VASTBERADEN WEERSTAND BIEDEN
AAN AFDWINGEN VAN CONCESSIES
Hechte samenwerking tussen
bondgenoten blijft nodig
NOG ENIGE INTERESSANTE PUNTEN
Meer opbrengst
uit oliebelasting
DINSDAG 19 SEPTEMBER 1961
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 9
Troonrede noemt intemhtionale situatie verontrustend
ADVIES OVER ZELFBESCHIKKING NW GUINEA
H.M. de Koningin sprak hedenmiddag de volgende troonrede uit bij de opening van het zit
tingsjaar van de Staten-Generaal:
LEDEN DER STATEN-GENERAAL,
De ontwikkeling van de internationale situatie is verontrustend. De door de communistische politiek
kunstmatig opgewekte Berlijnse crisis kan zich nog verder toespitsen. De bereidheid van de wes
telijke mogendheden om tot een vreedzame oplossing van het geschil te komen, mag niet aldus wor
den verstaan, als zouden concessies kunnen worden bedongen, die wezenlijke waarden in gevaar
brengen. De Atlantische bondgenoten zijn eensgezind in hun overtuiging, dat vastberaden weerstand
moet worden geboden aan elke poging tot het afdwingen van zodanige concessies.
Een hechte samenwerking tussen alle bondgenoten op politiek, militair en economisch terrein
blijft dan ook noodzakelijk. Aan deze samenwerking zal ons land krachtig blijven deelnemen. Nu
de internationale situatie dreigender is geworden en de Amerikaanse hulp is weggevallen, zal het op
peil houden van de Nederlandse bijdrage in de bondgenootschappelijke verdediging grotere finan
ciële offers van ons vergen. Wil onze krachtsinspanning werkelijk betekenis hebben, dan dient
zij voort te vloeien uit het besef van onze verantwoordelijkheid voor de handhaving van de grond
slagen onzer beschaving.
Belastingverlaging en aantrekken van
buitenlandse arbeidskrachten
WIJ BOIJWDEN WONINGEN
JAARLIJKS AANTAL VOLTOOIDE
WONINGEN IN NEDERLAND
©45 1950 1955 1960 x
1000
Nauwer politiek overleg
Het besluit tot nauwer politiek overleg, dat de rege
ringen van de landen behorende tot de Europese ge
meenschappen in juli te Bonn hebben genomen, zal de
verdere eenwording van Europa kunnen dienen. De
regering heeft zich tot deelneming aan deze politieke en
ook culturele samenwerking bereid verklaard, onder
voorwaarde, dat hetgeen reeds in Europees en Atlan
tisch verband is bereikt, niet slechts in stand zal wor
den gehouden, maar verder zal worden ontwikkeld.
De bereidheid van Groot-Brittannië om tot de Euro
pese gemeenschappen toe te treden en het daarmede
geopende uitzicht tot toetreding of associatie van andere
Europese landen, acht de regering van het grootste be
lang. Zij verwacht daarvan niet alleen een verdere so
ciaal-economische vooruitgang van de deelnemende lan
den, maar ziet daarin ook nut voor de totstandkoming
van de Europese eenheid. De positieve reacties van onze
'partners in de Europese gemeenschappen op deze ont
wikkeling stemmen tot vreugde. Ook hetgeen in Bene-
lux-verband werd bereikt, geeft reden tot verheugenis.
Suriname .en Nieuw Guinea
Op verzoek van de Surinaamse regering hebben de
landen van het koninkrijk dit jaar een aanvang ge
maakt met het overleg over het statuut. De goede ver
standhouding tussen de landen van het koninkrijk wet
tigt het vertrouwen, dat een voor alle partijen be
vredigende oplossing voor de ter sprake gekomen Su
rinaamse wensen zal worden gevonden.
Nederland zal steun blijven verlenen aan de econo
mische en sociale ontwikkeling van Suriname en de
Nederlandse Antillen.
Bevestiging en versterking van de ideële banden
tussen de bevolkingen van de drie landen verdient
verder alle aandacht. De regering heeft goede ver
wachtingen ten aanzien van de in dit jaar ingestelde
adviesraad voor culturele samenwerking.
