SOUPltX water STIJFSEL
WONINGTELLING 1956 HAD
GEEN ENKEL NUT
,De Gouden Cirkel
Talloze Nederlanders wonen
nog sieeds in krotten
Rijksinvloed is ie gering
Van Kaninefaten-
dorp tot badplaats
i/uemr) STIJF SOEPELER! STRIJK PRETTIGER!
NU met 3 GRATIS
plastic wasknijpers
Vrouw wurgde haar
twee kinderen
Oorzaak brand op
„Karei Doorman"
niet vastgesteld
DINSDAG 10 MEI 1960
DE LEIDSE COUKANT
PAGINA 11
Op de 25e vergadering van de Pro
vinciale Contactcommissie Zuid-Hol
land inzake het Woonruimtevraag-
stuk, welke gisteren in Huis ter Duin
te Noordwijk werd gehouden, ver
klaarde de heer E. J. van Spankeren,
fungerend voorzitter van de Lande
lijke Commissie, onder meer dat de in
1956 in ons land gehouden woning
telling geen enkele zin en geen enkel
nut had „om de doodeenvoudige en
daarom wel bijzonder ernstige reden"
dat daarbij niet op de kwaliteit van
de woningen werd gelet. Oók de
krotten, soms minder dan een var
kensstal of een kippenhok, de oor
logsnoodwoningen en wat dies meer
zij, zijn meegeteld, aldus de woord
voerder. En de heer Van Spankeren
vervolgde:
„Terwijl de verkrotting snel toe
neemt wegens gebrek aan animo voor
onderhoud en hierover een officiële
Commissie Krotopruiming alweer ge
ruime tijd geleden heeft gerappor
teerd, wordt anderzijds rustig een
zodanig nietswaardige telling gehan
teerd om aan te tonen, dat in hon
derden gemeenten het statistisch
woningtekort is opgeheven".
RIJKSINVLOED.
Met betrekking tot de verdeling
van de woonruimte sprak de heer
Van Spankeren als zijn mening uit,
dat de rijksinvloed daarbij te gering
is. Immers, de doelmatige verdeling
is in elke gemeente gebonden aan de
bestaande woningvoorraad. Die wo
ningvoorraad is geen vast gegeven,
doch wijzigt steeds; -ze wordt uitge
breid met nieuwbouw maar ze wordt
verminderd door afbraak en af
schrijving. De woningbouw moet af
gestemd zijn op de behoefte, een be
hoefte, die nog ontstellend groot is,
j uist daar waar het economisch zwak
keren geldt.
Als aanfluiting van het simpelste
normbesef bleven veel huizen voor
de vrije verkoop tegen „schrikbaren
de" prijzen zelfs gebouwd met
premieregeling leeg staan omdat
ze door de bouwers als speculatie
object werden beschouwd. En dit,
terwijl een belangrijk deel van ons
volk, in sommige gemeenten wel 20
procent, minder dan f 3000.per
jaar verdient en de Nationale Wo
ningraad kon aantonen, dat de bouw
van kwalitatief goede woningen te
gen een redelijke huurprijs zeer wel
tot de mogelijkheden behoorde. En
daarbij is het, aldus de heer Van
Spankeren, een teken aan de wand,
wanneer de huidige minister van
Volkshuisvesting niet blijkt te weten
hoe groot het winstpercentage van de
aannemers 15 jaar na de oorlog en
bijna evenzo vele jaren woningbou i
is.
GEEN LIBERALISATIE
Uit de opheffing van het statistisch
woningtekort hebben bevoegde en
verantwoordelijke instanties bijna
automatisch geconcludeerd „dat het
dan dus tijd werd eens te gaan libe
raliseren", zo vervolgde de heer Van
Spankeren. Maar het is hoogst beden
kelijk liberalisatie te gaan funderen
op dat statistische woningtekort. Spr.
illustreerde dit met een aantal mar
kante voorbeelden uit de provincie
Gelderland, waar nog mger dan 13
duizend gezinnen in krotten leven.
