5)e Zingende Zwammen
KNUTSELHOEKJE
rK' ""m
(H%
M
ZATERDAG 24 SEPTEMBER 1960 DE LEIDSE COURANT
Avonturen van
CBAMBO)
naverteld door Oom Toon
Gedurende een paar tellen waren de
twee ijsberen door hun val te verrast
om Iets te ondernemen. Het bleek dat
één hunner daarbij een poot gebroken
had. De plek, waar zij neergekomen
waren, was juist het gedeelte der grot,
speciaal voor Elsa bestemd. Op het mo
ment, dat zij de beesten vlak voor zich
zag neerploffen, stiet zij een doordrin
gende angstkreet uit, die zelfs de be
ren even van streek scheen te brengen.
Zij had nog de tegenwoordigheid van
geest om in de richting van haar bed
te vluchten om haar ponjaard ('n soort
dolk) te grijpen, maar helaas, zo ver
kwam zij niet. De niet gewonde beer
richtte zich op zijn achterpoten en haal
de haar met enkele stappen in. Hij om
vatte haar met zijn krachtige voorpo
ten, knelde haar tegen zijn ruige borst
en opende zijn vreselijke muil om zijn
honger aan zijn ongelukkige prooi te
gaan stillen.
Maar op dit verschrikkelijke moment
kwam Van Walden en Bambo toege
sneld. Even keerde de beer zijn kop
om, liet één poot los en greep daarmee
de vader, zodat hij nu twee slachtof
fers in poten gekneld hield. Bliksem
snel sprong de matroos achter het
monster, hief zijn karabijn op en bracht
de aanvaller met de kolf zulk een he
vige slag toe, dat hij versuft ter aarde
viel, maar zonder zijn dubbele prooi
los te laten.
Opeens kwam een nieuwe helper aan-
esprongen. Je begrijpt 't al het was
.mi. Zonder aarzelen sprong hij de
beer naar zijn kop en krabde ook deze
aanvaller de ogen uit. Bambo had in
tussen zijn jachtmes gegrepen en plofte
het diep in de strot van het ondier. De
machtige klauwen ontspande zich en
lieten hun prooi los. De matroos greep
eerst Elsa in zijn armen. Zij was door
de vreselijke gebeurtenis bewusteloos
geworden, maar slechts licht gewond.
Hij legde haar met de tederste voor
zorgen te bed en snelde toen terug
naar 't toneel van de strijd om te zien
hoe haar vader eraan toe was.
Misschien hebben jullie wel eens ge
lezen, dat een dodelijk getroffen roof
dier, vóór 't zijn laatste adem uitblaast,
nog éénmaal zijn overgebleven kracht
verzamelt om zo mogelijk zijn aanval
ler nog mee te slepen in de dood. Wel
nu, dat gebeurde ook hier. Op het ogen
blik, dat Bambo de doodgewaande beer
naderde, richtte deze zich plotseling op
om hem n I een slag van z'n klauw
te vellen, i-aar gelukkig was de slag
van het blinde dier niet goed gericht
en kwam onze held er met een diepe
schram in zijn gezicht goed van af. Het
was de laatste inspanning van de ro
ver. Met een plof viel hij op de grond
terug en behalve een paar stuiptrek
kingen, vielen er geen levenstekenen
meer in hem te bespeuren. De heer
Van Walden had zich intussen al enigs
zins hersteld van de schrik. Ook hij
was er zonder noemenswaardige ver
wondingen vanaf gekomen, maar even
als Elsa was ook hij overdekt met
bloed, alsof hij een bad had genomen
in deze vloeistof. Gelukkig maar, dat
't enkel uit de wonden van hun aan
vallers was!
Bambo, in woede onstoken om de
pijnlijke schram op zijn gelaat, wendde
zich nu naar de tweede beer, die brul
lend van pijn en onmacht, nog bijna op
dezelfde plaats lag. Ook deze was in
tussen al door Ami op dezelfde beproef
de manier tot blindheid gebracht en
zo was het voor Bambo noch moeilijk,
noch gevaarlijk om het beest met een
enkele stoot van zijn jachtmes aan zijn
eind te helpen.