Aan de sociaal-economische en culturele ontwikke
ling van Nederlands Nieuw-Guinea wordt bijzondere
aandacht geschonken, temeer nu dit gebied een fase
van snelle staatkundige ontwikkeling is ingegaan. Naar
het oordeel der regering is reeds gebleken, dat de
Nieuw-Guinea-raad sinds zijn installatie op 5 april jl.
aan de staatkundige behoeften van dit gebied beant
woordt.
Zelfbeschikking
De regering verwacht, dat in dit zittingsjaar van
de Staten-Generaal de raad zijn advies zal uitbrengen
over de wijze waarop het zelfbeschikkingsrecht zou
kunnen worden verwezenlijkt. Zij is van mening, dat
voor een verantwoorde keuze omtrent eigen toekomst
de bevolking van Nederlands Nieuw-Guinea zich vrij
en onbedreigd moet kunnen oriënteren, overal waar
zij dit wenst. Van haar zijde zal de regering onderzoe
ken welke wijzigingen in statuut en grondwet nodig
zijn.
Een gesprek met Indonesië over de toekomst van
Nederlands Nieuw-Guinea is helaas niet mogelijk ge
bleken, omdat Indonesië voor zulk een gesprek voor
waarden stelt, die in strijd zijn met het zelfbeschik
kingsrecht. De regering betreurt het voorts, dat Indo
nesië zelfs het laatste - zij het nog slechts indirecte -
officiële contact met Nederland heeft verbroken. Op
de grondslag van het in het Handvest van de Ver
enigde Naties verankerde beginsel van gelijke rechten
en zelfbeschikking der volkeren, heeft de regering in
de afgelopen maanden in vele landen besprekingen
doen voeren over de mogelijkheid de Verenigde Naties
te betrekken bij ontwikkeling en toekomst van Neder
lands Nieuw-Guinea. De conclusie waartoe dit overleg
de regering heeft geleid, zullen zo spoedig mogelyk
bekend worden gemaakt.
Economische groei
In de afgelopen jaren heeft zich in ons land een
ongekende economische groei voltrokken. De daarmede
samenhangende welvaartsvermeerdering is, mede als
gevolg van het gevoerde loon- en prijsbeleid, aan bre
de lagen van de bevolking ten goede gekomen. Tevens
heeft het hoge niveau van investering en de evenwich
tige spreiding daarvan de innerlijke kracht van onze
economie belangrijk versterkt. Het stemt tot voldoe
ning, dat bij een maximum aan werkgelegenheid het
prijspeil vrijwel stabiel kon worden gehouden.
De thans waarneembare vergroting van economische
spanningen vereist niettemin een toenemende waak
zaamheid. Het groeitempo van de produktie is aan
merkelijk vertraagd, doordat in vele sectoren van de
economie de capaciteitsgrenzen zijn bereikt.
De verhoging van de binnenlandse bestedingen gaat
echter voort en overtreft de toeneming van de natio
nale middelen. Als gevolg hiervan stijgt de druk op
het prijspeil en neemt het betalingsbalanssaldo af. Op
zichzelf is een zekere vermindering van dit saldo nog
niet verontrustend.
Voorzichtig
Een voorzichtig conjunctuurbeleid zal overspanning
van onze economie en terugslag in een daarop volgen
de fase kunnen voorkomen. Meer dan ooit zal dan ook
het beleid van de regering erop gericht moeten zijn,
in samenwerking met het bedrijfsleven, de loonontwik
keling binnen de grenzen te houden, die door de groei
van de produktiviteit zijn gesteld. Het in het afgelopen
jaar gevoerde prijsbeleid zal worden voortgezet. Zo
lang de economische activiteit op het huidige hoge
peil blijft, zal het tekort aan arbeidskrachten zich
handhaven. Opvoering van produktiviteit en doelmatig
heid blijven belangrijke middelen tot bestrijding van
de gevolgen van dit tekort. Daarnaast zal de regering
de aantrekking van buitenlandse arbeidskrachten be
vorderen. Het toekomstige beleid met betrekking tot
de emigratie zal binnen afzienbare tijd te uwer kennis
worden gebracht.
Bij het opstellen van de rijksbegroting voor 1962
hebben de geschetste verwachtingen omtrent de eco
nomische ontwikkeling als achtergrond gediend. De be
groting vertoont een zodanig beeld, dat het Rijk, ter
dekking van het tekort, overeenkomstig de eisen van
de conjunctuur, in het komende zittingsjaar voor fi
nancieringsdoeleinden geen beroep behoeft te doen op
de open kapitaalmarkt.