In Culemborg bleken meer dan drie
honderd woningen, waaronder er
zijn van vier eeuwen oud, deels on
bewoonbaar verklaard, nog bewoond
te moeten worden. Maar omdat er
in deze plaats dan geen statistisch
woningtekort meer zou zijn kreeg
de gemeente geen bouwvolume. Van
de 446 woningen in Herwijnen zijn er
129 nog bewoonde krotten. Van de
3500 dijkwoningen langs de grote ri
vieren moeten er 1150 tot de krotten
gerekend worden. Het aantal nood
woningen, uit het puin van het oor
logsgeweld inderhaast opgetrokken
om de geëvacueerde bevolking weer
te kunnen ontvangen, bedraagt thans,
15 jaar na de bevrijding, nog 2450,
waarvan alleen al in Nijmegen nog
420 en in Arnhem 355, zo besloot de
heer Van Spankeren.
De voorzitter van de Provinciale
Contactcommissie, de heer J. v. d.
Grient (Schiedam) vroeg zich in zijn
openingsrede óók af of we wel vol
doende hebben bedaan om een einde
te maken aan de woningnood en de
gevolgen van die nood te verzachten.
Wèl waren er vaak schier onoverko
melijke moeilijkheden, die de situatie
schiepen dat in grote delen van ons
land en in het bijzonder in en rond
de grote steden van een feitelijke
vermindering van de woningnood nog
geen sprake kan zijn, maar wanneer
we horen dat Nederland het enige
land is van een aantal omringende
landen, waar in 1959 minder wonin
gen werden gebouwd dan in 1958, dan
komt toch de vraag naar voren
ondanks de grote waardering voor
wat er gepresteerd is wordt er wel
genoeg gedaan? Met een zekere ont
steltenis moeten we daarbij consta
teren, aldus de heer V. d. Griend, dat
het aantal ingeschrevenen voor een
woning eer toe- dan afneemt.
Behalve voor 't krottenvraagstuk
vroeg hij ook aandacht voor de huis
vesting van jonge en reeds oudere
echtparen, onvolledige gezinnen,
ouden van dagen en voor werkende
vrouwen. Aan het slot van zijn ope
ningstoespraak wierp de voorzitter
een korte terugblik op de werkzaam
heden en de samenstelling van de
contactcommissie, waarvan o.a. ook
doel uitmaken de heren G. J. Phi-
lipsen uit Leiden en burgemeester
P. M. F. Smolders van Voorhout.
De burgemeester van Noordwijk,
mr. G. F. W. van Berckel, sprak daar
na een kort begroetingwoord tot de
aanwezige burgemeesters, wethou
ders, huisvestingsambtenaren, e.d.,
waarin hij en passant meedeelde dat
ook in Noordwijk de woningnood
uitermate klemmend is. Het woning
tekort in zijn gemeente (650 inge
schrevenen!) is nog even groot als
zeven jaar geleden.
OOK WONINGRUIL KAN
WONINGNOOD VERLICHTEN
De chef van de onderafdeling Ver
deling Woonruimte van het minis
terie van Maatschappelijk Werk, de
heer W. J. A. H. van Berkel, hield
voorts een korte inleiding onder het
motto: „Memorandum bij een 25e
vergadering". Deze spr. wees in het
bijzonder op de woningruil, die ook
kan meehelpen tot bestrijding van de
woningnood; doordat deze gezinnen
op hun plaats brengt of houdt. In
1959 is rond 1.200.000.— uitgekeerd
aan vergoedingen in verband met
vrijwillige verhuizing naar een klei
nere woning. Met de aldus vrijko
mende grotere woningen konden rond
2400 gezinnen worden geholpen.
De verplichte inschrijving van wo
ningzoekenden „met economische
binding" bezag deze spr. vooral van
de psychologische kant. Met betrek
king tot de inschrijving van alleen
staanden als woningzoekenden deed
de heer Van Berkel een beroep op
de gemeenten althans te overwegen
wat voor deze groep kan worden ge-
In het welkomstwoord van de
voorzitter der Provinciale Con
tactcommissie Zuid Holland in
zake het wóonruimtevraagstuk,
dat deze o.m. ook richtte tot de
burgemeester van Noordwijk,
gaf hij een „klein college" over
de geschiedenis van de bloemen-
Uw gemeente, zo zei de heer
Van der Griend tot burgemees
ter Van Berckel, heeft zich van
een nederzetting van Kaninefa-
ten via een vissersdorp ontwik
keld tot een fraaie badplaats van
internationale vermaardheid.
