tonalife
BPVisco-Siatic
een nieuwe
motorolie met
veel langere
levensduur
Het knutselhoekje
0uM*URS[I)
DE SISSENDE SAMPAM!
ZATERDAG 26 OKTOBER 1963
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 13
En weg was de fee.
Wat was de houthakker in zijn
schik. Hij was alle moeheid vergeten
en stapte welgemoed naar huis. Zijn
vrouw was net aan het koken toen
hij haastig het heerlijke nieuws ver-
De kleine vredesbode
n
Na twee dagen reeds werden beide
voor de rechter gedaagd. Na beide
partijen gehoord te hebben, werd de
leerlooier veroordeeld tot een scha
deloosstelling van 5 gulden. De bak
ker, die met zijn steen de ruit van
zijn buurman verbrijzelde kreeg daar
voor 3 gulden boete en gezamenlijk
moesten zij de kosten van het rechts
geding betalen, want een rechter doet
zijn werk ook niet voor niemendal.
Door dit voorval was er tussen de
beide gezinnen 'n grote kloof ont
staan. Geen vriendelijk woord werd
er meer gewisseld. Ze ontweken el
kander, waar ze maar konden. Ging
de één langs de ene weg naar de
kerk, dan koos de buur 'n andere
weg. Zaten ze vroeger vreedzaam
naast elkander in dezelfde bank, nu
zochten ze plaatsen op, die zo ver
mogelijk van elkander lagen. De
mannen, die anders steeds samen
hun biertje gingen drinken in de
zelfde herberg, zochten nu ieder een
verschilende gelegenheid op. Van de
Paashaas- en de Kerstmisverrassin
gen voor de kinderen was er natuur
lijk geen sprake meer. Zo gaat het
immers meer, dat de schuldlozen mee
moeten boeten voor verkeerde da
den van anderen.
Drie jaren reeds had deze toestand
geduurd toen op 'n middag de leer
looier en zijn vrouw zich aan de
koffietafel zetten. Toen de vrouw
een lade open trok, waarin zich
steedshet wittebrood bevond, vond
ze deze leeg: het wittebrood was op.
Kleine Henk, die naast haar stond,
zei terstond heel bereidwillig: „Geef
me maar een dubbeltje" moeder, dan
haal ik wel even een broodje. Maar
als onze bakker er soms geen meer
heeft, dan haal ik er één bij bakker
Peetoom. Vader en moeder keken el
kaar eens aan, maar zeiden geen ja
en geen neen. Wat het soms de vin
ger van God, die hier een weg ter
verzoening wees?
Even later kwam Henk luid zin
gend de straat af. En wat zorfg hij?
„Onze bakker was al uitverkocht, nu
ga ik lekker naar peetoóm-bakker"
Vader wilde het raam openen om
hem terug te roepen. Maar het ven
ster, door de vocht wat uitgezet, wil
de niet zo gauw opengaan en
Henk was reeds in de bakkerswinkel
verdwenen en verscheen even later,
terwijl hij z'n broodje en een eier
koek triomfantelijk in de hoogte
stak. Dansend kwam hij binnen en
jubelde 't haast uit: „Buurman
Peetoom laat vader en moeder harte
lijk groeten en hij vroeg, of ik gauw
weer eens terugkom".
Dezelfde avond reeds wisselden de
buren enkele vriendelijke woorden
en de volgende dag zaten 't witte en
't gele schort al naast elkaar op de
bank. De dag erna toonden de vrou
wen elkaar hun tinnenvooraad,
waarop ze in die 3 ellendige jaren he
te tranen geschreid hadden om die
onzalige twist
Helaas mocht de bakker de einde
lijk verworven vrede niet lang meer
beleven. Na 'n maand stierf hij aan
een beroerte, maar 't zal hem in zijn
laatste ogenblikken tot een grote
troots en rust geweest zijn, dat hij in
vrede met God en z'n buren kon
sterven. En daaraan had die leuke
Henk zijn deel!
(Einde)
OPLOSSING VAN DE
VORIGE OPGAVE:
glas, klos, kluw of knot, krop, bos,
spel, rol, gros, kist of stapel.
Deze keer heeft Jannie Pouw, Rui-
gekade 7, De Kwakel het boek ge
wonnen.
