CS De Gouden KNUTSELHOEKJE ZATERDAG 2 APRIL I960 DE LEIDSE COURANT PAGINA 9 Avonturen van f BAMBO*) naverteld door oom Toon Bambo had wel geen week geslapen, maar toch wel een lange en goede nacht gemaakt. Hij bad zijn morgengebedje, dat hij van zijn moeder geleerd had, waste zich heerlijk in het heldere beekje en vulde zijn maag met bramen en bananen. Dan toog hij weer op on derzoek uit. Op enkele meters van zijn „slaapvertrek" zag hij een prachtige boomstam liggen. „Ha" riep hij ver heugd uit, „daar is een prachtige kano vóin te maken!" Zonder tijd te verspil len, trok hij terstond aan de arbeid. Met z'n jachtmes verwijderde hij eerst de enkele takken, die er nog aan zaten en toen begon hij met de uitholling. Dagen lang was hij hiermee bezig. Met steentjes uit de beek moest hij telkens weer zijn mes slijpen, want 't hout was droog en vrij hard. Maar eindelijk na een goede week was de sleuf groot ge noeg en kon hij met de afwerking be ginnen. Dat duurde ook nog een dag of wat, maar toen kon hij ook tevreden zijn handen wrijven. Uit een jonge boom sneed hij nog een paar roeispa nen, verzamelde zoveel vruchten als hij bergen kon en alles was klaar voor de verdere reis. Waarheen? Hij wist het niet, maar hij hoopte, dat God en zijn engelbewaarder uitkomst zouden brengen. Hij sleepte zijn kano naar de beek en liet zich met de stroom meevoeren. Met veel stuurmanskunst en soms halsbrekende toeren belandde hij ten laatste in de rivier. En nu begon een dagenlange strijd tegen alle mogelijke hindernissen: stroomversnellingen, watervalletjes, klippen en ten laatste de branding. Daarbij kwam elke avond de moeilijk heid terug om een enigszins geschikt nachtverblijf te vinden en des daags de zorg voor nieuwe mondvoorraad. Na een dag of tien weken de rotsige oevers verder uit elkaar. De rivier werd breder en het water rustiger. Deze tekens alsmede de geur en de zoutige smaak van de lucht, die hij inademde, wezen erop, dat hij de zee naderde. Maar tot zijn grote verbazing bevond hij zich ineens in een meer zonder uit gang en ingesloten door hoge, gladde rotsen. Het water draaide onder hem rond als in een afgrond. En toch bleef het peil van het water even hoog. Er moest toch een afvloeiing zijn, anders kon het water niet bewegen als de vloeistof in een trechter. Maar hij was te moe en te uitgeput om de oplossing van dit vreemde geval te zoeken. Hij stuurde zijn kano naar de kant en roeide een kreekje binnen. Na zijn vaartuigje vastgelegd te hebben, zocht en vond hij een tamelijk geschikt plekje om de nacht door te brengen. Maar zijn ingewanden gingen zo te keer, dat hij eerst wat eetbaars moest zoeken, want hij had al in 24 uur niets meer gege ten. Eerst gelukte het hem een kikvors te grijpen. Hij ontdeed hem van zijn in gewanden en verslond hem toen. als ware het een lekkernij. Vervolgens ving hij een pad en een grote hagedis, die beide dezelfde weg opgingen. Maar nog was zijn maag niet tevreden gesteld. Ha, daar kwam een ringslang aan schuifelen, die blijkbaar op de resten van de kikvors afkwam. Met zijn mes hakte hij haar de kop af en liet zich de rest van haar lichaam ook al goed smaken. Wat