Intussen was heel dit ondergrondse
verblijf in de hevigste beroering. Tel
kens weer hernieuwden de ijsberen
hun aanvallen op dit bewoonde hol
en verscheidenen hunner kleurden met
hun bloed de eerst zo smetteloze
sneeuw. Maar helaas, tot de gesneuvel
den behoorden ook drie dappere ma
trozen, terwijl enkelen ook nog lelijke
verwondingen hadden opgelopen.
Toen 't de volgende dag iets lichter
was geworden, toog Bambo buiten de
grot op onderzoek uit. Buiten de twee
gedode beren binnen, lagen er buiten
in de sneeuw nog zes kadavers. Ter
stond werden de mannen aan de arbeid
gezet om ze allen te villen en hun bes
te vlees weer in de „ijskast" te bergen.
Helaas werd de vreugde om deze rijke
aanvulling van de mondvoorraad bitter
vergald door 't droevige verlies van de
drie ongelukkige lotgenoten.
Elsa en haar vader, die zich spoedig
hersteld hadden van de schok, die ze
door het avontuur gekregen hadden,
waren de eerste dagen druk in de
weer om de gewonden te verzorgen.
Zy mochten tenminste het geluk sma
ken, dat niemand hunner aan zijn ver
wondingen bezweek. Maar lelijke en
talrijke littekens zouden hen heel hun
leven aan deze afschuwelijke nacht
herinneren.
De winter duurde nog steeds voort.
Zes maanden lang reeds lag de aarde
onder een dikke sneeuwlaag bedolven
en de zee was nog altijd één grote
ijsvlakte. De hevige koude heerste nog
steeds in al haar gestrengheid. De ijs
beren waren na die vreselijke avond
niet meer komen opdagen. Van de ene
kant was dat natuurlijk geruststellend.
Maar zij hadden toch ook de nodige
proviand geleverd, die nu echter zien
derogen begon te minderen.
Toch begon de hoop onder de hol
bewoners te herleven. De gewonden
waren, dank zij de liefdevolle zorgen
vooral van Elsa en haar vader, gene
zen en het voorjaar kon toch niet lang
meer op zich laten wachten. De zon
begon door de nevelen heen te dringen
en al gaf ze nog maar weinig warmte
door haar lage stand, ze nam tenmin
ste iets van de koude, van de duister
nis en van de triestheid weg.
Op een goede dag draaide de wind,
die maandenlang uit het ijzige noorden
geblazen had, naar 't zuiden. Nu steeg
de temperatuur aanmerkelijk. De vol
gende dag reeds voerde hij milde regen
aan, zodat de sneeuw zienderogen be
gon te smelten. Nog geen week later
vertoonde zich op de zonnigste plekjes
het eerste groen. Maar met de planten
groei kwamen ook de dieren weer voor
de dag. Ook de ijsberen waagden zich
weer in de buurt.
(Wordt vervolgd)
Correspondentie
Ansje van Zanten R'veen stuurde ons;
DAT KWAM EB VAN
Loeska en Joke lagen nog op bed. Ze
hadden heus geen zin om er uit te gaan.
Daar opeens riep moeder:
„Meisjes komen jullie er uit. Er moeten
veel boodschappen gedaan worden".
Ze bleven maar liggen en moeder riep
nog eens.
„Ja, we komen!" hoorde moeder en
met moeite kwamen ze uit bed. Het ont
bijt stond al klaar en ze gingen gauw
eten. Daarna gingen ze boodschappen
doen. Nu hadden ze opeens grote haast.
Ze moesten oversteken maar keken
niet uit. Daar kwam een auto aan en
reed de beide kinderen omver. Joke was
er het ergst aan toe. Ze had een her
senschudding en een gebroken been.
Loeska had alleen haar hand bezeerd.
Toos van Hameren R'veen. Fijn Toos
dat je overgegaan bent naar de 5de
lkas. Nu maar weer goed je best doen,
dan zal het dit jaar ook wel lukken.
Hier komt je verhaaltje.