Dat is maar niet ineens gegaan.
Toen in 1926 de laatste visser
schepen werden verkocht, had
men hier bijna tweeduizend jaar
lang de visserij bedreven. In
1474 bestond de Noordwijkse
vloot uit 6 buizen en 14 slabbers
voor de haringvangst en 18 smal-
schepen voor kabeljauw, schel
vis. wijting en schol. Deze vloot
breidde zich uit, de bommen
kwamen in zwang, maar vier
honderd jaar later zette de grote
verandering in.
In 1866 kwam de eigenaar van
,,De Vergulde Waegen", de heer
Van Konijnenburg, op het idee
een viertal badkoetsjes uit Sche-
veningen aan te trekken. En van
die tijd af ging het snel omhoog.
In 1885 verrees het Hotel „Huis
ter Duin".
Ook de bollenteelt ontwikkelde
zich, zij het dan ten koste van
de kruidenteelt, die in betekenis
afnam. Noordwijk werd een be
roemd vacantieoord. Wel is het
nog gesplitst in „Binnen" en
„aan Zee", tussen welke delen
kennelijk nog steeds een wezen
lijk verschil bestaat. Maar jam
mer is het dat mèt de visserij
ook de karakteristieke kledij ver
dween: de mopmuts en de om
slagdoek, de gekleurde schorten,
de verschillende tooien van de
getrouwde vrouw en de weduwe
en van de Roomse-Katholieken en
de protestanten.
DIRECT KLAAR IN KOUD WATER
Advertentie
daan. We mogen niet aan de enorme
moeilijkheden voorbijgaan door deze
grote categorie" eenvoudig en zonder
meer te laten staan.
Een 20-jarige Amsterdamse huis
houdster heeft haar twee buitenech
telijk geboren kinderen direct na de
geboorte gedood. Zij heeft deze vrese
lijke bekentenis afgelegd tegenover
rechercheurs van de Amsterdamse
zedenpolitie, nadat een vriendin van
de vrouw des huizes de gruwelijke
ontdekking had gedaan. De lijkjes
van de kinderen had de huishoudster
in haar kamer verborgen.
De jonge vrouw, die is zondag
avond j.l. gearresteerd, heeft haar
kinderen (een jongen en een meisje)
waarschijnlijk gewurgd uit angst
voor haar ouders, omdat de kinderen
niet blank waren. Zij zal vrijdag a.s.
voor de officier van justitie worden
geleid.
In de kast van een herenhuis aan
de Cornelis Krusemanstraat vond de
zedenpolitie het gemummificeerde
lijkje van een begin maart 1959 ge
boren jongetje. Het zat in een kof
fer. In een doos onder het bed van
de huishoudster vond men het stof
felijk overschot van een in januari
van dit jaar geboren meisje. Het
verkeerde in verre staat van ontbin
ding.
Een vriendin van de vrouw des
huizes vond deze doos. Zij paste op
de kinderen, omdat haar vriendin
naar Den Haag was. Toen ze op zoek
was naar kinderkleertjes, kwam ze
ook in de kamer van de huishoudster.
Ze dacht in de doos onder het bed
kleertjes te vinden, maar in plaats
daarvan deed zij de lugubere vondst.
De vrouw waarschuwde onmiddellijk
de politie, die later in de kast van
dezelfde kamer op de tweede ver
dieping van het herenhuis in een
koffer het gemummificeerde lijkje
van het vorig jaar gewurgde jongetje
vond.
Een Surinaamse varensgezel is de
vader van beide gewurgde kinderen.
Ondanks een uitgebreid en zeer
gedegen vooronderzoek heeft de Ma
rineraad niet de juiste oorzaak kun
nen vaststellen van de brand op en
om het vliegdekschip Karei Door
man, 24 augustus vorig jaar op de
Nieuwe Maas te Rotterdam, die een
dode en twee gewonden eiste en ma
teriële schade toebracht aan 't schip.
