:*r\ Stadhouderlijk zomerhuis werd mausoleum Sixand-idyJile HET FRAAIE PALEIS|E IN HET HAAGSE BOS Leden van de Nederlandse Horeca op Eucharistisch congres München ZATERDAG 20 AUGUSTUS 1960 DE LEIDSE COURANT PAGINA 9 *3?' - Bouwkundig kleinood ^EEN, GROOTS ZIJN DE VORSTELIJKE behuizin- gen in ons vaderland, op een enkele uitzondering na, niet. Wanneer we vergelijkingen zouden willen trekken tussen de koninklijkresidenties in andere landen, ook de kleine, dan moeten we „onze" konink lijke paleizen wel als heel sober kwalificeren en al zegt men dan ook dat soberheid een onzer nationale kenmerken is, toch is deze soberheid naar onze me ning niet gelijkwaardig aan de Hoogheid van Staat die een bij de Gratie Gods regerend vorst of vorstin ook in zijn behuizing zou moeten tonen. Ons enige waarlijk monumentale paleis is als Raad huis gebouwd, het witte huis van Soestdijk, dat een zekere mate van monumentaliteit bepaald niet kan worden ontzegd, was evenals „Het Loo" aanvankelijk slechts een jachthuis. We kennen de paleisjes op de Haagse Kneuterdijk en het Voorhout als weliswaar rijke, maar toch ook knusse „behuizingen". Voor het voormalige, ons destijds zo vertrouwde paleis Noord einde staan vreemdelingen met verbazing stil. Met verbazing, maar niet omdat ze zo geïmponeerd zijn. En dan tenslotte het Huis ten Bosch. Een sta tig centrum; als geheel, mèt de twee lagere, later bij gebouwde vleugels, een huis met allure. Doch méér dan van vorstelijke representatie draagt het een ken merk van oud-Hollands-degelijke huiselijkheid. Zelfs de beroemde Oranjezaal, een mausoleum van gave, barokke schoonheid, voor de stedendwinger Frederik Hendrik, is in z'n ruimtelijk voorkomen nog beschei den en overweldigt de beschouwer daardoor niet. Maar het hart van tiet Huis is een parel van bouw kunst waarop Nederlana met recht en reden trots kan zijn. Een kleinood van zuiver gehalte. Twee bouwstijlen DIJ BESLUIT Van de Kamer van Rekening van de Grafelijkheid van Holland, gedateerd 17 mei 1645, wordt aan het oosteinde van het Haagse bos een stuk land, groot ruim 18 morgen (15 h.a.) afgestaan aan Amalia van SoLms, de prachtlievende echtgenote van Stadhouder Frederik Hendrik. Een goede maand daarna wordt een, in eerste in stantie reeds in 1644 door Pieter Post ontworpen* plan voor een zomerhuis met een centrale zaal aan Frederik Hendrik voorgelegd en in september 1945 wordt met de bouw begonnen. Men zegt dat Amalia niet geheel ingenomen was met de in haar ogen eenvoudige stijl van het gebouw, maar zij kon haar prachtlievend uitvieren na de dood van haar gemaal in 1647, toen zij de centrale zaal, be kend als de Oranjezaal, liet herscheppen tot een mau soleum, gewijd aan de glorieuze nagedachtenis van Frederik Hendrik. De leiding bij de beschildering van de door Pieter Post gebouwde zaal draagt zij op aan Jacob van Campen, de bouwer van het Amsterdamse Stadhuis op de Dam, die in overleg met Constantijn Huygensz verschillende schilders uitnodigt hieraan medewerking te verlenen. Bijna negentig jaar na de bouw van het centrale gedeelte, in 1733, worden in verband met het huwelijk van Prins Willem IV en Anna van Engeland de twee lange en lage zijvleugels gebouwd. De architect van deze nieuwbouw was de in zijn tijd beroemde Daniël Marot. Het exterieur va i deze vleugels doet denken aan vele diakoniehuizen van onze steden maar Marot's roem zal in lengte van dagen kunnen teren op de v/aarlijk schone interieurs, met name en in hét bij zonder van de Witte Eetzaal. Ondanks de wat nuchtere zijvleugels in tegenstel ling tot de meer wijdse gevel van de Oranjezaal, ver dragen de beide bouwstijlen zich zeer goed. Aan de ene kant accentuëren de vleugels de monumentaliteit van het middengedeelte, aan de andere kant wordt die monumentaliteit, die met de koepel in kwalijke ver houding stond tot de betrekkelijk geringe breedte van de gevel, estetisch gezien meer aanvaardbaar. Prachtige interieurs GEDURENDE DEZE MAAND augustus is het Huis ten Bosch gedeeltelijk voor publieke bezichtiging