5IS5I
Het leven
van
n Keizerin
Haar leven
eerder een treur-
dan een blijspel
KERSTMIS 1959
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 4
V
„Sissi"-films hebben miljoenen
in hun ban gehad de afgelopen
jaren en met als gevolg een meer
dan gewone belangstelling voor het
leven van haar, die eens Keizerin
van Oostenrijk en koningin van Hon
garije was. De z.g. damesbladen heb
ben zich van haar levensloop mees
ter gemaakt en op de haar eigen
wijze verhaald. En zo terloops wer
den natuurlijk ook andere episoden
uit het leven van deze bijzondere
vrouw opgehaald, doch de algemene
indruk welke achter bleef was toch,
geloven we wel, een zeer romanti
sche, prettige en allerbeminnelijkste.
Dus eerder een blijspel dan een
tragedie.
We hebben de moeite genomen om
eens een aantal vooraanstaande le
vensbeschrijvingen van haar na te
lezen en niet in 't laatst ook de na
de oorlog verschenen levensbeschrij
ving van Rudolf van Habsburg, de
enige zoon van Keizer Frans Jo-
zef en keizerin Elisabeth. Het is de
man van het z.g. drama Mayerling
en Graaf Lonyay heeft aan de hand
van documenten van zijn oom, de
gene, die met de weduwe van Ru-
dolf trouwde, getracht de juiste toe
dracht van de zaak te beschrijven. 1)
Men kent de feiten: op 30 januari
1889 werd op het.jachtslot Mayerling
in Oostenrijk de kroonprins dood aan
getroffen naast het lijk van een jonge
vrouw. De kroonprins had de hand
aan zichzelf geslagen, na eerst zijn
gezellin te hebben gedood.
Lonyay heeft getracht door alleen
van aanwezig archiefmateriaal ge
bruik te maken dit drama te recon
strueren. Hij is daarin o.i. in zover
re ook geslaagd, dat hij in elk geval
aannemelijke achtergronden aanwijst
en ook de reden van deze daad.
In 't kort komt het hierop neer:
Rudolf is slecht opgevoed, onttrokken
aan zijn moeder Elisabeth en geleid
door zijn grootmoeder Sophie, de
kwade genius van de films en de
werkelijkheid. Rudolf wordt een
bruid opgedrongen (Stephanie van
België), die niet bij hem past, noch
wat uiterljjk betreft, want zij is
veel groter dan hij en niet knap, noch
geestelijk, want ze heeft geen belang
stelling voor zaken van kunst en we
tenschap. Ook andere dingen spelen
De Keizerlijke familie: rechts kei
zerin Elisabeth, links haar oudste
dochter Gisela met kind. Bij de kei
zerin staat haar lievelingsdochter
Valerie. Staande: links kroonprins
Rudolf. Bij de keizer een tweede kind
van Gisela.
nog een rol om na betrekkelijk kor
te tijd deze jonge mensen van el
kaar volkomen te vervreemden. Ru-
dolf wordt een ongelofelijke losbol.
Wanneer men leest wat er alzo aan
het Habsburgse hof kon gebeuren en
hoe zich vorstelijke personen en le
den van de hofhouding ook daar bui
ten gedroegen dan vraagt men zich af
hoe het mogelijk is, dat dit alles
maar aanvaard werd door het volk.
De geschiedenis heeft trouwens wel
bewezen, dat men de eerste de beste
gelegenheid te baat nam om er een
einde aan te maken.
Rudolf was voorts een erfelijk
belaste spruit uit de in elkaar ge
strengelde vorstenhuizen der Wittels-
bachers en Habsburgers, een klas
siek voorbeeld van inteelt en daar
door ontstane degeneratie. Zwaar
moedigheid uitlopende in krankzin
nigheid was vooral het Beierse ko
ningshuis niet vreemd.
Enerzijds hoogst begaafd en voor
al kunstzinnig, was er anderzijds
iets vreemds aan vele leden. Van
daar o.m. een aangeboren onrust,
welke zich uitte in reizen en trek
ken, zoals ook keizerin Elisabeth
jarenlang heeft gedaan, niet begre
pen dpor haar volk. Maar zij kon nu
eenmaal niet anders.
Dit „vreemde" had ook Rudolf.
Volgens sommige levensbeschrijvers
kende Elisabeth geen maat. Zij deed
vele dingen tevéél. En dat was ook
een eigenschap van Rudolf geen maat
houden.
Erfelijk belast was Rudolf: ener
zijds een „genieter", anderzijds een
man, die zich afvroeg wat dit leven
eigenlijk te betekenen had. Vermoe
delijk heeft zijn moeilijke positie als
kroonprins er ook geen goed aan ge
daan.
Hij werd op de duur steeds „vreem
der", sprak over de dood, had er geen
angst voor, doch een zekere merk
waardige belangstelling!! Betrekke
lijk kort voor zijn dood moet hij
achtereenvolgens aan twee zijner
vrienden, toegevoegde officieren,
voorgesteld hebben gezamenlijk zelf
moord te plegen, waarvoor deze he
ren „hoewel het hun een grote eer
was dit voorstel te mogen ontvan
gen van Zijne Keizerlijke Hoogheid",
wijselijk bedankten.