Met name is niet gebleken door
welke oorzaak de op het water uit
gevloeide benzine of de daarbij ont
stane benzinedampen vlam hebben
gevat.
Er zijn echter dingen gebeurd, die
volgens de Raad heel goed in ver
band kunnen staan met het vlamvat
ten van de benzine of de benzine
dampen. De ABCD-officier had na
melijk de veiligheidsmaatregelen aan
boord enigszins gewijzigd.
Het voorschrift van de Koninklijke
Marine luidt: „Het roken is te allen
tijde verboden in het gehele schip
tijdens het laden van benzine". Af
wijkend hiervan had de ABCD-offi
cier de volgende bekendmaking af
gegeven: „Te 08.30 uur rookverbod
in room 2, 3 en 4 en alle open dek
ken".
Volgens het oordeel van de Raad
hebben ook de in de onmiddellijke
nabijheid van het vliegkampschip
liggende vaartuigen, pontons etc.
geen duidelijke orders met betrek
king tot een rookverbod ontvangen.
Voorts is de Raad van oordeel, dat
de organisatie van het benzineladen
onvoldoende is geweest. De comman
dant tenslotte treft, naar het oordeel
van de raad, geen verwijt.
De nieuwe grammofoonplaat van
Toon Hermans met twee geheel
nieuwe liedjes „De Lesten Dans" en
„De Zwarte Ballon,,, is zojuist ver
schenen en maandag mei in de han
del gekomen.
De opbrengst van deze plaat is
door Toon Hermans en de N.V. Bo-
vema geheel ter beschikking gesteld
ten bate van de MIVA ivm. haar 25-
jarig bestaan.
De smeekbeden van de Nederland
se missionarissen over de gehele we
reld voor het verkrijgen van drin
gend noodzakelijke verkeersmiddelen
is momenteel een „wachtlijst" ge
worden ten bedrage van 1.200.000.
23,5 PROCENT STAATSLENING
TOEGEWEZEN
Het ministerie van financiën deelt
mede, dat van het op 9 mei op de
4x/2 procent lening 1960 II ten laste
van de Staat der Nederlanden, in
geschreven bedrag 23,5 pet wordt
toegewezen. Zoals bekend is de le
ning groot 300 miljoen.
Z0ETERW0UDE
AMBTSWONING
BURGEMEESTER
Reeds verschillende malen werd
gesproken over 'n te bouwen ambts
woning voor de burgemeester. Zo is
voorgesteld tot aankoop over te gaan
van het pand Dorpsstraat 33 (Veld
zicht). Een beslissing is hierover niet
genomen.
De commissie openbare werken
vestigt de aandacht op een ander
punt in de gemeente, waar zeker een
behoorlijke ambtswoning zou kunnen
worden gebouwd. Bedoeld werd de
hoek Miening en de laan naar de
woning van dokter Kortmann. Hier
op staat de woning plaatselijk ge
merkt Miening nr. 1, thans bewoond
door het gezin A. J. van der Krogt.
Deze bewoner heeft het voornemen
te gaan inwonen bij zijn moeder.
De eigenaresse van het perceel
Miening nr. 1 is mevr. de wed. A.
Lekkerkerker-Schenkeveld te Lei
derdorp. Het college heeft deze eigen
dommen laten taxeren door een des
kundige, die hieraan een waarde toe
kende van 18.550,De eigenaresse
heeft bjj schrijven van 3 mei 1960
medegedeeld, dat zij bereid is de ka
dastrale percelen sectie B. nrs 2147
en 2148 resp. groot 2300 m2 en 882
m2 met opstallen te verkopen tegen
het hiervoor genoemde bedrag van
18.550,indien de gemeente de
kosten van overdracht betaalt en
tevens 1'/»% makelaarscourtage voor
haar rekening neemt.
Het college is van mening, dat de
gevraagde prijs niet te hoog is, ter
wijl bovendien de plaats zeer ge
schikt is voor het bouwen van de
ambtswoning.
Voorgesteld wordt tot aankoop van
de hiervoor genoemde kadastrale
percelen te besluiten tegen een be
drag van 18.550.en de over
drachtskosten en l'/i% makelaars-
courtage voor rekening van de ge
meente te nemen.
