Verolme heeft het moeilijk maar blijft in Brazilië INTERVIEW MET H. J. HOFSTRA Wisseling in politiek klimaat 0 0 De. ontwikkeling in Brazilië zou er de vraag kunnen doen rqzen of het bedrijf van Verolme niet minder goed zou gaan als men had gedacht. Moet men de situatie waarin het bedrijf verkeert niet vergeleken met de Fokker, die, evenals dit bedrijf maar één afnemer had en wel de re gering. Zo op het eerste gezicht lijken deze vragen niet overdreven. Brazilië verkeert in een uitermate moeilijke situatie. Het land is financieel bankroet en niets wijst erop, dat deze toestand van vandaag op morgen zal veranderen. Staking van werfarbeiders is een gewoonte geworden, staking van havenarbeiders, buschauffeurs, bankbedienden, taxichauffeurs eveneens en het kan dus niet anders dan dat dit zijn weerslag vindt op het bedrijfsleven. Het gaat ook de buitenlandse scheepvaartondernemingen niet naar den vleze en grote maatschappijen zoals Van Nieveldt Goudriaan en de Koninklqke Hollandse Lloyd hebben hun frequentie op Rio zelfs moe ten verlagen van twee tot zes weken. Het is deze con statering, die ertoe bijdraagt, dat de geruchten over Verol me overdreven genoemd kunnen worden. Het gaat niet alleen Verolme moeilijk, het gaat elke Braziliaanse en buitenlandse onderneming moeilijk in een crisisperiode, waarin Brazilië momenteel zowel economisch als finan cieel verkeert. En het is dan ook overdreven om een sta king bij Verolme, een wisse ling van directie, berichten in de kranten over slecht eten, slechte drinkwatervoor ziening en slechte behuizing onmiddellijk zodanig om te dat de vragen over Verol me dezelfde weg opgaan als bij Fokker het geval is ge weest. Wij zijn in de geluk kige gelegenheid hier ter plaatse, in Brazilië zelf dus, ons te kunnen oriënteren en al kan men onmogelijk zeg gen, dat alles koek en ei is tussen regering en buiten landse ondernemingen. Ze zijn voor Verolme niet ern stiger dan de andere. ^an de andere kant moet men niet vergeten, dat er sinds de vestiging van Verolme in Brazi lië hier zo al het een en ander gebeurd is. Er hebben regerings wisselingen plaats gehad, die zeer ingrijpend zijn geweest en zoals dat in deze landen de gewoonte is tot een totaal veranderde binnen- en buiten landse politiek hebben geleid. Toen Verolme zich hier vestig de was de rechtse Juscelino Ku- bitchek aan het bewind, die nu sterk in de oppositie is. Kubit- chek wenste een goed samen gaan met de Ver. Staten, schuw de de landen achter het IJzeren Gordijn, had geen sympathie voor Rusland en was niet alleen de bouwer van Brasilia, maar tevens de grote stimulator van vestiging van buitenlandse fir ma's, waardoor o.a. de enorme auto-industrie ontstond. Daarna kwam Janio Quadros. Hij had meer linkse neigingen en bewandelde de Cuba-weg. Joao Goulart, zijn opvolger, die juist zijn presidentiële volmach ten heeft teruggekregen, is de buitenlandse politiek van Qua dros trouw gebleven en heeft niet de helft van de sympathie voor buitenlandse ondernemers, die Kubitchek had. Met die wisseling van het poli tieke klimaat begonnen de moei lijkheden voor de buitenlandse ondernemingen, dus ook voor Verolme. Goulart, die de syndi caten steunt en van sommige stakingen zelfs de geestelijke vader is, heeft weinig water meer in de wijn gedaan, in de verwachting dat de buitenlanders dit wel zouden doen. Later heeft hij hen zelfs gedwongen tot maatregelen, die zij nooit van plan waren te nemen. Dertiende maand Een van die maatregelen is de zogenaamde dertiende