een mens al niet eet. als hij maar gekweld wordt door de hon ger! Al was 't alles bij elkaar geen feest maal geweest, 't was toch beter dan helemaal niets. Hij kon nu tenminste slapen. Op een klein plekje gras vlijde hij zich neer en sliep onmiddellijk in. Maar tegen middernacht werd hij met een schok wakker door een vreemd ge luid. Een onwillekeurige siddering liep door al zijn ledematen. Eerst hoorde hij het kraken van beenderen en het smak ken van lippen, die genieten van een smakelijk maal. Als vanzelf greep Bam bo naar zijn mes. Hoe licht deze bewe ging ook was, terstond hield het ge kraak op en twee groenachtig glinste rende ogen richtten zich op hem. Dat konden niet Einders zijn dan de ogen van een roofdier. „Hé", flitste het door het brein van de matroos, „dat beest is hier naar toe ge komen, er moet dus een uitgang zijn". Met 't jachtmes in de hand naderde hij behoedzaam het onbekende dier. Dit voelde zich blijkbaar ook niet veilig en draaide zich in de nauwe toegang schie lijk om. Daarbij streek zijn staart langs het gezicht van Bambo. Met een fikse greep pakte hij het flink behaarde lichaamsdeel vast. En nu speelde zich een koddig, maar gevaarvol toneeltje af. Het ondier nam de vlucht en sleepte de onbekende vijand door een smalle, donkere sleuf achter zich aan. Met schouders en knieën hielp Bambo mee, want hij mocht het beest niet loslaten. Door prikken met zijn mes en met schelle kreten dreef hij het voort. Opeens voelde hij frisse lucht om zich heen. Hij was dus buiten de nauwe, duffe doorgang en liet de staart los. 't Was nog volslagen duister en daarom zette hü zich op een steenblok neer om het daglicht af te wachten. Ha, eindelijk kleurde de oostelijke hemel zich rood en weldra steeg de zon uit haar rose bed omhoog. En wat zag hij toen? Vóór zich de onmetelijke oceaan en met een glimlach ontdekte hij in zijn hand nog iets, een pluk haren van de reddende staart. Het waren de haren van een jakhals! Ha, dat beest heeft een weg gevon den, nu vind ik er ook wel een. Hoe? Dat vertelt 't vervolg. aan en ging naar de kerk. Uit de kerk kwam ze haar vriendin tegen, die haar feliciteerde en haar een zakdoekje gaf. Ze kwam thuis en daar lagen haar ca deautjes al op tafel: een armband en een tasje. Silvia's moeder kwam de kamer bin nen. „Wel gefeliciteerd", zei moeder en toen gingen ze samen eten, want haar vader was al dood. Na het eten ging Silvia vlug naar school. Ze trakteerde op toffees, 's Mid dags kwamen er drie vriendinnetjes bij haar spelen en daar kreeg ze ook nog wat van. Ze had een fijne middag ge had. JAN KLAASSENPOPPEN Vissen, blauw, schrijven, roken, mel ken, trouwen, tijd, schepen, bloed, regen. Er waren ook nog andere woor den toepasselijk. In* Schalkwek, Simon van Capelweg 34, Noorden, heeft deze week het boek geloot. Gefeliciteerd Ina, het boek wordt je deze week toegestuurd. NIEUW RAADSEL Wat ls het? Zie hem daar kijken Op zijn hoge stengel. Naar de mensen onder hem, Naar de blauwe hemel boven hem. En niemand, die hem aan kan raken! Bewaar zijn zaden. Leg die te drogen. Over een poos, als de wintervorst heerst. Eten de vogels die graag op. Meisjes en