In het heden aanvangende parlementaire jaar zal
een beslissing moeten worden genomen omtrent de
datum van ingang van enkele reeds aanvaarde belas
tingverlagingen. De noodzaak de overheidsfinanciën
zoveel mogelijk af te stemmen op de conjuncturele
ontwikkeling moet daarbij worden afgewogen tegen
het feit, dat het effectief worden van deze verlagingen
uit een oogpunt van een verantwoorde belasting
heffing steeds dringender wordt. Heden zal u het voor
stel worden aangeboden de verlaging van de inkom
sten- en de loonbelasting te doen in gaan op 1 juli
1962.
Olie belast
Daartegenover staat, dat de verzwaring van de de-
fensielasten tot nieuwe belastingvoorzieningen noopt.
Tot dit doel zal de verlaging van de vennootschaps
belasting, die de regering voorstelt op 1 januari 1963
te doen ingaan, worden beperkt en zal een belasting
op minerale oliën met uitzondering van benzine wor
den ingevoerd. De hierop betrekking hebbende wets
ontwerpen zullen u eveneens heden worden aangebo
den.
De regering zal haar aandacht blijven geven aan
een gezonde ontwikkeling van de landbouwproduktie
en aan de verbetering van de afzet. In nauwe samen
werking met het georganiseerde bedrijfsleven zal zij
streven naar een verantwoord valorisatiebeleid voor
de agrarische produktie.
Woningbouw
De vraagstukken samenhangende met het interna
tionale vervoer vervullen de regering, door het protec
tionisme dat zich op dit terrein steeds opnieuw open
baart, met zorg.
De activiteit op het gebied van de woningbouw
heeft in het jaar 1961 een ongekend grote omvang
aangenomen, in het bijzonder is de bouw van wonin
gen zonder overheidssteun sterk uitgebreid. De rege
ring heeft een overschrijding van het aanvankelijk
opgestelde woningbouwprogramma aanvaard. Zij heeft
echter gemeend maatregelen te moeten nemen om een
te sterke overschrijding tegen te gaan in verband met
de bezwaren, die daaraan verbonden kunnen zijn voor
de bouwkosten. Een in verhouding tot de andere sec
toren van- de bouwnijverheid hoge activiteit op het
gebied van de woningbouw acht de regering, gezien
de woningnood van velen in het land, ook voor 1962
gewenst.
Evenals de woningbouw vereisen de ruimtelijke
vraagstukken van ons land grote aandacht wegens
him betekenis voor het werk en de ontspanning van
ons volk. De regering heeft besloten de omzetting van
woeste gronden in landbouwgronden tot het uiterste
te beperken, mede ter wille van natuurbescherming en
openluchtrecreatie.
Nieuwe wetten
Op wetgevend terrein zal wederom veel van uw
werkkracht worden gevraagd, ten dele voor wetsont
werpen, waarvan de behandeling reeds een aanvang
heeft genomen. De regering vertrouwt, dat de beraad
slagingen over het ontwerp algemene kinderbijslag
verzekering op korte termijn zullen worden hervat.
Na ampele overweging zal de regering door wijziging
van het wetsontwerp tegemoet komen aan een aantal
van de bezwaren, die vóór de schorsing der openbare
beraadslagingen naar voren zijn gebracht. Ten aanzien
van het wetsontwerp tot regeling van het voortgezet
onderwijs hoopt zij, dat het in dit zittingsjaar de in
stemming van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
zal verwerven. Ook tal van nieuwe wetsontwerpen
zullen in deze periode aan u worden voorgelegd, o.a.
een ontwerp algemene bijstandswet.
Geestelijke waarden
De materiële welvaart en de opzienbarende techni
sche ontwikkeling van onze tijd houden het gevaar in,
dat de geestelijke waarden te weinig aandacht krijgen.
Toch zijn het juist deze waarden, die aan het leven
een diepere zin geven en de krachtsinspanning, die
ons land en de gehele vrije wereld zich thans moeten
getroosten, rechtvaardigen. De regering zal, zoveel
als in haar vermogen ligt, door het verlenen van
krachtige steun in het bijzonder aan onderwijs en cul
tuur, blijven streven naar de versterking van de geest
kracht van ons volk. Zij beseft, dat dit doel slechts
kan worden bereikt, indien ieder, op welke plaats ook
gesteld, hier bewust aan bijdraagt.