Verder kwamen nog goede oplos
singen binnen van:
Gerrie Wolvers, Woubrugge; Fia
van Rijn, Warmond; George Versluys,
Warmond; Anneke Hoogeveen, Aals
meer; Greetje NoordmAn, Zoeter-
woude; Henk en Theo Straathof, Oude
Wetering; Ineke Zwetsloot, Hoogma-
de; Ank Buters, Warmond; Els van
Velzen, Koudekerk; Plonie en Stina
Haagen, Zoeterwoude; Willy de Klerk
Oud-Ade; Ada Devilé, Leiden; Lida
Koelewijn, Katwijk; Joke Koek, Zoe
terwoude; Ria Witteman, Oud-Ade;
De oneerlijke buurman antwoordde doen, die vervuld zullen worden zo-
onmiddellijk: „Natuurlijk op dezelfde dra je ze uitspreekt. Maar denk er
plaats, dat lijkt me het veiligst", om, niet meer dan drie".
„Goed", zei de blinde. „Dat zal ik
doen".
De dief haastte zich om het gesto
len geld weer op dezelfde plaats in
te graven, want, dacht hij, als er
vannacht nog zoveel geld bijkomt,
neem ik morgen de dubbele portie telde. Of ze in haar schik was!
mee. „Nou kunnen we dadelijk schat-
De blinde ging 's avonds naar zijn rijk worden!" riep ze uit. „En voort-
tuin en was blij verrast dat hij zijn aan niet enkel gebakken aardappe-
geld weer terug vond. Hij nam het len eten, zoals nu. Ik wou tenminste
mee en borg het op een veilige plaats maar, dat er een worst bü was",
in zijn huis. De volgende morgen Bom! daar lag een dikke worst in
ontmoette hij zijn buurman in de de pan.
tuin. „Zeg buurman, ik dank je wel „Domoor!" riep de man boos. „Is
Annelies Romijn, Noordwijk; Rina Zijn buurman had de blinde in het voor je goede raad Ik ben blij dat dat nu een wens! Een zak ryksdaal-
Straathof, Zoeterwoude; Ellie Berg, donker bezig gezien en was nieuws- lk kem opgevolgd heb ders had je kunnen vragen. Jij Praa*
Gelderswoude; Ria Zwetsloot, War* gierig geworden. Stilletjes had hij cwwnrnrTF altijd je mond voorbij. Ik wou dat
mond; Marian Buters, Warmond; Jan alles af staan kijken en toen de blin- EEN SPROOKJE die worst aan je neus hing
van Rooyen, Hazerswoude; Frida v de weer in huis was, had hij het gat Er was eens een houthakker, die Brrrt. daar hing de worst aan de
d. Hoorn, Langeraar; Wim v. d. Pijl, geopend en het geld naar zijn eigen 's avonds, doodmoe van het werken, neua van de vrouw. En wat ze ook
Ter Aar; Ria Mank, Langcraar; Adrie huis meegenomen. op een omgehouwen boomstam zat probeerden, de worst wou er niet af.
Koeleman, Ter Aar; Joke Versteegen, Toen het 's avonds weer donker uit te rusten. Hij was ontevreden. De vrouw begon luid te snikken. Was
Zoeterwoude; Marian v. d. Star, Rijp- was, ging de blinde zijn geld opgra- „Dat is toch geen leven", bromde me aat ean toestand, om altijd met
wetering. ven om het toch maar in huis te hij in zich zelf, „de hele dag maar een worst aan je neus te lopen.
Nog even een pluim voor Gerrie bewaren. Maar wie schetst zijn ver- werken en dan zo hard. Neen, dan Ak ga nog liever dood dan altijd
Wolvers, Woubrugge die haar briefje bazing en droefheid als hij bemerkt, de rijke mensen, die hebben alles i"et dat ding aan mijn neus te lopen,
zo mooi versierd heeft met kleine dat hij bestolen is. Met knikkende wat hun hartje begeert; die hebben Wat zullen de mensen meiutlachen
tekeningen. Dit was de eerste keer knieën strompelde hij naar huis en een heerlijk leventje". Met z'n zak- houthakker stond bedroefd te kij-
dat ze mee deed. Zeg Gerrie ik hoop viel radeloos op zijn bed neer. Wie 'doek veegde hij zijn warm voorhoofd Er,waa n0*> maar..aen wens over.