opengesteld (op werkdagen van 104 uur tegen de geringe vergoeding van een kwartje) en wij hebben als zo velen met ons, deze week die gelegenheid be nut. We hebben gezien dat zich achter die strakke ge vels niet alleen merkwaardige interieurs bevinden,' maar ook zalen die gerekend kunnen worden tot de juwelen van barokke binnen-architectuur. Niet over- dadig-uitbundig (zoals de Zuid-Duitse) of overmatig- sierlijk (zoals de Franse barok), maar getemperd door een strakkere lijn, zonder dat daarmee het stijleigen van de reeds klassicistisch gekleurde barok verloren ging. De Witte Eetzaal is een meesterlijke schepping van DaniëLMarot. De opstrevende lijn der wanden lost zich fraai op in het prachtige stucwerk van het plafond met de gekroonde klimmende leeuw in de vignetten. De lichte wanden worden onderbroken door vier gri sailles van Jacob de Wit met allegorische voorstellin gen. Fraaie werkstukken zijn voorts de grote dubbele lichtkroon van Engels Waterford-kristal en de twee vergulde barok lusters naast de druk-geaderde marme ren schoorsteen, met kronen van Venetiaans glas. Merkwaardig en een uiting van de geest der eeuw waarin ze zijn ontstaan zijn de Chinese en de Ja panse kamer. Van beide was de inrichting een ge schenk van een zekere heer Hemmingson, ondanks zijn Engejs-aandoende naam opperkoopman van de Verenigde Oost-Indische Compagnie in Canton, aan Prins Willem V in 1791, vier jaren dus voor deze naar Engeland uitweek. Het behang van de Chinese kamer is vervaardigd van rijstpapier en beschilderd met aan de rijstbouw ontleende motieven. Geheel anders en naar onze smaak ook fraaier is de Japanse kamer. De wit zijden behangsels zijn vérsierd met ongemeen fraaie borduurwerk, waarvan de kleuren blijkbaar nog niets van hun oorspronkelijke pracht hebben verloren. In teressant zijn in deze kamer de portretten van Willem V en Wilhelmina van Pruissen („Willemijntje"), ge maakt door een Japans kunstenaar. Voortreffelijk, zowel in bouwkundig als in bouw kunstig opzicht, is de ruimte onder de Oranjezaal. De prachtige lichtrode kleur van de bakstenen pilaren contrasteert mooi met de wit-gestucte gewelven. De renaissance schouw is van een voorname eenvoud met als enige kleurige versiering het alliantiewapen van Frederik Hendrik en Amalia van Solms. Opvallend door de krachtig gehouwen Tritons is een barokke marmeren waterurn met de geestige figuurtjes van kléine waterdieren als kikvorsen en salamanders. Waarschijnlijk Italiaans werk of onder Italiaanse in vloed ontstaan. Een handige mode-ontwerper in Duitsland heeft beslist, dat dames best de rokken over het hoofd mogen slaan, als er plotseling een bui komt opzetten. Zij moeten echter dan wel een (door hem ontworpen) petticoat dragen! Uit de bijgaande foto-combinatie blijkt, dat er nog wat in dat idee zit ook! En - indien men de kleding van kunstvezel maakt, hoeft een onverwachte regenbui geen schade aan te richten. Naar HUIBERS Haarlemmerstraat 123, Leiden toor Geboorteaankondigingen (Advertentie) Christelijkq geesf in het toeristenbedrijf De Oranjezaal 17AN EEN BIJKANS OVERLADEN schoonheid is het hart van het Huis ten Bosch, de Oranjezaal, het mausoleum van Frederik Hendrik. Schilders van naam hebben tot de versiering van deze ruimte bijge dragen onder leiding van Jacob van Campen, die zelf ook enige panelen schilderde. Imposant is een reusachtig paneel van Jacob Jor- daens; er zijn prachtige doeken van Gerard van Hont- horst, van Christiaen van Couwenberg, Thomas Wille-. boirts Bosschaert, Theodorus van Thulden, Pieter Sout- man, Cesar Boëtius van Everdingen, Salomon de Bray, Pieter de Grebber en Jan Lievens. De vele schilde ringen van zo verscheiden hand en aard, in allegori sche voorstellingen het leven van Frederik Hendrik verbeeldend, worden als het ware samengebundeld door het portret van Amalia van Solms in het zenith van de koepel, direct onder de glanzend-vergulde, kruisdragende kroon, die deze buiten draagt Niet de ruimte imponeert in deze zaal maar de begrenzing van die ruimte, de veelheid