werkt in belang van sport- en beroepsvisser In Leimuiden worden jaarlijks 400.000 snoekjes geboren GAST VRIJ HEID? ROLLCURLING ZATERDAG 19 MEI 1962 DE LEIDSE COURANT Op de kalender stond acht april, maar er woei een ijzige wind. Dwars door de polders huiderend, viel hij op ons aan, rukkend aan onze verlate winterkleding. Het waterige zonnetje, dat af en toe door de gaten in het snel wisselende wolken dek scheen, kon ons maar moeilijk doen geloven, dat er een nieuwe lente op komst was. In ons gevoelen was het voorjaar nog heel ver weg. Toch waren we naar de verkilde polders gegaan om een symptoom van die komende lente te gaan zien. De natuur was laat dit voorjaar, geremd door een kou, die de prettige gedachten aan de mild heid van de lente heel ver in ons brein had terug gedrongen. Maar zij was haar vernieuwende werk al begon nen en wij gingen dat altijd weer nieuwe wonder zien. In Leimuiden, tegen de dijk rond de ringvaart aaneen beetje beschut voor de schrale wind, had de natuur al een stukje van haar grote taak klaar. In grote bakken water kleefden tienduizenden jonge snoekjes nog maar enige millimeters groot, enkele dagen pas uit het ei. Net van die kleine visjes zoals wij ze als jongens met een schep netje uit het water van de Leidse grachten vis ten. We waren toen geweldig trots op onze vang sten. Déze kleine visjes echter zullen, wanneer ze via de weg van het gevaarlijke^ jonge snoeken- leven de volwassenheid halen, misschien de trots uit gaan maken van de echte sportvisser. Ze lijken nu nog maar weinig op de grote rovers, die een volwassen kerel tot een heroisch gevecht van uren dwingen. Maar een mooie kans om de eerste, de moeilijkste dagen van hun jonge snoe- kenleven tot een goed einde te brengen, hebben ze hier wel, nu de mens hen een handje helpt om volwassen te worden. KRINGLOOP Tenslotte komt dus de jonge snoek bij sport- of beroepsvisser en wordt hij in het open water uitgezet. Het diertje van goed vijf centimeter moet dan zonder hulp van de mens trach ten tot de volwassenheid te geraken. Wanneer hij die volwassenheid heeft De jonge snoekjes, gefotografeerd zo zorgvuldig gekweekte leven laat kort voor hun vertrek naar het open aan het einde van een nylondraad water. of in de netten van de beroepsvisser. Misschien wordt de snoek ook ge- vangen in de paaitijd en worden de weten te bereiken, is hij een mach- eieren door de O.V.B. verder opge- tige rover geworden, met in de na- kweekt, om zodoende langs deze weg tuur alleen nog de mens als zijn vij- voor de instandhouding van de soort and. Een grote kans, dat hij dan het te zorgen. Zoek het niet te ver, u vindt het In Valkenburg-Houthem i juni kan uw Limburgse gastheer de indacht aan u besteden. Kom dèn. V.V.V. Valkenburg (L), Tel. 04406-2048 Jonge visjes met zorg omringd Het is de Organisatie ter Verbete ring van de Binnenvisserij, die hier sinds 1949 zich het lot van de jonge snoek heeft aangetrok ken, in het belang van de beroeps- en sportvisserij. De visstand in de Nederlandse binnenwateren heeft vele moeilijkheden te overwinnen en kan - wanneer deze instantie zich hier niet mee bemoeide - zelfs niet meer op een redelijk peil blijven. Het „dood" vissen van sommige wateren, wanneer er niet telkens pootvis werd uitgezet, de vervuiling van het water en de natuurlijke bedreigingen van de zoetwatervissen, het zijn alle maal gevaren voor onze visstand. AANVRAGE: EEN MILJOEN Ontzaglijk veel vis wordt er ieder jaar weer door de hengelaarsvereni gingen uitgezet ten gunste van haar leden, die daardoor hun mooie sport kunnen beoefenen. Maar om vis uit te zetten, moet je eerst vis hebben. Daarvoor zorgt genoemde instelling, kortweg O.V.B. genaamd, die als een voortzetting van het vroegere Rijks Pootvisfonds is te beschouwen. De jaarlijkse vraag in Nederland naar jonge snoekjes bedraagt mo menteel één miljoen stuks. Dat is erg veel en aan deze aanvrage kan de O.V.B. nog niet voldoen. Jaarlijks kweekt zij in Leimuiden ongeveer 400.000 stuks en dit aantal wordt nog enigszins opgevoerd door jonge snoek uit Oostenrijk. Binnen zeer afzienbare tijd krijgt de O.V.B. echter de beschikking over een terrein in de polder Oost-Flevo land met een totale oppervlakte aan vijvers van 200 ha. In deze vijvers zullen dan ook andere vissen als snoek worden gekweekt. Vorig jaar had de O.V.B.