DE STOUTE TIM EN TOM
Tim en Tom waren tweelingen. Ze
leken in alles precies op elkaar Als Tom
ziek was, was Tim ook ziek.
Eens was Tom uit een boom gevallen.
Hij had zijn arm gekneusd. Nu was Tim
alleen en vond dat vervelend. Hij kreeg
een plannetje. „Ik ga lekker Jantjes
step pakken", dacht hij. „Dan ga ik lek
ker steppen".
Voorzichtig ging hij naar het schuur
tje, waar de step stond. Zachtjes deed
hij de deur open en sloop naar binnen.
Juist wou hij de step pakken of Jantje
kwam binnen.
„Wat moet jij hebben?" vroeg Jan.
„De veger", zei Tim, die juist een ve
ger op de grond zag liggen.
En weg was hij met de veger. Maar
Jantje ging ook weg. Even later zette
Tim de veger neer, pakte de step en
stepte weg. Daar was hij op straat. Nu
fijn van de hoogte af steppen en dan
eerst de hoge brug op. Tot de brug ging
alles goed. Daar kwam een auto achter
hem aan, maar Tim dacht: „ik kan wel
harder dan die auto steppen". De auto
reed nu vlak naast hem. Juist kwam er
een andere auto aan en voor Tim het
goed en wel wist, lag hij er onder. De
step was helemaal kapot en Tim lag
daar met een gat in zijn hoofd en een
gebroken arm. Met een auto werd hij
thuis gebracht. O, wat schrok zijn moe
der. Nu was de tweeling weer samen
thuis en moeder was blij toen ze alle
twee weer genezen waren.
Ónder de goede oplossers waren ook:
Beppie v. d. Werf, Alphen; Tinle Oost-
dam, Zoeterwonde; Sonja van Kessel,
Ter Aar; Margreet Steenvoorden, Neord-
wUk; Jan v .d. Helder, Neorden; An
neke Boers, Abbenes; Anneke Borst,
Uazerswoude, Ineke de Jong, R'veen;
Gerda van Schie, Hoogmade; Marian v.
d. Meer, Oude Wetering; Dik Hooger-
vorst. Alphen; Annie Lek, Langeraar;
Anneke van Leyden, Haaerswoude; Ger
da Heemskerk, Koudekerk; Ria Verbey,
Hazerswoude; Jantje Vreeswijk, Stomp-
vv ijk; Rini v .d. Meer, Oude Wetering;
Adrie Hoogenboom, R'veen; Francien
Witteman, Sassenhcim; Kees Noorder-
meer, Sassenheim; Plet van Veen, Oude
Wetering; Willy v. d. Pijl, Langeraar;
Annie Droogh, R'veen; Vera v .d. Voort,
Leiden; Willy Fransen, Ter Aar; Ria
Straathof, Benthuizen; Ineke den Elzen,
Llssc; Greet Haagen. Zoeterwoude;
Adriaan van Egmond. Alphen; Thea v.
Veen, Zevenhoven; Corrie Knijnenburg,
Voorschoten; Dicky Dykstra, Leiden;
Anneke Ruiten, Leiden; Joke van Vel-
zen, R'veen; Ineke Hoogervorst, Zoeter
woude; Nettle Vroonhof, Voorhout.
Nu weer verder met de verhaaltjes:
Arnold van Dijk, Leiden vertelt over:
DE MUIZENJACHT
Ik was eens op de boerderij. De boer
ging melken en ik ging er met de waak
hond op uit om muizen te vangen. Daar
zag ik een muizenholletje. Ik wees het
de hond en hij begon dadelijk het hol
letje uit te graven. Toen hij aan het ein
de kwam lag er een heleboel hoi in en
in dat hooi lag een klein dood muisje.
De waakhond at het muisje op en daar
zagen we de uitgang van het hol. Daar
sprong een grote muis uit en die was
al gauw weg. Daarom gingen we een an
der holletje zoeken, Het duurde niet
lang of we zagen alweer een ander an
daar hadden we geluk. We vingen een
grote muis. Ook kwamen we bij een
holletje waar vanzelf een muis uit
kwam. Ik pakte hem meteen maar hij
beet me heel erg. We gingen toen maar
gauw naar huis.