Geen instemming met
plan tot grenswijziging
Bij schrijven van Ged. Staten van
11 april 1960, werd aan het college
verzocht, bij de raad aanhangig te
maken een nieuw plan tot grenswij
ziging van Leiden en omgeving en
het gevoelen van de raad vóór 19 mei
a.s. aan Ged. Staten mede te delen.
Dit plan komt vrijwel overeen, al
thans voor wat deze gemeente be
treft, met het op 2 juni 1958 ontvan
gen voorstel van Ged. Staten. Het
enige verschil bestaat hierin, dat de
340 H.A. grondoppervlakte met on
geveer 2000 inwoners niet naar Lei
derdorp maar ook naar Leiden zullen
moeten overgaan.
G.S. hebben wij er op gewezen dat,
voor wat toen aan Leiden werd toe
bedacht (begrensd door de rijkswe
gen 4b en 4a en de spoorlijn Leiden
Alphen), Zoeterwoude zich niet zal
verzetten tegen de realisering van
noodzakelijk geachte recreatieve be
stemmingen in dat gebied, conform
de strekking van het structuurplan.
.Het staat bij B. en W. echter geens
zins vast, dat reeds thans een derge
lijk groot agrarisch gebied daaraan
moet worden opgeofferd. Voor wat
betreft de nu eventueel nodige grond
voor recreatie kan Zoeterwoude
daarin voorzien en behoeft uit dien
hoofde geen grondgebied aan Leiden
te worden afgestaan. Jarenlang heeft
Zoeterwoude de „groene zoom" rond
om Leiden moeten handhaven, want
elk uitbreidingsplan, dat daarin ver
andering wenste te brengen kon de
goedkeuring van Ged. Staten niet
verkrijgen.
Dit geldt ook voor het gebied ten
noord-oosten van de spoorlijn Lei
denAlphen aan den Rijn (Hoge
Rijndijk) dat thans eveneens aan
Leiden wordt toegedacht.
In het antwoord aan Ged. Staten
hebben B. en W. erop gewezen, dat
de Hoge Rijndijk een woongemeen
schap is, die is uitgebouwd en mo
menteel nog verder uitgebreid wordt
tot een verantwoorde wijkgemeen-
schap.
Van nature is de Rijndijk het snelst
groeiend deel van de gemeente en
door de inmiddels vastgestelde en
nog in behandeling zijnde uitbrei
dingsplannen kan daar in de woon
behoeften voor de eigen bevolking
worden voorzien. Een verder gaande
bebouwing is niet mogelijk, gelet op
het feit dat de gronden vanaf de
Meerburgerwetering tot de grens van
Hazerswoude zijn bestemd voor in
dustrie Leiden kan dus in Zoeter
woude geen verdere woningbouw
plegen om daarmede een gedeelte
van het woningtekort van die ge
meente op te heffen.
Ten aanzien van de industrialisatie
is door G. S. goedkeuring verleend
aan de gemeenschappelijke regeling
van de raden der gemeenten Leiden
en Zoeterwoude, betreffende de vor
ming van een industrieschap, dat in
middels is begonnen met de aankoop
van gronden.
De ontwikkeling van de Hoge Rijn
dijk en het gebied tussen de Omme-
dijkseweg en de grens van Hazers
woude is geheel gepland volgens het
vastgestelde structuurplan in de
Leidse agglomeratie.
Aan de wensen van Leiden is dan
ook in alle opzichten tegemoet geko
men langs de weg van overleg.
Zou tot grenswijziging in de door
G. S. aangegeven geest worden over
gegaan dan betekent dit voor Zoe
terwoude niet alleen een afstaan van
671 H.A. met 2420 inwoners, resp.
ruim 1/4 gedeelte van het grondge
bied en ongeveer 40% van het aantal
inwoners, maar ook een aanmerke
lijke daling van inkomsten (ongeveer
ƒ200.000,- uitkering gemeentefonds).
Resumerende stellen B. en W. vast,
dat volgens het plan van G. S. de ge
meente Leiden niet wordt gebaat,
noch door verwerving van meer in
dustrieterrein, noch door het kunnen
bouwen van meer woningen voor
haar eigen bevolking en het opvan
gen van een deel svan de Haagse
„overloop", terwijl ook ten aanzien
van het recreatiegebied niet meer
kan worden bereikt dan waartoe
Zoeterwoude ook in staat is.
