Oude tempel van Minerva tegen de grond
Een traan om die goeie, ouwe Minerva
HERBOUWD MINERVA ZOU NIET MEER
TE EXPLOITEREN ZUN
Nieuw gebouw ontworpen van 2,5 miljoen
Leidsche Studentencorps wil nieuwe Soos bouwen
DONDERDAG 21 SEPTEMBER 1961
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 12
KEGELBANEN EN SPORTHAL
Rond een centrale brede trap zullen volgens het
plan vier bouwlagen worden gebouwd.
De voor de exploitatie noodzakelijke drie-eenheid:
eetzaal, keuken en conversatiezaal zal ondergebracht
worden op de eerste verdieping. Eventuele zelfbedie
ning kan hierdoor later met aanzienlijke kostenbe-
besparingen worden gerealiseerd.
In het gebouw zullen verder ondergebracht worden:
kegelbanen, een sporthal, filn»- en toneelzaal en zon
neterras. Via aparte trappen zullen vergaderzalen in
het gebouw ook te gebruiken zijn door derden.
WAARHEEN TIJDENS DE BOUW??
Waar de studenten gedurende de bouw hun verzor
ging, ontspanning en gezelligheid moeten vinden, is
nog niet bekend. Wol zijn er besprekingen gaande
met exploitanten van verschillende grote gebouwen in
Leiden.
STUDENT „OUDE-STIJL" VERLOREN?
Voor de leden van het Leids Studentencorps zijn
deze plannen van verstrekkende betekenis. De voor
zitter van de Bouwcommissie, de heer Ph. Feith, geeft
de leden dan ook de raad voor maandag ernstig te
overwegen of met de oude zaal niet het oer-Leidse
studententype verdwijnen zal. Punt van overweging
is echter ook of de toekomstige student, die andere g#>
voelens en wensen heeft, zich thuis kan voelen in
oude omgeving, het „bedevaartsoord" van de oudere
generaties, die nog jaarlijks of vijfjaarlijks naar Lei
den komen. Zij zullen heel wat gaan missen in Leiden.
Foto hiernaast: Sociëteit Minerva weerspiegelt een
atmosfeer, die niet van deze tijd is. Het is de 19e
eeuwse stijl der welgestelde jongelieden, die op
kosten van een tot subsidiëren genegen pa aan het
verkeerde eind van hun leven van een tijdelijk
pensioen genoten. Piet Paaltjens, Nicolaas Beets,
Kneppelhout en de vele anderen, die de vertegen
woordigers zijn van de typisch 19e eeuwse studen
tenmentaliteit, hebben in de conversatiezaal van
Minerva op hun schouderbladen gezeten. Zij ver
tegenwoordigden het studentendom, dat 's morgens
tegen twaalven door de oppasser werd gewekt, en
dat met moederlijke zorgen door een „ploertin"
werd omringd. Als er een geslaagd examen was
ging de vlag uit
Iets van weemoed moet de oud-alumni van Leiden
bespringen nu zij moeten vernemen, dat „de kroeg"
naar alle waarschijnlijkheid ter dood veroordeeld
CONVERBATIC ZAAI-.
De sociëteit „Minerva", in de nacht van 2 op 3 de
cember in 1959 door een felle brand gedeeltelijk ver
woest, zal niet gerestaureerd worden. Als de Phoenix
uit haar as, zal in de periode mei '62 september '63,
als de goedkeuringen binnen zijn, een nieuwe tempel
voor Minerva uit beton en glas verrijzen in de statige
Breestraat. "F 2.425.000,zal het waarschijnlijk gaan
kosten om de studenten «en nieuw onderkomen te
verschaffen, het karakter *an de Breestraat zal een
ingrijpende wijziging ondergaan.
Met de slopershanden zullen vele dierbare herin
neringen, die nog overgebleven zijn na de ramp
zalige brand, weggevaagd worden. Schrale troost
voor de vele oud-alumni, dat men zich zo veel
mogelijk zal beijveren, de inboedel van het
oude gebouw onder te brengen in de nieu
we sociëteit.
DOOR BETON EN
GLAS NIEUW TYPE
STUDENT?
EXPLOITATIE-TEKOR- EN
De herbouw- en uitbreidingsplannen konden evenwel
niet geheel voldoen. Er zouden aanzienlijke tekorten
op de exploitatie ontstaan.
