, dat van een kalf ook een vet kalf of een fijn jong slachtrund gemaakt kan worden. Dit is door de boeren ook veel gedaan met goede financiële uitkomsten. Als er de laatste tijd telkens woorden van mgr. Bekkers aangehaald worden, geloof ik te kunnen stellen, dat een gees telijke leider niet in staat is alle kanten van de zaak technisch te bezien en daar om goed doet zich voorzichtig uit te la ten en misschien zich meer tot de ziel zorg te bepalen. Als het zo is, dat mgr. Bekkers op de melkprijs gedoeld heeft wat ik betwijfel dan is Zijne Ex cellentie er in elk geval naast; met alle respect voor deze vooruitstrevende, sym pathieke bisschop. „Of de boeren zelf de schuld hebben?" aldus haalt de heer L. een vraag van de heer Zwetsloot uit Hoogmade aan. Schuld is 'n dik woord, maar boven meen ik te hebben aangetoond, dat vele boeren ondanks waarschuwingen van de overheid en collega-boeren te veel risico genomen hebben met de uitbrei ding van de veestapel. Uit de bovenvermelde cijfers en in komens over een aantal jaren moge de heer L. blijken, dat de veehouders ook goede jaren gehad hebben. De veehou ders, die hun veestapel met voorzichtig heid uitgebreid hebben, hadden ook in het laatste boekjaar geen malaise. Vol gens het bedoelde LEI-rapport heeft een flink aantal weidebedrijven in dit boek jaar een inkomen boven 8000.be reikt Als men door het nemen van te grote risico's schade ondervindt, is het dan juist om de gevolgen af te wentelen op de landbouworganisaties, 't Landbouw schap en de Voorlichtingsdienst en deze als zondebokken te behandelen. Neen, de hand in eigen boezem steken! De heer Van der Hulst merkt op, dat na de oorlog met de veehouderijproduk- ten de industrie opgebouwd is. Inder daad, als dat niet gebeurd was, dan had het er voor de producenten niet zo best uitgezien. Ook de CMC- dat zijn de boeren zelf bezit een groot deel van zuivelindustrie. Evenals de heer V. raakt ook de heer v. d. H. het moeilijke punt van de over produktie aan. Dit punt is al door mij beantwoord. Toen er in het najaar van 1962 veel vee opgeruimd moest worden, kwam er blijkbaar eerst nog wel buitenlands vlees binnen. Dat kon niet anders, als ik goed ingelicht ben, omdat vlees uit Argen tinië steeds circa 3 maanden tevoren aangekocht moet worden. Op dit vlees is echter een zeer hoge heffing van pl.m. 1.— per kg. gelegd bij invoer. Met de beste wil van de wereld kan ik niet inzien dat er van een' schandaal sprake is bij de melkprijs, als er toe- uitgekeerd worden aan de melkveehou ders tot een totaal-bedrag van pLm. ƒ350.000.000 per jaar. De heer v. d. H. beticht mij ervan bij de hier gehouden meting van de LTB naar het aantal auto's te zijn gaan kij ken. Ik ben op die avond de deur niet uitgeweest. In mijn ingezonden stuk is alleen een opmerking vermeld van iemand, die zeide eens op Schenkelweg naar de auto's te hebben gekeken. Van mij is dus de uitspraak niet. dat een boer geen auto zou mogen rijden. Maar tenslotte achten velen het blijk baar een luxe. De heer V. heeft mij op de man af ge vraagd duidelijk uiteen te zetten, wat 't Landbouwschap voor de boeren gedaan heeft Ook de heren L en v. d. H, ko men telkens op dit Landbouwschap te rug. Dit is eigenlijk een onderwerp op zich zelf (dat veel te uitvoerig zou wor den. Red.) Het is mijn overtuiging, dat de boeren zullen blijven mopperen over de melk prijs. En daar hebben zij gelijk in. Ik weet, dat een deel