Joep Dingjan, Leiden heeft een fijne
vakantie gehad. Luister maar.
EEN VAKANTIEDAG
Op een mooie zomerdag in de vakan
tie ging ik met Lies en Berry naar de
Flor iade. Het was er erg mooi. Je zag
er de prachtigste bloemen en ook het
Floriadevuur. Na een poosje gewandeld
te hebben zijn we in de kabelbaan ge
stapt. Daar zag je alles van boven af,
ook mooie fonteinen. We kregen trek
in eten en zijn toen naar de Euromast
gegaan en hebben daar beneden gege
ten. We hebben daar nog een foto laten
maken. Met de lift zijn we toen naar bo
ven gegaan Je had er een prachtig uit
zicht We waren in 50 sekonden met de
lift naar beneden gegaan en hebben nog
wat rondgekeken. Nu werd het tijd om
naar huis te gaan en we stapten in de
tram naar het station. We moesten een
poosje op de trein wachten en toen we
ingestapt waren en we wegreden merk
ten we dat we in de verkeerde trein
zaten, de trein die naar Limburg ging.
Bij het eerste station stapten we uit en
we reden terug naar huis. Het was een
fijne dag geweest.
NAAR DE MAAN
Teddy, onze hond, zou graag naar de
maan gaan. Nu is hij morgen jarig, daar
om gaat hij vandaag al in bad om mor
gen keurig te zijn als hij bij de hon
denburgemeester komt.
„Hè", denkt Teddy, „ik wou dat het
alvast morgen was en dat ik dan een reis
naar de maan krijg".
De volgende morgen, toen hU wakker
werd, rekte hij zich uit, waste zich eens
goed en nu was het dan zover.
De hondenburgemeester feliciteerde
hem en vroeg: „Wat wil je nou het lief
ste hebben?"
„Een reis naar de maan burgemees
ter".
„Hoe wou je daar heen gaan?"
„In een raket".
„tjonge, daar moet ik eerst eens over
nadenken".
Na een poosje zei de hondenburge
meester. „Nou goed".
„O wat fijn", lachte Teddy. „Met wel
ke raket ga ik dan?"
„Met de 24.89.p.o."
„Hoe laat vertrekken we?"
„Om 4 uur, maar je gaat alleen".
Daar gaf Teddy niet om en om 4 uur
was hij klaar. Hij stapte in, wuifde
iedereen goeden dag en daar ging hij.
Lieve help wat snel, wel 100 km. per
uur. Dan stopt de raket en Teddy denkt
dat hij op de maan is. Hij doet het deur
tje open en hij ziet een mannetje.
„Wie ben Jij?" vraagt Teddy.
„Ik ben een aardmannetje".
„Ben ik dan nog niet op de maan?".
„Nee, een étage hoger".
Teddy sluit de deur, drukt op een
knop en voort suisde de raket weer ho
ger op. Nu komt hij aan de maan. Daar
stan de maanmannetjes hem al aan te
kijken.
„Aangenaam met u kennis te maken",
zegt Teddy beleefd. Teddy kijkt nog wat
rond, maar wil weer gauw naar de
aarde terug. Hij stapt weer in.
'„Daaag!" roept hij „Tot ziens".
Óp de aarde staan de hónden van de
straat op hem te wachten.
Corrie Knypers, Leiden.
NAAR DE DIERENTUIN
In de grote vakantie gingen we met
vader en moeder, broertjes en zusjes
naar de dierentuin. We gingen met de
trein, want we moesten naar Amster
dam. Toen we uit de trein stapten,
moesten we nog een eindje lopen. Daar
zagen we twee grote vogels en daar was
de Artis. Vader kocht kaartjes en toen
mochten we er in. Het eerst zagen we
de papagaaien, rode en blauwe, de
mooiste kleuren. Vlak bij waren de
drommedarissen. Eén lag er lui in het
zand. Toen gingen we bij de vogels kij
ken. Er waren veel roofvogels by en
vogels met een hele grote snavel. Toen
we de vogels bekeken hadden gingen
we naar de apen. Een kleine aap hing
lekker te schommelen. De andere apen
maakten ook kunstjes. Bij de apen gin
gen we eten. De hele middag bleven we
nog rondkijken tot het tijd was om naar
huis te gaan. Om 8 uur lag ik in bed en
sliep.