Op u, vertegenwoordigers des volks, rust in deze tij
den van spanning een zeer bijzondere verantwoorde
lijkheid en een zware taak. Moge God u bij uw arbeid
wijsheid en kracht schenken, zodat gij ook in het ko
mende zittingsjaar tot zegen van het koninkrijk werk
zaam zult zijn. Met deze bede verklaar ik de zitting
der Staten-Generaal voor geopend.
(Vervolg „tussentabel")
bijzonder als men deze tegenover de
benzine stelt, in ons land toch wel
zeer ontzien. In de tweede plaats le
vert een dergelijke belasting reeds
bij een laag tarief een belangrijke
opbrengst, omdat olie in zeer grote
hoeveelheden door de ondernemin
gen wordt gebruikt. De verhoging
van de olieprijs als gevolg van de
belasting spreidt zich daardoor ook
over een breed vlak van produkten
en diensten.
Aangezien een uniform tarief voor
alle oliesoorten bij de bestaande
prijsverschillen tot een onevenwich
tige verzwaring van lasten zou lei
den, wordt in het wetsontwerp een
zekere tariefsdifferentiatie voorge
steld. Deze bestaat hierin, dat voor
petroleum 1,40 per hl, voor gasolie
1,10 per hl, en voor stookolie,
smeerolie en andere minerale oliën
0,70 per 100 kg aan bijzonder in
voerrecht zal worden geheven.
Om het directe effect van de be
lasting voor het budget van de par
ticuliere huishoudingen zoveel mo
gelijk te beperken is een vrijstelling
opgenomen voor de minerale olie, die
voor verwarmings- en verlichtings
doeleinden wordt gebruikt door par
ticuliere personen voor zichzelf of
hun gezin (dus niet voor hun onder
neming).
Voorts is de mogelijkheid geopend
tot het verlenen van vrijstelling voor
minerale olie, die als grondstof wordt
gebezigd bij de voortbrenging van
andere minerale oliën of /an andere
goederen dan minerale olie.
In de invoering van de bovenge
schetste oliebelasting is geen aanlei
ding gevonden tot verlaging van de
motorrijtuigenbelasting voor andere
dan benzine-auto's. Ook met inacht
neming van de oliebelasting hebben
die motorrijtuigen nog een fiscale
voorsprong op de benzine-auto's.
Het bijzonder invoerrecht op mine
rale oliën zal ongeveer 65 rnln op
brengen.
VERHOGING VENNOOTSCHAPS
BELASTING
In de huidige situatie komen de
belastingen naar het inkomen naar
het oordeel van de bewindslieden
niet voor enige verzwaring in aan
merking. Ook na de feitelijke invoe
ring van de verlaging van die be
lastingen, welke niet meer is dan
een aanpassing van het progressieve
tarief aan de prijsstijging sinds 1955,
is het tarief nog te zwaar.
Een verhoging van de vennoot
schapsbelasting blijft daarom als
enige mogelijkheid over. In het des
betreffende wetsontwerp wordt voor
gesteld, ingaande 1 januari 1963 het
blijvende tarief van de vennoot
schapsbelasting te stellen op 42-45
pet. Hiermede wordt een additionele
belastingopbrengst verkregen van
ongeveer 70 min.
Het gecombineerde effect van de
in de beide wetsvoorstellen neerge
legde regelingen op het stuk van de
vennootschapsbelasting zal zijn dat
(Advertentie)
het tarief in 1962 gelijk blijft aan 't
huidige van 44-47 pet. en dat het met
ingang van 1963 met twee punten
wordt verlaagd tot 42-45 pet.
HOC DE STAAT 1GCIDEN ONTWIGT
asa
HOE DE STA/U1 GULDEN UIT6EEFÏ
DEFENSIE-PLAFOND IS
RUIM TWEE MILJARD
In de miljoenennota, waarin een
meer gedetailleeerd overzicht wordt
gegeven van de uitgaven voor ver
schillende onderwerpen van staats
zorg, lezen we nog over:
NIEUW GUINEA
In verband met de uitvoering
van de eerste driejarige fase van
het ontwikkelingsprogramma
voor Nederlands Nieuw-Guinea
is de rijksbijdrage aan de geld
middelen van het gebiedsdeel
voor 1962 gesteld op f 103,3 min.
tegen f93,5 min. in 1961.