der boeren van wege de slechte positie van hun bedrij ven nu terecht klagen. Daarmee moeten we begaan zijn. Laat men mij goed be grijpen. Dezerzijds is slechts betoogd, dat niet valt in te zien, dat, bij zulk een ruime overheidssteun, aan de minister(s) van Landbouw en aan de eigen landbouw- voormannen zoveel verwijten werden gemaakt. Hier is tevredenheid op zijn plaats. Het lijkt passend, dat de veehouders hun voormannen in landbouworganisa ties en Landbouwschap anders tegemoet treden; en met name ook de Kamerle den Kolfschoten en Brouwer. Deze goe de, sympathieke leiders zijn dit ten vol le waard. Vriendelijk dankend voor de plaats ruimte in uw blad. P. Zoeterwoude, 28 okt. 1963. (Discussie gesloten Red. L. C.). Isackers korte roman „De reis naar Ispahan", welke titel hij ontleende aan een gelijknamig gedicht van P. N. van Eyck. Het is een zeer gevoe lig geschreven romance van huwe lijksgeluk, dat getemperd wordt door de angst van de man voor een vroeg tijdige dood. Wanneer echter de vrouw door een ongeluk sterft ont waakt uit zijn verdriet de wil tot le ven. We kunnen gerust zeggen dat het boek behoort tot de kleine juwe len der Vlaams-Nederlandse littera tuur. Inzicht: Een gedachtenbundel van Max Croiset. Uitg. Nijgh en van Ditmar, Den Haag-Rot terdam. In poëtische proza geeft Croiset in deze bundel een aantal gedachten weer, die hier en daar kleine gedich ten worden over dikwijls zeer reële onderwerpen. Vele stemmingen wor- der weergegeven, ook de bitterste, getuige: 6.000.000. „Al viel er maar 1 jood minder, hoe onmenselijk dan de Nazi's te beschuldigen van een moord". Harteklop in driekwartsmaat. Door Rosamond Lehmann. Uitg. Zd. Holl. Uitg. My., Den Haag. Deze roman handelt over het wel en wee van een rond 20-jarig meisje uit verarmde Engelse aristocratie, die zich nog steeds gebonden acht aan de in die kringen gangbare conven tie. De stijl is soms wat houterig het voegwoord „en" schijnt de schrijf ster (of is het de vertaler?) niet graag te gebruiken. Overigens een charmant boek voor lezers, die niet te hoge eisen stellen aan problema tiek. Het masker van Dimitrios door Eric Ambler. Uitg. Het Spec trum, Utrecht. Een schrijver van detectiveverha len is op vakantie in Turkije. Hier wordt hij door de Turkse geheime politie opgebeld met de mededeling, dat Dimitrios, een notoire misdadiger en handelaar in blanke slavinnen, dood is aangespoeld. De schrijver gaat zelf op onderzoek uit en dan gebeuren er de meest geheimzinnige dingen. De gestolen plot door Andrew Garve. Uitg. Het Spectrum. Utrecht. Er verdwijnt een meisje. Een da der wordt al gauw aangewezen, maar Peter Rennie is helemaal niet zo zeker ervan, dat deze man de schuldi ge is. Hij raakt tenslotte ervan over tuigd, dat de man die wegens moord tot levenslang is veroordeeld, hele maal ten onrechte veroordeeld is, Een verschrikkelijk avontuur eindigt in een opwindende climax. De Grote vier Omnibus. M. J Brusse, H. Heijermans, Gerard Walschap, Joop Masereel. Uitg. Arbeidspers, Amsterdam. Een omnibus die nauwelijks ver dere aanbeveling behoeft. De namen van de auteurs staan garant voor een bijzonder werk. Van Jan Brusse het ontroerende „Boefje', het mee slepende „Duczika" van Heijermans en het zeer knappe „Houtekiet" van Gerard Walschap, Het geheel wordt verlucht door de bekende, maar in Nederland nog niet eerder versche nen beeldroman in houtsnede „De Stad" van Joop Masereel. Uw