TANTE JO EN OOM TOON
A ether klanken
ZONDAG 25 SEPTEMBER 1960
HILVERSUM I, 402 m.
8.00 VARA, 10.00 VPRO, 10.30
IKOR, 11.15 VPRO, 12.00 AVRO,
17.00 VPRO, 17.30 VARA. 20.00-24.00
AVRO.
8.00 Nws. en postduivenber. 8.18
Gevar. progr. 9.45 Geestelijk leven,
toespr. 10.00 V. d. kind. 10.30 Inl.
kerkdienst. 10.37 Evangelisch Lu
therse kerkd. 11.30 Vragenbeantw.
11.45 De hervormde kerkbouwactie
wordt vandaag afgesloten, lezing.
12.00 Lichte muz. 12.30 Sportspiegel.
Va
Het
Ditmaal zal een bijzonder leuk spel
letje, zeer geschikt voor de regenach
tige dagen van herfst en winter - als
je tenminste een niet al te kleine speel
ruimte hebt - en niet tegen een klein
beetje knutselen opziet. Het spel heet
baby-kroket.
Kijk eerst even naar fig. B. Hierop
zie je liefst 10 halve cirkels. Maar dat
zijn poortjes. Ze zijn alle even groot
en staan ook alle even ver van elkaar,
al lijkt dat op de tekening niet zo
(perspectief!) Ze moeten juist zo ge
plaatst worden als op fig. B is aange
geven. De afstanden moet je zelf re
gelen, al naar de ruimte, die je voor
't spel hebt.
Nu gaan we naar fig. A. Daar zien
we drie dingen: een poortje, een paal
tje en een slaghamertje.
1. de poortjes kun je maken van pijp-
reinigers of van dun wit draad. Je
buigt ze tot 'n boog om en steekt
de uiteinden in schijfjes kurk (hout
of peen).
Het paaltje, dat er midden achter
staat, is heel simpel het laatste eind
je van een potlood of van 'n dun
kaarsje. Op fig. B zie je, dat je er
twee nodig hebt.
ook weer voor allemaal. Raakt men
echter tijdens het spel bij vergissing
een paaltje (torentje), dan is men af
en moet bij de volgende beurt van vo
ren af beginnen. Raakt men tijdens het
spel de „knikker" van een tegenstan
der - gewild of onopzettelijk - dan
krijgt men daarvoor 2 extra-slagen.
Eén hiervan mag je gebruiken om de
kogel van je tegenspeler in een on
gunstige positie (plaats) te schieten
(waardoor hij dus moeilijk zijn volgen
de poortje kan maken) en met de an
dere slag probeer je weer 't aan de
beurt zijnde poortje te nemen.
Dat „wegschieten van je tegenstan
der mag niet met de wijsvinger gebeu
ren. Je legt daarbij de 2 kogels tegen
elkaar, houdt je eigen kogel met de
wijsvinger op z'n plaats en geeft met
het hamertje een tikje tussen de twee
kogels in, zodat de andere wegschiet.
Is één der spelers rond gekomen, dan
DE LAATSTE MOHIKAAN - SLOT!
Toen de zon de volgende morgen op
kwam, bescheen hij een treurende stam.
Wel hadden de Delawaren de overwin
ning behaald en het kamp der Huzonen
met de grond gelijk gemaakt, maar de
Schildpadden hadden ook een groot ver
lies geleden.
Alle leden van de stam hadden zich
op een open plek in het bos verzameld.
In het midden stond de lijkkist vai) Co-
ra, waarop jonge meisjes bloemen
strooiden. Aan Cora's voeten zat haav
oude vader te treuren. Ernaast bevond
zich het lijk van Unkas. Het was ook
met bloemen gesierd en de krijger zat
rechtop, alsof hij nog leefde. Zwijgend
zat zijn vader op de grond en beschouw
de met droeve blikken zijn dode zoon.