maand, die ook Verolme heeft moeten uitbetalen. Een eenvoudige be rekening heeft ons geleerd, dat dit de werf met zijn 1500 arbei ders ongeveer 45 miljoen, we ge loven zelfs meer, heeft gekost Die 45 miljoen zijn dan natuur lijk Cruzeiros. Daarbij komt, dat Brazilië nog nooit een eigen werf heeft ge kend; de schepen werden tot nu toe altijd in het buitenland ge bouwd. Het land staat dus vol komen onwennig tegenover de typische moeilijkheden, aan zo'n werf verbonden. Bij de over dracht van een schip bijvoor beeld moest nog een dik pak papieren komen, terwijl in Ne derland op zo'n moment alle pa pieren netjes getekend klaar lig gen. Wij troffen het dat de finan cieel directeur van Verolme, oud-minister Hofstra, op het moment van de moeilijkheden in het land was en wij hebben hem zijn mening gevraagd. Wij leg den hem drie vragen voor, zit tend in de grote vergaderzaal van het prachtige kantoor in Rio de Janeiro. „Wat denkt U van de econo mische mogelijkheden in Bra zilië?" De heer Hofstra, die zijn Ne derlands winterkostuum al aan had, dacht ernstig na. „Welk advies zoudt u aan Ne derlandse ondernemers willen geven?" Laten wij er in Nederland voor zorgen niet te laat op de Zuidamerikaanse markt te ver schijnen. Want dat een land als Brazilië een grote toekomst heeft, is volgens mij, zonder meer dui delijk." „Goed, maar kunt u zich niet wat nader preciseren?" De heer Hofstra knikte. ,X>e huidige situatie is echter op het moment zo onduidelijk, ik bedoel op economisch en finan cieel gebied, dat op het ogenblik een grote mate van voorzichtig heid wel op zijn plaats is. Er zijn echter mogelijkheden om hieraan te ontsnappen. De Nederlandse firma, die een geheel nieuwe on derneming in Brazilië zou willen vestigen, doet er goed aan samen werking te zoeken met een be staande Braziliaanse onderne ming. Hierdoor raakt hij veel ge makkelijker geïnt rigeerd in de Braziliaanse samenleving, het- „Deze zijn zeer groot. Het is een reëel feit, dat dit een groot en rijk land is met enorme hoe veelheden aan delfstoffen en een zeer vruchtbare bodem. Ondanks de moeilijkheden, die Brazilië momenteel doormaakt, is het uit een oogpunt van wereldpolitiek noodzakelijk, dat Europa en de Ver. Staten dit grootste land van Zuid-Amerika helpen om de so cial e, economische en financiële moeilijkheden op te lossen. Waar Brazilië van zijn kant in de eer ste plaats voor moet zorgen is het tot staan brengen van de in flatie. Ik heb te weinig tijd ge had om me in de financiële pro blemen van dit land te verdie pen, maar dat er een sluitend budget van de overheidsgelden moét worden verkregen om aan de huidige situatie een einde te maken, is zonder meer duidelijk." Onze volgende vraag was moeilijker, meer recht op de man en het duurde lang voordat de heer Hofstra ons antwoord gaf. Peinzend keek hij naar bui ten, naar de slanke wolkenkrab bers, die het beeld van Rio be heersen. H. J. Hofstra De heer Hofstra aarzelde even en van die gelegenheid maakten wij gebruik hem een sigaret, merk „Minister" aan te bieden, een sigaret, die hier veel gerookt wordt. Glimlachend schudde hij het hoofd. „Die „minister-siga ret" bracht hem echter op een gedachte. Verzekering „17 weet ik kom uit het verze keringsbedrijf. Eigenlijk zou het mogelijk moeten zijn, dat een Nederlandse firma, die zich in het buitenland gaat vestigen bij de overheid een verzekering zou kunnen sluiten tegen politieke risico's. Dit vind ik een dringen de noodzakelijkheid. Nederland is een klein land. Het is zozeer