tuin een lusthof, door J F. Ch. Dix Uitg. Kosmos, Amsterdam-Antwerpen. Dit is de vijfde, geheel door B. J. Galjaard opnieuw bewerkte druk van het bekende boek van Dix, een man, die in de bloemkwekerswereld in het algemeen en in de bollenwe- reld in het bijzonder meer dan natio nale faam geniet. Een mooi en rijk uitgevoerd bezit voor iedere tuin- liefhebber. Prisma-Schaakboek 4 door H. Bouwmeester Spec trum (prismareeks 899). Het sukses van de schaakboeken in de Prismaserie blijkt wel duidelijk uit het feit, dat nummer 4 het dag licht heeft gezien. Het boekje bevat partijen van alle wereldkampioenen en hun belangrijkste rivalen en schildert dus in het kort de levens der allergrootsten uit de schaakge- schiedeniS.'Voor de beginnende scha ker of voor de schaker, die met een schaakbibliotheek wenst te beginnen een bijzonder aantrekkelijk werkje, want hij komt zodoende in het bezit van een groot aantal onsterfelijke en historische partijen. De wereld a la carte, door G. Willinski Uitg. Kos mos. De wereld a la carte levert in vro lijke verteltrant een aantal aantrek kelijke recepten uit vele delen van de wereld. Het boekje staat vol met leuke receptjes voor mensen, die iets aparts willen hebben zonder al te grote uitgaven. Van eten en drinken weten door Dr. J. M. Fuchs Uitg. Broekman en de Meris. De classicus dr. Fuchs blijkt zich ook op andere gebieden een degelijke kennis te hebben aangemeten en met name op het gebied van de moge lijkheden tot „gastronomische ge neugten in eigen land", zoals het op de buitenkant van dit aardige werk je wordt geformuleerd. In een vro lijke en gemoedelijke stijl voert de schrijver ons langs vertrouwde adressen in ons land, waarmee men wil men lekker eten, echt eens ken nis moet gaan maken. De moderne keuken, door J. Straatsma Uitg. Prisma- serie 885. Ondanks de af en toe wel handige tips, die dit boekje vermeldt, moes ten wij toch onwillekeurig denken aan de keuken uit de film van Tati „Mon oncle". Wil men inderdaad aan de in dit boekje genoemde idealen voldoen, dan zal de keuken langza merhand de omvang moeten krij gen, die op het ogenblik de gewone huizen in Nederland nog niet heb ben. Verenigen en vergaderen, door J. Boer en mr. A. Hij- mans Uitg. Nijgh en Van Ditmar, Den Haag-Rotter dam. Een nuttig boekje met brief- en do cument-voorbeelden en uitvoerige toelichting op het leiden van ver gaderingen en verenigingen. Das elektronische Foto- Blitzgerat, door Gerd Ben der Uitg. Franzis-Verlag (In Nederland: De Muider- kring N.V. Bussum). De Muiderkring N.V. te Bussum geeft belangrijke buitenlandse wer ken op het gebied van de electroni- ca opnieuw in ons land uit. Daar mede komt zij tegemoet aan de grote vraag in vak- en amateurkring naar naslagwerken op dit gebied. Een van de boeken handelt over de blitz-ap- paraten, die de fotografen gebruiken en die een ingewikkeld samenstel van onderdelen vormen. Bij dezelfde uitgever verschenen ook „Leitfaden der Elektronik" en „Fernsehntechnlk ohne Ballast". Grondige werken met veel tabellen en foto's, die onge twijfeld de betrokkenen uitstekende diensten kunnen bewijzen. Steffie wordt volwassen, door Cita von Cetto Uitg. Castrum reeks, Gent, België. Het verhaal van een eigenwijs en koppig weesmeisje, dat samen met haar twee broers woont en een on geloofwaardige liefde opvat voor een getrouwde man. Deze ziet haar slechts als kind. Steffi veroorzaakt echter heel wat