dat ik nog dikwijls iets van je zal zou de dief zijn? Al dadelijk ver- af. „Hè, als ik toch eens alles had, WlJ met zlJn
horen. Je schrijft dat je 2 november dacht hij zijn buurman, die niet al wat ik wenste". vrouw, t Was wel de laatste wens,
jarig bent, dan feliciteer ik je nu te gunstig bekend stond. Nu moest Daar werd hij plotseling opge- maar. „Ik wou dat de worst in de
alvast met je verjaardag. Leuk dat hij slim zijn, om daar achter te ko- schrikt door het ritselen van de bla- P?1* laS neP hlJ Ult; sissend
je daar een verhaaltje over wilt men en als het waar was, om zijn deren, vlak naast hem. Hij keek en viel de worst weer in de pan. Sa-
schrijven. geld terug te krijgen. Plotseling stond daar stond een hele lieve fee voor men smulden ze nu van de aard-
hij op en belde bij zijn buurman aan. hem. Ze had haar zilveren toverstokje aPPelen en de worst. De houthakker
NIEUWE OPGAVE „Buurman", zo begon hij, „Je moet in de hand. de volgende dag weer aan zijn
Stel eens even voor dat je heel me eens Soede raad geven Ik heb Ik zie dat je heel ongelukkig bent.
binnenkort iarie hent Nu mag ie een som Seld m ml)n ,uln begraven. Kan ik je ook helpen?'
van je moeder te beste vriendje of Vandaag heb is weer zo'n som geld „O, wat zou ik toch gn
vriendinnetfe een hele dag op hej ontvangen. Wat denk je? Zou ik dit len^ijn".
feest vragen. Maar dat vriendje
of vriendinnetje is pas verhuisd naar
een andere stad. Wat doe je nu? Je
gaat een briefje schrijven om hem
of haar uit te nodigen.
Nu is de opgave: schrijf hierover
een kort briefje en stuur dat aan ons.
De beste briefjes komen in de krant
en ik verloot twee mooie boeken.
Doe je best.
Je brief sturen aan: Tante Jo en
oom Toon Krantentuin, Leidse Cou
rant Papengracht Leiden.
IETS UIT HET LEVEN VAN
GUIDO GEZELLE
Jullie weten allemaal dat Guido
Gezelle niet alleen een Vlaams dorps
pastoor was, maar ook een groot
dichter. Hij stond bij zijn parochia
nen in hoog aanzien. Vooral het lot
van de arme mensen trachtte hij zo
veel mogelijk te verzachten. Hij gaf
zelfs zijn eigen kleren weg. Een rijke
dame uit de parochie gaf hem eens
een rode borstrok cadeau om hem
tegen de winterse koude te bescher
men. De dame zei er nog eens uit
drukkelijk bij, dat de pastoor hem
nu eens niet aan een arm mens moest
geven, maar zelf dragen. Voorlopig
hield de pastoor zijn belofte en tel
kens als die dame hem ontmoette,
stak hij zijn arm uit en liet haar het
rode randje zien, dat juist bij de pols
zichtbaar was.
Enige tijd later kwam de dame
in de werkplaats van een schoen
maker en zie tot haar grote verbar-
zing had die man juist zo'n borstrok
aan, als die zij aan de pastoor had
geschonken.
„Hoe kom je aan die borstrok?"
vroeg ze opgewonden.
„Wel die heb ik van de pastoor
gekregen".
rijk wil-
geld op dezelfde plaats leggen of er- „Nu dan, ik zal jou en je vrouw de
gens anders verstoppen?" gelegenheid geven om drie wensen te
WAT BETEKENEN DIE NAMEN? heerste eens een strenge, wrede tiran,
in een verafgelegen stad.