aangewezen op internationale handel en uitwisseling etc., dat wij ten dienste van onze eigen economie onmogelijk zonder bui tenlandse vestigingen kunnen. Momenteel is het risico van een middelgrote ondernemer nog te groot. Als enorme industriële on dernemingen, die in vrijwel elk land een vestiging hebben, er gens verlies lijden, dan vangen ze dat ergens anders wel weer op. De middelgrote ondernemer kan dat niet en mocht zijn be drijf in een bepaald land niet floreren, dan heeft hij een groot verlies. Hij kan zich dit laatste eenvoudig niet permitteren. Ook hierom al zou een verzekering tegen politieke risico's van uiter mate groot gewicht zijn." Het is nu stil in het grote, uitermate goed verzorgde ver trek, waar een groot schilderij van Verolme aan de wand hangt. Ik ben er gekomen door een gloeiende, benauwende hitte, want het was bijna veertig gra den Celsius in Rio, een weer, dat zelfs de Brazilianen een hittegolf noemen. Mijn laatste vraag is kort, recht op de man af, maar oud minister Hofstra, die interviews gewoon is, bliift er volkomen rustig onder. Toch begrijpt hij ook wel de bedoeling van de vraag, want hij glimlacht even, maar is direct daarna ernstiger dan ik hem tijdens het hele ge sprek heb gezien. Buiten hoor ik het gedempte geclaxoneer van de duizenden auto's van Rio, flarden muziek en de brommen de motoren van een vliegtuig. ,3Hjft Verolme in Brazilië?" De heer Hofstra knikte, leun de even voorover, dacht na, liep even naar 't andere eind van de grote tafel om enkele rapporten in zijn tas te doen. Terugge komen ging hij weer zitten en had inmiddels tijd genoeg gehad om rustig te overwegen wat hij zeggen zou. ,JDe firma Verolme heeft eens een groot bedrag in Brazilië ge ïnvesteerd en dus toen een groot risico genomen. Wij hebben het vaste vertrouwen, dat we ons, ondanks de huidige onzekerhe den, niet behoeven terug te trek ken, of laat ik het anders zeggen, wij zijn dat niet van plan en zijn het nooit van plan geweest." De stem van de heer Hofstra krijgt nu een vaste klank en ik weet, dat ik zit tegenover een man, die precies weet wat hij zegt. >fAls grote ondernemer hebben wij de indruk, dat we bovendien een beetje verantwoordelijk zijn voor de goede relatie tussen twee bevriende naties als Nederland en Brazilië. Het zou, ook al in verband met enkele minder pret tige zakelijke gebeurtenissen met andere Nederlandse firma's in het verleden, een gevoelige schok zijn als we ons zouden moeten terugtrekken. De belangstelling voor Brazilië in Nederland en ook in andere Westeuropese lan den zou er zeer ongunstig door worden beïnvloed Mag ik bij dit interview enke le kanttekeningen plaatsen. Ik ben nu al drie maanden in Bra zilië en heb me al die tijd ge probeerd te verdiepen in de politieke, economische en finan ciële aspecten van dit land. Uur na uur heb ik de nieuwe ont wikkelingen gevolgd en daarom was ik bijzonder nieuwsgierig naar wat de heer Hofstra zeg gen zou. Verolme heeft in Brazilië een uitstekende naam, niet alleen in het verleden, maar ook nü. Dit kan overigens gezegd worden van meer Nederlandse belangen hier, zoals Philips, Scheeps- bouw-belangen, Holambra, het landbouw - immigratie - parade paardje bij uitnemendheid, de Hollandse Bankunie en andere Nederlandse zaken. Met zijn laatste voorzichtige uitspraak be doelde de heer Hofstra waar schijnlijk, dat men in verschil lende Europese landen minder geneigd zou ziin om Braziliaanse goederen af te nemen als dit land het de Europese onderne mingen onmogelijk maakt