van "iguren, de „bewegelijk heid" van mens en dier op die gigantische schilde ringen. In tegenstelling met deze, bijkans al te uitbundige pracht staat de rust van de vestibule, de voorhal van de Oranjezaal. Afgezien van een aantal portretten van stadhouderlijke bewonerr van het Huis geeft de archi tectuur aan deze ruimte de enige praal; een Hollands- degelijke pracht, toch sierlijk gebroken door dc brede trappen aan weerszijden van de toegang tot de Oran jezaal. W. PRINS. HET was wel een opvallend gezej- te houden, de spoormand en de ach- schap, dat op die zonnige middag tergebleven kleding te bewaken, aan het strand was neergestreken. Maar ze bleef met schetterende stem Te midden van honderden gasten, de badende familie beurtelings aan- die in de evenzovele gemakkelijke manen om verder in het water te badkostuums van zon en zee geno- gaan of te waarschuwen om zich niet ten, zaten daar een tiental mensen verder te wagen. van tent gevormd waarin ze veilig was voor nieuwsgierige blikken en toen zag men dan hier en dan daar het kleed uithollen ten teken, dat oma bezig was met armen en benen zich van het overtollige te ontdoen. Na enige tijd riep oma „Laat me er uut." Wat er toen te zien was, was de moeite waard om té aanschouwen. Ze was gekleed'in een wit nachtjak, met een pantalon, waarvan ze de bandjes der pijpen speels om haar benen liet fladderen. Een groot gejuich begroette deze verschijning. Om haar moed aan te vuren duw de een 16-jarige jongen oma een rubber eendje in haar handen, dat haar drijvende moest houden en dat ze stijf tegen zich aandrukte. Toen stevende ze dapper het grote water tegemoet. Voor haar lag tussen het strand en een zandbank een vijver van onge veer veertig centimeter diepte en deze hindernis, waarin tientallen kin deren vrolijk rondspartelden, boe zemde haar weinig vrees in. En toch lag hier haar volkomen nederlaag. •yOT OP DE DAG VAN VANDAAG is het onzeker of de dikke, korte oma midden in dit vijvertje een zenuwinzinking heeft gekregen of wel dat er zich ter plaatse een kleine kuil bevond, maar zeker is, dat op een zeker ogenblik oma haar even wicht kwijtraakte en tot groot ver maak van het publiek languit in het water viel, waarbij een gil weer klonk die in staat was om alle red dingsbrigaden van heel Zuid- en Noord-Holland te alarmeren. Minstens twaalf Achterhoekers en Duitsers schoten te hulp om oma rechtop te zetten en toen luid om hulp roepend en met haar armen zwaaiend, strompelde de drenkeling drijfnat naar het strand terug en zeeg neer in het warme droge zand. Weldra werden haar droge kleren bijeengezameld en werd ze weer door het vloerkleed omhuld. Toen ze na een kwartier weer te voorschijn kwam zag ze blauw van angst en schrik en op haar bevel werd ter stond opgebroken. Aan velen heeft deze belevenis van de dikke oma aan het volle strand genot en vreugde verstrekt Maar het is te vrezen, dat we deze Achter- hoekse badgast nooit meer aan ons Noordzee-strand zullen terugzien. P. A. die blijkens hun kledij en houding uit een eenvoudig dorp eens een dag- Het zeewater was op een aangena me temperatuur en langzamerhand je uit waren en die naar hun taaltje durfden de kleinen en de groteren te luisteren uit de Achterhoek moes- tot aan de hals onder te duiken, ten stammen. Deze ongewone bezigheid van een Het waren een man en vrouw op bad in de grote, ruime zee, voerde middelbare leeftijd, een zestal kinde- de geestdrift der badenden ten top. ren tussen 6 en 18 jaar en verder Er werd gestoeid, geroepen, gezon- een omvangrijke óma, die wel de gen, er werden koppen onder water spil bleek te zijn waarom heel het gestoken en die levendigheid zou gezelschap draaide. misschien heel de middag geduurd Ze hadden zich geducht op deze hebben, als niet na een uur oma ge- uitgaansdag aan het strand voor- waarschuwd had, dat het tijd werd bereid. Uit vrees, dat ze geen zacht om aan het waterballet een einde te of droog plekje zouden kunnen vin- maken. Ze deed dit met de woorden: den, hadden ze een oud, vaal vloer- „gullie