-kwekerij in Leimuiden, de enige snoekkweke- rij in Nederland, een bijzonder gun stig jaar. Men kwam toen tot een rekordaantal aan jonge snoekjes van 520.000 stuks. Door het vroege voor jaar in 1961 konden er namelijk twee keer snoekjes worden gekweekt. De snoekkwekerij van de Organisatie ter Verbetering van de Binnenvis serij aan de Leimuiderdijk nabij Leimuiden, waarover in het bijgaan de artikel geschreven is door een on zer redacteuren, (foto's Leidse Cou rant/Van Vliet). oefening van curling in wintersport plaatsen, waar het spel in het alge meen tot de kostbare genoegens be hoort, ook al omdat zeer grote ge deelten van luxueuze kunstijsbanen daar voor de beoefening van deze sport in beslag worden genomen. De Canadese ontwikkeling illus treert nog eens wat elke verwoede ijscurler weet, dat deze sport niet alleen een gezonde ontspanning biedt, doch tezelfdertijd de allure en de (Advertentie) sportieve spanning geeft, die actieve sportbeoefening blijvende aantrek kelijkheid verleent. Voor de toeschouwer zijn deze ei genschappen niet altijd even duide lijk; om hen te leren kennen moet men daadwerkelijk curling hebben gespeeld. Door de tot hobby uitge groeide belangstelling van de heer Van der Eerde voor de curlingsport en door het feit, dat Nederland fa- Vandaag werd in Noordwijk, byte voren vast staat, dat de jongeren, brieken in Baarn in staat zijn roll- hotel „Huis ter Duin" door burge- die tegen de ouderen spelen de match curlingstenen (gewicht 17-19 kg) uit meesster mr. G. W. F. van Berckel de zullen winnen. gereconstrueerde Ocrietsteen te ma- rollcuriingoaan geopend, de derde in <T<oen de heer Van der Eerde od ken> werd een Nederlands initiatief Neder.ano smos de „mtvmd^van kwLntó een iKurüng" tot reëele mogelijkheid voor de gehe- een nieuwe sport van eigen bodem deze sport, die door de i sport rollcurling te ontwikkelen, er n?ar dat, Een rij plastic trechters met de snoekeitjes, die door het stromende water gedurig in beweging worden gehouden. VOLWASSEN SNOEKEN Van tijd tot tijd krijgt de O.V.B. volwassen snoeken. Wanneer deze rijp zijn, worden ze door deskundige handen „afgestreken". In de natuur laat de vrouwtjessnoek, wanneer zij paairijp is, onder invloed van het mannetje haar duizenden eitjes los; het mannetje op zijn beurt deponeert daarbij het homvocht, zodat de eitjes bevrucht worden. Door een lichte druk met de vingers uit te oefenen op de snoek verkrijgt men nu op vrijwel dezelfde manier de eieren en het homvocht. De eieren worden in grote plastic trechters gedaan, waar ze door middel van stromend water (temperatuur ongeveer 10 C.) in beweging worden gehouden, om aan elkaar plakken te voorkomen. In één trechter (zie foto) gaan 2]/2 kg eie ren, of wel ongeveer 300.000 stuks. Ongeveer 75 van deze eieren komt uit. Wanneer dat tijdstip aanbreekt, worden de eieren op grote roosters gelegd, die in broedbakken worden geplaatst. De jonge snoek wordt dan geboren. EIGEN VOEDSEL Zes a zeven dagen brengt het pril le visje door in deze broedbakken, zijn eerste voedsel puttend uit de dooierzak onderaan het lichaam. Het snoekje is dan zo ver, dat het overgezet kan worden in de zgn. bekkens, waarvan de Leimuidense kwekerij er 32 bezit, met