om, ondanks goede wil en kapitaal er te werken. Mag ik hieraan nog iets toe voegen. Ik heb al gezegd, dat de werf van Verolme in Brazilië slechts staatsrederijen als klant heeft. Geeft de regering dus geen nieuwe opdrachten dan ligt het werk bij Verolme stil. Betaalt de regering niet, dan zit Verol me zonder één cent. Heeft de re gering genoeg van Verolme, dan is het met het bestaan van de werf afgelopen. Vindt de rege ring dat de woongelegenheid on voldoende is dan heeft Verolme er maar voor te zorgen dat het anders wordt. Men zou dus ge makshalve kunnen spreken van een semi-overheidsbedrijf, al gaat dit natuurlijk niet helemaal op. En wat is er aan de hand met die regering. Door de inflatie, ik heb dat in andere artikelen al eens gezegd, zit Brazilië met zo'n gigantische staatsschuld, dat zelfs mannen als Lieftinck en Hofstra er kippevel van zouden krijgen als zij met deze problemen zou den worden geconfronteerd. Kat uit de boom De verzamelde werven, die zich „Scheepsbouwbelangen" noemen, hebben dan ook een veel grotere voorzichtigheid aan de dag gelegd als Verolme. Zij hebben voorzichtig de kat uit de boom gekeken, omdat zij, waar schijnlijk door zeer goede waar nemingen en observatie, al za gen, dat het financieel met Bra zilië bergafwaarts zou gaan. Zij De werf in Jacuacanga hebben dan ook geen geld in een werf gestoken, maar technisch personeel naar Rio gezonden, die zij afstonden aan een Braziliaan se werf. En dat dit zelfs niet eens zo gemakkelijk is, bewijst wel het feit, dat de technici rustig, geduldig, verdraagzaam moeten zijn, willen zij niet in conflict komen met de Brazilianen. Het pleit voor „Scheepsbouw belangen", dat zij de goede men sen op de goede plaatsen heeft gezet en alles prettig en goed verloopt. Staakt men op die werf, och dan is dat een Brazi liaanse aangelegenheid, die gaat tegen de Braziliaanse onderne mers. Staakt men bij Verolme, dan kunnen er nog wel eens na tionalistische leuzen gebruikt worden. Laten we tenslotte de zaak met nuchtere ogen bekijken. De Bra ziliaanse kranten overdrijven. Het eten is goed in Jacuacan ga, maar rondom de werf is een grote fravela verrezen. Om juis ter te zijn, het is gestolen. Min der goed is het feit, dat er inder daad teveel vrijgezellen wonen in Jacuacanga en dat is, zeker naar Braziliaanse begrippen, niet aan te raden. Dat de geruchten als zou Verolme de kant opgaan van Fokker overdreven zijn, is ech ter zonder meer waar. Daarvoor levert Verolme te goed werk in Brazilië, daarvoor heeft zij een te goede naam, ook in regerings kringen. Dat er af en toe moei lijkheden zijn is waar, maar ver geet niet, dat die er overal zijn, ook bij grote Braziliaanse on dernemingen. Het „stakingscommando" over drijft, houdt geen rekening met de welvaart van het volk en heeft niet de verantwoordelijk heid, die de partij van de heer Hofstra heeft gehad na de oor log. Toen besefte men, dat gro tere welvaart niet kan verkregen worden door de ene staking na de andere. Hierdoor wordt zelfs het rijkste land tot een finan cieel, economische ondergang gedoemd. Wij wensen de firma Verolme het beste in deze moeilijke tijd, moeilijk voor de firma Verolme, moeilijk ook voor dit prachtige land. Als Verolme zich zou moe ten terugtrekken, zou dit niet alleen slecht zijn voor de naam van Brazilië in Nederland, maar ook omgekeerd. Voorlopig is daar gelukkig geen sprake van. Deze luchtfoto toont de berg achtige omgeving van de werf.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1963 | | pagina 5