komn der uut, anders gaan kleed meegebracht, waarop ze in een gullie verdrinke." kring gezeten waren en rfiidden op het kleed stond een grote, ouderwet- Aan deze grootmoederlijke wens werd voldaan, maar toen allen naar I ANG heeft oma tegengestribbeld, wijzend op haar leeftijd, onge woonte en kledij, maar aangemoedigd se spoormand met twee kleppen, het vloerkleed waren teruggekeerd, waaruit achtereenvolgens een menig- werd door man, vrouw en kinderen te kadetjes, een halve kaas, enige oma gesommeerd om ook een bad te flessen melk, een reusachtige worst nemen, en een pot boter werden opgedolven. Onmiddellijk werd daarop aangeval len en in een minimum van tijd was alles naar binnen gewerkt. Na een half uur rust gebeurde het door de kreten der omstanders en onverwachte. Niemand had gedacht doordat ze vanaf haar uitkijkpost nog dat deze simpele dorpelingen zich ouderen dan zij in het water had aan een bad in zee zouden onder- gadegeslagen, begon ze langzamer- werpen, maar door de warmte van hand voor de aandrang te bezwijken de zon en het zien van zovele vro- en zich ook aan hel zilte nat te wa- lijke lieden die in het water doken, gen, maar het grote bezwaar was, begon de een na de ander zich van dat ze zich in het openbaar niet durf de overtollige kleding te ontdoen en de te ontkleden en een badpak aan eerst de kleine en daarna de grote- te trekken. ren begaven zij zich, hoewel schoor- Maar de menigte om haar heen voetend, naar het water, terwijl de wist raad. Het vloerkleed werd op- dikke oma achterbleef om, midden genomen en door stevige handen op het vloerkleed gezeten, de wacht werd daarmee rondom oma een soort München, de hoofdstad van Beie ren is een week lang het middelpunt geweest, waarheen katholieken van alle landen en werelddelen (behou dens van achter het ijzeren gordijn) zijn opgetrokken, om deel te nemen aan het 37e Eucharistisch Wereld congres. Ook een kleine deputatie van ka tholieken uit de Nederlandse Horeca hebben op de Theresiënwiese het of fer en sacrament van eenheid en vrede, waarin Christus zich geeft „pro mwndi vita" voor het leven der wereld meegevierd, en er nieuw licht en kracht opgedaan. Op zaterdag 6 augxistus had het speciale congres voor de Horeca plaats, gewijd aan: zielzorg en toe risme. Het was om half tien dat in de Dreifaltigkeitskirche een pontificale H. Mis werd opgedragen door Z.H. Exc. Mgr. von Streng, bisschop van Basel en Lugano speciaal voor de Horeca. De kerk was zeer druk bezet en de feestpredikatie van monseig neur vond bij de hotelmensen een zeer aandachtig gehoor. In hotel „Vier Jahreszeiten" had vervolgens het congres plaats. Men liep ernaar toe, daar het hotel dicht bij was en Münchens centrum in deze dagen zeer druk. Spontaan vormden zich groepjes personen, die blij waren elkaar weer te zien of voor het eerst met elkander kennis maakten. Rechts van de Promenadeplatz staken de twee 99 meter hoge, koe pelvormige, met groen koper afge knotte torens van de grote, gothische Frauenkirche de bewolkte lucht in. Ze beheersen Münchens centrum en prijkten ook op de medailles, die iedere deelnemer aan 't congres, droeg. We passeren nog de Max. Jo- sef-platz met het postkantoor en arcadenhal en waren dan spoedig aan het congres hotel. P. HÖppner, internationaal secre taris van de Horeca-zielzorgers, sloot in zijn inleid in gs woord aan op de predikatie van Mgr. von Streng, dat vooral wegens het groeiend toerisme, deze tak van horeca-zielzorg groter aandacht dan voorheen waard is en thans deze ook geschonken wordt. Hierop heette Pfarrer Fritz Schwarz, de Münchner Horeca-ziel- zorger en organisator van dit speciale congres, allen hartelijk welkom, vooral ook uit naam van Münchens aartsbisschop Josef Kardinaal Wen- del. De deugd van gastvrijheid. Z. Em. Kardinaal Bea hield 'n bril jant referaat over de „Gastfreund- schaft". De vermaarde scripturist verloochende zijn aard niet en rijk gedocumenteerd met voorbeelden uit het Oude en het Nieuwe Testament schetste hij de oosterse gastvrijheid als grondhouding