jongens, wat is het? Oplossingen sturen aan: Tante Jo en Oom Toon, Krantentuin, Leidse Courant Papengracht, Leiden. Correspondentie Corrie Zwetsloot, Voorhout. Fijn dat je voortaan met ons mee doet Corrie. Hoe is het bij jullie in Voorhout? Ko men de bollen al uit? Hier komt je ver haaltje. VOGELS IN DE WINTER Het had gesneeuwd. Ik vroeg aan moeder een sneedje brood, pinda's en een bakje water. Het brood deed ik in stukjes en strooide ze op de venster bank, nadat ik de sneeuw weggeveegd had. De pinda's reeg ik aan een touwtje en hing dat op bij het venster. Het bakje water zette ik ook buiten. Toen ging ik doodstil bij het raam zitten en nauwelijks zat ik er of daar kwamen de mussen. Die waren natuurlijk haan tje de voorste. Toen zag ik het hegge- musje met zijn blauw-grijs kopje en de spreeuwen kwamen ook al aangevlogen. Eindelijk, daar zag ik ook een meesje, die kwam op de pinda's af. Ik heb die middag echt genoten. Tom de Vrind, Leiderdorp. Nou Ton vertel jij maar eens aan de kinderen over je fijne verjaardag. MIJN VERJAARDAG Toen ik een dag voor mijn verjaardag op school zat, kon ik zowat niet leren, zó zenuwachtig was ik. Ik moest nog één nachtje slapen en dan.... zou ik jarig zijn. Wat zou ik krijgen? Ik had een bkl en nog andere dingen gevraagd. 's Avonds zei mijn moeder: „Morgen ben je jarig en dan moet je vroeg op staan, want je moet dan naar de kerk, dus nu naar bed". „Ja moeder, ik ga". Maar in bed lag ik nog een hele tijd wakker, maar eindelijk sliep ik toch in. De volgende morgen schrok ik wakker van de wekker. O ja, ik ben jarig! Hoera! Ik danste van plezier op mijn bed. Ik kleedde me gauw aan en rende naar beneden. Moeder was al beneden. „Ga je nu naar de kerk?" vroeg ze. „Ja moeder", zei ik en ging weg. Toen ik thuis kwam waren mijn broertjes en zusjes, vader en moeder al helemaal klaar met de slingers. De tafel was feestelijk gedekt en daar begonnen ze te zingen: „Lang zal hij leven, Hoe- raaaa!" Ik was zó blij, dat ik begon mee te zingen. Toen kreeg ik de cadeautjes en ja hoor, ik had gekregen wat ik ge vraagd had. Wat was ik blij! Verder hebben we de hele dag feest gevierd. Greta van Egmond, Alphen. We Zijn nu toch met de verjaardagen bezig dus komt je verhaaltje hier achter. DE VERJAARDAG Silvia zou morgen jarig zijn en daar- kon ze vandaag niet haar best doen op school. Aan iedereen vertelde ze dat ze morgen jarig was en toen ze die avond naar bed ging vroeg ze nogmaals: een armband en een tasje. Anders sliep ze zó, maar ze kon die avond maar niet in slaap komen. De volgende morgen was ze weer vroeg wakker. Ze kleedde zich MIJN HONDJE ROBBIE Arme Robbie, heb je pijn? Kom mee, het zal gauw over zijn. We gaan naar de dokter. En die doet je heus geen pijn. „Dag dokter, dit is Robbie, „Maar zijn pootje doet zo'n zeer. „Ik ga alleen maar met hem wandelen „En dan is het heel mooi weer". „Zo, geef me je poot maar even. „Eens kijken, wel heb ik ooit. „D'r zit een splinter, en geen kleintje. „Ja een splinter in zijn poot. „Zo, die is er uit hoor, „Nu een lapje er omheen. „En als er weer eens iets gebeurt. „Dan kom je maar meteen". Nog heb ik goede oplossingen van: Loes