B. en W. stellen de raad voor aldus
aan G. S. te berichten.
RAADSSTUKKEN.
Zoals bekend bestaan er reeds vele
jaren plannen tot het inrichten van
een opslagterrein voor de gemeente.
Momenteel is de toestand zo, dat ver
schillende materialen zijn onderge
bracht in de tuin achter het raadhuis,
weer andere in de garage aan de
Hoge Rijndijk, terwijl de reinigings
auto op het dorp wordt gestald. Dit
is echter een onhoudbare toestand.
In een vorige vergadering is reeds
medegedeeld, dat de eigendommen
van de heer N. van den Akker, gele
gen aan de Miening, te koop zijn.
Deze eigendommen zijn bijzonder ge
schikt voor het hiervoor genoemde
doel.
Het college heeft de waarde van de
percelen door een deskundige laten
taxeren. Deze kende hieraan toe een
waarde van 114.000,-.
In een onderhoud met de burge
meester heeft de heer Van den Ak
ker zich bereid verklaard tot deze
verkoop onder de volgende voor
waarden:
1. dat hij gedurende zyn verdere
leven om niet in de woning, plaatse
lijk gemerkt Miening 33, kan blijven
wonen;
2. dat het glas in loodraam in de
noordgevel van het perceel Miening
33 eigendom blijft van de heer Van
den Akker en door hem kan worden
verwijderd;
3. dat hem vrjje toegang wordt ver
leend vanuit zijn woning naar de ga
rage waar de ketel van de centrale
verwarming staat.
Het college is van oordeel, dat deze
drie voorwaarden aanvaardbaar zijn.
Voorgesteld wordt te besluiten tot
aankoop van de percelen tegen de
som van 114.000,- en onder de hier
voor genoemde voorwaarden.
Het bestuur van de katholieke
land- en tuinbouwbond stelt naar
aanleiding van het raadsbesluit d.d.
30 december 1959 houdende afwij
zing van het verzoek om de heer C.
J. van Klink alsnog vergoeding we
gens belasting schade ad 1.800,- toe
te kennen, dez^ questie andermaal
aan de orde.
Het LTB-bestuur verzoekt de door
de heer Van Klink geleden belas-
tingschade alsnog te vergoeden, om
dat de heer Van Klink afdeling
Grondzaken en yestigingsdienst van
de LTB aanspreekt voor 100% van de
door hem geleden belastingschade.
Mocht de raad niet bereid blijken
op zijn besluit terug te komen dan
verzoekt voornoemd bestuur zijn c^n
50% van meergenoemde schade voor
rekening van de gemeente te nemen.
In dat geval is de LTB bereid om
eveneens 50% van de schade aan de
heer C. J. van Klink te vergoeden.
Aan dit verzoek kunnen B. en W.
geen gevolg geven. Het gedane voor
stel aan de heer Van Klink alsnog
deze belastingschade toe te kennen,
berekend op 1.800,- is onverkort
gehandhaafd.
In artikel 7 van het Besluit bever-
dering eigen woningbezit kan de raad
overeenkomstig door de Minister van
Volkshuisvesting en Bouwnijverheid
te stellen nadere regelen zekerheid
worden gesteld voor betaling van
hoofdsom en rente van leningen on
der verband van eerste hypotheek
verstrekt aan degenen, aan wie een
toeslag op de premie voor particu
liere woningbouw is toegekend mits:
a. de aanvraag om zekerheid is ge
daan door tussenkomst van een be
middelend orgaan; b. de lening niet
meer bedraagt dan 90van de net-
tostichtingskosten; c. de lening een
looptijd heeft van ten hoogste 30 ja
ren; d. degene, aan wie de toeslag is
toegekend, de leeftijd van 55 jaren
nog niet heeft bereikt.
B. en W. stellen voor, een alge
meen besluit tot zekerheidstelling te
nemen, ter uitvoering waarvan het
college de incidentele gevallen kan
aanwijzen.