Toch blijft Rudolf met het idee
van zijn dood spelen en er zijn re
denen om aan te nemen, dat hij in
derdaad geloofd heeft, dat wegens
zijn levenshouding (in méér dan één
opzicht) hij uit dit leven moest schei
den. Maaralléén wilde hij dat
niet doen en Lonyay zegt, dat hij „ge
bruik maakte van de dolle verliefd
heid van het meisje (Maria Vetse-
ra) en van haar dorst naar maat
schappelijke verheffing om haar over
te halen hem in de dood te volgen".
Volgens deze biograaf is er van een
werkelijk „liefdesdrama" géén
sprake.
Dat men het ware in zijn volle om
vang nimmer te weten zal komen
keizemn elisABeth
van oosten Rijk
op ouöeRe Leeftijd
staat vrijwel vast, want Frans Jozef
was ongeveer een absoluut vorst, die
zijn leven lang documenten liet ver
dwijnen, welke hem of zijn familie
zouden compromitteren.
En nu moeder Elisabeth.
life beschreven reeds de factoren,
welke geleid hebben tot het tra
gische einde van de kroonprins. Eén
dier factoren was het onttrekken van
de zeer gevoelige jongen aan de lief
de en het toezicht van de moeder.
Natuurlijk heeft Elisabeth zich ver
zet tegen haar schoonmoeder, maar
Frans Jozef zat tè veel in het keurs
lijf van het Spaanse hofceremonieel,
waarmede hij liever te gronde zou
gaan, dan daaraan te tornen. En zijn
moeder was de vlees geworden hof-
étiquette, het prototype van de ver
steende absolute monarchie.
Frans Jozef gaf zich over aan zijn
moeder en offerde een zoon aan het
dode ceremonieel. Hij ontnam Eli
sabeth haar zoon. Hij had tenslotte
de macht en had derhalve ook zijn
moeder kunnen weerstreven.
Anderzijds is het onbegrijpelijk, dat
Elisabeth, die zó energiek was, die
zó haar wil wist door te drijven, wan
neer dat zo eens uitkwam, die óók
tegen de Keizer in durfde te gaan
als 't moest, dat Elisabeth haar wil
niet heeft doorgezet en de kroon
prins bij zich heeft gehouden.
Zo heeft Elisabeth haar ongebrei
delde lust tot reizen tegen de zin
van haar gemaal in wél doorgezet.
Frans Jozef had tegen het reizen op
zichzelf geen bezwaar mits het maar
binnen de grenzen van zijn toch wer
kelijk ruime rijk zou plaats gevonden
hebben. Maar Elisabeth wilde weg
vér weg. Wilde andere mensen en
andere streken zien. Het was de on
rust, welke zij moest bevredigen. De
zelfde onrust, welke ook haar vader
in haar greep had..
Zelfs het reizen op zichzelf was
niet voldoende. Er moest wat gebeu
ren en dan komen de paarden er aan
te pas.
Beste amazone van Europa.
|\^en kan van „Sissi" niet zeggen,
171 dat zij van kindsbeen af gere
den had en daarom later wel zulk
een voortreffelijke amazone zou zijn
geworden. Neen, eerst als 16-jarige
was zij met rijden begonnen. Maar
zij had een bijzondere aanleg en een
ongelofelijke belangstelling voor al
les wat met paarden tezamen hing.
Toch is zij zich als keizerin eerst
volledig op het rijden gaan toeleg
gen in de jaren 1863'64. Ze moest
een tegenwicht hebben tegen de haar
afgenomen kinderen. Ze moest de
steeds toenemende onrust in haar
onderdrukken en dat gelukte haar
te paard wonderwel. Zij voelde zich
dan ook nooit zo goed als te paard
en vooral buiten, vér weg van de
paleizen en de hofkliek. Zij had
ook al erfelijk een neiging om 'zich
van de mensen terug te trekken. En
zij sloeg geen gelegenheid over, om
dit te doen, wanneer het slechts
enigszins mogelijk was.
Maar de schoonste uren brengt zij
zij daarom door in Gödöllö, haar
buitenverblijf in Hongarije. Ook al
omdat zjj van dat land houdt met zijn
ridderlijke bewoners, zijn paarden-
herders en de heerlijke stoeterijen
met de kostbare, edele paarden.
In Gödöllö worden jachten gere
den, waarbij zij toont welk een be-
gaaf de amazone zij is.
Frans Jozef was trouwens óók een
goed ruiter. Hij begreep de liefheb
berij van zijn vrouw en legde haar
wat dit betreft weinig of niets in de
weg. Ook niet toen zij later (1875)
een eigen circus begon!