ellende. Uiteindelijk vindt ze toch haar grote geluk Een bijzonder onsympathiek verhaal. De onbekende van Parijs, dooi Lo Marx-Lindner Uitg. Castrum reeks, Gent, België. Desiré woont eenzaam met haar moeder. Ondanks het feit, dat haar verloofde haar bedrogen heeft, trouwt ze toch met hem Hij wordt blind en ze gaan uit elkaar Wanneer ze elkaar na jaren haar man heeft inmiddels een nieuw meisje weer ontmoeten, springt Desiré in het wa ter. Een dom verhaal, dat nauwe lijks uit te lezen was. Hier isJan Klaassen, door Erika Schepelmann- Rieder. Uitg. Cantecleer, De Bilt. Voor ouders, wier kinderen in het gelukkig bezit van een heuse pop penkast zijn is dit aardige boekje met vrolijke poppenkaststukjes een ware uitkomst. Doch niet alleen de ouders hebben er een handleiding aan, ook de oudere kinderen kun nen een mooie voorstelling puren uit deze poppenkastmaterie. Cinny en Mia in sterke ar men, door Jannie Hageman Uitg. door uitg. Helmond. (Helmpocket). Cinny en Mia, twee levendige jonge meisjes trekken naar het zuiden op vacantie. De fraaie omgeving maakt van hen geheel andere meisjes. Na een heerlijke tijd keren ze naar Ne derland terug in prettig gezelschap, want ver van huis vinden zij de ware liefde. Een verloving volgt spoedig daarop. Een vlot boek voor oudere meisjes, die van een romantisch ver haal houden. Paniek inkluis door Patrick Quentin. Uitg. Prisma-pocket, Utrecht. Enkele bijzonder spannende thril lers bijeengebracht in deze pocket. In knappe verteltrant schotelt de schrijver ons de nare soms huivering wekkende aspecten van het leven in de 20ste eeuw voor. Een boeiend boek. Raadsels om een dode. door Noel Streatfeild. Uitg. Prisma- pocket, Utrecht. Dit boek van de bekende schrijfster is een merkwaardige combinatie van detectiveverhaal en psychologische roman. Een weefsels van geheimzin nigheid is geweven om de zelfmoord van een ogenschijnlijk gelukkige vrouw. De karakters in dit boek wor den op uitstekende wijze weergege ven, waarbij het zeker niet aan de nodige spanning ontbreekt. Mens en grondspoor door L. Th. Lehmann en Bert Schier- beek. Silhouetten der Neder landse prehistorie. Uitg. Heynis N.V. te Amsterdam. De ondertitel van dit boek geeft precies aan, duidelijker nog dan de hoofdtitel, wat de inhoud van het boek is: silhouetten van de Neder landse prehistorie, omdat de gege vens om tot gestalten te komen de huidige wetenschap ten enenmale ont breken. Onder supervicie van prof Glasbergen hebben de schrijvers voor een interessant werk voor beginners op dit gebied gezorgd, goed gedoku- menteerd, fraai geïllustreerd en bij zonder verzorgd uitgevoerd. Dit duidt tevens op het bezwaar van het ver der voortrefelijke boek; een beginner zal de eerste beginselen liever uit een goedkopere pocket te weten ko men en dit was gezien de omvang van het boek uitstekend mogelijk geweest. Een korte inleiding in de vorm van een klein handboek heeft altijd dit bezwaar, nu de pocket-se ries een dergelijke hoge vlucht ma ken. Een onbekende door Elisabeth Bekius. Uitg. Nijgh en Van Dit- Het debuut van de ons onbekende Elisabeth Bekius verdient met ere te worden genoemd. In een heldere en uitstekend verzorgde taal verhaalt zij van het leven van een jonge vrouw. Henriet genaamd, in een aan tal schetsen die de hoofdDersoon tel kens tonen in haar verhouding tot andere mensen Een boeiend boek van een schrijfster, waarvan wij ze ker nog meer zullen horen. Pater