Na een langzame, aangrijpende klaag
zang, namen de meisjes de kist met
Cora's lichaam op en lieten ze neer in
het voor haar gedolven graf, terwijl Da
vid een psalm zong.
Munro, Alice, Heyward en David ver-
lieten daarop hun Indianenvrienden.
Valkoog echter begaf zich naar de plek,
waar de Indianen Unkas naar zijn laat
ste rustplaats brachten, 't Lichaam werd
met het gezicht naar het Oosten in het
graf gelegd. Strijd- en Jachtwapens wer
den hem meegegeven, zoadt hij op zijn
laatste lange reis niet ongewapend zou
zijn.
Als dit geschied was, nam Chinga-
chiook het woord: „Een jonge Jager
heeft ons verlaten en is naar de eeuwige
jachtvelden getrokken. De Grote Geest
had hem nodig en heeft hem daarom
tot zich geroepen. MUn geslacht is nu
van deze aarde verdelgd en ik ben al
leen".
Toen trad Valkoog op hem toe en
sprak. „Neen opperhoofd, je bent niet
alleen. We zijn door geboorte en ons
bloed wel gescheiden, maar het is Gods
wil, dat wij voor de rest van ons leven
bij elkander blijven. Ik zal nooit de
dappere jongeman vergeten, die onze
tent met ons gedeeld heeft. Hij heeft ons
slechts voor korte tijd verlaten, maar
alleen ben je niet". Dwars over het
graf reikten daarop de beide oude vrien
den elkaar de hand.
Stom zagen de Indianen dit toneeltje
aan, tot Tamenund zijn stem verhief.
„Laat ons gaan" zei de wijze man „de
bleekgezichten zijn de meesters der
aarde. De grote tijd van de rode man
is nog niet teruggekomen. Ik heb reeds
te lang geleefd. In de prille morgen van
mijn jeugd zag ik myn stam gelukkig,
maar voor de nacht aanbreekt, moest
ik de laatste krijger van een beroemde
stam zien stervenik heb de laat
ste Mohikaan gezien".
3. Het slaghamertje is een rond of vier
hoekig stukje kurk met precies in
het midden een dun stokje, liefst
rond en 10 of 15 cm lang. Daar het
spel gewoonlijk met twee of drie
personen gespeeld wordt, heb je dus
ook twee of drie slaghamertjes no
dig.
Nu terug naar fig. B. Daar zien we
nog iets nieuws, een zwarte dikke punt.
Dat is een kogel ('n gewone knikker
hoor!) en tevens de startplaats (begin
punt) voor het spel. Ieder heeft zijn
eigen kogel. De stippellijn met pijltjes
wijst de weg aan, die kogel moet vol
gen, of lievfr gezegd, ze wijst de volg
orde aan. waarin .ie door de poortjes
moet spelen. Die stippellijn hoef je dus
niet te trekken, omdat het helemaal
de bedoeling niet is dat je „kogel" daar
precies over moet lopen. Het spel speelt
zich het prettigst op 't vloerkleed, om
dat op een gladde vloer de knikkers
telkens te ver wegvliegen. Daarbij mag
je natuurlijk nooit hard slaan. Wie dat
niet kan laten, moet niet meespelen,
die bederft 't voor allen, want dan
schuift voortdurend alles van z'n plaats,
wat het spel telkens vervelend ophoudt.
En nu gaan we beginnen!
Loten, wie 't eerst mag. Nummer 1
legt zijn kogel op de startplaats, mikt
en geeft dan een tikje met z'n hamer
tje, net hard genoeg om hem door de
eerste twee poortjes te doen rollen;
vooral niet te hard, want dan kom je
veel te schuin voor het derde poortje
te liggen. Lukt die eerste slag, dan
krijgt hij nog twee extra-slagen. Komt
hij met één van deze 2 slagen door 3,
dan krijgt hij weer 'n extra slag. Zo
mag je dus telkens, als je door 't aan
de beurt zijnde poortje rolt, één slag
doorgaan. Mis je, dan blijft je kogel
liggen nummer 2 is aan de beurt, die
ook weer zo doorgaat, tot ook hij mist.