Slingerland, Leiden; Jonny v. d. Akker, Leiden; Harry Witteman. Sassen- heim; Gerda Heemskerk, Koudekerk; Lidy Lange, Katwijk; Tlnl Kraan, Kou dekerk; Marijke de Groot, Hazerswoode; Nellie Egberts, Ter Aar; Leida Fransen, Ter Aar; Nora Broxterman, Warmond; Dick v. d. Meer, Leimulden; Nellie Turk Zoeterwoude; Miriam Fabrie, Leiden; Joke Kromhout, Nw.hout; Marcel Broek- hoff, Nw.hout; Connie en Paula v. d. Post, Hoogmade; Cees v. d. Star, Leid- schendam; Clazien Zwetsloot, Hazers- woude; Ria van Haastregt, Rijpwetering. Hier volgt het tweede deel van: ROB EN DE STROPER VAN TJOTI IDI (door Willy v. d. Berg) Hij zei: „stil Noir. Zo jongen, je kon er niet door hè. Het is maar goed dat je niet gegaan bent, want dan was je er niet goed afgekomen en u mijnheer, het is maar goed, dat ik u zag, anders had ik hier vanmiddag nog gestaan". „Zeg alsjeblieft geen mijnheer tegen mij, zeg maar Stroper. En hoe heet jij eigenlijk?" „Ik heet Rob Feiten. Mijn vader heette Wim Feiten, maar die leeft niet meer". „Wel hoe heb ik het nou. Staat hier een zoon van Wim Feiten voor me? Kom mee jong, dan zal ik je eens wat vertellen over je vader. In de oorlog hebben je vader en ik gevochten in In donesië. We moesten een kampong ver overen. Ik kreeg een kogel in mijn been maar je vader liet me niet alleen achter en bleef bij me. Kijk, ik ben al thuis, dit is nou Tjoti-Idi. Kom maar eens mee naar binnen. Kijk hier hangt een pijl en boog en dit is mijn geweer. En hu moet je dit ook eens zien. Dit is een gouden medaille. Je vader heeft er ook een gehad. Ik bewaar het zuinig. Nou jongen wordt het zoetjesaan geen tijd om naar huis te gaan? Hoe laat eten jullie?" „Om 7 uur Stroper". „Nou dan moet je nog even naar mijn hondenfokkerij gaan kijken. Ik heb er tien". Rob bewonderde de prachtige honden. „Wil jij soms Noir hebben?" „Nou wat graag Stroper. Zou hij gauw aan mij wennen?" „O, ja, kijk hij komt al naar je toe en nu gauw naar huis anders wordt je moe der ongerust. Hier heb je een riem voor Noir. Kom morgen terug". „Nou graag", zei Rob en daar ging hij met de hond. De volgende morgen ging hfj met de hond boodschappen doen voor zijn moe der. Daar kwam hij de gebroeders Kroon tegen. „Dag vuile verklikker", schold Jaap en gaf hem een stomp. Opeens vloog de hond op een beet Jaap in zijn bloes. „Rob, roep die hond terug", gilde Jaap. „Hier Noir!" en de hond kwam ge hoorzaam naast Rob. Maar de bloes van Jaap zat al vol scheuren. Later heeft Noir, Carl uit het water gered en toen werden de jongens weer goede vrienden en was alle ruzie ver geten. De club kwam nog dikwijls in het huis van Stroper, die zo prachtig kon vertellen. Dag allemaal, volgende week verder. den in werkelijkheid zeer gevoelig zijn. Ze geven er niets om als ze een flinke klap krijgen, maar als je ze kietelt of prikt, dan raken ze soms buiten zich zelf van woede of opwinding. Een olifant kan soms uren lang met zijn slurf modder op zijn rug laden om Als jullie zin hebben Jan Klaassen- zich tegen de insecten te beschermen, theater te spelen, dan kunnen jullie z°'n hekel heeft hij eraan, om door hen makkelijk en vlug de daarvoor nodige gestoken, geprikt of