van de mens en als christelijke ereplicht. De kloosters noemde hij de hotels van vroegere eeuwen en nu de gastvrijheid aller wegen bedrijf en beroep geworden is, pleitte hij voor een wereldwijd apostolaat nl. het uitoefenen van dit bedrijf in christelijke geest. Dè grote rede van dit congres werd uitgesproken door Z.H. Exc. Mgr Gargitter uit Brixen (Tirol), het dio cees met een zeer grote toeristen- stroom. Hij behandelde toerisme en zielzorg. De zielzorg in verband met het toeristenprobleem en de Horeca-ziel zorg dient in de totale zielzorg te worden ingebouwd. Op de pastorele conferenties dient dit probleem besproken te worden, niet alleen nationaal, doch ook in ternationaal want het is een interna tionaal probleem. In het hoogseizoen achtte hij het ten zeerste verantwoord, dat extra priester-zielzorgers in de toeristen oorden werden ingeschakeld. De organisaties van katholieke werkgevers- en werknemers vereni gingen in de Horeca achtte hij zeer belangrijk voor het behoud en uit breiding van de christelijke geest in het Horecabedrijf. Ook hier is inter nationale samenwerking en uitwis seling van belang. Een goed geredigeerd, internatio naal vaktijdschrift op christelijke leest geschoeid werd door hem ge wenst en bepleit. Internationale verspreiding. In het dankwoord van p. Höppner werd o.a. meteen de mogelijkheid besproken om .„Einkehr", 't katho lieke Horeca maandblad, dat in Oos tenrijk, Duitsland en Zwitserland zijn verspreiding vindt, om te vor men en uit te bouwen tot een inter nationaal katholiek vaktijdschrift. Hierna werden diverse vertegen woordigers uit de Horeca-zielzorg en van vakverenigingen uit de di verse landen uitgenodigd een korte toelichting op het werk in hun land te geven. Zowel priesters als leken uit Oos tenrijk, Zwitserland, Nederland en Duitsland zelf, getuigden, ieder op hun manier, van het grote belang van een christelijke geest in het Ho recabedrijf. p. C. H. v. d. LEEMPUTTE o.e.s.a. BEDRIJFSAALMOEZENIER HORECA PASTOOR GOOSSENS GAAT MET EMERITAAT Pastoor A. Goossens, stichter van de parochie van Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand te Sant poort, heeft na een pastoraat van 28 jaar emeritaat aangevraagd. Pas toor Goossens, die op 2 juni 1887 in Alkmaar werd geboren, was na zijn priesterwijding in 1911 achtereen volgens kapelaan in Hoek van Hol land, Oltgensplaat, Sassenheim, Am sterdam (Sint Vincentius a Paulo), Den Haag (H Jozef), Schiedam (H. Hart) en Roelofarendsvcen. In 1931 kreeg hij van de toenmalige bisschop van Haarlem, mgr. Aengenent, de opdracht in Santpoort een nieuwe paroohie te stichten. NEDERLANDSE OMGEKOMEN IN DUITSLAND Drie mensen, onder wie de 51- jarige Nederlandse mevr. S. van R. uit Driel, zijn vrijdag om het leven gekomen toen de personenauto waarin zij reden op een spoorweg overgang met een goederentrein in botsing kwam. Het ongeluk gebeur de bij een halteplaats bij Asperden. De slachtoffers zijn 't Duitse echt paar Lange uit Kreuztal bij Siegen, en de Nederlandse. Een veertienjarig meisje, dat ook in de auto zat, werd ernstig gewond. Op deze spoorlijn komt slechts driemaal in( de week een goederentrein langs. De loco motief sleurde de auto over een af stand van 100 meter mee. Het was een onbewaakte overweg, gemar keerd met verkeersborden. De trei nen mogen dit punt slechts passeren met een snelheid van 15 km. per uur. Het gezelschap kwam van' een vakantie reis naar Utrecht. OPLOSSINGEN Oplossing „Sliep hij werkelijk?" De oude heer had gelijk. Als de jonge man werkelijk had geslapen, had de druk tussen zijn vingers op gehouden en was de sigaret op de grond gevallen. Oplossing ,het is nog zomer" 1 en 2 koplamp en deurgreep van linker auto, 3 veer op hoed van da me rechts, 4 staart van vogeltje, 5 autostuur rechts, 6 rokje van meisje links onderaan, 7 blad van tak rechts, 8 das van wandelaar rechts. Oplossing Doolhof Zoek uw weg via de punten 4, 1, 3, 2, 5, dan is het verder een peule schilletje.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1960 | | pagina 9