En vervolgens nummer 3.
Komt nu een speler voor de twee
verst verwijderde, achter elkaar liggen
de bogen met torentje, dan moet hij
dit torentje rammen (raken dus). Lukt
dit niet dan mag hij pas aan de terug
weg beginnen, als de andere spelers
hun beurt gehad hebben. Dat geldt dus
Hij moet nog éénmaal de kogels van
zijn twee medespelers raken en daar
na nog 't paaltje bij de startplaats. Tel
kens als dit niet lukt, als hij dus mist,
dan zijn de anderen weer aan de beurt
en kunnen hem dus best nog inhalen.
Bestudeer eerst goed de regels van
het spel en bewaar bovendien deze
krant (als je ze eens mocht vergeten).
Berg ook je materiaal goed op, want
ik weet zeker, dat je dit „kroketspel"
dikwijls zult spelen. Het is werkelijk
spannend en interessant.
OOM TOON
tnh
m
SUKT
12.35 Orgelspel 13.00 Nws. en SOS-
ber. 13.07 De toestand in de wereld,
lezing. 13.17 Meded. of gram. 13.20
Gram. 14.00 Boekbespr. 14.21) Mozart-
dag: 14.20-15.00 Viool en piano; 15.00
-16.30 Ork., kamerkoor en orgel. (In
de pauze: gram.). 16 30 Sportrevue.
17.00 Kerkdienst. 17.30 V. d. jeugd.
17.50 Nws. en sportuitsl. Daarna:
sportjourn. 18.30 Amus.muz. 18.55
Reisbeschrijving met muz. 19.30 Ca
baret. 20.00 Nws. 20.05 Lichte muz.
21.00 Joum. 21.15 Lichte muz. 22.15
E rzijn grenzen....: praatje. 22.30
Nws.. en SOS-ber. 22.45 Zangrecital.
23.10 Lichte muz. 23.15 Sportuitsl.
23.20 New York calling. 23.25 Lichte
muz. 23.55-24,00 Nws.
HILVERSUM II, 298 m.
8.00 NCRV, 8.30 IKOR, 9.30 KRO,
17.00 CONVENT VAN KERKEN,
18.30 NCRV, 19.45-24.00 KRO.
8.00 Nws. en weeroverz. 8.15 Gram.
8.30 V. d. jeugd. 9.00 Morgengebed.
9.30 Nws. 9.45 Gram. 9.55 Inleiding
Hoogmis. 10.00 Hoogmis. 11.30 Gram.
12.15 Gram. 12.20 Lezing over de Re
classering. 12.25 Lichte muz. 12.55
Act. 13.00 Nws. 13.05 De hand aan
de ploeg, lezing. 13.10 Gram. 13.30
Lichte muz. 13.50 Boekbespr. 14.00
Rotterdams Filharm.ork. 14.45 Let
terkundige persoonlijkheden, die ik
gekend heb, lezing. 14.55 Gram. 15.30
Gram. 16.00 Sport. 16.30 Nabije en
verre horizonten samenspraak. 17.00
Samenkomst v. h. Leger des Heils.
18.30 Verz.progr. 19.00 Nws. jit de
kerken. 19.05 Knapenkoor. 19.30 De
gelijkenissen van Jezus, lezing. 19.45
Nws. 20.00 Rede v. Zijne Ex. Minis
ter Cals. 20.10 Gram. 20.4f Gram.
21.35 Stormachtig voorjaar, klankb.
22.25 Boekbespr. 22.30 Nws. 22.40
Avondgebed. 22 55 Nwe gram. 23.55-
24.00 Nws.
TELEVISIEPROGRAMMA'S
CONVENT VAN KERKEN: 17.00
Geref. kerkd. AVRO: 20.00 Film.
20.15 Kunstprogr. 20.45 Spel-show.
AVRO. KRO. VARA en VPRO: 22.00-
22.30 Sportact.
VATTKAANSE R ADIO
(25.67 m. 31.10 m. 48 47 m, 196 m)
22.15 uur 1. De laatste lag van
„Oberammergau"; 2. Opvoedings
vraagtekens.