een geza menlijke inhoud van 72 m3 en een kweekoppervlakte van 180 ma. Eén zo'n bekken kan 10 a 15.000 snoekjes opbrengen. Wanneer de jonge snoek 5 cm lang is, dat is veertig dagen na de geboorte wordt hij doorgestuurd naar de hengelaarsverenigingen en de beroepsvissers. KANNIBALEN Het wordt hoog tijd, dat de snoek jes in het vrije water komen. De roofzucht zit er bij deze vissen al zo jong in, dat ze elkaar - wanneer ze even groter zijn - proberen op te vreten. Het is bepaald niet zeldzaam wanneer dit, ondanks de snelle af voer naar de klanten, toch nog ge beurt. In de grote bekkens worden de jonge snoeken gevoerd met plank ton, dat wordt opgevist in de West- einder plassen. (Plankton is een ver zameling van zeer kleine organismen dat zich zowel in zee- als in zoet water bevindt). hieraan een belangrijk Dit is een ander beeld dan de be- „curlingsteentje" bijdragen. deliik voor oeen Door een toeval d® zuidelijke Nederlanders in de 16e "tzlna IfS kwam hij nalelijk ta contact mei eeuw ontwikkelden, voor rollcurling drukken wij onderstaand zuik een Canadese curiers waarbii hem bleek alle kansen ziJn weggelegd om over overzicnt van een onzer medewerKers dat S dit^eel Zn de wereld de de Sehele wereld tot verdere ont- curlingsport tot een werkelijke volks- Pl°oiing te komen. WAT IS ROLLCURLING? sp°rt, ,is. uitgegroeid, die door groot Ongetwijfeld kan Noordwijk in dit Zoals ijshockey zijn volwaardige een kIein en vooral ook in gezins- opzicht, gezien zijn vele buitenland- pendant vindt in het eveneens In verband wordt defend. competitieverband beoefende roli- hockey, zo heeft de oude en steeds meer beoefende ijscuriingspoxt tnans ais variant het volwaardige rollcur ling gekregen. De roilcuriingsport wordt in team verband beoefend en bij voorkeur door teams van drie personen, waar bij elke speler en speelster met twee rollcuriingstenen speelt. Het wordt beoefend op gladde, uiterst harde en uit gereconstrueerde steen gemaakte baan van 26 meter lengte en een breedte van rond 2.20 meter. Elk team nu moet proberen zo veel mogelijk rollcuriingstenen zo dicht mogelijk bij het middelpunt van het doelgebied te krijgen. Dit doelgebied wordt genoemd „de tee". Deze tee wordt door een kegel ge markeerd, die in het spel de „Dolly" heet. Aan het einde van een ronde een end als de spelers om beur ten hun stenen hebben gespeeld, worden de punten geteld. Daarbij geeft elke steen, die in het met cir kels aangegeven doelgebied dichter bij de tee ligt dan een steen van de tegenpartij, één punt. Een rollcurlingmatch wordt door gaans over een oneven aantal ends gespeeld. Het totaal aantal te spelen ends wordt bij de aanvang van de wedstrijd door de beide aanvoerders de skips vastgesteld. Deze skips geven tijdens het spel aanwijzingen aan hun spelers hoe zij de stenen willen hebben. In Nederland ontwikkeld. Evenals ijscurling is rollcurling een door Nederlanders ontwikkelde sport, maar de natte Hollandse win ters waren er de oorzaak van, dat ijscurling de wintersport werd van vooral Schotten en Canadezen, terwijl rollcurling meer mogelijkheden biedt om het gehele jaar door overal ter wereld te worden gespeeld. Dit spel vereist een juist technisch inzicht en fijn gevoel voor de moge lijkheden van de curlingstenen, ver der een perfecte teamgeest en een goede beheersing van het lichaam om de steen daar te brengen, waar de skip hem hebben wil. Het is be slist geen krachtsport, doch veeleer een behendigheidssport, die li- chaamsbeheersing op de voorgrond stelt. Deze eigenschappen maken roll curling tot een ideale sport voor ie- Als je maar dorst hebt: dan kan zelfs een parkiet in een „kraanvogel" dereen, waarbij het zeker niet van veranderen...!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1962 | | pagina 11