zelfs maar gekrie- poppen zelf maken. beid te worden. Teken de gezichten eerst op karton Henderson bekent eerlijk, dat hij in of knip ze uit van 't hierbij gaande bet circus altijd een zekere angst voor plaatje. Plak ze dan (in 't laatste geval dus) op een stuk karton en vervolgens om 't omhulsel van 'n luciferdoosje (1). Neem een flinke zakdoek, een geruit servet of zo iets (2). Leg 't dubbel, maak in de beide uiteinden een knoop, maak met een elastiekje de ene knoop aan je duim vast en de andere aan je pink. Dan steek je de drie middelste vingers, die door de doek bedekt zijn, boven in het omhulsel ende voorstelling kan be ginnen! vond dat goedje helemaal niet lekker. Zodra de arts de olie in zijn muil ge goten had, zoog hij die met zijn slurf er weer uit en spoot ze de arts in zijn ge zicht. Zo kwam 't, dat de arts vaak wel 20 liter nodig had in plaats van 4, voor dat er genoeg van in de maag van het dier terecht was gekomen. Gelukkig ontdekte hij later, dat hij door een inspuiting met een ander mid del 't zelfde bereikte. Steeds, als Hen- dersón een zieke en daardoor prikkel bare olifant moest behandelen, haalde hij er de aanvoerder van de troep erbij. Dat was een wijfje „Ruthie" genaamd. Zodra deze verscheen, werd de zieke rustig en gedwee en liet zich verder zonder tegenstribbelen behandelen. EEN VOLWASSEN MAN VERZAMELT 70.000 KNIKKERS Ongeveer 30 jaar geleden begon een Amerikaanse straatveger knikkers te verzamelen, die bij het spel der kinde ren in de straatgoot verdwaald waren. HU kwam er eigenlijk toe. doordat een buurman een leuk vogelbad gemaakt had van cement, waarin honderden knikkeas verwerkt waren. Toen wilde hU ook zoiets gaan maken, maar hij is er nooit toe gekomen Want onze straatveger werd een verwoed knikkerverzamelaar. Zijn vrienden hiel pen hem de verzameling te vergroten. Alle knikkers, die ze bU hun werk von den, brachten zU hem. En het resultaat van dat alles was een verzameling van 70.000 zeventigduizend! knikkers. Is 't niet om te watertanden? Maar van een vogelbadje is daardoor niets geko men. olifanten heeft gehad. Ze zijn werkelijk De dierenarts Henderson was in het heel moeilijke dieren volgens hem. Tel- beroemde Amerikaanse circus Barnum kens weer lijden zij aan verstopping, en Bailey jarenlang de arts van 700 die- Vroeger gaf hU hun lynzaadolie (lijn- ren. In boeken en tijdschriften heeft hij olie) als medicUn, maar hij had zowat heel wat van zijn belevenissen verteld 4 liter nodig om zo'n olifantenmaag Hij verhaalt b.v. dat de „dikhuiden", weer in orde te brengen. Maar daar zoals olifanten, neushoorns en nijlpaar- kwam wat aan te pas, want het dier It TANTE JO EN OOM TOON DE LAATSTE MOHIKAAN Het viertal was nog niet lang op weg, toen een wonderlijke man zich by hen aansloot. Het was de psalmenzanger Davld Skala. Hy leerde de soldaten op de forten psalmen zingen. Zelf bezat hy een zeer mooie stem, maar zijn uiterlijk was erg zielig en lachwekkend. Zijn groot hoofd rustte op een lange, dunne hals, hij had voor 'n man heel smalle schouders, lange, magere armen met ongelooflijk kleine dameshanden. Voeg daarby nog een stel heel lange, magere benen met