MAANDAG 26 SEPTEMBER 1960
HILVERSUM I, 402 m.
7.00-24.00 AVRO.
7.00 Nws. 7.10 Gym. 7.20 Gram.
8.00 Nws. 8.15 Gram. 9.00 Gym. v. d.
vrouw. 9.10 De groenteman. 9.15
Gram. l.35 Waterst. 9.40 Morgenwij
ding. 10.00 Gram. 11.00 Omr.ork.
11.45 Voordr. 12.00 Lichte muz. 12.30
Land- en tuinb.meded. 12.33 V. h.
platteland. 12.43 Dansmuz. 13.00 Nws.
13.15 Meded. of gram. 13 20 Prome-
nade-ork. en solist. 13 55 Beursber.
14.00 Gram. 15.30 Het huis in de wil
dernis, hoorsp. 16.45 Zangrecital.
17.15 Gram. 17.50 Milit. comm. 18.00
Nws. 18.15 Polit. lezing. 18 25 Ama-
teursprogr. 19.00 Pianorecital. 19.30
V. d. jeugd. 20.00 Nws. 20.05 Lichte
muz. 20.35 Lezing. 20 50 Orgel en
piano. 21.15 Journ. 2130 Latijns-
Amerik. muz. 2200 Radio Filharm.
sextet. 22.30 Nws., beursber. v. New
York on SOS-ber. 22.45 Actueel al
lerlei. 23.15 Gram. 23.55-24.00 Nws.
HILVERSUM II, 298 m.
7.00-24.00 NCRV.
7.00 Nw.s en SOS-ber. 7.13 Gram.
7.30 Een woord voor de dag. 7 40
Gewijde muz. 8.00 Nws 8 15 Radio-
krant. 8.35 Gram. 9.00 V. d. zieken,
9.30 Gram. 9.40 V. d. vrouw. 10.15
Theologische etherleergang. 11.00
Gram. 11.25 Voordr. 11 45 Gram. 12.00
Klavecimbelrecital. 12 25 Voor boer
en tuinder praatje. 12 30 Land- en
tuinb.meded. 12.33 Vnlksmuz. 12.55
Gram. of act. 13.00 Nws. 1315 Me-
tropele ork. cn solist 13.45 Gram.
14.05 Schoolradio. 14 35 Gram. 16.00
BiibeloverdenVing. 16 30 Vokaal ens.
16.45 Gram. 17.00 V. d. kleuters. 17.15
Gram. 17.30 Gram. 17.40 Beursber.
17.45 Regerinesuitz.: Nieuw-Guinea
kroniek, door Mr. Dr H. J. Roethof.
18 00 Orgelspel. 18.30 Gram. 18.50
Öpenbaar Kunstbezit, lezing. 19.00
Nws. en weerber. 19 10 T.ichte muz.
19.30 Radiokrant. 19 50 T-ichfe muz.
20.10 Exodus hoo^sn. (I) 21 30 Ka-
mermuz. 22 00 Volk en Staat: Pari.
comm. 22 15 Gram. 22 3 Nws. 22 49
Gram. 22.45 Avondov rdenking °3 00
Hedendaagse muz. m. comm. 23 55-
24.00 Nws.
TELEVISIEPROGRAMMA'S
Geen uitzending.
GRAMMOFOONPLATENPROGR.
DRAADOMROEP
(Over de 4e lijn)
Van 18-20 uur. I. Ludwig van Beet
hoven: Symphonie nr. 1 in c gr. t.
op. 21; II. Carl Maria von V/eber:
Concertstuk voor piano en orkest in
f kl. t.t op. 79; III. Felix Mendels
sohn Bartholdy: 1. Ouverture Mid-
zomernachtsdroom op. 21, 2. Sym
phonie nr. 3 in a kl. t. op. 56
(..Schotse): IV. Robert Schumann;
Concert voor piano en orkest in a
kl. t. op. 54.
VATTKAANSE RADIO
(25.67 m. 81.10 m. 48 47 m> 1%
22.15 uur Cottolengo in Tu
rijn.... hoofdstad der naastenliefde.