De meeste voornamen hebben een
- betekenis. Vaak kan men ze in een Damon afreizen'
Daar wou ze wel wat meer van aiwj€re taal overzetten, maar ze krij-
W^i n" j n^fr pastorie en gen dan soms wej een andere zin, dan
zodra de pastoor haar zag, stak hy enkel maar de roepnaam aangeeft,
weer zijn armen vooruit en het rode „Adam" is een Hebreeuwse naam;
randje aan de pols werd zichtbaar. hij is de Bijbeise naam van de eerste
Daar begreep ze niets van. De pas- man en betekent „mens".
oor gaf verder geen uitleg en ging ..peter" is een Griekse naam en be-
lachend weer weg. tegen „trots". De leerling Petrus en
Wat was het geval? De pastoor had Tsaar Peter de Grote zijn wel de be_
van de mouwen een randje afge- ^emdste dragers van deze naam.
knipt en dat om z n armen gedaan. „Bh-gitta" is een naam van Kelti-
De borstrok had hij aan de arme scbe oorsprong en betekend, „stralen-
schoenmaker weggegeven. de» Pat zejfde geldt ook voor de na-
Si™ mnicirr men Brigitta (de r verspringt alleen
DZiiAtni maar) en Brita. Een zusterorde noemt
Een blinde had onverwacht een er- zich Brigittinnen. Zij werd gesticht
fepis gekregen, een flinke som geld. door de heilige Brigitta, die van "<03
Hij was er heel gelukkig mee, want tot 1373 leefde en na haar dood hei
hij kon het geld best gebruiken, lig verklaard werd.
Maar nu kwam de vraag: Waar zou De naam van de Engelse koningin
hij het geld veilig kunnen bewaren? Elisabeth betekent: „de God vereren-
Hfj was immers zo hulpeloos. Zou de" of „Godgewijde". Van die naam
hij het in huis bewaren, ergens ver- zijn Elsa, Elsbet, Elise, Lise, Lies-
stoppen? Of zou hij een gat in de beth, Betty, Bettina en Ely (ie) al-
tuin graven en het daarin stoppen? lemaal afgeleid.
Heel de dag piekerde hij er over en Tracht maar eens ult ,e zoekeni
eindelijk besloot hij tot het laatste. wa^ je eigen naam betekent. Pastoor
Toen het s avonds donker gewor- 0f kapelaan weten daar heel wat van.
den was, maakte hij in een hoek van
de tuin een diep gat en verborg daar- vnirwnsrHAPSt fpftnjtïf
in zijn geld. Zorgvuldig maakte hij n VRIENDSCHAPSLEGENDE
de boel weer dicht en van het gat
was niets meer te zien. Tevreden ^aat lk ee^st vertellen, wat
stapte hij z'n huis weer binnen. n legende is. Het is een verhaal -
De hele nacht echter had hij on- vaak over heiligen of heilige zaken -
rust over zijn geld. Stel je voor dat waarvan men met meer kan nagaan
iemand het zou stelen! Neen hij wil- wat er oorspronkelijk waar van is.
rio Viot ooiH maar liavAr in hnic bu f verhaal, de legende.
-7T
lx ofct-
I
werk, maar hij heeft de fee nooit
meer teruggezien.
Dag kinders. Tot de volgende week!
TANTE JO en OOM TOON
gevangenis; hij verloor 't vertrouwen
in zyn vriend niet.
Maar op de dag, die tot de terecht
stelling was, had Damon zich nog
steeds niet gemeld. De beulen haal-
ffiMH cciw. cc.i [UBII v. oltut uiajl den derhalve de gevangene en voer-
Dionisius genaamd. Hij vreesde, dat ^en kem naar de gerechtsplaats,
er een opstand tegen zijn bewind zou Doch zie: nauwelijks hadden zij een
uitbreken. Daarom -liet hij elkeen, die paar treden beklommen met hun ge-
hem ook maar enigszins verdacht vangene, of daar kwam Damon bui-
voorkwam, in de gevangenis werpen, ten adem aanhollen. Het schip, waar-
Op een dag werd een jongeman mee hij de reis had gemaakt, was
Damon geheten door Dionisius' die- door 'n vreselijke storm opgehouden,
naren gegrepen, omdat hij zich open- zodat 't pas net de haven was binnen-
lijk tegen de wetten van de tiran gelopen. Toen de terugkomst van Da-
verklaard had. Hij werd ter dood mon aan de tiran gemeld werd, werd
veroordeeld. Toen hij zijn vonnis ver- 't harde gemoed van Dionisius zo ge-
nam, smeekte hij om voor zijn dood troffen door de edele vriendschap der
nog eens naar z'n geboorteplaats te beide mannen, dat hij hem genade
mogen reizen om afscheid te nemen schonk. Daarbij sprak hij de volgen
van zijn geliefde ouders. Zij leefden de woorden: „Ik zou er al mijn macht
voor geven, als ik slechts één enkele
„Als mijn terechtstelling een maand mens onder mij had, die me zo lief
verschoven kan worden beloof ik had, als Damon en Tintias elkander
op de vastgestelde dag weer hier zal beminnen,
zijn".