voeten als van een reus en een paar knieën als twee kogels. Als hij zat, leek hij maar een klein manneke, maar als hy opstond had hU de lengte van een reus. De psalmenzanger mocht de vier anderen tot fort William Henry vergezellen. Terwijl deze vijf personen door het woud reden, zaten op ongeveer een uur afstand van het fort drie woudlopers samen te overleggen. Het waren: de jager en padvinder Valkoog een blanke man, maar door de zon zo gebruind, dat men het nau- wehjks meer zou geloven de Mohi kaan Chingachgook en zijn zoon Unkas. Ze waren alle drie groot en krachtig ge bouwd. Toen de schemering intrad, hoorde de Indiaan duidelijk, dat er enige ruiters naderden. Ze wachtten, tot deze uit het woud te voorschijn kwamen, Want ze konden immers niet weten, of de vreem den vrienden of vijanden waren. Aetherklanken ZONDAG 3 APRIL HILVERSUM I. 402 M. 8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 IKOR. 12.00 NCRV. 12.15 KRO. 17.00 CON VENT VAN KERKEN. 18.30 NCRV. 19.45—24.00 KRO. 8.00 Nieuws. 8.15 Gram. 8.25 Inl. Hoogmis. 8.30 Hoogmis 9.30 Nieuws en waterst. 9.45 Passieliederen. 10.00 Praatje. 10.15 Inl. op de kerkdienst. 10.30 Kerkdienst. 11.30 Vragenbe- antwoording. 12.00 Grammofocnmuz. 12.15 Act. geloofsproblemen. 12.30 Lichte muz. 12.55 De Kerk zijt Gij, praatje. 13.00 Nieuws. 13.05 Kunt u hen troosten? lezing. 13.20 Hoorsp. De Wadders. 13.40 Lichte muz. 14.00 V. d. jeugd. 14.30 Strijkkwart. 15.05 Letterkundige persoonlijkheden die ik gekend heb, lezing. 15.15 Concert- gebouwork. 15.50 Gram. 16.15 Ge denk, broeders, mijn nood vluch- telingenprogr. 16.30 Vespers. 17.00 Kerkdienst. 18.30 Koor, sol. en in strumentalisten. 19.00 Nieuws uit de kerken. 19.05 Samenzang. 19.30 De gelijkenissen van Jezus, lezing. 19.45 Nieuws. 20.00 Toespr. betr. viering bevrijdingsdag. 20.05 Gram. 20.15 Cabaret. 20.45 U bent toch ook van de partij? praatje. 20.55 Promenade orkest en sol. 21.30 Frederik van Eeden, klankb. 22.25 Boekbespr. 22.30 Nieuws. 22.40 Avondgebed. 22.55 Meesterwerken van de religi euze kunst. 23.55-24.00 Nieuws. HILVERSUM II. 298 M. 8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VARA 18.30 VPRO. 19.00 IKOR. 20.00-24.00 AVRO 8.00 Nieuws 8.18 V. h. platteland. 8.30 Ge var. progr. 9.45 Geestelijk le ven, toespr. 10.00 Gram. 10.30 Gevar. progr. 12.00 Muziekrevue. 12.55 Sportspiegel. 13.00 Nieuws en SOS- ber. 13.07 De toestand in de wereld, lezing. 13.17 Meded. of gram. 13.20 Kamerkoor en orgel, met com. 14.00 Boekbespr. 14.15 Gram. 14 25 R°p. voetbalwedstr. Nederland-Bulgarije. 16.15 Lichte muz. 16.45 Sportrevue. 17.00 Gevar. progr. 17.30 Soebkad uit de pot, hoorep. v. d. jeugd. 17.50 Nieuws, sportuitsl. en sportjournaal. 18.30 Korte Herv. Kerkd. 19.00 V. d. jeugd. 19.30 De Open deur, lezingen. 20.00 Nieuws. 20.05 Licht progr. 20.35 Humoreske. 21.05 Lichte muz. 22.00 Journ. 22.15 Pianospel. 22.30 Nieuws. 22.40 Gram. 23.10 Sportuitsl. 23.15 New Vork calling. 23.20 Grammof. 23.5524.00 Nieuws. HILVERSUM II, 298 m. 7.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20—24.00 VARA. TELEVISIEPROGRAMMA'S 7.00 Nieuws. 7-10 Gymn. 7.20 Gram. 8 00 Nieuws en Hammondorgekpel. 