Frans Jozef beoordeelde zijn ge
neraals zegt Lonyay enkel en
alleen naar de wijze, waarop zij in het
zadel zaten. Het grootste strategi
sche genie zou in het Oostenrijkse
leger niet de minste kans hebben
gehad, indien zijn zadel en tuigen
niet van de allerbeste kwaliteit wa
ren geweest en wanneer zijn paard
er onverzorgd zou hebben uitgezien.
En zegt dezelfde schrijver de
keizerin dacht slechts in hippische
termen.
Elisabeth was trots op haar repu
tatie als schitterende amazone, zulks
in tegenstelling tot haar zoon Rudolf,
die in het zadel geen al te best fi
guur maakte.
In het jaar, dat Elisabeth bij de
keizerlijke stallen een eigen circus
begint, nemen ook haar buitenlandse
hippische reizen een aanvang. Eerst
in Normandië, waar ze .een hersen
schudding oploopt, maar daardoor
geenszins afgeschrikt, het volgend
jaar naar Engeland gaat om jachten
mee te rijden. Op Engeland volgt
Ierland, want^ zij heeft gehoord, dat
de jachten daar nog zwaarder wa
ren! En.... dat waren ze ook!
Haar ruitèrsport-reisperiode besluit
zij in 1882 met een kort jachtsei
zoen in Engeland, waar ze zich voor
't eerst vermoeid voelde en inzag,
dat ze niet meer bij machte was zo
te rijden als voorheen. Maar zij was
toen ook al 45 jaar en had de laatste
jaren letterlijk geschitterd in het
jachtveld. Mannen van naam op het
gebied van de ruitersport verklaarden
zulk een onvervaarde en kundige
vrouw nimmer te hebben ontmoet,
't Was alsof elk paard, dat zij besteeg,
met magnetische kracht één met
haar werd. Zij viel dan ook weinig.
Trouwens, angst te paard kende ze
niet!
Het circus.
\I7eer thuis in Wenen was ze, als 't
maar eenigszins kon, in de stal
len of te paard. Ze amuseerde zich
zeer met haar nieuwe liefde: het af
richten en rijden van circuspaarden.
Beroemde „kunstrijderesssen", zoals
Emilie Loisset, Elise Renz, Elise Pet-
zold en Clara Rasch, gaven haar on
derricht en zij was een bekwaam
amazone ook op het gebied der
schoolrijderij en der vrijheidsdres
suur.
Ze had een paard „Avolo", dat op
beide knieën knielen kon en twee
De prachtige barok-rijbaan van de
Hof rijschool te Wenen, waar de kei
zerin vele uren heeft doorgebracht,
dikwijls op de moeilijkste paarden,
welke in de keizerlijke hofstallen te
vinden waren!
prachtige schimmeltjes „Flick" en
.Flock", die voortreffelijke vrijheids
nummers lieten zien.
En ze verzamelt paardenschilder-
stukken, oefent in de beroemde Hof-
rijschool (thans „Spaanse Rijschool"
genaamd), vraagt de leider van dit
instituut haar vooral de moeilijkste
paarden te willen geven, verzorgt zèll
haar lievelingen en koopt en ver
koopt als dat zo uitkomt.
De laatste jaren dat zij rijdt zijn
merkwaardig genoeg beide ja
ren, dat zij in Amsterdam onder be
handeling van een arts is, die haar
van haar ischias moet afhelpen, wat
overigens niet gelukt. Wél daarente
gen gaat Elisabeth weer beter eten,
want zij had zich danig verzwakt
door een zelf gekozen dieet van uit
sluitend melk. Zij wilde slank blijven
en niet ouder worden, maar ook Eli
sabeth kon de race met de tijd niet
winnen.
Het is nu 75 jaar geleden, dat zij
in Zand voort woonde, tijdens de kuur
welke zij moest ondergaan, en zij
heeft daar genoten van de zee en van
de stilte, van de meeuwen en van de
duinen. Ze heeft veel gereden en veel
gewandeld. En wanneer „Sissi" wan
delde wilde dat zeggen: snelwande
len! En zij schermde ook nog dat het
een lieve lust was. Maar tóch was
dat alles te véél, want ook toen nog
hield zij géén maat.
En als het dan 1886 is geworden,
geeft zij het rijden voor goed op.
Zij heeft daarmede een bijzondere
periode in haar leven afgesloten. Zij
blijft echter in beweging en zij heeft
gewandeld, flink gelópen tot op die
vreselijke 10e september 1898, toen
een anarchist deze edele vrouw, die,
geplaagd door een voortdurende on
rust, weinig vreugde in haar leven
had gekend, op afschuwelijke wijze
vermoordde.
W. SLOB.
1) Rudolf, de tragedie van Maver-
ling, door Graaf Carl Lonyay. Rijs
wijk 1950.
Keizerin Elisabeth op een harer lieve
lingspaarden, de schimmel „Wha-
lesone", een enorm goed springpaard.
Men ziet de keizerin in dameszadel,
zoals in die dagen gebruikelijk wks.
De Keizerin heeft altijd dameszadel
gereden, voor zover we hebben kun
nen nagaan.