De tiran lachte slechts en zei dan:
„Als ik jou dat verlof toesta, kom je
natuurlijk niet terug om je ter dood
te laten brengen".
Nu had Damon 'n trouwe vriend,
Tintias geheten. Toen deze het ant
woord van de tiran hoorde, trad hij
naar voren en sprak: „Ik wil me in
de plaats van Damon in de gevange
nis laten opsluiten. Ik wed stellig, dat
hij op tijd zal terugkeren. Maar
mocht hij door een of andere oor
zaak niet op tijd kunnen zijn, dan
kunt u mij in zijn plaats doen te
rechtstellen".
Op deze voorwaarde liet Dionisius
't Spaarvarkentje hebben jullie ze
ker al eens op de kleuterschool le
ren maken, wel?
Neutraal Onderzoek
van
internationaal-bekend
Instituut
BP steeds 'n stap vóór
V|Jf maanden lang heeft de EMPA
(Zwitserse TNO) 7 typen auto's
onder extra zware weg- en weers
omstandigheden getost. Elke wa-
gen reed tweemaal zo lang met
BP Longllfe, als met normale olie
gebeurd zou zijn. „Na 40.000 km.
konden wfl vaststellen dat slU-
tage aan cylinders, zuigers, la
gers, etc. te verwaarlozen was en
soms zelfs niet meetbaar", ver
klaart de neutrale EMPA.
(Advertentie)
Dagen gingen voorbij en de maand
SCHEEPSBERICHTEN
Agamemnon 23 van Gonaives nr
Baltimore; Alcor 24 te Adelaide; Al-
gorab 23 van Bahia nr Laspalmas;
Casamance 24 te Casablanca; Kossma-
tella (t) 24 te Stanlow verw.; Maas
haven 23 van Duinkerken nr Dakar;
Montferland 23 te Rio Grande; Sa-
loum 24 te Bordeaux; Waikelo 24 te
Mombasa; Willem Ruys 24 te.Port
Said; Kloosterdijk 24 te Rotterdam;
was haast ten einde. Doch Tintias De juffrouw zei, dat de ziekte van Sarpedon 24 te Amsterdam; Kabylia
werd daardoor niet verontrust in zijn Jantje besmettelijk was (t) 23 te Rotterdam.
de het geld toch maar liever in huis
hebben,
In Seracuse op het eiland Sicilië
Het Indianenopperhoofd
„De Zittende Stier"
3 De ontwaakte krijgers bedekten
zich met hun schilden van buffel-
leer en legden boog, pijlen en speer
klaar. Intussen had „Langzaam" zich
zelf met gele verf beschilderd en zijn
paard met rode verf. Zonder tegen
de mannen te zeggen, wat hij van
plan was, slingerde hij zich te paard
en reed op de vijand af.
Toen de volwassenen dat zagen
volgden ze zijn voorbeeld en reden
hem achterna, maar hij bleef hen
een flink eind voor.
4 De „Kraaien" - de vjjanden van
de Sioux-Indianen - waren verrast
door de moed van die jongen en toen
zij vervolgens de krijgers zagen, die
hem volgden, werden zij door angst
aangegrepen en sloegen ijlings op de
vlucht.
Alleen één hunner sprong van zijn
paard en hield pijl en boog gereed
om „Langzaam" neer te schieten, zo
dra deze dicht genoeg genaderd zou
zijn.
Maar „Langzaam" aarzelde niet.
Hij stuurde zjjn ros op de onvervaar
de vijand af en sloeg hem met zijn
stok de boog uit zijn hand, voordat
hij gelegenheid had om te schieten.
„Ik „Langzaam" heb deze man
overwonnen" riep hij uit. Het waren
de woorden, die men moest uitroepen
als men een levende vijand met z'n
stok had aangeraakt.
(Wordt vervolgd)