Eymard. Uitg. Brakke- stein. In dit boek wordt het leven van de heilige pater Pierre Julien Eymard. die leefde van 1811-1868, beschreven door broeder Stefanus, die zijn onder werp terdege bestudeerd heeft zoa's uit het in een zeer leesbare stijl ge schreven werk- herhaaldelijk blijkt Het is de bedoeling klaarblijkelijk het leven van deze grote heilige, die in onze dagen nauwelijks bekend is. ten voorbeeld te stellen aan de he dendaagse mens, omdat het zoveel bevat, wat hem tot lering kan strek ken. Viermaal J en Janus door Hans Andreas; Kinderboekenweek 1963 Hans Andreus heeft bij gelegen heid van de Kinderboekenweek 1963 voor een alleraardigst boekenweek geschenk gezorgd. Het is het koste lijke verhaal van Janus en de 4 - Club: drie Jannen en een Jeannèt- je. De vakantie is bijna achter de rug en de club heeft nog geen grote daad verricht. Dat deze daad er komt zal niemand wel verbazen. Het spook van de ruïne, door Margot Naumann, Helm-Poc ket, Uitg. Helmond. Drie vriendinnen vormen het kla verblad, dat samen de vakantie bij een oom doorbrengt. De oom woont in de buurt van een oude ruïne, waarover de wildste verhalen de ron de doen. Een grote broer van een der meisjes wil er het zijne van we ten en gaat bij de ruïne wonen. In derdaad zijn er geen spoken, maar wel worden er duistere praktijken uitgeoefend. Spannende lectuur voor meisjes van 12 tot 15 jaar. Diana kwam in mijn leven door R. F. Delderfield. Uitg Ad. M. C. Stok, Den Haag Een liefdesroman, uitgekomen in de bekende, verzorgde Cultuurserie, De idylle, die gelijk mooi en tragisch is, begint als Diana een eenvoudige volksjongen, John. van de dood redt Het realisme maakt voorbehoud voor rijpere lezers noodzakelijk. Het meisje dat je trouwt. Uit. het Amerikaanse vertaald Uitg. Broekman en De Meris te Amsterdam. Er zijn tientallen boeken over het huwelijk. Zij bereiken geregeld onze redactie. Zelden echter hebben wij met zoveel plezier een nieuw boek over dit onderwerp geïntroduceerd als dit. De schrijvers hebben n.l. de kwestie van „hoe kun je de liefde in het huwelijk houden" op practische wijze benaderd. Weinig begrip bij de man voor het wezen van zijn huwe lijkspartner is dikwijls het begin van veel narigheid. In een leesbare stijl beschrijven de auteurs de eigenaar digheden van de vrouw, die als je het goed begrijot, evenzovele aardighe den zijn. Dit boek is Ppen geh-niks- aanwijzing. Het huwelijk is gelukkig geen automaat. Maar het werkje helpt de echtliede (inspe) op de goe de weg. En dat is alles waard. Aan bevolen dus voor verliefden, ver loofden en getrouwden, die het nog niét begrepen hebben. Dank u mr. Moto door John P. Marquard (Uitgeverij Het Spectrum. Prisma-boek. Mr. Moto, de Glimme Chinees, is een bekende figuur van film en tele visie. Het is de onverstoorbare, die een excuus mompelt vóór hij zijn aartsvijand een hoofdje kleiner maakt. Moeilijke raadsels weet hij ook in deze prisma-pocket zo op te lossen, dat je ervan staat te kijken. De blunder van Nero Wolfe door Rex Stout. Uitgeverij het Spectrum, Utrecht. Prisma- boek Een sensationeel móórdverhaal, dat begint met een blunder van de titel held, welke blunder van zulk een omvang is, dat zij ook in de titel ver meld werd. De reis naar Ispahan door Frans van Isacker. Uitg. van Nygh en v. Ditmar, Den Haag- Rotterdam Verschenen is de tweede druk van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1963 | | pagina 20