De rijkssubsidie aan het drietal
in Nederlands Nieuw-Guinea
werkzame stichtingen bedragen
voor 1962 in totaal f2,8 min.
Nederlands Nieuw-Guinea ont
vangt dus in totaal 107,1 min.
MILITAIRE UITGAVEN
Als defensie plafond is voor de
jaren 1962 en 1963 voorgesteld 2.061
miljoen gulden. Hiervan is in 1962
uitgetrokken voor algemene uitgaven
38,5 min., voor de landmacht 940,3
miljoen gulden, voor de luchtmacht
ƒ514,0 min., voor de marine ƒ471,7
min en voor militaire pensioenen en
wachtgelden 96,2 min. In deze be
dragen is rekening gehouden met 'n
bedrag van 76 min. voor salaris- en
pensioenmaatregelen na 1959.
BUITENLANDSE BETREKKINGEN
In de verplichte storting in het ont
wikkelingsfonds van de Europese
Economische Gemeenschap voor lan
den en gebieden over zee is van 57
min in 1961 gestegen tot ƒ97 min in
1962. De bijdrage aan het uitgebreide
programma voor technische hulp en
het speciale fonds van de Verenigde
Naties is in totaal gesteld op 14,7
min.
Als bijdrage in hét kapitaal van
de internationale ontwikkelines-as-
sociatie is in de begroting 1962 een
bedrag opgenomen van ƒ19,3 min.
POLITIE EN JUSTITIE
Voor de rijkspolitie is voor 1962
8,6 min meer uitgetrokken in ver
band met de uitbreiding van het per
soneel en aanschaf van nieuw mate
rieel.
In de kosten van de gemeentepoli
tie voor 1962 zijn geraamd op 163,2
min tegenover 139,4 min op de be
groting 1961.
De uitgaven voor gevangeniswezen
psychopatenzorg en reclassering zijn
voor 1962 gesteld op ƒ47,5 min. Hier
in is een groter bedrag dan voor 1961
begrepen voor de nazorg van psycho
paten en voor uitbreiding van het
aantal reclasseringsambtenaren. Voor
1962 zijn de kosten voor de kinder
bescherming geraamd op ƒ80,8 min,
waarbij o.m. rekening is gehouden
met uitbreiding van het personeel
van de raden voor kinderbescher
ming en van rijksinrichtingen werk
zaam op het terrein van de kinder
bescherming.
Voor de civiele verdediging is voor
1962 als onderdeel van een vierjaren
plan een bedrag van ƒ65 min uitge
trokken.
VERKEER EN WATERSTAAT
Voor de verbetering van het we
genstelsel is voor 1962 135,5 min
geraamd en voor de aanleg van brug
gen en tunnels f 37 min. Ten behoeve
van de verbetering van de infra
structuur in de probleemgebieden is
f 15 min. in de begroting opgenomen.
De voortzetting van de opbouw
van de polder Oostelijk Flevoland en
de indijking van de polder Zuidelijk
Flevoland vergen resp. f 69 min en
f 20 min.
Voor de afsluitdam in het Veersche
groting 1962 f115 min opgenomen.
Het drie-eilandenplan zal in 1962
worden voltooid.
Voor de afsluitdami n het Veersche
Gat en aanpassingswerken is nog
3 min nodig. Een totaalbedrag van
f 108J> min is geraamd voor uitvoe
ring van de werken in het Haring
vliet, de afdamming van de Greve-
lingen en het Volkerak, de bedijking
van de Lauwerszee en Zuider Sloe en
voor versterkingen van de hoogwa
terkeringen.
HANDEL EN NIJVERHEID
Teneinde de industrie in staat te
stellen bestaande nucleaire research-
projekten tot ontwikkeling te bren
gen zal in de jaren 1961 Lm. 1963
voor dit doel 15 min uitgetrokken
worden.
LANDBOUW EN VISSERIJ
De uitgaven van de gewone dienst
voor wetenschappelijk onderzoek zijn
op 37 min gesteld tegenover ƒ31,1
min in de begroting 1961. Deze stij
ging is het gevolg van de te verwach
ten verruiming van de onderzoe
kingsprogramma's van de instituten
voor landbouwkundig onderzoek, die
zich in een stadium van opbouw be
vinden.