8.35 Gram. 9.00 Gymn. voor de vrouw. J™:s G^Too''^oSni^'p/ano0 mtXRd°' hockeywedstrijd^ Belgf ^l^oTan'd^en Sb TeS' Nederland. KRO. Kardinaal Alfrink 12 33 Voor het olatteland lS V? Art mentaLre' film761"!!^ A^t ^0CU" te mu*iek. 13.00 Nieuws. 13.15 Voor mentaire film. 21.10 Amsterdams oe middenstand. 13.20 Lichte buziek An^03^ VARf nPllSn. I3 45 Wikken en we*en. lezfng M 991 «S'nrM? VPRO. Kamermuziek. 14 35 Voordracht. 15.20 0 Sport in beeld. Kurt Weill-herdenking. 15.45 Zestig VATIKAANSE RADIO minuten voor boven de zestig. 16.45 (25.67 m., 31.10 m., 41.21 m., 196 m.) °ude liedjes. 17.00 Piano-duo. 17.20 22.15 uur - Pauselijke maandin- «F0?,rn- 1?-"° tentie van het Apostolaat des Ge- jrIn i! uZmu,zie^C beds: „Heer, mogen de priesters in parI lQ .uni bez'1' 00 de beslommeringen van hun ambt »n R.ese.rmHsult£: door overvloedige genaden van de u^ve'r.!w .nL„ 5 Udenu' z"n; De Heilige Geest gesterkt worden" ^"^7 door HWJ Muller °prês°Ê MAANDAG ft"» CabareWOOO Nieuws'™ HILVERSUM I 402 m Gevar progr 21.25 Cabaret. 21.55 7 00—^4 00 NCRV Marimba. 22.30 Nieuws. 22 40 Philh. n on 2 0(' ork. 23.40 Jazzmuziek. 23 55—24 00 7.00 Nieuwe en S.O.S.-ber. 7.13 Nieuws. Gram. en sportuitslagen. 7.30 Een woord voor de dag. 7.40 Gram. 8.00 TELEVISIE-PROGRAMMA'S Nieuws. 8.15 Radiokrant. 8.35 Gram. NTS: 20 00 The Nat King Cole- 9.00 Voor de zieken- 9.30 Gram 9 35 show. 20.25 Film. 21.00—22.15 Het Waterst. 9.40 Voor de vrouw. 10.15 vonnis, t.v.-spel. Theologische etherleergang 11.00 Gram. 11.30 Gevar. progr. 11.50 Gram. GRAMMOFOONPLATEN. 12.00 Pianorecital. 12.25 Voor boer en PROGRAMMA DRAADOMROEP tuinder. 12.30 Land- en tuinb. meded (Over de 4e lijn) 1233 Kinderkoor. 12.53 Zo leeft en 18.00—20.00 I. Georg Phillpp Tele werk Suriname, praatje. 13.00 Nws. mann: 1. Sonata a quattro 2 Concert 13.15 15 Jaar geleden, praatje. 13.20 in e gr. t. voor fluit, oboe d'amore Gevar. muz. 13.45 Gram. 13.50 Gram. viola d'amore, strijkers en continuo'- 14.05 Schoolradio. 14.30 Gevar. progr. 3. Concert In d gf t. voor tromnet' •5-45 Gram- 16.00 Bijbeloverdenking strijkers en continuo- 4 Concert in 18.30 Klaveclmbelrecltal. 16.50 Gram e kl. t. voor hobo en orkest II Johann 17.00 Voor de kleuters. 17.15 Voor de Sebastian Bach: 1. Fantasie 'en fuga Jeugd. 17.30 Gram. 17.40 Beursber. 'n a kl. t.; 2. Concert in d kl. t voor 17.45 Regeringsultz.: Seroel, oplei- 2 violen en strijkorkest: 3 Branden- dtngseentrum voor Nederlands Nieuw burgs Concert nr. 5 In d gr t 4 Con f"™'11!' d«wJ.F. van Bruggen cert In a kl. t. voor fluit, viool.' cem- 18 00 Orgelspel. 18.30 Gram. 19.00 halo en strijkorkest Nieuws en weerpraatje. 19.15 In het harnas, lezing. 19.30 Radiokrant. 19.50 VATIKAANSE RADIO Meisjeskoor. 20.10 Het bittere hart, (25.67 m; 31.10 m; 41.21 m; 196 m) hoorspel 21.48 Gram. 22.00 Pari. 22.15 Pauselijke missie-intentie van eomm. 22.15 Gram. 22.30 Nieuws, het Apostolaat des Gebeds: Heer HfJ ?.ram,2^45 Avondoverdenking mogen de katholieken de gevaren 23.00 Muz. lezing 23.40 Evangelie in van verkeerde lectuur in de missie Esperanto. 23.55—24.00 Nieuws. doeltreffend bestrijden".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1960 | | pagina 9