Men nam de herbouwplannen nog eens in studie -
men had er de tijd voor vanwege het vergunningen
beleid van overheidswege - men kwam na advies van
instellingen en bedrijven, die sociëteiten exploiteren
tot de conclusie, dat, wilde men én een verantwoorde
exploitatie krijgen én de toeloop van studenten in de
toekomst behoorlijk verwerken, een andere oplossing
noodzakelijk was.
Met de uitbreidingsplannen liep het ook tegen,
omdat aankoop van panden aan de Boonmarkt veel
te duur zou worden. Bouwtechnisch stuitte men ook
op grote moeilijkheden, omdat de grondstructuur van
de Breestraat- Oude llijndijk- en de Boommarkt-
oude Rijnbedding - een aan elkaar bouwen niet toe
zou laten.
Daar de verwerving van terreinen elders in de
sted of buiten de oude gebouwenkern van de univer
siteit ook niet mogelijk bleek, kwam langzaam het
denkbeeld op bij bouwinstanties van de studenten,
een geheel nieuwe sociëteit op de oude plaats te bou
wen. De architect bleek ook in staat uit de beschik
bare ruimte aan de Breestraat en de daarachter ge
legen tuin de nodige ruimte te scheppen, die het
groeiende corps in de toekomst zal eisen.
Vele zaken heeft men moeten over
wegen, over vele zaken heeft men ook
een ware innerlijke strijd moeten voe
ren, voordat het Adviescollege en de
Bouwconimisie tot deze stap besloten.
Men verwacht dan ook niet, dat de
ledenvergadering, die maandag a.s. bij
elkaar komt om te beslissen over deze
plannen, bezwaren zal aanvoeren, die
roet in het eten kunnen gooien.
Dat er vele weerstanden waren tegen
dit plan, zegt wel het treffendst een
gedicht op de voorpagina van het bouw-
nummer van het Corpsorgaan „Virtus
Fides":
Tot zijn ontzetting ziet men hier
de kennel van 't Tempeldier
men trekt zijn bier uit automaten.
Men draait vertwijfeld aan. zijn knevel
en denkt: te brandvrij is deez'gevel
van schokbeton met glazen raten".
Gij die dit leest, wilt wel bedenken
waar Zaakinstinct geniet de voorkeur
jeut men traditie door de deur
maar moet men toch zijn fiat schenken.
Het zaakinstinct heeft dus de knoop moeten door
hakken, die door de vele tradities en dierbare her
inneringen een Gordiaans karakter had gekregen.
UITBREIDING NOODZAKELIJK
Herbouwen en uitbreiden dacht iedereen, toen
de brand achteraf minder desastreus bleek dan men
door de tranen in de rampnacht haJ kunnen consta
teren.
Uitbreiding was noodzakelijk, omdat het corps in
de nabije toekomst een grote toevloed van leden zal
moeten kunnen verwerken. In 1970 zullen waarschijn
lijk zo'n 1600 corpsleden hun plaats gaan opeisen
in de sociëteit.
In november 1960 was men zover, dat de plannen
van het architectenbureau Boks, Eykelenboom en Mid-
delhoek uit Rotterdam, op de Sociëteitsvergadering
werden goedgekeurd. Grootscheepse acties ter ver
krijging van de nodige gelden werden opgezet, welke
goed verliepen.
wordt. Zij zullen de leren stoelen, de tafels, die
naar men aanneemt, zelfs tegen een atoomaanval
bestand waren, de eerstejaarsbanken, de biljarts
en de bolbuikige kachel over enige jaren niet meer
zien. Zij zullen de zurige lucht van oude meubelen
niet meer ruiken. Zij zullen zich niet meer met een
glimlach van herkenning, met een zucht van wel
behagen om alles wat van toén en vertrouwd was
in de vertrouwde kuil van een fauteuil laten zak
ken. Zij zullen een nieuwe Minerva ontmoeten, een
Minerva in moderne uitrusting: kuras en helm
hebben als het ware plaats gemaakt voor terlenka
en nylon.
De schepping van prof. Gugel uit 1875 was niet
mooi, maar hoorde niettemin bij de Breestraat,
maar dan bij een Breestraat zonder éénrichting-
verkeer en mét paardetram.
Bij de tekening van de conversatie-
zaal moet opgemerkt worden, dat de
meubilering louter fictief is. Men zal
trachten zoveel mogelijk meubilair
van het oude gebouw onder te bren
gen in het nieuwe gebouw.