Het nadelig saldo van het Land-
bouw-Egalisatiefonds wordt voor
1962 geschat op ƒ320.8 min tegen
over 296,6 min in 1961.
ONDERWIJS EN CULTUUR
De uitgaven voor onderwijs en
cultuur zijn in de begroting 1962 ge
raamd op f 2.372.9 min, dat is f 521,9
min meer dan in de begroting 1961.
De kosten voor het nijverheidson-
DE VERWACHTING VOOR 1962
HET JAAR 1962 VERGELEKEN MET HET JAAR 1961
deöf-beidsmarkl
behoudt een grote
wij zullennietmeer
don 35.000werk-
lozen kriiaen(
wij zullen3-5°/«
méér gaan produ
ceren
derwijs zijn in de begroting op 397,8
min. gulden gesteld. De vermoede
lijke uitkomsten 1961 en ''e uitgaven
1962 zijn resp. 101 min en 130,9
min hoger geraamd dan op de be
groting 1961.
De uitgaven voor het wetenschap
pelijk onderzoek vertonen een sterke
stijging. Op de gewone dienst loopt
het begrotingscijfer op van 279,7
min tot 312,4 min en op de buiten
gewone dienst van ƒ73,4 min tot
99,6 min.
Ten behoeve van radio en televisie
is in 1962 een bedrag an f 72,7 min
opgenomen. Dit is per saldo ruim
8 min meer dan in de begroting
1961, namelijk ƒ2,4 min minder voor
de radio en 10,7 min meer voor de
televisie. De verlaging van de bij
drage aan de radio-omroep is een ge
volg van het op 1 juli 1960 ingestelde
systeem van vooruitbetaling ineens
van het luistergeld. Daardoor is in
1960 en 1961 een eenmalige verrui
ming van de opbrengst van de luis
terbijdrage mogelijk geworden.
SOCIALE VOORZIENINGEN
De uitgaven voor socirle zekerheid
(inclusief uitgaven voor pensioenen
en wachtgelden zijn in de begroting
1962 gesteld op 619,6 min.
In deze rubriek is rekening gehou
den met een verhoging van 6 min
van de rijksbijdrage in het tekort op
de ziekenfondsverzekering voor be
jaarden. De uitgaven voor sociale by-
stand bedragen 14.8 min.
Hierin is voor 1962 voor de eerste
maal in de begroting een bedrag van
f 0,5 min opgenomen als tegemoet
koming in de bijdragen van de ge
meenten in de lasten voor aanleg en
inrichting van regionale woonwagen
kampen.
De uitgaven voor gerepatrieerden
vertonen ten opzichte van de begro
ting 1961 een daling met 7 min.
De verhuizing van Abonezen uit
de woonoorden naar de woonwijken
begint op gang te komen. Voor 1962
staan 800 verhuizingen op het pro
gramma. Voortgaande aanpassing
wordt voorts gezocht in- het verder
doortrekken van de zelfzorg.
De uitgaven voor de emigratie zijn
voor 1962 met 2,4 min terugge
bracht, hoofdzakelijk als gevolg van
de lagere raming van het aantal emi
granten in 1962.
De regering heeft onlangs beslist,
dat geen verdere ontginningen van
woeste grond tot landbouwgrond
zullen worden ter hand genomen.
VOLKHUISVESTING
In het woningbouwprogramma 1962
zijn 90.000 woningen opgenomen. De
begroting voorziet in 65.000 gesub
sidieerde woningen. Hierin zyn be
grepen 35.000 woningwetwoningen,
waarvoor in 1962 verplichtingen zul
len worden aangegaan. Er is voorts
gerekend met 30.000 woningen die
zullen worden gebouwd met toepas
sing van de premie- en bijdragebe-
schikking 1960. De overige 25.000 wo
ningen zullen zonder overheidssteun
tot stand komen.
De financiële gevolgen van de per
1 april 1962 voorgenomen huurronde
zijn nog niet in de ramingen voor 't
komende jaar begrepen.
Voor de gesubsidieerde particuliere
woningbouw werken de invloeden
van de nieuwe premie- en bijdrage
regeling in 1962 ten volle in de ra
mingen door. Bovendien heeft de op
1 augustus 1961 van kracht gewor
den premieverlaging van gemiddeld
ƒ500 per woning een vermindering
van de raming van deze subsidiepost
met 5 min tot gevolg.